Besluit van 29 januari 1965, houdende vaststelling van een uitkeringsregeling ten
behoeve van officieren der krijgsmacht die voortijdig de militaire dienst verlaten
Wij JULIANA, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz., enz., enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Defensie van 23 november 1964, nr. P. 126.529/D;
Gelet op artikel 12 van de Militaire Ambtenarenwet 1931;
De Raad van State gehoord (advies van 6 januari 1965, nr. 37);
Gezien het nader rapport van Onze voornoemde Minister van 22 januari 1965, nr. P.
126.529/J;
Hebben goedgevonden en verstaan: