Stichtingskostengrenzen zijn, ook binnen VROM, onderwerp van discussie. Onderdeel
van die discussie is voor mij ook nadrukkelijk de vraag of die grenzen substantieel
dienen te worden aangepast dan wel te worden afgeschaft. De uitkomst van deze discussie
staat op dit moment nog open. De effecten dienen, door de verwevenheid van grenzen
in de diverse VROM regelingen, goed onderzocht te worden. Dit proces loopt op dit
moment. Omdat deze discussie zorgvuldig gevoerd wordt, en de verwerking daarvan in
de onderhavige AMvB's de nodige tijd kost, heb ik in afwachting hiervan besloten de
huidige kostengrenzen ook voor 2002 te indexeren met de bouwkostenstijging.
In het BWS 1995 is de categorie woningen in de sociale bouwsector opgenomen. Voor deze categorie
geldt thans dat de geraamde kosten voor het in eigendom verkrijgen daarvan niet hoger
zijn dan f 192.000.
In het BLS is eveneens de categorie woningen in de sociale bouwsector opgenomen. Voor deze categorie
geldt thans dat de geraamde kosten voor het in eigendom verkrijgen niet hoger zijn
dan f 192.000.
In het BBSH is sprake van het bouwen van woningen met een gemiddeld stichtingskostenniveau van
maximaal f 300.000.
Gelet op de prijsontwikkeling van het bouwen van woningen is het wenselijk om met
ingang van 1 januari 2002 de verschillende bedragen te verhogen. De nieuwe, verhoogde
bedragen zijn tevens omgezet in euro's. De omzetting laat het volgende zien:
het bedrag in het BWS 1995 en in het BLS van f 192.000 wordt: € 91.800 en het bedrag in het BBSH van f 300.000 wordt: € 143.500.
Bij ministeriële regeling zijn de bedragen in de genoemde besluiten aangepast. Een
afschrift van deze regeling is bij deze circulaire gevoegd.
Ik maak van de gelegenheid gebruik om u mee te delen dat op grond van Europese regelgeving
voor de in de Wet bevordering eigenwoningbezit (Wet BEW) genoemde bedragen voor de maximale koopsom (art. 15, eerste lid, onder a), de maximale hypothecaire lening (art. 15,eerste lid, onder b) alsmede het vrijgestelde deel van het rekenvermogen (art. 63a, onder e, onder 1e) de bedragen in euro's als volgt dienen te worden gelezen:
Maximale koopsom: f 259.800 wordt € 117.892,10,
Maximale hypothecaire lening: f 207.800 wordt € 94.295,53, en
Maximale vrijstelling rekenvermogen: f 52.000 wordt € 23.596,57.
Deze circulaire en bijbehorende ministeriële regeling worden in de Staatscourant gepubliceerd.