Besluit mobiliteitseisen

[Regeling vervallen per 01-07-2013.]
Geraadpleegd op 27-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-01-2010 en zichtdatum 23-11-2024.
Geldend van 01-06-1986 t/m 30-06-2013

Besluit mobiliteitseisen

De minister van Binnenlandse Zaken,

Gelet op artikel 13 van het Algemeen Rijksambtenarenreglement (Stb. 1931, 248);

Besluit:

Artikel 1

[Regeling vervallen per 01-07-2013]

In dit besluit wordt verstaan onder:

a. ambtenaar:

ambtenaar in de zin van het Algemeen Rijksambtenarenreglement werkzaam binnen de rijksdienst;

b. rijkdienst:

ministeries en de daaronder ressorterende diensten, instellingen en bedrijven;

c. Bezoldigingsbesluit:

Bezoldigingsbesluit Burgerlijke Rijksambtenaren 1984 (Stb. 1983, 571).

Artikel 2

[Regeling vervallen per 01-07-2013]

Plaatsing van een ambtenaar, anders dan bij eerste indiensttreding, in een beleids-, staf- of algemene beheersfunctie waarvan het maximumsalaris gelijk is aan het maximumsalaris van schaal 12 (niveaugroep Vc of schaal 13 (niveaugroep Vd) van bijlage B van het Bezoldigingsbesluit vindt in het algemeen slechts plaats indien betrokkene ten minste:

  • a. bij twee dienstonderdelen binnen de rijksdienst werkzaam is geweest;

  • b. bij één dienstonderdeel binnen de rijksdienst werkzaam is geweest en bij bovengenoemde plaatsing een functie buiten dat dienstonderdeel gaat vervullen; of

  • c. bij één dienstonderdeel binnen de rijksdienst werkzaam is geweest en een functie buiten de rijksdienst heeft vervuld welke naar aard en niveau tenminste overeenkomt met een functie in hoofdgroep IV van bijlage B van het Bezoldigingsbesluit.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 01-07-2013]

Plaatsing van een ambtenaar, anders dan bij eerste indiensttreding in een beleids-, staf- of algemene beheersfunctie waarvan het maximumsalaris gelijk is aan het maximumsalaris van schaal 14 (niveaugroep Ve) van bijlage B van het Bezoldigingsbesluit vindt in het algemeen plaats indien betrokkene ten minste:

  • a. bij drie dienstonderdelen binnen de rijksdienst werkzaam is geweest;

  • b. bij twee dienstonderdelen binnen de rijksdienst werkzaam is geweest en bij bovengenoemde plaatsing een functie buiten die dienstonderdelen gaat vervullen.

  • c. bij twee dienstonderdelen binnen de rijksdienst werkzaam is geweest en een functie buiten de rijksdienst heeft vervuld welke naar aard en niveau tenminste overeenkomt met een functie in hoofdgroep IV van bijlage B van het Bezoldigingsbesluit; of

  • d. bij één dienstonderdeel binnen de rijksdienst werkzaam is geweest, een functie buiten de rijksdienst heeft vervuld welke naar aard en niveau tenminste overeenkomt met een functie in hoofdgroep IV van bijlage B van het Bezoldigingsbesluit en bij bovengenoemde plaatsing een functie buiten dat dienstonderdeel gaat vervullen.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 01-07-2013]

De minister, hoofd van het betrokken ministerie, bepaalt wat onder dienstonderdeel in de zin van dit besluit moet worden verstaan.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 01-07-2013]

De minister, hoofd van het betrokken ministerie, bepaalt welke functies in de schalen 12, 13 en 14 van bijlage B van het Bezoldigingsbesluit gezien hun specialistische karakter worden uitgesloten van de werking van dit besluit.

Artikel 6

[Regeling vervallen per 01-07-2013]

De minister, hoofd van het betrokken ministerie, kan nadere regels stellen ten aanzien van de mobiliteitseisen in de artikelen 2 en 3.

Artikel 7

[Regeling vervallen per 01-07-2013]

Dit besluit kan worden aangehaald als: Besluit mobiliteitseisen. Het treedt in werking met ingang van 1 juni 1986. Ten aanzien van ambtenaren die voor 1 juni 1986 werkzaam zijn binnen de rijksdienst worden de artikelen 2 onderscheidenlijk 3 van kracht met ingang van 1 juni 1989 onderscheidenlijk 1 juni 1991, met dien verstande dat de in artikel 2 omschreven eisen met ingang van 1 juni 1989 eveneens gaan gelden voor de in artikel 3 bedoelde plaatsing.

Dit besluit zal met de bijbehorende toelichting worden gepubliceerd in de Nederlandse Staatscourant.

De

minister

van Binnenlandse Zaken,

R. W. de Korte