Wet van 25 juni 1997 tot wijziging van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk
onderzoek in verband met de positiebepaling van de Open Universiteit binnen het hoger
onderwijs en wijziging van de bestuursorganisatie
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het noodzakelijk is te komen tot een herbezinning
op de taak en positie van de Open Universiteit en dat het in verband daarmee wenselijk
is haar taak op het gebied van de vernieuwing van het hoger onderwijs te versterken;
dat het voorts wenselijk is de bestuurskracht van de Open Universiteit te versterken
door onder meer het instellen van een eenhoofdig bestuursorgaan en een raad van toezicht;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal
hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: