Wet van 9 maart 1995, tot wijziging van de Wet op de omzetbelasting 1968 in verband
met de wijziging van en de invoering van vereenvoudigingsmaatregelen in de Zesde Richtlijn
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat de Wet op de omzetbelasting 1968 dient te worden aangepast aan richtlijn nr. 92/111/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 14 december 1992 tot wijziging van
Richtlijn 77/388/EEG en tot invoering van vereenvoudigingsmaatregelen op het gebied van de belasting over
de toegevoegde waarde (PbEG L 384);
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal,
hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: