Regeling bestrijding schadelijke organismen

Geraadpleegd op 26-12-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-01-2015 en zichtdatum 25-12-2024.
Geldend van 01-01-2015 t/m 13-07-2015

Regeling bestrijding schadelijke organismen

De Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij,

Gelet op artikel 17 van het Besluit bestrijding schadelijke organismen;

Besluit:

Paragraaf 1. Definitiebepalingen

Artikel 1

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a. minister: minister van Economische Zaken;

  • b. besluit: Besluit bestrijding schadelijke organismen;

  • c. richtlijn 2007/33/EG: richtlijn 2007/33/EG van de Raad van de Europese Unie van 11 juni 2007 betreffende de bestrijding van het aardappelcysteaaltje en houdende intrekking van Richtlijn 69/465/EG (PbEU L 156);

  • d. aardappelen: planten van de soort Solanum tuberosum L.;

  • e. zetmeelaardappelen: aardappelen bestemd om te worden verwerkt tot zetmeel met GN-code 11081300;

  • f. pootaardappelen: aardappelen die kennelijk bestemd zijn of gebruikt worden voor wederuitplant;

  • g. goedgekeurde pootaardappelen: pootaardappelen die zijn goedgekeurd overeenkomstig artikel 63, eerste lid, van de Regeling verhandeling teeltmateriaal;

  • h. wratziekte: de aantasting van aardappelen door de schimmel Synchytrium endobioticum (Schilb.) Percival;

  • i. aardappelopslag: aardappelplanten gegroeid uit op een terrein of perceel achtergebleven aardappelknollen of zaad;

  • j. productielocatie: een gedeelte van een bedrijf waar pootgoedhandelingen plaats hebben;

  • k. pootgoedhandelingen: het telen, opslaan, bewaren, sorteren en het transport van pootaardappelen;

  • l. snijden: het verdelen van een knol van een pootaardappel in meerdere delen;

  • m. uien: Allium cepa en Allium ascalonicum;

  • n. plantuien: uien, kennelijk bestemd voor wederuitplant;

  • o. boomkwekerijgewassen en vaste planten: winterharde en half-winterharde houtgewassen, vaste planten en vaste planten en wortelstokken, uitgezonderd de gewassen die gerekend worden tot de bloembollensector, en als zodanig worden genoemd in bijlage II van de Landbouwkwaliteitsregeling 2007;

  • p. knolcyperus: planten behorende tot de soort Cyperus esculentus L.;

  • q. valse meeldauw: de schimmelziekte veroorzaakt door Peronospora destructor;

  • r. koprot: de schimmelziekte veroorzaakt door Botrytis alii;

  • s. onderzoeksverklaring AM: de verklaring als bedoeld in artikel 12b, eerste lid, van het Besluit bestrijding schadelijke organismen;

  • t. pootaardappelen voor eigen gebruik: pootaardappelen, afkomstig van en bestemd voor de teelt binnen de eigen onderneming;

  • u. eigen onderneming:

    • 1°. het geheel van terreinen of percelen voor de teelt van zetmeelaardappelen dat de ondernemer in het in bijlage 10 aangewezen gebied beheert en voor eigen rekening en risico exploiteert,

    • 2°. het geheel van terreinen of percelen voor de teelt van consumptieaardappelen dat de ondernemer op Nederlands grondgebied beheert en voor eigen rekening en risico exploiteert;

  • v. werktuigen: machines, installaties, transportmiddelen, gereedschappen materialen of apparatuur die met grond in aanraking komen.

Paragraaf 2. Algemene bepalingen

Artikel 2

De minister kan in de gevallen, bedoeld in artikel 17, eerste lid, van het besluit:

  • a. teeltverboden of bewaarverboden opleggen voor een bepaald terrein of perceel of een bepaalde ruimte, voor bepaalde of onbepaalde tijd;

  • b. aanwijzingen geven voor het telen of bewaren op een bepaald terrein of perceel of in een bepaalde ruimte, voor bepaalde of onbepaalde tijd.

Paragraaf 3. Bepalingen inzake aardappelmoeheid

Artikel 2c

Als gevallen als bedoeld in artikel 12b, tweede lid, van het besluit, worden aangewezen:

  • a. de situatie waarin een teler op een terrein planten, genoemd in bijlage 2, onderdeel 1, teelt, voor zover:

    • 1°. de geoogste pootaardappelen en de daaruit in volgende seizoenen vermeerderde pootaardappelen niet in de handel worden gebracht en uiteindelijk worden gepoot voor de teelt van consumptie- of zetmeelaardappelen, en

    • 2°. de geoogste pootaardappelen en de daaruit in volgende seizoenen vermeerderde pootaardappelen binnen het in bijlage 3 beschreven gebied worden gepoot binnen het bedrijf van de teler;

  • b. de situatie waarin een teler op een terrein planten, genoemd in bijlage 2, onderdelen 2, 3 en 4, teelt, voor zover:

    • 1°. de geoogste planten en de daaruit in volgende seizoenen vermeerderde planten niet in de handel worden gebracht en uiteindelijk worden geplant voor de teelt van sierteeltproducten of consumptieve producten, en

    • 2°. de geoogste planten en de daaruit in volgende seizoenen vermeerderde planten binnen het in bijlage 3 beschreven gebied worden geplant binnen het bedrijf van de teler;

  • c. de situatie waarin een teler op een terrein planten, genoemd in bijlage 2, onderdelen 3 en 4, teelt, voor zover de geoogste planten voordat ze in de handel worden gebracht, onverminderd het bepaalde in de Regeling invoer, uitvoer en verkeer van planten, dusdanig worden gespoeld of geborsteld dat de aanhangende grond is verwijderd;

  • d. de situatie waarin een teler op een perceel ten aanzien waarvan een beslissing op grond van artikel 2 is genomen, planten, genoemd in bijlage 2, onderdelen 3 en 4, teelt, voor zover:

    • 1°. de beslissing op grond van artikel 2 dit toestaat, en

    • 2°. de geoogste planten voordat ze in de handel worden gebracht, onverminderd het bepaalde in de Regeling invoer, uitvoer en verkeer van planten, dusdanig worden gespoeld of geborsteld dat de aanhangende grond is verwijderd;

  • e. de situatie waarin een teler op een terrein planten, genoemd in bijlage 2, onderdeel 4, teelt, voor zover de geoogste planten, onverminderd het bepaalde in de Regeling invoer, uitvoer en verkeer van planten, bestemd zijn voor de verkoop aan particuliere eindgebruikers die niet betrokken zijn bij de bedrijfsmatige planten- en snijbloementeelt en deze bestemming op de verpakking van de planten staat aangegeven.

Artikel 2d

  • 1 Ten behoeve van het geven van aanwijzingen op grond van artikel 2, onderdeel b, inzake het telen of bewaren stelt Onze Minister ieder jaar op basis van overeenkomstig bijlage IV, deel II, bij richtlijn 2007/33/EG uitgevoerd onderzoek een lijst aardappelrassen met het bijbehorende resistentieniveau als bedoeld in bijlage IV, deel I, bij richtlijn 2007/33/EG, vast.

  • 2 De lijst aardappelrassen met bijbehorend resistentieniveau wordt gepubliceerd in de Staatscourant.

  • 3 Verzoeken tot opname in de lijst worden ingediend bij de Plantenziektenkundige Dienst.

Artikel 3

Aardappelen worden niet geteeld in de volle grond op een terrein of perceel, gelegen in een in bijlage 4 aangewezen gebied.

Artikel 4

  • 1 Aardappelen worden niet geteeld op een terrein of perceel, waarop in de twee voorafgaande kalenderjaren aardappelen zijn geteeld.

  • 2 Het eerste lid is niet van toepassing op de teelt van aardappelen op een terrein of perceel dat is gelegen in een in bijlage 5 aangewezen gebied, mits voldaan wordt aan de in die bijlage gestelde regels.

  • 3 In afwijking van het tweede lid, worden in een in bijlage 5 genoemde gebied geen goedgekeurde pootaardappelen geteeld, indien op dat terrein of perceel in dat gebied in de twee voorafgaande kalenderjaren aardappelen zijn geteeld.

Artikel 4a

  • 1 Aardappelen worden uitsluitend geteeld met gebruikmaking van goedgekeurde pootaardappelen.

  • 2 Het eerste lid is niet van toepassing indien het pootaardappelen voor eigen gebruik betreft die:

    • a. worden gebruikt ten behoeve van de teelt van zetmeelaardappelen;

    • b. behoren tot in bijlage 9 genoemde aardappelrassen en

    • c. afkomstig zijn van en geteeld worden op een terrein of perceel dat is gelegen in een in bijlage 10 aangewezen gebied.

  • 3 Het eerste lid is niet van toepassing indien binnen dezelfde onderneming in het voorgaande jaar geen goedgekeurde pootaardappelen zijn geteeld en het pootaardappelen voor eigen gebruik betreft die:

    • a. worden gebruikt ten behoeve van de teelt van consumptieaardappelen,

    • b. voldoen aan de eisen voor klasse C als bedoeld in artikel 61 van de Regeling verhandeling teeltmateriaal met uitzondering van de eis van een onderzoeksverklaring AM voor het terrein of perceel waarop ze zijn geteeld en met uitzondering van het verbod tot vermeerderen met gebruikmaking van klasse C pootgoed en

    • c. afkomstig zijn van een terrein of perceel, gelegen binnen een straal van 25 kilometer vanaf het vestigingsadres van de teler en die geteeld worden op een terrein of perceel, gelegen binnen een straal van 50 kilometer vanaf het vestigingsadres van de teler.

  • 4 Het certificaat of de schriftelijke verklaring voor de pootaardappelen wordt bewaard tot de maand mei, volgend op het jaar waarin de pootaardappelen voor de teelt van aardappelen zijn gebruikt.

Artikel 4b

  • 1 Het is degene die een terrein of perceel in gebruik heeft verboden hierop boomkwekerijgewassen en vaste planten te telen, tenzij het gebruikte teeltmateriaal afkomstig is van en geteeld wordt op een terrein of perceel waarvoor een onderzoeksverklaring AM is afgegeven of op een terrein of perceel waarop de laatste twaalf jaar geen aardappelen of andere, in bijlage I onder punt 1 van richtlijn 2007/33/EG vermelde waardplanten zijn geteeld.

  • 2 Het is verboden boomkwekerijgewassen en vaste planten in het verkeer te brengen tenzij het gebruikte teeltmateriaal afkomstig is van en geteeld wordt op een terrein of perceel waarvoor een onderzoeksverklaring AM is afgegeven of op een terrein of perceel waarop de laatste twaalf jaar geen aardappelen of andere, in bijlage I onder punt 1 van richtlijn 2007/33/EG vermelde waardplanten zijn geteeld.

  • 3 De verklaring wordt bewaard gedurende 12 maanden nadat de planten op het terrein of perceel zijn geoogst.

Artikel 4c

Artikel 4b, eerste lid, is niet van toepassing op een terrein of perceel gelegen in en teeltmateriaal afkomstig uit een in bijlage 4 aangewezen gebied.

Paragraaf 4. Bepalingen inzake wratziekte

Artikel 5

  • 1 Op een terrein of perceel, in een in bijlage 6 onder A aangewezen gebieden, worden geen zetmeelaardappelen geteeld, tenzij zij behoren tot een ras zoals genoemd in bijlage 6 onder B.

  • 2 Op een terrein of perceel, in een in bijlage 7 onder A aangewezen gebied, worden geen aardappelplanten geteeld, tenzij zij behoren tot een ras, als genoemd in bijlage 7 onder C1. Voor de teelt van pootaardappelen is het telen van de in bijlage 7 onder C2 vermelde rassen toegestaan.

  • 3 Op een terrein of perceel, in een in bijlage 7 onder B aangewezen gebied, worden geen zetmeelaardappelen geteeld, tenzij zij behoren tot een ras genoemd in bijlage 7 onder C1.

  • 4 Op een terrein of perceel, in een in bijlage 8 onder A aangewezen gebied, worden geen aardappelplanten geteeld, tenzij zij behoren tot een ras, zoals genoemd in bijlage 8 onder B.

Paragraaf 5. Bepalingen inzake Phytophthora infestans

Artikel 6

Na 15 april van een jaar worden niet-uitgeplante aardappelen of afval van aardappelen, tenzij bestemd om te worden uitgeplant, zodanig afgedekt dat stengels met blad niet boven deze afdekking kunnen voorkomen.

Artikel 7

Van niet-uitgeplante aardappelen of afval van aardappelen wordt niet ontdaan, tenzij zodanige maatregelen zijn getroffen dat zich aan deze niet-uitgeplante aardappelen of afval van aardappelen geen stengels met blad kunnen ontwikkelen.

Artikel 8

  • 1 Het is degene die een terrein of perceel in gebruik heeft, verboden een aantasting van Phytophthora te hebben, die als volgt omschreven is:

    • a. een groep min of meer aaneengesloten, zichtbaar door Phytophthora infestans aangetaste aardappelplanten waarvan, binnen een oppervlakte van 20m2, minimaal 1.000 (enkelvoudige) blaadjes zijn aangetast door vitale Phytophthora infestans, of

    • b. verspreid aangetaste aardappelplanten waarvan, binnen een oppervlakte van 100m2, minimaal 2.000 (enkelvoudige) blaadjes zijn aangetast door vitale Phytophthora infestans.

  • 2 Ingeval van stengelphytophthora telt elke stengel met vitale Phytophthora infestans voor 5 blaadjes.

  • 3 Degene die een terrein of perceel in gebruik heeft neemt maatregelen ter bestrijding van de in het eerste lid bedoelde aantasting.

Artikel 9

  • 1 Het is na 1 juli van een kalenderjaar aan degene die een terrein of perceel in gebruik heeft verboden om aardappelopslag te hebben, indien:

    • a. op dat perceel of terrein of een deel daarvan zich gemiddeld meer dan 2 aardappelplanten per m2 bevinden, en

    • b. de opslag voorkomt op minimaal 0,3 hectare.

  • 2 Degene die een terrein of perceel in gebruik heeft neemt maatregelen ter bestrijding van de in het eerste lid bedoelde opslag.

Paragraaf 6. Bepalingen inzake het snijden van en gebruik van gesneden pootaardappelen

Artikel 10

  • 1 Op een productielocatie van goedgekeurde pootaardappelen worden geen aardappelen gesneden.

  • 2 Werktuigen en voorzieningen gebruikt op of gevestigd op de productielocatie van goedgekeurde pootaardappelen worden niet ter beschikking gesteld voor het snijden van pootaardappelen of voor pootgoedhandelingen met betrekking tot gesneden pootaardappelen.

  • 3 Werktuigen en voorzieningen die zijn gebruikt voor het snijden van pootaardappelen of voor pootgoedhandelingen met betrekking tot gesneden pootaardappelen, worden niet gebruikt op de productielocatie of als productielocatie van goedgekeurde pootaardappelen

Artikel 11

  • 1 Aardappelen worden niet geteeld met gebruikmaking van pootaardappelen die gesneden zijn.

  • 2 Het eerste lid is niet van toepassing indien pootaardappelen zijn bestemd voor de teelt van consumptieaardappelen of pootaardappelen zijn bestemd voor de teelt van zetmeelaardappelen.

  • 3 Het tweede lid is niet van toepassing indien op een bedrijf goedgekeurde pootaardappelen worden geteeld.

Paragraaf 7. Bepalingen inzake vergelingsziekte bij bieten

Artikel 12

  • 1 In de provincies Flevoland, Zeeland en Noord-Brabant worden geen suikerbieten of voederbieten voor zaadwinning geteeld.

  • 2 In de provincie Groningen worden geen suikerbieten of voederbieten voor zaadwinning geteeld in kassen.

Artikel 13

Een eigenaar of houder van planten van suikerbieten of voederbieten geteeld voor zaadwinning in de provincie Noord-Holland of Friesland waarop zich bladluizen bevinden, bestrijdt deze op zodanige wijze dat dit geen gevaar oplevert voor de gezondheid van de suikerbieten en voederbieten in de omgeving.

Artikel 14

  • 1 Suikerbieten, voederbieten en afval van suikerbieten of voederbieten, voor zover daaraan bladvorming voorkomt, zijn niet voorhanden of in voorraad:

    • a. na 15 april van elk jaar in de provincie Groningen en de provincie Friesland;

    • b. na 1 april van elk jaar in:

      • 1°. het gedeelte van de provincie Noord-Holland, gevormd door de gemeenten Haarlemmermeer en Wieringermeer;

      • 2°. het gedeelte van de provincie Zuid-Holland, gevormd door de eilanden Rozenburg, Voorne, Putten, Ijsselmonde, Hoekschewaard, Eiland van Dordrecht, Tiengemeten en Goeree-Overflakkee;

      • 3°. de provincies Flevoland, Zeeland, Noord-Brabant en Limburg.

  • 2 Het eerste lid is niet van toepassing op suikerbieten en voederbieten, welke kennelijk bestemd zijn voor zaadwinning.

Paragraaf 7a. Bepalingen inzake valse meeldauw

Artikel 14a

Het is verboden na 15 april van enig jaar niet-uitgeplante uien of afval van uien aanwezig te hebben, tenzij op deze uien een afdekking is aangebracht of zodanige maatregelen zijn getroffen zonder welke niet-uitgeplante uien of afval van uien een bron kunnen zijn voor het verspreiden van valse meeldauw en koprot.

Artikel 14b

Het is verboden zich te ontdoen van niet-uitgeplante uien of afval van uien, tenzij zodanige maatregelen zijn getroffen zonder welke zich aan deze niet-uitgeplante uien of afval van uien groene delen kunnen ontwikkelen en zonder welke deze niet-uitgeplante uien of afval van uien een bron kunnen zijn voor het verspreiden van koprot.

Artikel 14c

Het is degene die een terrein of perceel in gebruik heeft verboden een aantasting van valse meeldauw te hebben, die als volgt omschreven is:

  • a. een groep min of meer aaneengesloten, zichtbaar door valse meeldauw aangetaste uienplanten waarvan, binnen een oppervlakte van 20 m2, minimaal 1.000 blaadjes zijn aangetast door vitale valse meeldauw of

  • b. verspreid aangetaste uienplanten waarvan, binnen een oppervlakte van 100 m2, minimaal 2.000 blaadjes zijn aangetast door vitale valse meeldauw.

Artikel 14d

  • 1 Het is degene die een terrein of perceel in gebruik heeft verboden uien vanuit plantuien te telen indien hij niet beschikt over een beoordelingsrapport over het te gebruiken dan wel gebruikte uitgangsmateriaal, afgegeven door een keuringsinstelling die op basis van artikel 19 van de Zaaizaad- en Plantgoedwet is aangewezen, waaruit blijkt dat bij visuele keuring van het uitgangsmateriaal te velde, vlak voor de oogst, geen valse meeldauw is geconstateerd of waaruit bij nacontrole van het uitgangsmateriaal blijkt dat het uitgangsmateriaal vrij is van valse meeldauw.

  • 2 Het beoordelingsrapport wordt bewaard gedurende twee jaar na afgifte.

Paragraaf 7b. Bepalingen inzake knolcyperus

Artikel 14e

  • 1 Het is degene die een terrein of perceel in gebruik heeft verboden akker- en tuinbouwgewassen te telen op het terrein of perceel of gedeelte daarvan waar de aanwezigheid van knolcyperus door de minister is vastgesteld.

  • 2 De minister maakt het teeltverbod, bedoeld in het eerste lid, met ingangsdatum, terrein of perceel of gedeelte van het terrein of perceel, en termijn bekend.

  • 3 In aanvulling op het teeltverbod kunnen maatregelen worden opgelegd met betrekking tot teelt, oogst, transport, opslag, schonen en bewaring van het geoogste product, het vernietigen en het ongeschikt maken voor gebruik als voortkwekingsmateriaal, alsmede opslag, bewaring, transport en vernietiging van afvalstromen, zoals grond- en gewasresten.

  • 4 In een spoedeisende situatie kan de bekendmaking van het teeltverbod en de maatregelen aan de ondernemer mondeling geschieden. Een mondelinge bekendmaking wordt binnen een redelijke termijn bevestigd door een schriftelijke bekendmaking.

  • 5 In afwijking van het eerste lid is het teeltverbod niet van toepassing gedurende de teelt van planten die is aangevangen voor vaststelling van de aanwezigheid van knolcyperus totdat deze teelt is beëindigd.

Artikel 14f

  • 1 Degene aan wie een teeltverbod is opgelegd is verplicht de knolcyperus te verwijderen en te vernietigen voordat aan de knolcyperus vier of meer bladeren zichtbaar zijn of zich ondergrondse knollen hebben ontwikkeld.

  • 2 Degene aan wie een teeltverbod is opgelegd en degene die werktuigen heeft gebruikt op het terrein of perceel of gedeelte daarvan waar het teeltverbod betrekking op heeft, is verplicht direct na dit gebruik de werktuigen zodanig vrij te maken van aanhangende grond en van planten, dat geen verspreiding van knolcyperus kan plaatsvinden.

Artikel 14g

Degene aan wie een teeltverbod is opgelegd, is verplicht bij wijzigingen met betrekking tot de eigendom of het gebruik van het terrein of perceel of gedeelte daarvan waar het verbod betrekking op heeft:

  • a. het teeltverbod en de maatregelen onverwijld aan de nieuwe eigenaar of gebruiker te melden en

  • b. de wijziging onverwijld aan de minister te melden.

Artikel 14h

Het teeltverbod wordt door de minister opgeheven nadat is vastgesteld dat gedurende drie opeenvolgende jaren het terrein of perceel of gedeelte daarvan waar het verbod betrekking op heeft, vrij is bevonden van knolcyperus dan wel is omgezet of afgegraven en fytosanitair verantwoord is afgevoerd.

Paragraaf 8. Overige bepalingen

Artikel 15a

  • 1 Besluiten, genomen door het bestuur, de voorzitter of de secretaris van het Productschap Akkerbouw en het Productschap Tuinbouw op grond van bevoegdheden in verordeningen die na inwerkingtreding van deze regeling aan de minister zijn toegekend, worden met ingang van het tijdstip van inwerkingtreding van deze regeling aangemerkt als besluiten van de minister.

  • 2 De op het tijdstip van inwerkingtreding van deze regeling aanhangige aanvragen en verzoeken tot het nemen van besluiten als bedoeld in het eerste lid zijn met ingang van dat tijdstip van rechtswege aanhangig bij de minister.

  • 3 Voor zover aan een besluit, genomen op grond van bevoegdheden die na inwerkingtreding van deze regeling aan de minister zijn toegekend, voorschriften zijn verbonden en in deze voorschriften het bevoegd gezag wordt vermeld, wordt de minister vanaf het tijdstip van inwerkingtreding van deze regeling aangemerkt als het bevoegd gezag.

Artikel 16

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Artikel 17

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling bestrijding schadelijke organismen.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden gepubliceerd.

's-Gravenhage, 9 augustus 2002

De

Minister

van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij,

C.P. Veerman

Bijlage 1. (artikel 2a)

1. Perceel dat vrij kan worden geacht van de aanwezigheid van het aardappelcysteaaltje

  • a. Indien een grondoppervlak is onderzocht overeenkomstig bijlage II bij richtlijn 2007/33/EG, en geen aardappelcysteaaltjes zijn aangetroffen, wordt de locatie en de grootte van een perceel als volgt vastgesteld:

    Het perceel is het onderzochte grondoppervlak waar geen aardappelcysteaaltjes zijn gevonden, in voorkomend geval verminderd met het grondoppervlak dat op basis van het bepaalde onder 2 behoort tot een besmet perceel.

  • b. Indien ten aanzien van een grondoppervlak onderzoek heeft plaatsgevonden overeenkomstig bijlage III, deel I, bij richtlijn 2007/33/EG, en het grondoppervlak voldoet aan de voorwaarden, genoemd in bijlage III, deel I, eerste gedachtestreepje of tweede gedachtestreepje, bij richtlijn 2007/33/EG, wordt de locatie en de grootte van een perceel als volgt vastgesteld:

    Het perceel is het grondoppervlak dat voldoet aan de voorwaarden, genoemd in bijlage III, deel I, eerste gedachtestreepje of tweede gedachtestreepje, bij richtlijn 2007/33/EG, in voorkomend geval verminderd met het grondoppervlak dat op basis van het bepaalde onder 2 behoort tot een besmet perceel.

2. Perceel dat besmet moet worden geacht met het aardappelcysteaaltje

Indien een grondoppervlak is onderzocht overeenkomstig bijlage II bij richtlijn 2007/33/EG, en het aardappelcysteaaltje is daarbij aangetroffen, wordt de locatie en de grootte van een perceel als volgt vastgesteld:

Het perceel is het onderzochte grondoppervlak waarin de besmetting is gevonden, in de bewerkingsrichting aangevuld over een lengte van honderdelf meter en haaks op de bewerkingsrichting aangevuld over een breedte van zestien meter, of zoveel minder voor zover wordt gestuit op een bestendige fysieke begrenzing van het grondoppervlak of bestendige gebruikersgrens.

Indien de afstand tussen twee op deze wijze bepaalde besmette grondoppervlakken minder dan zevenentwintig meter bedraagt, wordt ook het tussenliggende grondoppervlak gerekend tot het perceel, tenzij de twee grondoppervlakken worden gescheiden door een bestendige fysieke begrenzing van het grondoppervlak of bestendige gebruikersgrens.

Indien op grond van het bovenstaande de locatie en de grootte van een besmet perceel is bepaald en een onderzocht grondoppervlak resteert dat zeer beperkt in omvang is, kan dit oppervlak vanwege uitvoeringstechnische redenen tot het besmette perceel worden gerekend.

Bijlage 2. (artikel 2b)

Onderdeel 1:

Solanum tuberosum,

voor zover ze zijn bestemd voor de teelt van pootaardappelen.

Onderdeel 2:

Capsicum spp.,

Lycopersicon lycopersicum (L.) Karsten ex Farw.,

Solanum melongena L,

voor zover ze zijn bestemd voor opplant.

Onderdeel 3:

Allium porrum L.,

Beta vulgaris L.,

Brassica spp.,

Fragaria L.,

Asparagus officinalis L.

voor zover ze zijn bestemd voor opplant.

Onderdeel 4:

Allium ascalonicum L.,

Allium cepa L.,

Dahlia spp.,

Gladiolus Tourn.Ex L.,

Hyacinthus spp.,

Iris spp.,

Lilium spp.,

Narcissus L.,

Tulipa L.,

voor zover ze zijn bestemd voor opplant.

Bijlage 4. (artikel 3)

Als gebieden, bedoeld in artikel 3 worden aangewezen:

  • 1. het gebied gelegen in de gemeenten Waddinxveen, Boskoop, Rijnwoude en Reeuwijk, dat als volgt is begrensd: vanaf hefbrug Waddinxveen en achtereenvolgens Nesse, Noordkade, gemeentegrens Waddinxveen-Boskoop tot de Hogeveenseweg, de Hogeveenseweg, Roemer, de dijk aan de zuidwestzijde aan de Ambachtspolder tot aan de Voorweg, de Voorweg in westelijke richting tot aan het gemaal, vandaar langs de sloot in noordelijke richting tot molen Rietveldsevaart, de Rietveldsevaart in westelijke richting tot de Oostvaart, de Oostvaart in noordelijke richting tot de Spookverlaat, Spookverlaat tot de Compierekade, Compierekade in zuidelijke richting tot de Spijkerboorsche wetering, Spijkerboorsche wetering tot de Nesse, Nesse in oostelijke richting, Toegangseweg, de gemeentegrens Alphen a/d Rijn-Boskoop in oostelijke richting tot de Dammekade, Dammekade gemeentegrens Boskoop-Bodegraven tot de Ringdijk, daarna de Ringdijk volgend eerst in oostelijke-daarna in zuidelijke- en tot slot in zuidwestelijke richting tot de Schinkeldijk, Schinkeldijk in noordwestelijke richting, Tempeldijk, Middelweg, Middelburgseweg in zuidelijke richting, Zwarteweg, Bloemendaalseweg tot de A12, A12 in zuidwestelijke richting tot de Henegouwerweg, Henegouwerweg in noordelijke richting tot de hefbrug in Waddinxveen;

  • 2. het gebied dat de volgende gemeenten en delen van gemeenten omvat:

    • het deel van Wassenaar, voor zover gelegen ten noorden van de lijn Wassenaarse slag, Katwijkseweg, de Van Zuylen van Nijeveltstraat, de Deijlerweg, de Rozenweg en ten westen van de autosnelweg A4;

    • Katwijk;

    • het deel van Oegstgeest, voor zover gelegen ten westen van de autosnelweg A44 en het gedeelte ten noorden van het Oegstgeesterkanaal;

    • het deel van Teylingen ten westen van de Warmonderleede en de Kagerplassen;

    • Noordwijk;

    • Noordwijkerhout;

    • Lisse;

    • Hillegom;

    • het deel van Heemstede, voor zover gelegen ten zuidwesten van de lijn Cruquiusweg, de Heemsteedse Dreef, de Camplaan, de van Merlenlaan, de Herenweg, de Rijnlaan, de Amstellaan en het verlengde Amstellaan (door de Amsterdamse Waterleiding);

    • het deel van Bloemendaal, voor zover gelegen ten zuiden van de verlengde Amstellaan (door de Amsterdamse Waterleiding);

  • 3. het gebied dat de volgende gemeenten en delen van gemeenten omvat:

    • het deel van Beverwijk, voor zover gelegen ten oosten van de Meeuweweg en ten noordwesten van de lijn Boothuisplein, Zeestraat, Warande, Wijk aan Duinerweg, Westerlaan, Plesmanweg en Alkmaarseweg;

    • het deel van Heemskerk, voor zover gelegen ten noordwesten van de lijn Jan van Kuikweg, Jan Ligthartstraat, Jonkheer Geverslaan, Mozartstraat en ten noordoosten van Prof. ten Doesschatestraat, Broersven tot aan de Dije;

    • het deel van Uitgeest, voor zover gelegen ten noorden van het Uitgeestermeer tussen de autosnelweg A9 en het Alkmaardermeer;

    • het deel van Castricum, voor zover gelegen ten westen van het Alkmaardermeer en het Noordhollandsche Kanaal, en ten zuiden van de Kanaalweg;

    • het deel van Heiloo, voor zover gelegen ten zuiden van de lijn Kanaalweg, Kennemerstraatweg, Zevenhuizenlaan, Westerweg, Vennewatersweg, het Malevoort tot aan fietspad, fietspad tot aan Zeeweg, Zeeweg;

    • het deel van Bergen (NH), voor zover gelegen ten zuiden en ten westen van de lijn Hoevervaart, Weg van de Oude Vaart, Hoeverweg en Wimmenummervaart, Roossloot, Herenweg en Zeeweg;

  • 4. het gebied, gelegen in de gemeenten Neder-Betuwe en Overbetuwe en omsloten door: Rijnbandijk, Randwijkse Rijndijk, Lingekanaal, Linge, Peijenkampseveldweg, A15, Verlengde Lage Campseweg en Markstraat;

  • 5. het gebied in de gemeente Zundert, omsloten door: de sloot gelegen haaks op de Rijksgrens bij grenspaal 221 (in het verlengde van de Luxemburgstraat in de Belgische gemeente Meer, nabij Hazeldonk), het kavelpad tussen deze sloot en de bocht in de Laarse Heistraat, een denkbeeldige lijn tussen de bocht in de Laarse Heistraat en de hoek van de Bakkebrugstraat – Breedschotsestraat, Bakkebrugstraat, Bredaseweg, Stuivezandseweg, Klein Zundertseweg, Heischoorstraat, Sprundelsebaan, Bijloop, Rucphenseweg, Hulsdonkstraat, Roosendaalse Baan, Achtmaalseweg, Moststraat, Grote Heistraat, Oude Heistraat, Kalmthoutse Baan, de Rijksgrens tot aan grenspaal 221.

Bijlage 5. (artikel 4)

Als gebieden, bedoeld in artikel 4 worden aangewezen:

  • 1. De gehele provincie Drenthe en de volgende gemeenten of delen van gemeenten:

    In de provincie Groningen: Bellingwedde, Groningen voor zover gelegen ten zuiden van het Eemskanaal, Grootegast, Haren, Hoogezand-Sappemeer, Leek, Marum, Menterwolde, Pekela, Reiderland voor zover gelegen ten westen van de Ulsderweg en C.G. Wiegersweg en ten zuiden van de Hoofdweg en Goldhoorn te Finsterwolde, Scheemda voor zover gelegen ten zuiden van de Goldhoorn te Oostwold en ten westen van de Noorderstraat, ten noorden van de Polderweg, ten westen van de Langeweg, ten zuiden van Hoofdweg-Oost, Hoofdstraat en Hoofdweg-West te Nieuwolda, ten zuiden van de Hoofdweg 't Waar, ten zuiden van de Rechte Walsterweg, Slochteren, Stadskanaal, Veendam, Vlagtwedde en Winschoten.

    In de provincie Friesland: Ooststellingwerf voor zover gelegen ten noorden van de Verwersweg (vanaf provinciegrens) tot de Zuid, ten oosten van de wegen Zuid en Hoofdweg tot Kloosterweg, ten zuiden van de wegen Kloosterweg, Terwisscha, Westeres en Bruggelaan tot de Compagnonsvaart, ten oosten van de wegen Zuideinde (door Fochteloo), Noordeinde, de Knolle tot kruising met de Weper, en ten zuiden van de wegen Weper en Weperpolder (tot provinciegrens).

    In de provincie Overijssel: Hardenberg, Twenterand, Hellendoorn, Ommen en Steenwijkerland voor zover gelegen ten noorden en ten oosten van de Punterweg (vanaf Kuinderweg), Hammerdijk, Kerkbuurt, Blokzijlerdijk en Kuinderdijk, en ten zuiden en ten oosten van de Kanaalweg;

  • 2. het gebied begrensd door de provincie Overijssel ten zuiden van de Overijsselse Vecht en het Zwarte Water, Gelderland, Utrecht, Noord-Holland ten zuiden van het Noordzeekanaal en het IJ, Zuid-Holland, Zeeland, Noord-Brabant en Limburg.

    De teelt van aardappelplanten op een perceel, waarop zich in het voorafgaande kalenderjaar géén en in het tweede voorafgaande kalenderjaar aardappelplanten bevonden en welk perceel is gelegen in het in de vorige alinea genoemde gebied is toegestaan, mits de aardappelplanten worden gerooid vóór 1 juli van het jaar waarin zij zijn geteeld en de ondernemer tijdig vóór deze datum het voornemen tot rooien schriftelijk kenbaar gemaakt heeft bij de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit;

  • 3. het gebied begrensd door de provincies Friesland, Groningen, Drenthe, Overijssel ten noorden van de Overijsselse Vecht en het Zwarte Water, Flevoland en Noord-Holland ten noorden van het Noordzeekanaal en het IJ, uitgezonderd het in onderdeel 1 genoemde gebied.

    De teelt van aardappelplanten op een perceel, waarop zich in het voorgaande kalenderjaar géén en in het tweede voorafgaande kalenderjaar aardappelplanten bevonden en welk perceel is gelegen in het in de vorige alinea genoemde gebied is toegestaan, mits de aardappelplanten worden gerooid vóór 10 juli van het jaar waarin zij zijn geteeld en de ondernemer tijdig vóór deze datum het voornemen tot rooien schriftelijk kenbaar gemaakt heeft bij de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit;

  • 4. In afwijking van het gestelde onder onderdeel 3, is de teelt van aardappelplanten toegestaan op een perceel, waarop zich in het voorgaande kalenderjaar aardappelplanten bevonden, mits:

    • a. het perceel is gelegen in het gebied ‘Opperdoes’, begrensd door Noorderkogger zeedijk vanaf de Overleker Sluis van Medemblik, Noorderweg, Dorpsweg Twisk, Twiskerdijksloot, de Braak, de Muiter, Zandwegsloot naar de Overleker Sluis;

    • b. de aardappelplanten zijn gerooid vóór 10 juli van het jaar waarin zij worden geteeld;

    • c. de ondernemer tijdig vóór de onder b bedoelde datum het voornemen tot rooien schriftelijk kenbaar gemaakt heeft bij de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit en

    • d. uit een door de ondernemer uitgevoerde bemonstering van het perceel, verricht op een wijze waarbij een haard van 100 aardappelcysteaaltjes per kilogram grond met een betrouwbaarheid van tenminste 90% kan worden vastgesteld, geen aanwezigheid van cysteaaltjes blijkt.

  • 5. In afwijking van het gestelde onder onderdeel 3 is de teelt van aardappelplanten toegestaan op een perceel waarop zich in het voorgaande kalenderjaar aardappelplanten bevonden, mits:

    • a. het perceel is gelegen in het gebied ‘Langedijk’, begrensd door Koog, Langebalkweg, Kanaal Omval-Kolhorn, Uitvalsweg, Dorpsstraat Broek op Langedijk en Zuid-Scharwoude tot Koog;

    • b. de aardappelplanten zijn gerooid vóór 10 juli van het jaar waarin zij worden geteeld;

    • c. de ondernemer tijdig vóór de onder b bedoelde datum het voornemen tot rooien schriftelijk kenbaar gemaakt heeft bij de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit en

    • d. uit een door de ondernemer uitgevoerde bemonstering van het perceel, verricht op een wijze waarbij een haard van 100 aardappelcysteaaltjes per kilogram grond met een betrouwbaarheid van tenminste 90% kan worden vastgesteld, geen aanwezigheid van cysteaaltjes blijkt.

  • 6. In afwijking van het gestelde onder onderdeel 3 is de teelt van aardappelplanten toegestaan op een perceel, waarop zich in het voorgaande kalenderjaar géén en in het daaraan voorafgaande kalenderjaar wel aardappelplanten bevonden, mits:

    • a. het perceel is gelegen in het gebied ‘Heerhugowaard/Geestmerambacht’, begrensd door Kanaal Omval-Kolhorn, Westerlangereis, Langereis, Veenhuizerkade, Plempdijk, Ringvaart Heerhugowaard, Hoornse Vaart, Ringsloot polder, De Vronermeer, spoorlijn Alkmaar-Hoorn tot palen bovenleiding 39/23 en 39/24, Nollenweg, Provinciale weg S3 (Alkmaar-Schagen), Daalmeerpad, Vronermeerweg, Wijde Vaart (gedeeltelijk gedempt), Spanjaardsdam, Nauertogt, Westelijke Randweg, Maijersloot, Voorburggracht, Westelijke Randweg naar Broek op Langedijk, Stationsweg, Dorpsstraat, Uitvalsweg, Kanaal Omval-Kolhorn, Langebalkweg, Oostelijke randweg Noord-Scharwoude, Waarddijk West, Provinciale weg S4, Kanaal Omval-Kolhoorn;

    • b. de aardappelplanten zijn gerooid vóór 20 juli van het jaar waarin zij worden geteeld en

    • c. de ondernemer tijdig vóór de onder b bedoelde datum het voornemen tot rooien schriftelijk kenbaar gemaakt heeft bij de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit.

Bijlage 6. (artikel 5)

  • A. Als gebieden, als bedoeld in artikel 5, eerste lid, worden aangewezen:

    • 1. Het gebied ten oosten van Veendam, dat als volgt is begrensd: (de hoofdletters verwijzen naar de kaart ‘Kerngebied Veendam’)

      Provinciale weg N963 (A), Borgercompagnieweg (B), (zand)weg (C), watergang (D), Westerbrink (E), Beneden Westerdiep (F), Prins Hendrikplein (G), Sorgvlietlaan (H), Woortmanslaan (I), Borgercompagnieweg (J), perceelsscheiding (K), Kielsterachterweg (L), Wildervanksterweg (M) en Zwarteweg (N).

    • 2. Het gebied ten zuidoosten van Ter Apel, dat als volgt is begrensd: (de hoofdletters verwijzen naar de kaart ‘Kerngebied Ter Apel’)

      Markeweg (A), Hoofdkade (B), Moersloot (C), Zanddijk (D), Roswinkelerstraat (E) en Ertsstraat (F).

    • 3. Het gebied rondom Foxel, dat als volgt is begrensd: (de hoofdletters verwijzen naar de kaart ‘Kerngebied Foxel’)

      Westelijke Doorsnee (A), Oosterdiep W.Z. (B), watergang (C), Berkenrode (D) en Verlengde Scholtenskanaal O.Z. (E).

    • 4. Het gebied ten noordoosten van Barger Compascuum, dat als volgt is begrensd: (de hoofdletters verwijzen naar de kaart ‘Kerngebied Barger Compascuum’)

      Watergang (A), Limietweg (B), Limietweg-Oost (C), watergang (D), BRD-grens (E), (zand)weg (F), Limietweg (G), Postweg (H) en Oosterdiep O.Z. (I)

    • 5. Het gebied ten zuidoosten van Mantinge, dat als volgt is begrensd: (de hoofdletters verwijzen naar de kaart ‘Kerngebied Mantinge’)

      Schiphorsten (A), Heirweg (B), (zand)weg (C), K. Brokweg (D), mr. J.B. Kanweg (E), Mantingerdijk (F), heide/bos (G), perceelsscheiding (H), Steendervalsweg (I) en Wijsterseweg (J).

    Bijlage 6, onder A1:

    Het gebied ten oosten van Veendam, dat als volgt is begrensd: (de hoofdletters verwijzen naar de kaart ‘Kerngebied Veendam’)

    Provinciale weg N963 (A), Borgercompagnieweg (B), (zand)weg (C), watergang (D), Westerbrink (E), Beneden Westerdiep (F), Prins Hendrikplein (G), Sorgvlietlaan (H), Woortmanslaan (I), Borgercompagnieweg (J), perceelsscheiding (K), Kielsterachterweg (L), Wildervanksterweg (M) en Zwarteweg (N).

    Bijlage 253766.png

    Bijlage 6, onder A2:

    Het gebied ten zuidoosten van Ter Apel, dat als volgt is begrensd: (de hoofdletters verwijzen naar de kaart ‘Kerngebied Ter Apel’)

    Markeweg (A), Hoofdkade (B), Moersloot (C), Zanddijk (D), Roswinkelerstraat (E) en Ertsstraat (F).

    Bijlage 253767.png

    Bijlage 6, onder A3:

    Het gebied rondom Foxel, dat als volgt is begrensd: (de hoofdletters verwijzen naar de kaart ‘Kerngebied Foxel`)

    Westelijke Doorsnee (A), Oosterdiep W.Z. (B), watergang (C), Berkenrode (D) en Verlengde Scholtenskanaal O.Z. (E).

    Bijlage 253768.png

    Bijlage 6, onder A4:

    Het gebied ten noordoosten van Barger Compascuum, dat als volgt is begrensd: (de hoofdletters verwijzen naar de kaart ‘Kerngebied Barger Compascuum’)

    Watergang (A), Limietweg (B), Limietweg-Oost (C), watergang (D), BRD-grens (E), (zand)weg (F), Limietweg (G), Postweg (H) en Oosterdiep O.Z. (I).

    Bijlage 253769.png

    Bijlage 6, onder A5:

    Het gebied ten zuidoosten van Mantinge, dat als volgt is begrensd: (de hoofdletters verwijzen naar de kaart ‘Kerngebied Mantinge’)

    Schiphorsten (A), Heirweg (B), (zand)weg (C), K. Brokweg (D), mr. J.B. Kanweg (E), Mantingerdijk (F), heide/bos (G), perceelsscheiding (H), Steendervalsweg (I) en Wijsterseweg (J).

    Bijlage 253770.png
  • B. Als rassen, als bedoeld in artikel 5, eerste lid, worden aangewezen:

    10

    9

    8

    7

    6

    Adam

    Kuba

    Achilles

    Plasstärke

    Actaro

    Aurora

    Allure

    Andante

    Novano

    Aventra

    Plasuno

    Altus

    Sofista

    Annabelle

    Avarna

    Panda

    Averia

    Robény

    Axion

    Stefano

    Aveo

    Belita

    Plasettie

    Katinka

    Signum

    Festien

    Valiant

    Avito

    Cekin

    Seresta

    Merano

    Vebeca

    Karakter

     

    Starga

    Dartiest

    Stefanie

    Plasent

    Vebesta

    Supporter

       

    Django

    Sarion

    Plasinka

           

    Gunda

    Transit

             

    Ibis

    Ulme

             

Bijlage 7. (artikel 5, tweede lid)

  • A. Als gebieden als bedoeld in artikel 5, tweede lid, worden aangewezen:

    De gehele provincie Drenthe en de volgende gemeenten of delen van gemeenten:

    In de provincie Groningen: Bellingwedde, Groningen voor zover gelegen ten zuiden van het Eemskanaal, Grootegast, Haren, Hoogezand-Sappemeer, Leek, Marum, Menterwolde, Pekela, Reiderland voor zover gelegen ten westen van de Ulsderweg en C.G. Wiegersweg en ten zuiden van de Hoofdweg en Goldhoorn te Finsterwolde, Scheemda voor zover gelegen ten zuiden van de Goldhoorn te Oostwold en ten westen van de Noorderstraat, ten noorden van de Polderweg, ten noorden van de Polderweg, ten westen van de Langeweg, ten zuiden van Hoofdweg-Oost, Hoofdstraat en Hoofdweg-West te Nieuwolda, ten zuiden van de Hoofdweg 't Waar, ten zuiden van de Rechte Walsterweg, Slochteren, Stadskanaal, Veendam, Vlagtwedde en Winschoten.

    In de provincie Friesland: Ooststellingwerf voor zover gelegen ten noorden van de Verwersweg (vanaf provinciegrens) tot de Zuid, ten oosten van de wegen Zuid en Hoofdweg tot Kloosterweg, ten zuiden van de wegen Kloosterweg, Terwisscha, Westeres en Bruggelaan tot de Compagnonsvaart, ten oosten van de wegen Zuideinde (door Fochteloo), Noordeinde, de Knolle tot kruising met de Weper, en ten zuiden van de wegen Weper en Weperpolder (tot provinciegrens).

    In de provincie Overijssel: Hardenberg, Twenterand, Hellendoorn, Ommen en Steenwijkerland voor zover gelegen ten noorden en ten oosten van de Punterweg (vanaf Kuinderweg), Hammerdijk, Kerkbuurt, Blokzijlerdijk en Kuinderdijk, en ten zuiden en ten oosten van de Kanaalweg.

  • B. Als gebieden als bedoeld in artikel 5, tweede lid, worden aangewezen:

    De gemeenten in de provincie Overijssel voorzover niet gelegen in gebied A.

    De gemeenten in de provincie Gelderland tot de Nederrijn.

    In de provincie Friesland de gemeenten Ooststellingwerf voorzover niet gelegen in gebied A, Weststellingwerf en Opsterland.

  • C. Als rassen als bedoeld in artikel 5, tweede lid, worden aangewezen:

    • C 1.

      10

      9

      8

      7

      6

      Actaro

      Achilles

      Allure

      Albas

      Agria

      Adam

      Altus

      Aveka

      Annabelle

      Amora

      Amanda

      Amorosa

      Courage

      Antina

      Amyla

      Andante

      Ampera

      Dayana

      Astarte

      Arizona

      Avano

      Aurora

      Dinky

      Asterix

      Bintje

      Avaya

      Avarna

      Escort

      Baraka

      Cardinal

      Aventra

      Aveo

      Euronova*

      Benno Vrizo

      Diamant

      Averia

      Aviala

      Evita

      Burren

      Eba

      Axion*

      Aviron

      Fontane

      Donald

      Euroflora

      Belita

      Avito

      Kondor

      Eurobona

      Lindita

      Bonza

      Cecile

      Leandra

      Fresco

      Ostara

      Cekin

      Certo

      Mercury

      Karnico

      Raja

      Dartiest

      Cleopatra

      Messina

      Mercator

      Realist

      Delcora

      Desiree

      Nicola

      Mirakel

      Rumba

      Django

      Dirigent

      Royal

      Nomade

       

      Eurobravo

      Energie

      Rudolph

      Origo

       

      Fabiola

      Eurotango*

      Sarion

      Parel

       

      Gandawa

      Festien

      Saturna

      Plasuno

       

      Gunda

      Hansa

      Savona

      Shannon

      Eigenheimer*

      Ibis

      Irene

      Sophytra

      Stefano

      Gloria*

      Ikone*

      Kantara

      Stratos

      Sylvana

       

      Karakter

      Kuroda

      Supporter

         

      Katinka

      Marlen

      Timate

      Kuba

      Merano

      Ukama

      Logo

      Plasandes

      Vebesta

      Novano

      Plasent

      Vectra

      Panda

      Plasstärke

       

      Plasettie

      Progress

       

      Plasinka

      Robény

      Provento

      Romano

      Scarlet

      Sassy

      Seresta

      Smaragd

      Signum

      Sofista

      Silla

      Starga

      Simphony

      Taurus

      Stefanie

      Valiant

      Stemster

       

      Talent

      Tivoli

      Transit

      Ulme

      Vebeca

      * Van deze rassen is bekend dat de veldresistentie minimaal 6 bedraagt. Een exact cijfer ontbreekt.

    • C 2.

      5

      Aladin

      Ottena

      Dolly

      Picasso

      Elkana

      Prior

      Estima

      Regina

      Kartel

      Sirco

      Kuras

      Sjamero

      Markies

      Victoria

      Mustang

      Nectar

Bijlage 8. (artikel 5, derde lid)

  • A. Als gebieden als bedoeld in artikel 5, derde lid, worden aangewezen:

    • 1. Omschrijving gebied Venraij: Het gebied omsloten door de A67 in Venlo vanaf de grens met Duitsland in westelijke richting tot aan de Zuid Willemsvaart. De Zuid Willemsvaart in noordelijke richting tot de kruising met de N265 in Veghel. De N265 in noordelijke richting tot Uden. De N603 in noordelijke richting tot de A50 in Heesch (gemeente Bernheze). De A50 in noordelijke richting tot de kruising met de Maas. De Maas in oostelijke richting tot de kruising met de spoorbrug in Mook (gemeente Mook en Middelaar). Vanaf de spoorbrug de N271 in zuidelijke richting tot de Schildersweg in Plasmolen (gemeente Mook en Middelaar). De Schildersweg in noordelijke richting tot de Bosweg langs Sint Jansberg. De Bosweg langs Sint Jansberg tot aan de grens met Duitsland. De grens met Duitsland in zuidelijke richting tot aan de A67 in Venlo.

    • 2. Omschrijving gebied Bergeijk: Het gebied rondom Bergeijk, dat door België en de volgende straten is begrensd: Postelsedijk, Sleutelstraat, Weijereind, Kleine Hoeven, Ambachtsweg, De Hoeven/Rondweg (N284) bij Bladel, Lange Trekken, Molenweg/De Vloed, De Gagelvelden, Hemelrijken, Dorpsstraat in Casteren, Casterseweg, Hoofdstraat in Hoogeloon, Heuvelseweg, Heuvel, Broekenseind, Umenweg, D’ekkersrijte, Eerselseweg, Het Groen bij Knegsel, Steenselseweg, Knegselseweg, Riethovenseweg/Stevert, Nedermolen, fietspad/veldweg in zuidelijke richting en uitlopend op De Kuningen, Broekhovenseweg, Schoolstraat en Molenstraat bij Riethoven, Keersopperdreef, Dommelsedijk (N397), Monseigneur Smetstraat, Pastoor Bolsiusstraat, Venbergseweg, Luikerweg (N69), (Oude) Dorpsstraat bij Hoek, Borkel en Schaft, en De Schafterekker.

  • B. Als rassen, als bedoeld in artikel 5, derde lid, worden aangewezen:

    Abbott

    Compass

    Kenita

    Platina

    Vanessa

    Abby

    Concorde

    Kiebitz

    Pomqueen

    Vasko

    Acapella

    Connect

    Kiwi

    Ponto

    Vebebe

    Accent

    Constantina

    Kondor

    Prefect

    Vebeca

    Achilles

    Cornado

    Koopmans blauwe

    Premiere

    Vebesta

    Acronet

    Coronada

    Kormoran

    Premium

    Vectra

    Actaro

    Cosmos

    Kristalla

    Prestige

    Velox

    Activa

    Costella

    Krometa

    Prima

    Venouska

    Actrice

    Countessa

    Krostar

    Primadonna

    Verdi

    Adam

    Courage

    Kuba

    Primavera

    Veronica

    Adretta

    Crisp4all

    Kuras

    Primura

    Victoria

    Afra

    Crisper

    Kuroda

    Printaline

    Vienna

    Agata

    Cronos

    Kurola

    Prior

    Vineta

    Agnes

    Cyrano

    Labadia

    Probaat

    Virgo

    Agria

    Daisy

    Labella

    Procura

    Vision

    Agrinova

    Danva

    Lacetta

    Producent

    Vitabella

    Aiko

    Dartiest

    Lady Amarilla

    Profit

    Vital

    Ajax

    Darwina

    Lady Anna

    Promesse

    Vitalia

    Ajiba

    Defender

    Lady Blanca

    Prominent

    Vitara

    Akira

    Delcora

    Lady Britta

    Provento

    Vitesse

    Albas

    Delianne

    Lady Christl

    Provita

    Vivaks

    Albatros

    Delikat

    Lady Claire

    Prudenta

    Volare

    Alberta

    Delista

    Lady Jo

    Quarta

    Volumia

    Albino

    Derby

    Lady Lenora

    Quincy

    Vr 808

    Alcmaria

    Désirée

    Lady Olympia

    Raisa

    Vulkano

    Alexia

    Destiny

    Lady Rosetta

    Raja

    Wilja

    Alkon

    Diamant

    Lady Sara

    Ramos

    Wisent

    Allard

    Diana

    Lady Valora

    Ramses

    Zelinda

    Allure

    Dido

    Lambada

    Rapido

    Zuzanna

    Almera

    Dinamo

    Lamia

    Realist

     

    Almonda

    Dinky

    Lanorma

    Rebecca

     

    Alpha

    Dione

    Laperla

    Red Fantasy

     

    Altus

    Disco

    Latona

    Red Lady

    Alwara

    Ditta

    Leandra

    Red One

    Amalia

    Django

    Lekkerlander

    Red Scarlet

    Amanda

    Dolly

    Leonardo

    Red Sonia

    Amarin

    Donald

    Leyla

    Red Sun

    Amati

    Donata

    Lido

    Red Valentine

    Amazone

    Donna

    Likaria

    Redstar

    Ambassador

    Dorado

    Lindita

    Regina

    Ambra

    Doré

    Linzer delikatess

    Remarka

    Amigo

    Draga

    Linzer gelbe

    Rembrandt

    Aminca

    Drop

    Logita

    Resonant

    Amora

    Eba

    Logo

    Resy

    Amorosa

    El Mundo

    Lola

    Revelino

    Ampera

    Eldena

    Louise

    Rex

    Amyla

    Element

    Lucilla

    Ribera

    Andante

    Elkana

    Lucinda

    Rikea

    Annabelle

    Elles

    Luciole

    Roberta

    Anosta

    Elvira

    Ludmilla

    Rode Pipo

    Antina

    Empire

    Lusa

    Rodeo

    Antoinet

    Endeavour

    Lutetia

    Rodriga

    Apart

    Energie

    Lydia

    Romano

    Apollonia

    Eos

    Lyra

    Romeo

    Appassionato

    Erntestolz

    Madeleine

    Romina

    Aprilia

    Escort

    Madeira

    Romula

    Aranka

    Esmee

    Madison

    Rosagold

    Arcade

    Estima

    Magenta Love

    Rosanna

    Arcona

    Estrella

    Majestic

    Rosara

    Arielle

    Eurobeta

    Manitou

    Rosella

    Aristo

    Eurobona

    Manna

    Roxana

    Arizona

    Eurobravo

    Mansour

    Roxy

    Arkula

    Euroflora

    Maradonna

    Royal

    Arno

    Eurogrande

    Maranca

    Rudolph

    Arosa

    Euroluna

    Marco Polo

    Rumba

    Aromata

    Euronova

    Marfona

    Russet Burbank

    Arrabona

    Europrima

    Margarita

    Rustica

    Arran Banner

    Eurostar

    Margit

    Sagitta

    Arrow

    Eurostarch

    Maria Sarah

    Saline

    Arsenal

    Eurotango

    Mariette

    Salome

    Artemis

    Evelin

    Mariska

    Salsa

    Astarte

    Evita

    Marlen

    Sanira

    Asterix

    Evolution

    Marosso

    Santana

    Athlete

    Ewelina

    Marrakech

    Sante

    Atillo

    Excellency

    Marylou

    Saphire

    Atsona

    Excellent

    Mascotte

    Saskia

    Augusta

    Exklusiv

    Maxilla

    Sassy

    Aula

    Exquisa

    Meerlander

    Satellite

    Aurora

    Fabula

    Melanie

    Satina

    Avano

    Fambo

    Melanto

    Saturna

    Avanti

    Famosa

    Melody

    Sava

    Avarna

    Farmer

    Mentor

    Saviola

    Avaya

    Fasan

    Mercator

    Savona

    Aveka

    Favorita

    Mercury

    Scarlet

    Avenance

    Felsina

    Meridian

    Secura

    Avenue

    Feska

    Merlot

    Selma

    Aveo

    Festien

    Messi

    Semena

    Averia

    Festival

    Messina

    Senaria

    Aviala

    Fianna

    Michelle

    Senator

    Aviron

    Finessa

    Minerva

    Senna

    Avito

    Fioretta

    Mirakel

    Sensor

    Axion

    Flamenco

    Miranda

    Serenade

    Barcelona

    Floky

    Mirka

    Seresta

    Bafana

    Florida

    Miss Bianka

    Shakira

    Ballade

    Folva

    Miss Blush

    Sheida

    Bartina

    Fontane

    Miss Mignonne

    Sieglinde

    Bedalin

    Forelle

    Modena

    Sifra

    Belita

    Franca

    Molli

    Signal

    Bellaprima

    Fresco

    Monalisa

    Signum

    Bellarosa

    Frieslander

    Mondeo

    Silla

    Bellefleur

    Fritelle

    Mondial

    Silverster

    Bellinda

    Gala

    Monitor

    Simone

    Bellini

    Gandawa

    Monte Carlo

    Simphony

    Bellona

    Garant

    Mozart

    Simply Red

    Benno Vrizo

    Gazelle

    Mungo

    Sirco

    Berber

    Gioconda

    Murillo

    Sirius

    Bernadette

    Gigant

    Musica

    Sirtema

    Bernina

    Gloria

    Mustang

    Sissi

    Bettina

    Glorietta

    Nafida

    Sjamero

    Bevelander

    Golf

    Nandina

    Skawa

    Bildtstar

    Grandeur

    Naturo

    Smart

    Bimonda

    Grata

    Navigator

    Sofia

    Binella

    Grenadine

    Nelson

    Solanda

    Bingo

    Gunda

    New Tarzan

    Solara

    Biogold

    Hansa

    Nicola

    Solist

    Biologica

    Hativa

    Nika

    Soltana

    Bionica

    Hela

    Nikita

    Sommergold

    Blanka

    Hercules

    Nomade

    Sonate

    Blue Star

    Hermes

    Nora

    Sophie

    Bolero

    Heros

    Novano

    Sophytra

    Bolesta

    Hertha

    Novella

    Soprano

    Bonell

    Holde

    Novita

    Spartaan

    Bonita

    Horizon

    Obama

    Spirit

    Bonus

    Ibis

    Odin

    Sprint

    Bonza

    Idole

    Okapi

    Spunta

    Bridget

    Ikone

    Oleva

    Stabilo

    Bright

    Impala

    Omega

    Starter

    Briljant

    Inara

    Opera

    Stayer

    Bronko

    Indira

    Orchestra

    Stefanie

    Caesar

    Ingrid

    Origo

    Stefano

    Calla

    Inka

    Ostara

    Stemster

    Canberra

    Innovator

    Ottena

    Stratos

    Captiva

    Inova

    Ovatio

    Supporter

    Cardinal

    Irene

    Pallas

    Surprise

    Carlita

    Irida

    Palma

    Sylvana

    Carolus

    Isabel

    Panda

    Talent

    Cascada

    Isabelia

    Pandora

    Talentine

    Catania

    Isna

    Panther

    Tamira

    Cecile

    Ivory Russet

    Paola

    Target

    Cekin

    Jady

    Parel

    Tella

    Celine

    Jaerla

    Pasha

    Tempora

    Certo

    Janine

    Penta

    Texla

    Challenger

    Janke

    Pentland Crown

    Thomana

    Charisma

    Jazzy

    Pentland Dell

    Timate

    Charmante

    Jelly

    Pentland Ivory

    Toccata

    Christa

    Jessica

    Performer

    Tonia

    Citadel

    Junior

    Perline

    Transit

    Claudia

    Kantara

    Picasso

    Triplo

    Claustar

    Karakter

    Piccolo star

    Turbo

    Cleopatra

    Karatop

    Picobello

    Turdus

    Climax

    Kardal

    Pimpernel

    Ukama

    Clivia

    Karlena

    Pirol

    Ulme

    Colette

    Karnico

    Planta

    Ulster Sceptre

    Collina

    Kartel

    Plasettie

    Valetta

    Colomba

    Katinka

    Plasinka

    Valiant

    Columbus

    Katja

    Plasstärke

    Valisa

    Combi

    Kea

    Plasuno

    Van Gogh

Bijlage 9. , behorend bij artikel 4a, tweede lid, onderdeel b. zetmeelaardappelrassen

TBM lijst

De volgende zetmeelaardappelrassen mogen onder het TBM-regime vermeerderd worden.

Achilles *

Avarna *

Dirigent

Karnico

Plasandes

Sassy

Starga *

Actaro *

Avaya

Energie

Katinka *

Plasent *

Savona

Stefano *

Albas

Aveka

Eurobona

Kuba *

Plasettie *

Scarlet

Stratos

Allure *

Aventra *

Euroflora

Merano *

Plasinka *

Seresta *

Supporter *

Altus *

Averia *

Euronova

Mercator

Plasstärke *

Signum *

Valiant *

Amyla

Axion *

Eurotango

Mercury

Plasuno *

Simphony

Vebeca *

Astarte

Belita *

Festien *

Messina

Realist

Smaragd

Vebesta *

Aurora *

Benno Vrizo

Kantara

Nomade

Robény *

Sofista *

Vectra

Avano

Dartiest *

Karakter *

Novano *

Sarion *

Sophytra

 

Let op: In de wratziektekerngebieden in de omgeving van Barger Compascuüm, Foxel, Mantinge, Ter Apel en Veendam (zie www.productschapakkerbouw.nl/teelt/wratziekte) mogen alleen rassen worden geteeld die ook voldoende resistent zijn tegen fysio 18. Deze rassen zijn aangeduid met een *.

Bijlage 10. , behorend bij artikel 4a, tweede lid, onderdeel c. Het zetmeelaardappeltelend gebied

Bijlage 254677.png

Omschrijving:

Het gebied, gelegen in de provincie Drenthe, de provincie Overijssel, de provincie Gelderland ten noorden van de Nederrijn en de volgende gemeenten of gedeelten daarvan:

In de provincie Groningen: Bellingwedde, Groningen voor zover gelegen ten zuiden van het Eemskanaal, Grootegast, Haren, Hoogezand-Sappemeer, Leek, Marum, Menterwolde, Pekela, Reiderland voor zover gelegen ten westen van de Ulsderweg en C.G. Wiegersweg en ten zuiden van de Hoofdweg en Goldhoorn te Finsterwolde, Scheemda voor zover gelegen ten zuiden van de Goldhoorn te Oostwold en ten westen van de Noorderstraat, ten noorden van de Polderweg, ten noorden van de Polderweg, ten westen van de Langeweg, ten zuiden van Hoofdweg-Oost, Hoofdstraat en Hoofdweg-West te Nieuwolda, ten zuiden van de Hoofdweg 't Waar, ten zuiden van de Rechte Walsterweg, Slochteren, Stadskanaal, Veendam, Vlagtwedde en Winschoten.

In de provincie Friesland: Ooststellingwerf, Weststellingwerf en Opsterland.