Instelling Nationale Telecommunicatieraad

[Regeling vervallen per 01-03-2005.]
Geraadpleegd op 21-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-09-2004.
Geldend van 19-03-1999 t/m 28-02-2005

Instelling Nationale Telecommunicatieraad

De minister van Verkeer en Waterstaat,

Overwegende dat met ingang van 1 januari 1989 het Staatsbedrijf der Posterijen, Telegrafie en Telefonie (PTT) is verzelfstandigd;

dat taken van het Staatsbedrijf der PTT op departementaal terrein zijn ondergebracht bij de bij besluit van 7 juni 1988, nr. BSG 88/30211, ingestelde Hoofddirectie Telecommunicatie en Post (HDTP) van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat, en dat deze Hoofddirectie is belast met de ambtelijke voorbereiding en uitvoering van de aan de voornoemde minister opgedragen taken op het gebied van telecommunicatie en post;

dat m.i.v. 1 januari 1989 de Wet op de telecommunicatievoorzieningen (Stb. 1988–520), hierna te noemen WTV, en de Postwet (Stb. 1988–522), hierna te noemen PW, in werking zijn getreden en daarin bevoegdheden voor nadere regelgeving zijn opgenomen inzake de voorbereiding op en het handelen in buitengewone omstandigheden, waaronder grootschalige rampen en vergelijkbare calamiteiten in vredestijd;

dat voorafgaand aan de uitoefening van die bevoegdheden in hoofdstuk XI resp. XII van de WTV en paragraaf 5 resp. 6 van de PW overeenstemming danwel overleg met resp. de in die hoofdstukken en paragrafen genoemde ministers en de houder van de concessie is voorgeschreven;

dat de in het kader van de voorbereidingen getroffen voorzieningen mede tot doel hebben alle ministeries in staat te stellen om hun taak onder buitengewone omstandigheden voort te zetten en het derhalve wenselijk is het overleg met alle ministeries vorm te geven;

dat overigens in het algemeen behoefte bestaat aan interdepartementaal overleg en overleg met de concessiehouder over van belang zijnde aspecten in het telecommunicatie- en postbeleid in rampsituaties;

dat, met het oog op zowel het regeringsbeleid inzake de interne en externe advies- en overlegstructuur binnen de rijksoverheid als de eerdergenoemde gewijzigde verhoudingen tussen de overheid en het PTT-bedrijf, een aanpassing van de bestaande taak en structuur van de Nationale Telecommunicatieraad noodzakelijk is;

dat het gewenst is het genoemde overleg binnen een aan te passen en te vereenvoudigen structuur van de Nationale Telecommunicatieraad vorm te geven;

dat het op grond van bovenstaande overwegingen gewenst is taak, bevoegdheden, werkwijze en samenstelling van de Nationale Telecommunicatieraad opnieuw te regelen;

handelend in overeenstemming met de Ministers van Defensie en van Buitenlandse zaken,

Besluit:

Artikel 1

[Regeling vervallen per 01-03-2005]

  • 1 Er is een Nationale Telecommunicatieraad, hierna te noemen de NTR.

  • 2 De NTR heeft tot taak overleg te plegen over het te voeren beleid inzake op grond van de Telecommunicatiewet en de Postwet te geven voorschriften, aanwijzingen en regels met betrekking tot het functioneren van het telecommunicatie- en postverkeer onder buitengewone omstandigheden, waaronder grootschalige rampen en vergelijkbare calamiteiten in vredestijd, en bijzondere omstandigheden in verband met de handhaving van de internationale rechtsorde, alsmede over de ter zake te treffen voorbereidingen.

  • 3 De NTR is voorts belast met het plegen van overleg over een zo effectief mogelijk gebruik van de in voornoemd kader getroffen en te treffen telecommunicatie- en postvoorzieningen.

  • 4 De NTR overlegt over de ontwerpinstructie voor het onder buitengewone omstandigheden te activeren Nationaal Telecommunicatiebureau, dat in die situatie belast is met het nemen van maatregelen teneinde een zo efficiënt mogelijk beheer en gebruik van de telecommunicatieinfrastructuur, het frequentiespectrum en het postvervoer te bevorderen.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 01-03-2005]

  • 1 Voor het overleg, bedoeld in artikel 1, tweede en vierde lid, bestaat de NTR uit een voorzitter, secretaris en twee door of vanwege de betrokken Minister als lid aan te wijzen vertegenwoordigers van elk der Ministeries van Binnenlandse Zaken (Staf voor de Civiele Verdediging en Directoraat-Generaal Openbare Orde en Veiligheid) en van Defensie (Defensiestaf en Koninklijke Landmacht), alsmede een als lid aan te wijzen vertegenwoordiger van elk der Ministeries van Buitenlandse Zaken, van Verkeer en Waterstaat (directoraat-generaal Telecommunicatie en Post) en een vertegenwoordiger van of namens Koninklijke PTT Nederland N.V. (houder van de concessie).

  • 2 Voor het overleg, bedoeld in artikel 1, derde lid, bestaat de NTR uit een voorzitter, secretaris en een door of vanwege de betrokken Minister als lid aan te wijzen vertegenwoordiger van ieder ministerie, met dien verstande dat de Ministeries van Defensie en Binnenlandse Zaken elk met twee vertegenwoordigers deelnemen, alsmede uit een vertegenwoordiger van of namens Koninklijke PTT Nederland N.V. (houder van de concessie).

  • 3 De leden dragen zorg voor hun plaatsvervanging in de NTR.

  • 4 Het voorzitterschap van de NTR wordt vervuld door de directeur-generaal Telecommunicatie en Post van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat.

  • 5 Het secretariaat van de NTR berust bij het directoraat-generaal Telecommunicatie en Post van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat.

  • 6 De voorzitter, secretaris, leden en plaatsvervangende leden van de NTR dienen alvorens zij hun werkzaamheden aanvangen, met goed gevolg onderworpen te zijn geweest aan een veiligheidsonderzoek tot een door de Minister van Verkeer en Waterstaat te bepalen niveau.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 01-03-2005]

  • 1 De leden kunnen zich tijdens de vergaderingen van de NTR laten bijstaan door deskundigen. Voor deze deskundigen geldt het in artikel 2, zesde lid, bepaalde op overeenkomstige wijze.

  • 2 Indien naar de mening van de voorzitter gezien de te behandelen onderwerpen daar aanleiding toe is, kan een vertegenwoordiger van een van de overige ministeries deelnemen aan het overleg, bedoeld in artikel 1, tweede en vierde lid.

  • 3 De NTR kan ter ondersteuning van het uitoefenen van zijn taak commissies of werkgroepen instellen.

  • 4 De NTR besluit omtrent taak, samenstelling en werkwijze van de commissies of werkgroepen.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 01-03-2005]

De gezamenlijke beschikking van de Minister van Defensie en van de Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat, nr. D 81/457/21146 en nr. 23754, dd. 19 mei 1982 (Stcrt. 1982, 128), zoals gewijzigd bij gezamenlijke beschikking van de Ministers van Defensie en van Verkeer en Waterstaat, nr. HDTP/TP 10049, dd. 19 juni 1988 en 20 juni 1988 (Stcrt. 1988, 122), wordt ingetrokken.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 01-03-2005]

Deze beschikking treedt in werking met ingang van 1 februari 1991 en wordt geplaatst in de Staatscourant.

's-Gravenhage, 28 december 1990

De

minister

van Verkeer en Waterstaat,

J. R. H. Maij-Weggen