Vergoedingenbesluit centrale commissie medisch-wetenschappelijk onderzoek

[Regeling vervallen per 01-05-2004.]
Geraadpleegd op 17-12-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-01-2001.
Geldend van 02-06-1999 t/m 31-03-2002

Besluit van 7 mei 1999, houdende regels met betrekking tot de vergoedingen van de leden van de commissie bedoeld in artikel 14 van de Wet medisch-wetenschappelijk onderzoek met mensen (Vergoedingenbesluit centrale commissie medisch-wetenschappelijk onderzoek)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 17 maart 1999, DWJZ-U-99273;

Gelet op artikel 14, achtste lid, van de Wet medisch-wetenschappelijk onderzoek met mensen;

De Raad van State gehoord (advies van 1 april 1999, no. W13.99.0137/III);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 27 april 1999, DWJZ-U-99479;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel 1

[Regeling vervallen per 01-05-2004]

In dit besluit wordt verstaan onder centrale commissie: de centrale commissie, bedoeld in artikel 14 van de Wet medisch-wetenschappelijk onderzoek met mensen.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 01-05-2004]

De vergoeding van de voorzitter van de centrale commissie wordt vastgesteld volgens het maximum salarisnummer, behorend bij schaal 18 van bijlage B van het Bezoldigingsbesluit Burgerlijke Rijksambtenaren 1984, rekening houdend met een arbeidsduur van gemiddeld 10 uren per week.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 01-05-2004]

De vergoeding van de leden van de centrale commissie wordt vastgesteld volgens het maximum salarisnummer, behorend bij schaal 18 van bijlage B van het Bezoldigingsbesluit Burgerlijke Rijksambtenaren 1984, rekening houdend met een arbeidsduur van gemiddeld 4 uren per week.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 01-05-2004]

De plaatsvervangende leden van de centrale commissie ontvangen een vergoeding per vergadering die gelijk is aan de vergoeding per vergadering die andere leden dan de voorzitter van een adviescollege ten hoogste ontvangen volgens artikel 3 van het Vergoedingenbesluit adviescolleges.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 01-05-2004]

De voorzitter, de leden en de plaatsvervangende leden van de centrale commissie hebben recht op vergoeding van reis- en verblijfkosten overeenkomstig het Reisbesluit binnenland en het Reisbesluit buitenland.

Artikel 6

[Regeling vervallen per 01-05-2004]

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 april 1999.

Artikel 7

[Regeling vervallen per 01-05-2004]

Dit besluit wordt aangehaald als: Vergoedingenbesluit centrale commissie medisch-wetenschappelijk onderzoek.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

's-Gravenhage, 7 mei 1999

Beatrix

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

E. Borst-Eilers

Uitgegeven de eerste juni 1999

De Minister van Justitie,

A. H. Korthals