Wet van 6 december 2001 tot wijziging van de Wet op de rechterlijke organisatie, de
Wet rechtspositie rechterlijke ambtenaren en enkele andere wetten in verband met de
modernisering van de organisatie en de instelling van een bestuur bij de gerechten
(Wet organisatie en bestuur gerechten)
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de Wet op de rechterlijke organisatie, de Wet rechtspositie rechterlijke ambtenaren en enkele andere wetten te wijzigen in verband met de modernisering van de organisatie
en de instelling van een bestuur bij de gerechten;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal,
hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: