Wet van 24 december 1992, houdende invoering van en aanpassing van wetgeving aan de
Wet op de verbruiksbelastingen van alcoholvrije dranken en van enkele andere produkten
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat in verband met het vervallen van de accijnsheffing
van alcoholvrije dranken, van suiker en suikerhoudende produkten en van pruimtabak
en snuiftabak en de inwerkingtreding van de Wet op de verbruiksbelastingen van alcoholvrije dranken en van enkele andere produkten het wenselijk is de wetten waarin naar de accijns wordt verwezen aan te passen, alsmede
overgangsmaatregelen te treffen;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal,
hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: