Artikel 1
[Regeling vervallen per 01-01-2006]
-
Minister:
-
Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij;
-
ambtenaar:
-
ambtenaar als bedoeld in artikel 114, tweede lid, van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren;
- officiële dierenarts:
-
door de bevoegde centrale autoriteit van het land van verzending aangewezen dierenarts;
-
richtlijn 80/215/EEG:
-
richtlijn van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 28 januari 1980 inzake veterinairrechtelijke
vraagstukken op het gebied van het intracommunautaire handelsverkeer in vleesproducten
(PbEG L 47);.
-
richtlijn 89/662/EEG:
-
richtlijn van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 11 december 1989 inzake
veterinaire controles in het intracommunautaire handelsverkeer in het vooruitzicht
van de totstandbrenging van de interne markt (PbEG L 395);
-
richtlijn 97/78/EG:
-
richtlijn nr. 97/78/EG van de Raad van de Europese Unie van 18 december 1997 tot vaststelling van de beginselen
voor de organisatie van de veterinaire controles voor producten die uit derde landen
in de Gemeenschap worden binnengebracht (PbEG 1998, L 24);
-
verordening 999/2001/EG:
-
verordening van het Europees Parlement en de Raad van 22 mei 2001, houdende vaststelling
van voorschriften inzake preventie, bestrijding en uitroeiing van bepaalde overdraagbare
spongiforme encefalopathieën;
-
verordening 136/2004/EG:
-
verordening (EG) nr. 136/2004 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 22 januari 2004 tot vaststelling
van procedures voor de veterinaire controles in de grensinspectieposten van de Gemeenschap
bij het binnenbrengen van producten uit derde landen (PbEU L 21);
- inspectiepost:
-
op Nederlands grondgebied gelegen inspectiepost aan de grens die voldoet aan de bij
of krachtens artikel 6 van richtlijn 97/78/EG gestelde voorschriften en uit dien hoofde overeenkomstig dat artikel is aangewezen
en erkend voor de controle van bepaalde soorten producten; belanghebbende bij de lading:
belanghebbende bij de lading als bedoeld in artikel 2, tweede lid, onderdeel e, van
richtlijn 97/78/EG;
- lid-staat:
-
staat, niet zijnde Nederland, die als lid deel uitmaakt van de Europese Gemeenschappen;
- derde land:
-
land, niet zijnde Nederland en niet zijnde een lid-staat;
- partij:
-
hoeveelheid producten van dezelfde aard waarvoor eenzelfde certificaat of document,
voor zover dit op grond van de onderhavige regeling is voorgeschreven, geldt, die
met hetzelfde vervoermiddel wordt vervoerd en afkomstig is uit hetzelfde derde land
of gedeelte van een derde land;
- handelaar:
-
elke natuurlijke persoon of rechtspersoon, zijnde de eerste ontvanger op Nederlands
grondgebied van een partij producten afkomstig uit een lid-staat.
-
richtlijn 77/99/EEG:
-
richtlijn van de Raad van de Europese Gemeenschappen betreffende de gezondheidsvoorschriften
voor de produktie en het in de handel brengen van vleesproducten en bepaalde andere
producten van dierlijke oorsprong (PbEG 1977, L 26 en PbEG 1992, L 57);
-
vleesproducten:
-
vleesproducten als bedoeld in artikel 2, onderdeel a, aanhef, van richtlijn 77/99/EEG, niet zijnde vlees onderscheidenlijk producten als bedoeld in artikel 2, onderdeel a, sub i en ii, van die richtlijn;
-
andere producten van dierlijke oorsprong:
-
producten als bedoeld in artikel 2, onderdeel b, van richtlijn 77/99/EEG.
- producten:
-
vleesproducten of andere producten van dierlijke oorsprong;
-
VWA:
-
Voedsel en Waren Autoriteit, ingesteld bij besluit van de Minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport van 8 juli 2002 (Stcrt. 127);
- beschikking 91/449/EEG:
-
beschikking van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 26 juli 1991 tot
vaststelling van het model van de gezondheidscertificaten voor uit derde landen ingevoerde
vleesproducten (PbEG L 240):
- douane-entrepot:
-
opslagruimte als bedoeld in verordening (EEG) nr. 2503/88 van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 25 juli 1988 betreffende de douane-entrepots
(PbEG L 225);
- vrij entrepot:
-
opslagruimte als bedoeld in artikel 1, vierde lid, onder b, van verordening (EEG) nr. 2504/88 van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 25 juli 1988 betreffende de vrije
zones en de vrije entrepots (PbEG L 225);
- ruimte voor tijdelijke opslag:
-
opslagruimte als bedoeld in verordening (EEG) nr. 4151/88 van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 21 december 1988 tot vaststelling
van de bepalingen die van toepassing zijn op goederen die het douanegebied van de
Gemeenschap worden binnengebracht (PbEG L 367);
- beschikking 91/449/EEG:
-
beschikking van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 26 juli 1991 tot
vaststelling van het model van de gezondheidscertificaten voor uit derde landen ingevoerde
vleesproducten (PbEG L 240);
- beschikking 93/242/EEG:
-
beschikking van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 30 april 1993 inzake
de invoer in de Gemeenschap van bepaalde levende dieren en producten daarvan uit bepaalde
Europese landen, met betrekking tot mond- en klauwzeer (PbEG L 110).
-
richtlijn 91/495/EEG:
-
richtlijn van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 27 november 1991 inzake
gezondheidsvoorschriften en veterinairrechtelijke voorschriften voor de produktie
en het in de handel brengen van konijnevlees en vlees van gekweekt wild (PbEG L 268);
-
richtlijn 92/45/EEG:
-
richtlijn van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 16 juni 1992 betreffende
de gezondheidsvoorschriften en veterinairrechtelijke voorschriften voor het doden
van vrij wild en het in de handel brengen van vlees van vrij wild (PbEG L 268);
-
richtlijn 92/118/EEG:
-
richtlijn van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 17 december 1992 tot vaststelling
van de veterinairrechtelijke en de gezondheidsvoorschriften voor het handelsverkeer
en de invoer in de Gemeenschap van producten waarvoor ten aanzien van deze voorschriften
geen specifieke communautaire wetgeving geldt als bedoeld in bijlage A, hoofdstuk
I, van richtlijn 89/662/EEG, en, wat ziekteverwekkers betreft, van richtlijn 90/425/EEG (PbEG 1993, L 62);
- beschikking 94/86/EG:
-
beschikking van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 16 februari 1994
tot vaststelling van de voorlopige lijst van derde landen waaruit de Lid-Staten de
invoer van vlees van vrij wild toestaan (PbEG L 44);
- beschikking 94/278/EG:
-
beschikking van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 18 maart 1994 tot
vaststelling van de lijst van derde landen waaruit de Lid-Staten de invoer van bepaalde
producten als bedoeld bij Richtlijn 92/118/EEG van de Raad toestaan;
- beschikking 95/357/EG:
-
beschikking van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 26 juli 1995 tot
vaststelling van de lijst van inspectieposten aan de grens die zijn erkend voor de
veterinaire controles van producten en dieren uit derde landen, tot vaststelling van
uitvoeringsbepalingen inzake de door de veterinaire deskundigen van de Commissie te
verrichten controles en tot intrekking van Beschikking 94/24/EG (PbEG L 211);
- beschikking 96/105/EG:
-
beschikking van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 29 januari 1996 inzake
nieuwe overgangsmaatregelen om de overgang naar de bij Richtlijn 90/675/EEG van de Raad vastgestelde regeling inzake veterinaire controles te vergemakkelijken
(PbEG L 24);
- beschikking 97/41/EG:
-
beschikking van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 18 december 1996 tot
vaststelling van de gezondheidsvoorschriften en het gezondheidscertificaat voor de
invoer uit derde landen van vleesproducten die zijn verkregen met vlees van pluimvee,
vlees van gekweekt wild vlees van vrij wild en konijnenvlees (PbEG L 17);
- vers vlees:
-
alle voor menselijke consumptie geschikte delen van vee als bedoeld in artikel 66 van de Veewet, niet zijnde gekweekt wild, die geen behandeling hebben ondergaan ter bevordering
van de houdbaarheid, tenzij het een koelbehandeling betreft;
- konijnen:
-
tamme konijnen;
- konijnevlees:
-
alle voor menselijke consumptie geschikte delen van konijnen;
- hazen:
-
tamme hazen;
- hazevlees:
-
alle voor menselijke consumptie geschikte delen van hazen;
- vlees van gekweekt wild:
-
alle voor menselijke consumptie geschikte delen van gekweekt wild;
- gekweekt wild:
-
landzoogdieren als bedoeld in artikel 2, onderdeel 3, van richtlijn 91/495/EEG, niet zijnde konijnen of hazen;
- vrij wild:
-
landzoogdieren en vogels als bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdeel a, van richtlijn 92/45/EEG;
- vlees van vrij wild:
-
alle voor menselijke consumptie geschikte delen van vrij wild.