U bent nu hier: Wettenbank
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving
Zoals belastingen, uitkeringen en subsidies.
Officiële publicaties van de overheid.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
[Regeling vervallen per 01-07-2014.]Geraadpleegd op 26-12-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-01-2005. Geldend van 01-01-2002 t/m 31-12-2005
Regeling gratificatie bij ambtsjubileum
De minister van Binnenlandse Zaken,
Gelet op artikel 79, derde lid, van het Algemeen Rijksambtenarenreglement, artikel 51, derde lid, van het Arbeidsovereenkomstenbesluit en artikel 114, derde lid, van het Ambtenarenreglement Staten-Generaal;
Besluit:
[Regeling vervallen per 01-07-2014]
In dit besluit wordt verstaan onder betrokkene:
a. de ambtenaar in de zin van het Algemeen Rijksambtenarenreglement;
b. de ambtenaar in de zin van het Ambtenarenreglement Staten-Generaal.
1 Aan de betrokkene wordt bij het bereiken van een diensttijd van 12½, 25, 40 of 50 jaar een gratificatie toegekend wegens trouwe dienst. De gratificatie bedraagt 25% van de maandelijkse bezoldiging bij een 12½-jarig ambtsjubileum, 70% van de maandelijkse bezoldiging bij een 25-jarig ambtsjubileum en 100% van de maandelijkse bezoldiging bij een 40- of 50-jarig ambtsjubileum, naar boven af te ronden op een veelvoud van € 2,50.
2 Het bepaalde in het eerste lid voor iedere functie waarin de betrokkene als zodanig werkzaam is.
3 Indien aan de betrokkene bij een hem uit een eerdere betrekking verleend ontslag een diensttijdgratificatie is toegekend als bedoeld in het tweede lid van de artikelen 79 van het Algemeen Rijksambtenarenreglement en 114 van het Ambtenarenreglement Staten-Generaal of een daarmee overeenkomende regeling, wordt de in het eerste lid genoemde gratificatie verminderd met het bedrag van die diensttijdgratificatie.
1 Toekenning van een ambtsjubileum-gratificatie vindt niet plaats indien betrokkene ter zake van zijn dienstvervulling reeds een gratificatie of uitkering heeft ontvangen, welke naar haar aard overeenkomt met de gratificatie volgens dit besluit.
2 Indien de betrokkene tijdens een hem mede in het algemeen belang verleend buitengewoon verlof jubileert, wordt op de datum van het ambtsjubileum geen gratificatie toegekend. Toekenning van de gratificatie kan alsnog geschieden zodra hij na de beëindiging van het verlof zijn werkzaamheden heeft hervat, tenzij hij in de betrekking welke tijdens het verlof werd vervuld, een gratificatie of uitkering heeft ontvangen welke naar haar aard overeenkomt met de gratificatie volgens dit besluit.
Als dienstijd voor de toepassing van een ambtsjubileumgratificatie geldt de tijd, doorgebracht:
a. in een burgerlijke dienstbetrekking bij de Nederlandse overheid, waaronder te deze mede wordt begrepen de voormalige NV ‘Artillerie-Inrichtingen’;
b. in een betrekking (vóór 1 januari 1966) als bedoeld in artikel 4, eerste lid, van de Pensioenwet 1922 (Stb. 1922, 240), een betrekking als bedoeld in artikel B2 van de Algemene burgerlijke pensioenwet (Stb. 1966, 6) of een betrekking als bedoeld in artikel B3 van evengenoemde wet, alsmede (vóór en na 1 januari 1966) in een betrekking tot bedoeld in artikel U2 van die wet;
c. in burgerlijke dienst bij de overheid in de landen Suriname (tot 25 november 1975), de Nederlandse Antillen en Aruba, bij de voormalige gouvernementen van Suriname, Curaçao en Nieuw-Guinea en (tot 27 december 1949) bij de voormalige Indische Pensioenfondsen;
d. in dienst bij het niet-openbaar onderwijs in de onder c genoemde landen en voormalige overzeese rijksdelen, voor zover zulks de betrokkene onder de werkingssfeer van een overheidspensioenregeling bracht of zou hebben gebracht indien hij in vaste dienst was geweest;
e. tot en met 31 december 1954 in dienst van de Republiek Indonesië, voor zover die tijd door de Garantiewet Burgerlijk Overheidspersoneel Indonesië wordt bestreken;
f. in Nederlandse militaire dienst of daarmede voor de toepassing van het Algemeen Rijksambtenarenreglement gelijkgestelde dienst, waaronder begrepen dienst bij het voormalig KNIL en de troepen in Suriname (tot 25 november 1975) en de Nederlandse Antillen en Aruba;
g. als volontair met een volledige dagtaak;
h. de tijd waaronder rechtsherstel is verleend.
1 Als diensttijd in de zin van dit besluit wordt niet aangemerkt dienstijd welke niet in actieve dienst is doorgebracht wegens het bekleden van een politiek ambt.
2 Voorts komt als diensttijd niet in aanmerking diensttijd welke, zonder dat werkzaamheden zijn verricht, is doorgebracht buiten het genot van inkomsten uit de dienstbetrekking, behoudens voor zoveel het tijd betreft, gedurende welke betrokkene mede in het algemeen belang buitengewoon verlof heeft genoten.
3 Evenmin wordt als diensttijd aangemerkt fictieve diensttijd, onverminderd het gestelde in artikel 4 onder h.
Diensttijd, gelijktijdig in meer dan één betrekking doorgebracht telt voor de vaststelling van de datum van het ambtsjubileum slechts eenmaal mede.
1 Voor de berekening van de gratificatie wordt onder bezoldiging verstaan: de bezoldiging in de zin van het Bezoldigingsbesluit Burgerlijke Rijksambtenaren 1984 (Stb. 1983, 571), welke voor betrokkene op de datum van het ambtsjubileum geldt, vermeerderd met de vakantie-uitkering, berekend conform het bepaalde in artikel 21 van het Bezoldigingsbesluit Burgerlijke Rijksambtenaren 1984.
2 Indien betrokkene een toelage geniet als bedoeld in de artikelen 17 en 18a van het Bezoldigingsbesluit Burgerlijke Rijksambtenaren 1984, wordt dit bezoldigingsdeel vastgesteld op: het bedrag dat betrokkene in de drie kalendermaanden voorafgaande aan zijn jubileum aan bedoelde toelage gemiddeld per maand heeft genoten.
Indien de betrokkene op de datum van zijn ambtsjubileum geen bezoldiging geniet, omdat hem mede in het algemeen belang buitengewoon verlof zonder behoud van bezoldiging is verleend, wordt voor de berekening van zijn ambtsjubileumgratificatie uitgegaan van de bezoldiging die hij genoot direct voorafgaand aan het verlof.
In uitzonderlijke gevallen, waarin toepassing van dit besluit tot kennelijke onbillijkheid zou leiden, kan van dit besluit worden afgeweken.
Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag nadat het in de Staatscourant is geplaatst.
Dit besluit kan worden aangehaald als Regeling gratificatie bij ambtsjubileum.
's-Gravenhage, 9 november 1989
minister
C. P. van Dijk
Voor een permanente link naar de door u bekeken versie, inwerkinggetreden op , kopieer één van de onderstaande links of verfijn de link in de Linktool.
Met behulp van de Linktool van LiDO is het mogelijk om een bredere link of een meer gedetailleerde link te maken.
Ga naar de Linktool
Op linkeddata.overheid.nl zijn onderstaande relaties bekend.
Er is geen andere versie beschikbaar waarmee u de huidige geselecteerde versie, inwerkinggetreden op , kan vergelijken.
Selecteer een andere versie van de regeling waarmee u de huidige versie , inwerkinggetreden op , wilt vergelijken.
Vergelijken van "Regeling gratificatie bij ambtsjubileum", inwerkinggetreden op , met versie die inwerking is getreden op .
Doordat er een grote regeling is gekozen kan de vergelijking enkele minuten duren.
U kunt kiezen voor het toevoegen van de wetstechnische informatie aan de tekst.
U kunt kiezen in welk formaat de tekst geëxporteerd wordt.
U kunt de tekst inclusief afbeeldingen exporteren. De afbeeldingen worden dan met de tekst in een .zip-bestand geleverd
Via deze link kunt u meer informatie krijgen over de Europese richtlijn of verordening waarnaar in de tekst van de regeling verwezen wordt, inclusief de tekst daarvan. U wordt hiervoor doorgeleid naar EUR-LEX, de online databank van de Europese Unie waarin de Europese wetgeving is opgenomen.