3.1. Minister van Justitie
Minister van Justitie: algemene handelingen (RIO: § 4.1.1)
1.
Handeling: Het voorbereiden, mede-vaststellen, coördineren en evalueren van het reclasseringsbeleid
Periode: 1948–
Opmerking: Onder deze handeling valt ook:
-
– Het voeren van overleg met de andere betrokken actoren op het beleidsterrein
-
– Het voorbereiden van een standpunt ter inbrenging in de Ministerraadvergaderingen
voor beraad en besluitvorming betreffende het beleidsterrein
-
– Het voeren van overleg met/het leveren van bijdragen aan het overleg met het Staatshoofd
betreffende het beleidsterrein
-
– Het voorbereiden van de Memorie van toelichting op de Rijksbegroting betreffende het
beleidsterrein; zie ook handelingen 5, 177 en 183 van het BSD ‘Per slot van Rijksrekening’
-
– Het toetsen van de uitvoering van het beleid (evaluatie)
-
– Het leveren van commentaar op de recht- en doelmatigheidscontroles van de Algemene
Rekenkamer op het beleidsterrein; zie ook 'Per Slot van Rijksrekening' handeling 295,
357 en 374
-
– Het aan externe adviescommissies verzoeken om advies betreffende het beleidsterrein
-
– Het informeren van het Kabinet van de Koningin over ontwikkelingen op het beleidsterrein
-
– Het voorbereiden en vaststellen van het voorlichtingsbeleid (als beleidsinstrument)
Waardering: B 1, 2
2.
Handeling: Het voorbereiden van de totstandkoming, wijziging en intrekking van wet-
en regelgeving betreffende het beleidsterrein reclassering
Periode: 1948–
Opmerking: Het voorbereiden van de totstandkoming, wijziging en intrekking van allerlei
wet- en regelgeving is zoveel mogelijk in afzonderlijke handelingen geformuleerd.
Waardering: B 1
3.
Handeling: Het opstellen van periodieke verslagen over ontwikkelingen op het beleidsterrein
reclassering
Periode: 1948–
Waardering: B 3
4.
Handeling: Het beantwoorden van Kamervragen en het anderszins op verzoek incidenteel
informeren van leden of commissies uit de Kamers der Staten-Generaal betreffende het
beleidsterrein reclassering
Periode: 1948–
Opmerking: Onder deze handeling wordt hier ook verstaan het procedureel voorbereiden
van bezoeken van kamercommissies aan reclasseringsinstellingen.
Waardering: B 2, 3
5.
Handeling: Het informeren van de Commissies voor Verzoekschriften en andere tot het
onderzoeken van klachten bevoegde commissies uit de Kamers der Staten-Generaal en
de Nationale Ombudsman naar aanleiding van klachten over de uitvoering of de gevolgen
van het reclasseringsbeleid
Periode: 1948–
Waardering: B 3
6.
Handeling: Het beslissen op bezwaarschriften naar aanleiding van beschikkingen betreffende
reclassering en het voeren van verweer in bezwaarschriftprocedures voor administratiefrechtelijke
organen
Periode: 1948–
Opmerking: Handelingen omtrent bezwaar- en beroepsprocedures inzake reclasseringsbezoek
in penitentiaire inrichtingen zijn opgenomen in sub-paragraaf 4.10.4.
Waardering: V, 5 jaar
7.
Handeling: Het beantwoorden van vragen van individuele burgers, bedrijven en instellingen
over het beleidsterrein reclassering
Periode: 1948–
Waardering: V, 1 jaar
8.
Handeling: Het uitvoeren van voorlichtingsactiviteiten op het terrein van de reclassering
Periode: 1948–
Opmerking: Zie voor het voorbereiden en vaststellen van het voorlichtingsbeleid (waarbij
voorlichting als beleidsinstrument gehanteerd wordt) handeling 1
Waardering: V, 2 jaar na vervallen
NB Van het gedrukte voorlichtingsmateriaal wordt één exemplaar bewaard. De voorbereidende
stukken worden vernietigd.
9.
Handeling: Het voorbereiden van intern (wetenschappelijk) onderzoek en het vaststellen
van onderzoeksrapporten over reclassering
Periode: 1948–
Opmerking: Zie handeling 1 voor (interdepartementale) commissies
Waardering: B 1,2
10.
Handeling: Het voorbereiden en begeleiden van extern (wetenschappelijk) onderzoek
betreffende over reclassering
Periode: 1948–
Waardering: B 2
Minister van Justitie: reclasseringsregelingen (RIO: § 4.1.2)
12.
Handeling: Het voorbereiden van het vaststellen, wijzigen en intrekken van een reclasseringsregeling
Periode: 19**–
Grondslag: Wetboek van Strafrecht art. 14d, lid 2, 16 en 22, Wetboek van Strafvordering,
art. 147, 177, lid 2 en 310, Wet overdracht ten uitvoerlegging strafvonnissen (Stb.
1986, 464), art. 19, lid 1 en Gratiewet (Stb. 1987, 598), art. 15, lid 1
Opmerking: Bij deze handeling is het moeilijk vast te stellen wat het aanvangsjaar
is.
Ter wille van de beknoptheid staan alleen de grondslagen vermeld waar Reclasseringsregeling
1995 uitwerking aan geeft.
Waardering: B 1
Minister van Justitie: nadere te bepalen wet- regelgeving (RIO: § 4.1.3)
14.
Handeling: Het geven van nadere regels ter uitvoering van een reclasseringsregeling
Periode: 1948–
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 4, lid 1 (Stb. 1947, H 423), Reclasseringsregeling
1970, art. 4, lid 2 (Stb. 1969, 598) en Reclasseringsregeling 1995, art. 38, lid 3
en 40 (Stb. 1994, 875)
Waardering: B 1
Minister van Justitie: functies en benoemingen van Centraal College voor de Reclassering
(RIO: § 4.2.1)
15.
Handeling: Het voorbereiden van een KB, waarin nadere regels worden gesteld omtrent
de functies van het Centraal College voor de Reclassering en de wijze van uitoefening
hiervan
Periode: 1948–1953
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 38 (Stb. 1947, H 423), vervallen in 1953
(Stb. 1953, 238)
Waardering: B 4
16.
Handeling: Het eventueel voorbereiden van een KB, waarin voorzieningen worden getroffen
ter vervulling van de werkzaamheden van het Centraal College voor de Reclassering
Periode: 1948–1953
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 25, lid 7 (Stb. 1947, H 423), vervallen
in 1953 (Stb. 1953, 238)
Opmerking: Deze handeling wordt slechts verricht bij tijdelijke ontstentenis van het
Centraal College voor de Reclassering.
Waardering: B 4
17.
Handeling: Het voorbereiden van een KB, waarbij de leden, de voorzitter en de plaatsvervangende
voorzitter van het Centraal College voor de Reclassering worden benoemd en ontslagen
Periode: 1948–1953
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 25, lid 2 (Stb. 1947, H 423), vervallen
in 1953 (Stb. 1953, 238)
Waardering: V, 75 jaar na geboortedatum
18.
Handeling: Het toewijzen van een ambtenaar van het Ministerie van Justitie aan het
Centraal College van de Reclassering
Periode: 1948–1953
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 25, lid 3 (Stb. 1947, H 423), vervallen
in 1953 (Stb. 1953, 238)
Opmerking: Deze ambtenaar heeft recht aan de beraadslagingen deel te nemen en een
adviserende stem uit te brengen.
Waardering: V, 2 jaar
19.
Handeling: Het voorbereiden van een KB, waarbij een secretaris aan het Centraal College
voor de Reclassering wordt toegevoegd en zijn bezoldiging wordt geregeld
Periode: 1948–1953
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 25, lid 4 (Stb. 1947, H 423), vervallen
in 1953 (Stb. 1953, 238)
Waardering: V, 75 jaar na geboortedatum
20.
Handeling: Het toewijzen van één of meer plaatsvervangende secretarissen aan het Centraal
College voor de Reclassering
Periode: 1948–1953
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 25, lid 5 (Stb. 1947, H 423), vervallen
in 1953 (Stb. 1953, 238)
Waardering: V, 5 jaar
22.
Handeling: Het aanstellen van administratief personeel bij het Centraal College voor
de Reclassering
Periode: 1948–1953
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 25, lid 6 (Stb. 1947, H 423), vervallen
in 1953 (Stb. 1953, 238)
Waardering: V, 75 jaar na geboortedatum
Minister van Justitie: vergoedingen aan het Centraal College voor de Reclassering
(RIO: § 4.2.2)
24.
Handeling: Het toekennen van een vergoeding voor reis- en verblijfkosten aan de leden
en secretaris van het Centraal College voor de Reclassering
Periode: 1948–1953
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 28 (Stb. 1947, H 423), vervallen in 1953
(Stb. 1953, 238)
Waardering: V, 1 jaar
25.
Handeling: Het toekennen van een vergoeding ter bestrijding van bureelkosten, kosten
van vergaderingen en andere uitgaven aan het Centraal College voor de Reclassering
[secretaris]
Periode: 1948–1953
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 29, lid 1 (Stb. 1947, H 423), vervallen
in 1953, 238)
Waardering: V, 7 jaar
26.
Handeling: Het vaststellen van de wijze waarop het Centraal College voor de Reclassering
[secretaris] zich jaarlijks verantwoordt voor de besteding van de toegekende vergoeding
ter bestrijding van bureelkosten, kosten van vergaderingen en andere uitgaven
Periode: 1948–1953
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 29, lid 2 (Stb. 1947, H 423), vervallen
in 1953
Waardering: V, 7 jaar
Minister van Justitie: reglement van orde van het Centraal College voor de Reclassering
(RIO: § 4.2.3)
29.
Handeling: Het beslissen op een verzoek voor goedkeuring van het reglement van orde
door het Centraal College voor de Reclassering
Periode: 1948–1953
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 31 (Stb. 1947, H 423), vervallen in 1953
(Stb. 1953, 238)
Waardering: B 4
Minister van Justitie: openbaarheid Centraal College voor de Reclassering (RIO: §
4.2.5)
32.
Handeling: Het beslissen op het verzoek van het Centraal College voor de Reclassering
om een door haar behandelde zaak openbaar te maken
Periode: 1948–1953
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 37 (Stb. 1947, H 423), vervallen in 1953
(Stb. 1953, 238)
Waardering: V, 20 jaar
Minister van Justitie: openbaarheid Sectie Reclassering (RIO: § 4.3.5)
41.
Handeling: Het beslissen op het verzoek van de Sectie Reclassering om een door haar
besproken zaak openbaar te maken
Periode: 1953–
Grondslag: KB van 16 mei 1953, art. 10 (Stb. 1953, 238)
Waardering: V, 20 jaar
Minister van Justitie: functies en benoemingen van reclasseringsraden en reclasseringscommissies
(RIO: § 4.4.1)
46.
Handeling: Het eventueel voorbereiden van een KB, waarin voorzieningen worden getroffen
ter vervulling van de werkzaamheden van een reclasseringsraad of reclasseringscommissie
Periode: 1948–1970
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 40, lid 3 en 58, lid 4 (Stb. 1947, H 423),
vervallen in 1970 (Stb. 1970, 598)
Opmerking: Deze handeling wordt slechts verricht bij tijdelijke ontstentenis van een
reclasseringsraad of reclasseringscommissie
Waardering: B 4
47.
Handeling: Het voorbereiden van een KB, waarbij de leden en de voorzitter van een
reclasseringsraad of een reclasseringscommissie worden (her-)benoemd en ontslagen
Periode: 1948–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 40, lid 1 en 58, lid 4 (Stb. 1947, H 423),
Reclasseringsregeling 1970, art. 32 (Stb. 1969, 598), vervallen in 1986 (Stb. 1986,1)
Waardering: V, 75 jaar na geboortedatum
49.
Handeling: Het verlenen van ‘tussentijds’ ontslag aan een lid van een reclasseringsraad
Periode: 1970–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1970, art. 33 (Stb. 1969, 598), vervallen in 1986
(Stb. 1986,1)
Opmerking: Tussentijds ontslag kan verleend worden in verband met het bereiken van
zeventigjarige leeftijd, het verlies van de hoedanigheid of beëindiging van de ambtsvervulling
waardoor de benoeming heeft plaatsgevonden of op eigen verzoek. Het verlenen van tussentijds
ontslag gebeurt niet bij KB.
Waardering: V, 75 jaar na geboortedatum
51.
Handeling: Het verlenen van onvrijwillig ontslag aan een lid van een reclasseringsraad
om gewichtige redenen
Periode: 1970–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1970, art. 34 (Stb. 1970, 598), vervallen in 1986
(Stb. 1986,1)
Waardering: V, 75 jaar na geboortedatum
52.
Handeling: Het voorbereiden van een KB, waarbij de benoeming en de bezoldiging of
het ontslag wordt geregeld van de secretaris van:
Periode: 1948–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 40, lid 2 en 58, lid 4 (Stb. 1947, H 423),
Reclasseringsregeling 1970, art. 36, lid 1 (Stb. 1969, 598), vervallen in 1986 (Stb.
1986,1)
Opmerking: Krachtens de Reclasseringsregeling 1970 (art. 36, lid 1) is bepaald dat
de reclasseringsraad in kwestie wordt gehoord omtrent de benoeming van haar secretaris.
In de Reclasseringsregeling 1970 wordt niet langer melding gemaakt van een bezoldiging
voor de secretaris van een reclasseringsraad. De Nota van Toelichting op deze regeling
vermeldt dat deze in zijn hoedanigheid als rijksambtenaar een bezoldiging ontvangt.
Waardering: V, 75 jaar na geboortedatum
54.
Handeling: Het goedkeuren van de door een reclasseringsraad opgestelde instructie
voor de werkzaamheden van:
Periode: 1970–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1970, art. 37, lid 2 (Stb. 1969, 598), vervallen
in 1986 (Stb. 1986, 1)
Waardering: B 5
55.
Handeling: Het aanstellen van administratieve ambtenaren bij het bureau van een reclasseringsraad
Periode: 1970–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1970, art. 41, lid 3 (Stb. 1969, 598), vervallen
in 1986 (Stb. 1986,1)
Opmerking: Elke reclasseringsraad heeft een bureau ter uitvoering van de dagelijkse
werkzaamheden. Naast administratieve ambtenaren zijn ook reclasseringsambtenaren aan
dit bureau verbonden.
Waardering: V, 75 jaar na geboortedatum
Minister van Justitie: vergoedingen aan reclasseringsraden en reclasseringscommissies
(RIO: § 4.4.2)
57.
Handeling: Het toekennen van een vergoeding voor reis- en verblijfkosten aan de leden
en de secretaris van:
Periode: 1948–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 43 en 58, lid 4 (Stb. 1947, H 423), Reclasseringsregeling
1970, art. 35 (Stb. 1969, 598), vervallen in 1986 (Stb. 1986,1)
Opmerking: Op grond van de Reclasseringsregeling 1970 is bepaald dat de leden voor
hun werkzaamheden ten behoeve van de reclasseringsraad een vergoeding van reis- en
verblijfkosten ontvangen overeenkomstig de bepalingen welke te dien aanzien voor de
burgerlijke rijksambtenaren zijn of zullen worden vastgesteld.
Waardering: V, 7 jaar
58.
Handeling: Het toekennen van een vergoeding voor de gemaakte kosten aan:
Periode: 1948–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 44, lid 1 en 58, lid 4 (Stb. 1947, H 423),
Reclasseringsregeling 1970, art. 63 (Stb. 1969, 598), vervallen in 1986 (Stb. 1986,1)
Opmerking: Het gaat hier om een vergoeding voor de kosten die reclasseringsraad of
-commissie heeft gemaakt in verband met zijn/haar werkzaamheden.
Waardering: V, 7 jaar
59.
Handeling: Het stellen van regels inzake de toekenning van een vergoeding voor de
gemaakte kosten van een reclasseringsraad
Periode: 1970–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1970, art. 63 (Stb. 1969, 598), vervallen in 1986
(Stb. 1986, 1)
Waardering: V, 10 jaar
60.
Handeling: Het vaststellen van de wijze waarop verantwoording wordt gegeven voor de
gemaakte kosten door:
Periode: 1948–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 44, lid 2 en 58, lid 4 (Stb. 1947, H 423),
Reclasseringsregeling 1970, art. 63 (Stb. 1969, 598), vervallen in 1986 (Stb. 1986,
1)
Waardering: V, 10 jaar
Minister van Justitie: reglement van orde van een reclasseringsraad of reclasseringscommissie
(RIO: § 4.4.3)
63.
Handeling: Het beslissen op een verzoek voor goedkeuring van het reglement van orde
door:
een reclasseringsraad 1948–1986
een reclasseringscommissie 1948–1970
Periode: 1948–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 46 en 58, lid 4 (Stb. 1947, H 423), Reclasseringsregeling
1970, art.37, lid 1 (Stb. 1969, 598), vervallen in 1986 (Stb. 1986,1)
Waardering: B 4
Minister van Justitie: jaarverslagen van reclasseringsraden en reclasseringscommissies
(RIO: § 4.4.4)
64.
Handeling: Het geven van voorschriften voor de inrichting van de jaarverslagen van
de:
Periode: 1947–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 55, lid (Stb. 1947, H 423), Reclasseringsregeling
1970, art. 47, lid 2 (Stb. 1969, 598), vervallen in 1986 (Stb. 1986,1)
Waardering: B 3
Minister van Justitie: openbaarheid reclasseringsraden en reclasseringscommissies
(RIO: § 4.4.5)
67.
Handeling: Het beslissen op het verzoek van een reclasseringsraad of een reclasseringscommissie
om een door hem/haar behandelde zaak openbaar te maken
Periode: 1948–1970
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 56 en 58, lid 4 (Stb. 1947, H 423), vervallen
in 1970 (Stb. 1969, 598)
Waardering: V, 20 jaar
Minister van Justitie: advisering en toezicht reclasseringsraad of reclasseringscommissie
(RIO: § 4.4.6)
70.
Handeling: Het goedkeuren van een algemeen bindend geldende regeling voor particuliere
reclasseringsinstellingen uitgevaardigd door:
Periode: 1948–1970
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 47, lid 4 en 58, lid 4 (Stb. 1947, H 423),
vervallen in 1970 (Stb. 1970, 598.)
Waardering: B5
Minister van Justitie: overleg reclasseringsraden (RIO: § 4.4.7)
73.
Handeling: Het nemen van maatregelen ter bevordering van de totstandkoming van een
éénvormig beleid van de reclasseringsraden
Periode: 1954–1986
Bron: J.P. Heinrich, Particuliere reclassering en overheid in Nederland sinds 1823
(Arnhem, 1995) p. 188–189
Opmerking: Sinds 1954 stimuleerde de Minister van Justitie de het onderling overleg
tussen de reclasseringsraden. De min of meer vrijblijvende deelname werd aan het eind
van 1965 door hem verplicht gesteld.
Waardering: B 5
Minister van Justitie: het opdragen van nader te bepalen werkzaamheden aan reclasseringsraden
en reclasseringscommissies (RIO: § 4.4.9)
76.
Handeling: Het opdragen van nader te bepalen werkzaamheden aan:
Periode: 1948–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 54 en 58, lid 4 (Stb. 1947, H 423), Reclasseringsregeling
1970, art. 46 (Stb. 1970, 598), vervallen in 1986 (Stb. 1986,1)
Waardering: V, 20 jaar
Minister van Justitie: vernietiging van een beslissing van een reclasseringsraad of
reclasseringscommissie (RIO: § 4.4.10)
79.
Handeling: Het vernietigen van een beslissing van:
Periode: 1948–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 57 en 58, lid 4 (Stb. 1947, H 423), gewijzigd
1953 (Stb. 1953, 238), Reclasseringsregeling 1970, art. 40 (Stb. 1969, 598), vervallen
in 1986 (Stb. 1986,1)
Waardering: V, 20 jaar
80.
Handeling: Het geven van een opdracht tot het treffen van voorzieningen in verband
met de vernietiging van een beslissing van:
Periode: 1948–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 57 en 58, lid 4 (Stb. 1947, H 423), gewijzigd
1953 (Stb. 1953, 238), Reclasseringsregeling 1970, art. 40 (Stb. 1969, 598), vervallen
in 1986 (Stb. 1986,1)
Waardering: V, 20 jaar
Minister van Justitie: het opheffen van de reclasseringsraden (RIO: § 4.4.13)
83.
Handeling: Het opheffen van de reclasseringsraden
Periode: 1986–
Grondslag: Reclasseringsregeling 1986, art. 50, lid 2 (Stb. 1985, 1)
Waardering: B 4
Minister van Justitie: erkenning van particuliere reclasseringsinstellingen (RIO:
§ 4.5.1)
85.
Handeling: Het nemen van een besluit inzake de erkenning van een particuliere reclasseringsinstelling
Periode: 1948–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 5, (Stb. 1947, H 423), gewijzigd 1964
(Stb. 1964, 393), Reclasseringsregeling 1970, art. 5 (Stb. 1969, 598), vervallen in
1986 (Stb. 1986, 1)
Opmerking: De erkenning kon voorwaardelijk geschieden.
Waardering: B 5
Minister van Justitie: controleren van particuliere reclasseringsinstellingen (RIO:
§ 4.5.2)
86.
Handeling: Het rapporteren in het kader van de controle van de werkzaamheden van een
erkende particuliere reclasseringsinstelling
Periode: 1948–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 8, lid 1 en 3 (Stb. 1947, H 423), Reclasseringsregeling
1970, art. 7, lid 1 en 3 (Stb. 1969, 598), vervallen in 1986 (Stb. 1986, 1)
Opmerking: Onder het controleren van de werkzaamheden van particuliere reclasseringsinstellingen
wordt hier ook het inspecteren van vestigingsplaatsen verstaan.
Waardering: B 5
87.
Handeling: Het rapporteren in het kader van de controle van de financiële administratie
van een erkende particuliere reclasseringsinstelling
Periode: 1948–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 9, lid 3 en 4 (Stb. 1947, H 423), Reclasseringsregeling
1970, art. 8, lid 3 (Stb. 1969, 598) vervallen in 1986 (Stb. 1986, 1)
Waardering: V, 7 jaar
88.
Handeling: Het geven van voorschriften voor de inrichting van de financiële administratie
van een erkende particuliere reclasseringsinstelling
Periode: 1948–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 9, lid 2 (Stb. 1947, H 423), Reclasseringsregeling
1970, art. 8, lid, lid 3 (Stb. 1969, 598), gewijzigd 1978 (Stb. 1978, 254), vervallen
in 1986 (Stb. 1986, 1)
Waardering: V, 10 jaar
89.
Handeling: Het beslissen op het verzoek van een erkende particuliere reclasseringsinstelling
om de controle van haar financiële administratie te laten verrichten door een accountant-administratieconsulent.
Periode: 1978–1995
Grondslag: KB werd op 16 mei 1978 (Stb. 1978, 254), vervallen in 1986 (Stb. 1986,
1)
Opmerking: Op grond van de Reclasseringsregeling 1970 (Stb. 1969, 598) zijn de erkende
particuliere reclasseringsinstellingen verplicht om de controle over hun financiële
administratie overdragen aan een registeraccountant. Bij het KB van 16 mei 1978 (Stb.
1978, 254) is bepaald dat de Minister van Justitie hierin ontheffing kan verlenen,
in die zin dat een instelling kan volstaan met de controle van haar financiële administratie
door een accountant-administratieconsulent.
Waardering: V, 1 jaar
Minister van Justitie: subsidies aan particuliere reclasseringsinstellingen (RIO:
§ 4.5.3)
91.
Handeling: Het beslissen op de aanvraag van algemene subsidie door een erkende particuliere
reclasseringsinstelling
Periode: 1948–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 16 t/m 19 (Stb. 1947, H 423), KB van 8
juni 1965, art. 11 t/m 17 (Stb. 1965, 240), Reclasseringsregeling 1970, art. 10 t/m
16 (Stb. 1969, 598), vervallen in 1986 (Stb. 1986, 1)
Waardering: B 5
93.
Handeling: Het beslissen op de aanvraag van bijzondere subsidie door een erkende particuliere
reclasseringsinstelling
Periode: 1948–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 11 t/m 15 (Stb. 1947, H 423), KB van 8
juni 1965, art. 19 t/m 21 (Stb. 1965, 240), Reclasseringsregeling 1970, art. 18 t/m
20 (Stb. 1969, 598), vervallen in 1986 (Stb. 1986, 1)
Waardering: B 5
95.
Handeling: Het beslissen op de aanvraag van bouwsubsidie door een erkende reclasseringsinstelling
Periode: 1948–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 20 (Stb. 1947, H 423), KB van 8 juni 1965,
art. 22 (Stb. 1965, 240), Reclasseringsregeling 1970, art. 21 (Stb. 1969, 598), vervallen
in 1986 (Stb. 1986, 1)
Waardering: V, 10 jaar
97.
Handeling: Het beslissen op de aanvraag van speciale subsidie door een erkende reclasseringsinstelling
Periode: 1948–1986
Grondslag: KB van 8 juni 1965, art. 18 (Stb. 1965, 240), Reclasseringsregeling 1970,
art. 9 t/m 21 (Stb. 1969, 598), vervallen in 1986 (Stb. 1986, 1)
Waardering: B 5
98.
Handeling: Het beslissen over een plan van een erkende particuliere reclasseringsinstelling
voor de aankoop, bouw, verbouw, inrichting en uitbreiding van een gebouw
Periode: 1948–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 20, lid 2 (Stb. 1947, H 423), KB van 8
juni 1965, art. 22, lid 4 (Stb. 1965, 240), Reclasseringsregeling 1970, art. 21, lid
4 (Stb. 1969, 598), gewijzigd 1974 (Stb. 1974, 718), vervallen in 1986 (Stb. 1986,
1)
Waardering: V, 10 jaar
99.
Handeling: Het treffen van een gemeenschappelijke regeling met een overheidsorgaan
dat eveneens subsidie toekent aan een erkende particuliere reclasseringsinstelling
Periode: 1965–1986
Grondslag: KB van 8 juni 1965, art. 15 (Stb. 1965, 240), Reclasseringsregeling 1970,
art. 14 (Stb. 1969, 598), vervallen in 1986 (Stb. 1986, 1)
Opmerking: Bij deze handeling gaat het om particuliere instellingen die, behalve reclasseringsarbeid,
ook andere werkzaamheden verrichten en daarvoor subsidies ontvangen.
Waardering: B 5
100.
Handeling: Het toekennen van subsidie in de kosten van werkzaamheden die gericht zijn
op de behartiging van gemeenschappelijke belangen van de erkende particuliere reclasseringsinstellingen
Periode: 1970–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1970, art. 9, lid 2 (Stb. 1969, 598), vervallen in
1986 (Stb. 1986, 1)
Opmerking: Deze bepaling maakt het mogelijk om subsidie te verlenen aan overkoepelende
organisaties die zich bezighouden met bijvoorbeeld een centrale loonadministratie,
een centrale registratie c.q. documentatie, centraal georganiseerde opleidingen, etc.
Waardering: V, 10 jaar
101.
Handeling: Het stellen van nadere regels voor de toekenning van bijzondere subsidie
Periode: 1965–1986
Grondslag: KB van 8 juni 1965, art. 19, lid 3 (Stb. 1965, 240), Reclasseringsregeling
1970, art. 18, lid 3 (Stb. 1969, 598), vervallen in 1986 (Stb. 1986, 1)
Waardering: B 5
102.
Handeling: Het vaststellen van:
-
– de termijnen voor de verpleging en behandeling van aangewezen personen
-
– de wijze van berekening van de kosten van deze verpleging en behandeling
-
– de eisen waaraan deze verpleging en behandeling moeten voldoen
Periode: 1965–1986
Grondslag: KB van 8 juni 1965, art. 19 (Stb. 1965, 240), Reclasseringsregeling 1970,
art. 19 (Stb. 1969, 598), vervallen in 1986 (Stb. 1986, 1)
Opmerking: In het kader van de toekenning van bijzondere subsidie aan particuliere
reclasseringsinstellingen verricht de Minister van Justitie de bovenstaande handeling.
Waardering: V, 10 jaar
Minister van Justitie: verpleeginrichtingen van particuliere reclasseringsinstellingen
(RIO: § 4.5.4)
104.
Handeling: Het vaststellen van de eisen waar de aan een erkende particuliere reclasseringsinstelling
verbonden verpleeginrichting moet voldoen
Periode: 1948–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 6, lid 2 (Stb. 1947, H 423), Reclasseringsregeling
1970, art. 6, lid 2 (Stb. 1969, 598), vervallen in 1986 (Stb. 1986, 1)
Waardering: B 5
105.
Handeling: Het goedkeuren van de aan een erkende particuliere reclasseringsinstelling
verbonden verpleeginrichtingen
Periode: 1948–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 6, lid 1 en 3 (Stb. 1947, H 423), Reclasseringsregeling
1970, art. 6, lid 1, 3 en 4 (Stb. 1969, 598), vervallen in 1986 (Stb. 1986, 1)
Opmerking: Een weigering van de goedkeuring wordt door de Minister van Justitie met
redenen omkleed. Aan de goedkeuring kan de Minister voorwaarden verbinden.
Waardering: V, 20 jaar
106.
Handeling: Het stellen van voorwaarden voor de opname van een persoon in een verpleeginrichting
die niet aan een erkende particuliere reclasseringsinstelling toebehoort
Periode: 1948–1970
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 7 (Stb. 1947, H 423), vervallen in 1970
(Stb. 1969, 598)
Opmerking: Een dergelijke opname geschiedt alleen na overlegging van een verklaring
van het bestuur van een inrichting dat zij zich zou houden aan de voor deze opname
gestelde voorwaarden. In de Reclasseringsregeling 1970 (Stb. 1969, 598) is het bovengenoemde
artikel niet langer opgenomen, omdat een reclasseringsinstelling zich bij een opname
in welke verpleeginrichting dan ook, altijd vooraf met het departement van Justitie
moet verstaan.
Waardering: V, 20 jaar
Minister van Justitie: overige handelingen van particuliere reclasseringsinstellingen
(RIO: § 4.5.5)
107.
Handeling: Het stellen van regels voor de wijze waarop een erkende particuliere reclasseringsinstelling
de door haar behandelde gevallen registreert
Periode: 1948–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 8, lid 2 (Stb. 1947, H 423), Reclasseringsregeling
1970, art. 7, lid 2 (Stb. 1969, 598), vervallen in 1986 (Stb. 1986, 1)
Waardering: B 5
108.
Handeling: Het goedkeuren van de personeelsformatie van een erkende particuliere reclasseringsinstelling
Periode: 1965–1986
Grondslag: KB van 8 juni 1965, art. 12 (Stb. 1965, 240), Reclasseringsregeling 1970,
art. 11 (Stb. 1969, 598), vervallen in 1986 (Stb. 1986, 1)
Waardering: V, 10 jaar
109.
Handeling: Het stellen van regels voor de werving en opleiding van personeel in dienst
van erkende particuliere reclasseringsinstellingen
Periode: 1965–1986
Grondslag: KB van 8 juni 1965, art. 13, sub b (Stb. 1965, 240), Reclasseringsregeling
1970, art. 12, sub b (Stb. 1969, 598), vervallen in 1986 (Stb. 1986, 1)
Waardering: B 5
110.
Handeling: Het stellen van regels voor de noodzakelijke dienstreizen van personeel
in dienst van erkende particuliere reclasseringsinstellingen
Periode: 1965–1986
Grondslag: KB van 8 juni 1965, art. 13, sub c (Stb. 1965, 240), Reclasseringsregeling
1970, art. 12, sub b (Stb. 1969, 598), vervallen in 1986 (Stb. 1986, 1)
Waardering: V, 5 jaar
Minister van Justitie: erkenning van de reclasseringsstichtingen en de Nederlandse
Federatie van Reclasseringsinstellingen (RIO: § 4.6.1)
112.
Handeling: Het nemen van een besluit inzake de erkenning van de Nederlandse Federatie
van Reclasseringsinstellingen
Periode: 1986–1995
Grondslag: Reclasseringsregeling 1986, art. 5, lid 3 (Stb. 1985, 1), gewijzigd in
1994 (Stb. 1994, 407), vervallen in 1995 (Stb. 1994, 875)
Waardering: B 5
114.
Handeling: Het nemen van een besluit inzake de erkenning van een reclasseringsstichting
Periode: 1986–1995
Grondslag: Reclasseringsregeling 1986, art. 4, lid 2 en 5, lid 2 en 4 (Stb. 1986,
1), gewijzigd in 1993 (Stb. 1993, 399), vervallen 1995 (Stb. 1994, 875)
Opmerking: Krachtens het KB van 1 april 1992 (Stb. 1992, 215) is een reclasseringsstichting
verplicht om een voornemen tot wijziging van haar statutaire doel mede te delen aan
de Minister van Justitie. Uiteraard kan een wijziging van het statutaire doel gevolgen
hebben voor de erkenning van een de betreffende stichting.
Waardering: B 5
116.
Handeling: Het stellen van algemene voorwaarden inzake de erkenning van een reclasseringsstichting
Periode: 1986–1995
Grondslag: Reclasseringsregeling 1986, art. 5, lid 3 (Stb. 1986, 1), gewijzigd in
1993 (Stb. 1993, 399), vervallen 1995 (Stb. 1994, 875)
Opmerking: De Minister van Justitie heeft aan de erkenning van elke reclasseringsstichting
algemene voorwaarden verbonden: Erkenningsvoorwaarden Reclasseringsinstellingen (Stcrt.
1986, 82). De Toelichting op de Erkenningsvoorwaarden Reclasseringsinstellingen vermeldt
nadrukkelijk dat de Minister van Justitie naast deze algemene voorwaarden nog nadere
voorwaarden kan stellen. Hij kan dit bij afzonderlijke stichtingen doen maar ook in
het algemeen. Wanneer de Minister bij een afzonderlijke stichting voorwaarden stelt
voor haar erkenning valt dit onder handeling 114.
Waardering: B 5
117.
Handeling: Het geven van de zienswijze van de Minister van Justitie over de benoeming
van een nieuwe directeur aan de betreffende reclasseringsstichting
Periode: 1986–1995
Bron: Toelichting op de Erkenningsvoorwaarden Reclasseringsinstellingen (Stcrt. 1986,
82), vervallen in 1995 (Stb. 1994, 875)
Opmerking: Op grond van de Erkenningsvoorwaarden Reclasseringsinstellingen (Stcrt.
1986, 82) is een reclasseringsstichting verplicht om haar voornemen tot de benoeming
van een nieuwe directeur tenminste een maand voordien te melden aan de Minister van
Justitie. De Toelichting op de Erkenningsvoorwaarden Reclasseringsinstellingen (Stcrt.
1986, 82) vermeldt dat deze voorwaarde de Minister de mogelijkheid geeft om vooraf
zijn zienswijze mede te delen over de te benoemen persoon.
Waardering: B 5
118.
Handeling: Het goedkeuren van de door een reclasseringsstichting opgestelde regels
inzake:
-
– de verzameling, opslag en verwerking van persoonsgegevens
-
– het registratiesysteem voor cliëntenbestand en de productie van reclasseringswerkzaamheden
Periode: 1986–1995
Grondslag: Erkenningsvoorwaarden Reclasseringsinstellingen, art. 5 (Stcrt. 1986, 82),
vervallen in 1995 (Stb. 1994, 875)
Opmerking: Over de opstelling van deze regels pleegt de stichting overleg met de Nederlandse
Federatie van Reclasseringsinstellingen en met instellingen die op een bijzondere
wijze of voor een bijzondere categorie van personen reclasseringswerkzaamheden verrichten.
Waardering: B 5
Minister van Justitie: controleren van reclasseringsstichtingen en de Nederlandse
Federatie van Reclasseringsinstellingen (RIO: § 4.6.2)
119.
Handeling: Het vaststellen van een jaarlijks inspectieplan in overleg met de Nederlandse
Federatie van Reclasseringsinstellingen
Periode: 1986–1995
Grondslag: Instructie Inspectie Reclassering, art. 3 (Stcrt. 1986, 42), vervallen
in 1995 (Stb. 1994, 875)
Opmerking: In dit overleg kunnen zich ook instellingen voegen die in meer dan een
arrondissement op een bijzondere wijze of voor een bijzondere categorie van personen
reclasseringswerkzaamheden verrichten.
Waardering: B 5
120.
Handeling: Het in overleg met de Nederlandse Federatie van Reclasseringsinstellingen
vaststellen van de inhoud van het jaarlijkse verslag over de verrichtte inspectie
werkzaamheden
Periode: 1986–1995
Grondslag: Instructie Inspectie Reclassering, art. 5 (Stcrt. 1986, 42), vervallen
in 1995 (Stb. 1994, 875)
Opmerking: In dit overleg kunnen zich ook instellingen voegen die in meer dan een
arrondissement op een bijzondere wijze of voor een bijzondere categorie van personen
reclasseringswerkzaamheden verrichten. Het jaarlijkse verslag is openbaar.
Waardering: B 5
121.
Handeling: Het rapporteren in het kader van de controle van de werkzaamheden van een
reclasseringsstichting of de Nederlandse Federatie van Reclasseringsinstellingen
Periode: 1986–1995
Grondslag: Reclasseringsregeling 1986, art. 44 t/m 48 (Stb. 1986, 1) en art. 48a,
zoals is ingevoegd bij het KB van 8 juni 1994 (Stb. 1994, 407), vervallen in 1995
(Stb. 1994, 875)
Opmerking: Onder het controleren van de werkzaamheden van de NFR wordt ook het inspecteren
van vestigingsplaatsen verstaan.
Waardering: V, 15 jaar
122.
Handeling: Het rapporteren in het kader van de controle van de financiële administratie
van een reclasseringsstichting of de Nederlandse Federatie van Reclasseringsinstellingen
Periode: 1986–1995
Grondslag: Reclasseringsregeling 1986, art. 46, lid 3 (Stb. 1986, 1), en art. 48a,
zoals is ingevoegd bij het KB van 8 juni 1994 (Stb. 1994, 407), vervallen in 1995
(Stb. 1994, 875)
Waardering: V, 7 jaar
Minister van Justitie: subsidies aan reclasseringsstichtingen en de Nederlandse Federatie
van Reclasseringsinstellingen (RIO: § 4.6.4)
124.
Handeling: Het stellen van nadere regels inzake de toekenning van subsidie aan de
reclasseringsstichtingen en de Nederlandse Federatie van Reclasseringsinstellingen
Periode: 1986–1995
Grondslag: Reclasseringsregeling 1986, art. 16 (Stb. 1986, 1), vervallen 1995 (Stb.
1994, 875)
Waardering: B 5
126.
Handeling: Het geven van richtlijnen voor de inrichting van:
Periode: 1986–1995
Grondslag: Reclasseringsregeling 1986, art. 9, lid 5 (Stb. 1986, 1), gewijzigd in
1992 (Stb. 1992, 215), gewijzigd in 1993 (Stb. 1993, 399), vervallen in 1995 (Stb.
1994, 875)
Waardering: B 5
127.
Handeling: Het nemen van een beslissing inzake de goedkeuring van het landelijk plan
van de Nederlandse Federatie van Reclasseringsinstellingen
Periode: 1986–1995
Grondslag: Reclasseringsregeling 1986, art. 9, lid 3, t/m 6 (Stb. 1986, 1), gewijzigd
in 1992 (Stb. 1992, 215), art. 48a, zoals ingevoegd bij het KB van 8 juni 1994 (Stb.
1994, 407), vervallen 1995 (Stb. 1994, 875)
Waardering: B 5
128.
Handeling: Het nemen van een beslissing inzake de goedkeuring van het jaarlijkse plan
van een reclasseringsstichting
Periode: 1986–1995
Grondslag: Reclasseringsregeling 1986, art. 9, lid 1,4, 5 en 6 (Stb. 1986, 1), gewijzigd
in 1992 (Stb. 1992, 215), vervallen 1995 (Stb. 1994, 875)
Opmerking: Instellingen die op een bijzondere wijze of voor een bijzondere categorie
van personen reclasseringswerkzaamheden verrichten worden hier ook in de gelegenheid
gesteld om hun zienswijze uiteen te zetten. De Nota van Toelichting op de Reclasseringsregeling
1986 (Stb. 1986, 1) vermeldt dat wanneer de Minister van Justitie aarzelt over de
goedkeuring van het jaarlijks plan van een reclasseringsstichting, hierover met de
betrokken partijen nader overleg plaatsvindt.
Waardering: B 5
129.
Handeling: Het beslissen op de toekenning van algemene subsidie aan een reclasseringsstichting
of de Nederlandse Federatie van Reclasseringsinstellingen
Periode: 1986–1995
Grondslag: Reclasseringsregeling 1986, art. 10 t/m 13 (Stb. 1986, 1), art. 10 t/m
12, 16B, 16C, 16G, 16 H, 16K en 16R, zoals gewijzigd en ingevoegd bij het KB van 1
april 1992 (Stb. 1992, 215), gewijzigd in 1993 (Stb. 1993, 399), art. 48a, zoals ingevoegd
bij het KB van 8 juni 1994 (Stb. 1994, 407), vervallen 1995 (Stb. 1994, 875)
Waardering: B 5
130.
Handeling: Het beslissen op de aanvraag voor bijzondere subsidie van een reclasseringsstichting
of de Nederlandse Federatie van Reclasseringsinstellingen
Periode: 1986–1995
Grondslag: Reclasseringsregeling 1986, art. 14 en 15 (Stb. 1986, 1), art. 13 en 14,
lid 2 en 4, 16M en 16R, zoals gewijzigd en ingevoegd bij het KB van 1 april 1992 (Stb.
1992, 215), gewijzigd in 1993 (Stb. 1993, 399), art. 48a, zoals ingevoegd bij het
KB van 8 juni 1994 (Stb. 1994, 407), vervallen 1995 (Stb. 1994, 875)
Waardering: B 5
131.
Handeling: Het beslissen op de aanvraag bouwsubsidie van een reclasseringsstichting
of de Nederlandse Federatie van Reclasseringsinstellingen
Periode: 1986–1995
Grondslag: Reclasseringsregeling 1986, art. 14 en 15 (Stb. 1986, 1), art. 13 en 14,
lid 3 en 4, 16, 16J, en 16R, zoals gewijzigd en ingevoegd bij het KB van 1 april 1992
(Stb. 1992, 215), gewijzigd in 1993 (Stb. 1993, 399), art. 48a, zoals ingevoegd bij
het KB van 8 juni 1994 (Stb. 1994, 407), vervallen 1995 (Stb. 1994, 875)
Waardering: V, 10
132.
Handeling: Het beslissen op de aanvraag speciale subsidie van een reclasseringsstichting
of de Nederlandse Federatie van Reclasseringsinstellingen
Periode: 1986–1995
Grondslag: Reclasseringsregeling 1986, art. 14 en 15 (Stb. 1986, 1), art. 13 en 14,
lid 1 en 4, 15, 16C, 16 I, en 16R, zoals gewijzigd en ingevoegd bij het KB van 1 april
1992 (Stb. 1992, 215), gewijzigd in 1993 (Stb. 1993, 399), art. 48a, zoals ingevoegd
bij het KB van 8 juni 1994 (Stb. 1994, 407), vervallen 1995 (Stb. 1994, 875)
Waardering: B 5
133.
Handeling: Het vaststellen van de norm voor het uitdrukken van reclasseringswerkzaamheden
in uren
Periode: 1986–1995
Bron en Grondslag: Nota van Toelichting op de Reclasseringsregeling 1995 (Stb. 1986,
1) en Reclasseringsregeling 1986, art. 11, lid 4, zoals ingevoegd bij het KB van 1
april 1992 (Stb. 1992, 215) en art. 48a, zoals ingevoegd bij het KB van 8 juni 1994
(Stb. 1994, 407), vervallen 1995 (Stb. 1994, 875)
Opmerking: De Minister van Justitie stelt deze norm vast in overleg met de Nederlandse
Federatie van Reclasseringsinstellingen en de reclasseringsstichtingen. Uit de Nota
van Toelichting op de Reclasseringsregeling 1986 blijkt dat dit overleg al vanaf 1986
plaatsvindt. Pas in 1992 kreeg dit overleg echter een wettelijke grondslag.
Waardering: B 5
134.
Handeling: Het bijhouden van een financiële administratie betreffende de personen
ten behoeve van wie een bijzondere subsidie wordt verstrekt
Periode: 1992–1995
Grondslag: Reclasseringsregeling 1986, art. 16M, lid 3, zoals ingevoegd bij het KB
van 1 april 1992 (Stb. 1992, 215) en art. 48a, zoals ingevoegd bij het KB van 8 juni
1994 (Stb. 1994, 407), vervallen 1995 (Stb. 1994, 875)
Waardering: V, 7 jaar
135.
Handeling: Het bepalen van een model voor de aanvraag van bijzondere subsidie door
reclasseringsstichtingen
Periode: 1992–1993
Grondslag: Reclasseringsregeling 1986, art. 16M, lid 3, zoals ingevoegd bij het KB
van 1 april 1992 (Stb. 1992, 215), vervallen in 1993 (Stb. 1993, 399)
Waardering: V, 10 jaar
136.
Handeling: Het bij ministeriële regeling stellen van nadere regels voor het verlenen
van bouwsubsidie aan:
Periode: 1992–1995
Grondslag: Reclasseringsregeling 1986, art. 16, lid 3 en 16R, zoals ingevoegd bij
het KB van 1 april 1992 (Stb. 1992, 215), art. 48a zoals ingevoegd bij het KB van
8 juni 1994 (Stb. 1994, 407), vervallen 1995 (Stb. 1994, 875}
Waardering: V, 10 jaar
137.
Handeling: Het subsidiëren van wachtgelden in verband met ontslagen bij:
Periode: 1992–1995
Grondslag: Reclasseringsregeling 1995, art. 16A, lid 1 en 16R, zoals ingevoegd bij
het KB van 1 april 1992 (Stb. 1992, 215), art. 48a, zoals ingevoegd bij het KB van
8 juni 1994 (Stb. 1994, 407), vervallen 1995 (Stb. 1994, 875)
Waardering: V, 7 jaar
138.
Handeling: Het doen van een vordering bij:
Periode: 1986–1995
Grondslag: Subsidieregeling Reclassering, art. 14 en 17 (Stcrt. 1986, 68), Reclasseringsregeling
1986, art. 16N, lid 1, 4 en 5 en 16R, zoals ingevoegd bij het KB van 1 april 1992
(Stb. 1992, 215) en art. 48a, zoals is ingevoegd bij het KB van 8 juni 1994 (Stb.
1994, 407), vervallen 1995 (Stb. 1994, 875)
Opmerking: De Minister van Justitie kan een vordering doen bij een reclasseringsstichting
of de NFR in verband met:
-
– het beëindigen van reclasseringswerkzaamheden
-
– het vervreemden en aan hun bestemming onttrekken van door de Minister (mede) bekostigde
gebouwen, terreinen of roerende zaken
Waardering: V, 7 jaar
139.
Handeling: Het jaarlijks vaststellen voor de reclasseringsstichtingen en de Nederlandse
Federatie van Reclasseringsinstellingen van:
-
– de normatieve personeelsformatie
-
– de bedragen die beschikbaar worden gesteld voor het uitbesteden van reclasseringswerkzaamheden
-
– de deelbudgetten die beschikbaar worden gesteld voor honoraria consulenten, secundaire
personeelskosten, reis- en verblijfkosten, bijdrage landelijke vereniging en apparaatskosten
Periode: 1986–1995
Grondslag: Subsidieregeling Reclassering, art. 4, lid 2, 3 en 4 en 17 (Stcrt. 1986,
68), vervallen 1995 (Stb. 1994, 875)
Waardering: B 5
140.
Handeling: Het toekennen van een tijdelijke toeslag op het deelbudget apparaatskosten
van:
Periode: 1986–1995
Grondslag: Subsidieregeling Reclassering, art. 4, lid 5 en 17 (Stcrt. 1986, 68), vervallen
1995 (Stb. 1994, 875)
Opmerking: De Minister van Justitie kan een dergelijke toeslag toekennen in verband
met de huisvestingssituatie.
Waardering: V, 7 jaar
141.
Handeling: Het goedkeuren van een reclasseringsstichting of de Nederlandse Federatie
van Reclasseringsinstellingen van:
-
– onvoorziene uitgaven die een wijziging betekenen in de goedgekeurde begroting
-
– het aangaan of wijzigen van organisatorische of financiële banden
-
– aan- en verkoop van onroerend goed
-
– het bezwaren van onroerend goed
-
– het aangaan of beëindigen van huurverplichtingen ter zake ontroerend goed
-
– het aangaan van financiële verplichtingen, die niet voor subsidie van het Ministerie
in aanmerking komen en niet uit het eigen vermogen gedekt kunnen worden
-
– plannen voor de aankoop, bouw, verbouw van een inrichting
Periode: 1986–1995
Grondslag: Subsidieregeling Reclassering, art. 5, t/m 8, 13 en 17 (Stcrt. 1986, 68),
vervallen 1995 (Stb. 1994, 875)
Waardering: B 5
142.
Handeling: Het beslissen op het verzoek van een reclasseringsstichting of de Nederlandse
Federatie van Reclasseringsinstellingen om de jaarrekening vergezeld te laten gaan
van een verklaring van een accountant-administratieconsulent
Periode: 1986–1995
Grondslag: Subsidieregeling Reclassering, art. 9, lid 5 en 17 (Stcrt. 1986, 68), vervallen
1995 (Stb. 1994, 875)
Opmerking: De jaarrekening moet vergezeld gaan van een verklaring van een register-accountant.
Hierop kan ontheffing in de bovengenoemde zin worden gevraagd.
Waardering: V, 1 jaar
143.
Handeling: Het vooraf goedkeuren van een reclasseringsstichting of de Nederlandse
Federatie van Reclasseringsinstellingen tot:
-
– het afsluiten van een huur- of koopovereenkomst die leidt tot een jaarlijkse last
van meer dan f 25.000,–
-
– het aangaan of het verstrekken van geldleningen en het medewerken aan het vestigen
van een zekerheidsrecht op de hieruit voortvloeiende rechten
-
– het vervreemden van of bezwaren van goederen en/of andere vermogensbestanddelen waarvan
de verwervingskosten en/of lasten (mede) bekostigd zijn door subsidie
-
– het aangaan van een verbinding als borg of hoofdelijk medeschuldenaar of het zich
voor derden sterk maken of het zich tot zekerstelling voor schulden aan derden verbinden
-
– het cederen van vorderingen
-
– de oprichting van een rechtspersoon (alleen of met anderen)
-
– het wijzigen van tarieven voor het doorberekenen of verrekenen van diensten of werkzaamheden
-
– het aangaan van verplichtingen in het kader van een automatiseringsproject
-
– het veranderen van huisvesting
-
– het vormen van fondsen en reserveringen
Periode: 1992–1995
Grondslag: Reclasseringsregeling 1986, art. 16E en 16R, zoals ingevoegd bij het KB
van 1 april 1992 (Stb. 1992, 215), art. 48a, zoals ingevoegd bij het KB van 8 juni
1994 (Stb. 1994, 407), vervallen 1995 (Stb. 1994, 875)
Opmerking: Aangezien de in de bovenstaande handeling genoemde activiteiten financiële
implicaties van structurele aard (kunnen) hebben, is vooraf toestemming nodig van
de zijde van de subsidiegever.
Waardering: V, 7 jaar
144.
Handeling: Het onder voorschriften verlenen van ontheffing van één of meerdere bepalingen
van de subsidieregels aan:
Periode: 1992–1995
Grondslag: Reclasseringsregeling 1986, art. 16Q en 16R, zoals ingevoegd bij KB van
1 april 1992 (Stb. 1992, 215), art. 48a, zoals ingevoegd bij het KB van 8 juni 1994
(Stb. 1994, 407), vervallen 1995 (Stb. 1994, 875)
Waardering: V, 10 jaar
145.
Handeling: Het geven van toestemming aan een reclasseringsstichting of de Nederlandse
Federatie van Reclasseringsinstellingen om:
-
– de bestemming, bouw of indeling van een te (ver)bouwen inrichting te wijzigen
-
– de inrichting in zijn geheel of ten dele te vervreemden of te bezwaren
Periode: 1992–1995
Grondslag: Reclasseringsregeling 1986, art. 16J, lid 4 en 16R, zoals ingevoegd bij
het KB van 1 april 1992 (Stb. 1992, 215), art. 48a, zoals ingevoegd bij het KB van
8 juni 1994 (Stb. 1994, 407), vervallen 1995 (Stb. 1994, 875)
Waardering: V, 10 jaar
Minister van Justitie: erkenning van de Stichting Reclassering Nederland (RIO: § 4.7.1)
147.
Handeling: Het nemen van een besluit inzake de erkenning van een landelijke reclasseringsstichting
(Stichting Reclassering Nederland)
Periode: 1995–
Grondslag: Reclasseringsregeling 1995, art. 2, lid 1 en art. 3, lid 2, 3 en 4 (Stb.
1994, 875)
Opmerking: In de Reclasseringsregeling 1995 (art. 3, lid 2) is vastgelegd dat de Minister
van Justitie in overleg met de SRN de voorwaarden voor haar erkenning kan wijzigen.
Waardering: B 5
Minister van Justitie: controleren van de Stichting Reclassering Nederland (RIO: §
4.7.2)
148.
Handeling: Het rapporteren in het kader van de controle van de werkzaamheden van de
Stichting Reclassering Nederland
Periode: 1995–
Grondslag: Reclasseringsregeling 1995, art. 34 t/m 36 (Stb. 1994, 875)
Opmerking: Onder het controleren van de werkzaamheden van de SRN wordt ook het inspecteren
van vestigingsplaatsen verstaan. Het Ministerie kan ook onderzoek doen naar aanleiding
van een incidentmelding.
Waardering: V, 15 jaar
149.
Handeling: Het rapporteren in het kader van de controle van de financiële administratie
van de Stichting Reclassering Nederland
Periode: 1995–
Grondslag: Reclasseringsregeling 1995, art. 21, lid 1 en 34, lid 3 (Stb. 1994, 875)
Waardering: V, 7 jaar
Minister van Justitie: subsidie aan de Stichting Reclassering Nederland (RIO: § 4.7.3)
150.
Handeling: Het beslissen op de aanvraag van de jaarlijkse subsidie door de Stichting
Reclassering Nederland
Periode: 1995–
Grondslag: Reclasseringsregeling 1995, art. 15 t/m 28 (Stb. 1994, 875)
Opmerking: Onder deze handeling wordt zowel de voorlopige subsidieverlening, de definitieve
subsidievaststelling en verstrekken van voorschotten verstaan.
Waardering: B 5 De SRN is verantwoordelijk voor alle reclasseringswerkzaamheden. Deze
werkzaamheden worden in de subsidieaanvraag beschreven.
151.
Handeling: Het in overleg met de Stichting Reclassering Nederland ontwikkelen van
de fiancierings- en afrekensystematiek voor de stichting
Periode: 1996–
Bron: Toelichting op de Uitvoeringsregeling reclassering tweede tranche (Stcrt. 1998,
109)
Opmerking: Deze systematiek is in de paragrafen subsidieaanvraag en subsidievaststelling
van Hoofstuk 3 van de Uitvoeringsregeling reclassering tweede tranche (Stcrt. 1998,
109) opgenomen.
Dit gebeurde mede ter uitvoering van een toezegging aan de Algemene Rekenkamer.
Waardering: B 5
152.
Handeling: Het bij Ministeriële regeling vaststellen van de eisen voor de inrichting
van het jaarverslag en het activiteitenverslag van de Stichting Reclassering Nederland
Periode: 1995–
Bron: Toelichting op de Reclasseringsregeling 1995 (Stb. 1994, 875)
Opmerking: De Toelichting op de Reclasseringsregeling 1995 (Stb. 1994, 875) vermeldt
dat zo nodig bij Ministeriële regeling wordt bepaald hoe het jaarverslag en het activiteitenverslag
moet worden ingericht.
Waardering: B 2,3
153.
Handeling: Het vaststellen van de bijdrage aan de arbeidskosten en de ruimte voor
arbeidsvoorwaardenontwikkeling in kader van de subsidiering van de Stichting Reclassering
Nederland
Periode: 1998–
Grondslag: Uitvoeringsregeling reclassering tweede tranche, art. 9 (Stcrt. 1998, 109)
Opmerking: Jaarlijks voeren de Minister en de Stichting Reclassering Nederland hierover
overleg. Indien zij niet tot overeenstemming kunnen komen, kunnen de Minister en de
stichting zowel afzonderlijk als gezamenlijk advies vragen aan de Adviescommissie
arbeidskostenontwikkeling gesubsidieerde sectoren Justitie.
Waardering: B 5
154.
Handeling: Het beslissen op de aanvraag van een afzonderlijke subsidie ten behoeve
van de bouw, inrichting en de uitbreiding van gebouwen ten dienste van de reclassering
Periode: 1995–
Grondslag: Reclasseringsregeling 1995, art. 15, lid 2 (Stb. 1994, 875)
Opmerking: Bij Overeenkomst van 25 oktober 1995 tussen het Ministerie van Justitie
en de Stichting Reclassering Nederland (Kenmerk 522191/95/PJR) zijn de randvoorwaarden
afgesproken waaronder de financiering van de herhuisvesting van grote onderdelen van
de reclasseringsorganisatie zal plaatsvinden.
Waardering: V, 10 jaar
155.
Handeling: Het beslissen op een verzoek van de Stichting Reclassering Nederland tot:
-
– het in eigendom verwerven, het vervreemden of het bezwaren van registergoederen, alsmede
van andere vermogensbestanddelen
-
– het overbrengen van vermogen en/of vermogensbestanddelen naar andere organisaties
met of zonder rechtspersoonlijkheid, zonder reële tegenprestatie
-
– het vormen van voorzieningen en reserveringen anders dan in dit besluit
-
– het oprichten dan wel deelnemen aan een rechtspersoon
-
– het wijzigen van de statuten
-
– een juridische fusie als bedoeld in artikel 309 van Boek II van het Burgerlijk Wetboek
-
– het doen van aangifte tot haar faillissement of het aanvragen van haar suréance van
betaling
-
– het ontbinden van de stichting
Periode: 1998–
Grondslag: Uitvoeringsregeling reclassering tweede tranche, art. 19 (Stcrt. 1998,
109)
Waardering: B 4, 5
156.
Handeling: Het doen van een verzoek aan de Stichting Reclassering Nederland tot het
verstrekken van een beschrijving van de tussen haar en andere rechtspersonen bestaande
organisatorische en financiële banden
Periode: 1998–
Grondslag: Uitvoeringsregeling reclassering tweede tranche, art. 21 (Stcrt. 1998,
109)
Waardering: B 4
157.
Handeling: Het doen van een vordering bij de Stichting Reclassering Nederland
Periode: 1998–
Grondslag: Uitvoeringsregeling reclassering tweede tranche (Stcrt. 1998, 109)
Opmerking: De Minister kan een vordering doen bij de Stichting Reclassering Nederland
in verband met:
-
– het beëindigen van reclasseringswerkzaamheden
-
– het vervreemden en aan hun bestemming onttrekken van door de Minister (mede) bekostigde
gebouwen, terreinen of roerende zaken
Waardering: V, 7 jaar
Minister van Justitie: regels inzake werkzaamheden van de Stichting Reclassering Nederland
en de wijze waarop zij hierover de Minister informeert (RIO § 4.7.4)
158.
Handeling: Het bij Ministeriële regeling stellen van regels inzake de werkzaamheden
van de Stichting Reclassering Nederland en de wijze waarop zij hierover de Minister
informeert
Periode: 1995–
Grondslag: Reclasseringsregeling 1995, art. 2, lid 3 (Stb. 1994, 875)
Waardering: B 5
159.
Handeling: Het geven van de zienswijze van de Minister van Justitie over:
-
– het aangaan van huurovereenkomsten door de Stichting Reclassering Nederland die leiden
tot een jaarlijkse lasten van meer dan ƒ 100.000,–
-
– het aangaan of verstrekken van geldleningen en lease-overeenkomsten door de Stichting
Reclassering Nederland en het meewerken aan het vestigen van een zekerheidsrecht of
hieruit voortvloeiende rechten die een bedrag van ƒ 50.000,– te boven gaan
Periode: 1998–
Grondslag: Uitvoeringsregeling reclassering tweede tranche, art. 17 (Stcrt. 1998,
109)
Opmerking: De Stichting Reclassering Nederland is verplicht om de bovennoemde zaken
te melden bij de Minister van Justitie.
Waardering: V, 7 jaar
Minister van Justitie: erkenning van een instelling die op een bijzondere wijze of
voor een bijzondere categorie van personen reclasseringswerkzaamheden verricht (RIO:
§ 4.8.1)
161.
Handeling: Het nemen van een besluit inzake de erkenning van een instelling die op
een bijzondere wijze of voor een bijzondere categorie van personen reclasseringswerkzaamheden
verricht
Periode: 1986 –1995
Grondslag: Reclasseringsregeling 1986, art. 6, lid 1 en 2 (Stb. 1986, 1) en Reclasseringsregeling
1995, art. 4, lid 1, 2 en 3 (Stb. 1994, 875)
Opmerking: De Minister van Justitie kon aan de erkenning voorwaarden verbinden. Wanneer
de erkenning reeds had plaatsgevonden, kon de Minister, na overleg met de betreffende
instelling, nadere voorwaarden stellen.
Waardering: B 5
162.
Handeling: Het geven van een oordeel over het voornemen van de Stichting Reclassering
Nederland inzake de erkenning van een instelling die op een bijzondere wijze of voor
een bijzondere categorie van personen reclasseringswerkzaamheden verricht
Periode: 1995–
Grondslag: Reclasseringsregeling 1995, art. 4, lid 4 (Stb. 1994, 875)
Waardering: B 5
Minister van Justitie: controleren van instellingen die op een bijzondere wijze of
voor een bijzondere categorie van personen reclasseringswerkzaamheden verrichten (RIO:
§ 4.8.2)
163.
Handeling: Het rapporteren in het kader van de controle van de werkzaamheden van een
instelling die op een bijzondere wijze of voor een bijzondere categorie van personen
reclasseringswerkzaamheden verricht
Periode: 1986–
Grondslag: Reclasseringsregeling 1986, art. 44 t/m 48 (Stb. 1986, 1), Instructie Inspectie
Reclassering, art. 2, 4, 6, en 7 (Stcrt. 1986, 42), Reclasseringsregeling 1995, art.
34 t/m 36 (Stb. 1994, 875)
Waardering: V, 15 jaar
164.
Handeling: Het rapporteren in het kader van de controle van de financiële administratie
van een instelling die op een bijzondere wijze of voor een bijzondere categorie van
personen reclasseringswerkzaamheden verricht
Periode: 1986–
Grondslag: Reclasseringsregeling 1986, art. 46, lid 3 (Stb. 1986, 1), Reclasseringsregeling
1995, art. 34, lid 3(Stb. 1994, 875)
Waardering: V, 7 jaar
Minister van Justitie: reclasseringsambtenaren en reclasseringsagenten (RIO: § 4.9.1)
166.
Handeling: Het vaststellen van de eisen voor een erkenning of aanstelling als reclasseringsambtenaar
Periode: 1970–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1970, art. 24, lid 1 (Stb. 1969, 598), vervallen
in 1986 (Stb. 1986,1)
Waardering: B 5
167.
Handeling: Het beslissen inzake de aanstelling of erkenning van een:
Periode: 1948–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 17, 60, lid 1 en 64 (Stb. 1947, H 423),
Reclasseringsregeling 1970, art. 24, lid 2 en 25, lid 1 (Stb. 1969, 598), vervallen
in 1986 (Stb. 1986,1)
Opmerking: De Nota van Toelichting op de Reclasseringsregeling 1970 (Stb. 1969, 598)
vermeldt dat de Minister van Justitie legitimatiebewijzen verstrekt aan reclasseringsambtenaren.
Waardering: V, 75 jaar na geboortedatum
169.
Handeling: Het toekennen van een bezoldiging, abonnement voor bureelkosten en vergoeding
voor reis- en verblijfkosten aan een door de Minister van Justitie aangestelde:
-
– reclasseringsambtenaar
-
– reclasseringsagent
Periode: 1948–1970
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 61 en 64 (Stb. 1947, H 423), vervallen
in 1970 (Stb. 1969, 598)
Waardering: V, 7 jaar
170.
Handeling: Het opstellen en wijzigen van de instructie voor een door de Minister van
Justitie aangestelde:
-
– reclasseringsambtenaar
-
– reclasseringsagent
Periode: 1948–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 60, lid 2 Stb. 1947, H 423), vervallen
in 1970 (Stb. 1969, 598)
Opmerking: De Nota van Toelichting op de Reclasseringsregeling 1970 (Stb. 1969, 598)
vermeldt dat het hier handelt om een uit de ambtenaarsverhouding voortspruitende bevoegdheid,
waarvan het niet noodzakelijk was om haar nog eens afzonderlijke te bepalen. In de
Reclasseringsregeling 1970 (Stb. 1969, 598) is deze bevoegdheid dan ook niet langer
opgenomen.
Waardering: B 5
171.
Handeling: Het vaststellen van regels omtrent de eedaflegging van reclasseringsambtenaren
Periode: 1948–1988
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art.62, lid 2 (Stb. 1947, H 423), Reclasseringsregeling
1970, art. 26, lid 2 (Stb. 1969, 598), vervallen in 1988 (Stcrt. 1988,139)
Waardering: V, 5 jaar
172.
Handeling: Het beslissen over de uitoefening van een nevenfunctie of andere betrekking
door een reclasseringsambtenaar
Periode: 1948–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 63 (Stb. 1947, H 423), Reclasseringsregeling
1970, art. 27 (Stb. 1969, 598), vervallen in 1986 (Stb. 1986,1)
Waardering: V, 5 jaar
Minister van Justitie: ambtenaren belast met het controleren van het functioneren
van de reclassering (RIO: § 4.9.2)
174.
Handeling: Het vaststellen van een instructie voor ambtenaren die het functioneren
van de reclassering controleren
Periode: 1986–
Grondslag: Reclasseringsregeling 1986, art. 43, lid 2 (Stb. 1986, 1), gewijzigd in
1993 (Stb. 1993, 399) en art. 48a, zoals is ingevoegd bij het KB van 8 juni 1994 (Stb.
1994, 407)
Opmerking: In de Reclasseringsregeling 1995 (Stb. 1994, 875) is deze bepaling niet
langer opgenomen. De Motie van Toelichting hierop vermeldt echter dat ook zonder een
dergelijke bepaling de Minister bevoegd is om een dergelijks ambtsinstructie vast
te stellen.
Waardering: B 5
175.
Handeling: Het aanwijzen van ambtenaren die het functioneren van de reclassering controleren
Periode: 1948–
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 8, lid 1 en 3 (Stb. 1947, H 423), Reclasseringsregeling
1970, art. 7, lid 1 en 3 en 29 (Stb. 1969, 598), Reclasseringsregeling 1986, art.
43, lid 1 (Stb. 1986, 1) en art. 48a, zoals is ingevoegd bij het KB van 8 juni 1994
(Stb. 1994, 407), Reclasseringsregeling 1995, art. 33, lid 1 (Stb. 1994, 875)
Opmerking: In de Reclasseringsregeling 1995 (Stb. 1994, 875) is vastgelegd dat de
Minister van Justitie aan de bovengenoemde ambtenaren legitimatiebewijzen verstrekt.
Waardering: V, 75 jaar na geboortedatum
Minister van Justitie: reclasseringswerkers (RIO: § 4.9.3)
177.
Handeling: Het vaststellen van de eisen voor een erkenning of aanwijzing als reclasseringswerker
Periode: 1986–
Grondslag: Reclasseringsregeling 1986, art. 17, lid 2 (Stb. 1986, 1), gewijzigd in
1993 (Stb. 1993, 399), Reclasseringsregeling 1995, art. 6, lid 4 (Stb. 1994, 875)
Waardering: B 5
178.
Handeling: Het beslissen inzake een erkenning of aanwijzing van een reclasseringswerker
Periode: 1986–1995
Grondslag: Reclasseringsregeling 1986, art. 17, lid 1 en 3(Stb. 1986, 1), gewijzigd
in 1993 (Stb. 1993, 399), Reclasseringsregeling 1995, art. 6, lid 2 (Stb. 1994, 875)
Opmerking: In het Besluit beëindiging reclasseringswerkers (Stcrt. 1988, 139) is vastgelegd
dat de Minister van Justitie legitimatiebewijzen verstrekt aan de reclasseringswerkers.
Waardering: V, 75 jaar na geboortedatum
179.
Handeling: Het stellen van regels omtrent de eedaflegging van reclasseringswerkers
Periode: 1986–
Grondslag: Reclasseringsregeling 1986, art. 18, lid 2 (Stb. 1986, 1), gewijzigd in
1993 (Stb. 1993, 399), Reclasseringsregeling 1995, art. 6, lid 4 (Stb. 1994, 875)
Waardering: V, 5 jaar
Minister van Justitie: voorlichtingsrapporten (RIO: § 4.10.1)
180.
Handeling: Het vaststellen van regels omtrent de vergoeding van voorlichtingswerkzaamheden
ten behoeve van de rechtspraak door:
Periode: (1925) 1948–1970
Grondslag: KB van 25 december 1925, art. 5 (Stb. 1925, 486), gewijzigd 1930 (Stb.
1930, 203), vervallen in 1970 (Stb. 1969, 598)
Opmerking: Het bovengenoemde KB, dat het geven van voorlichting in strafzaken regelt,
werd in 1970 ingetrokken. Na de inwerkingtreding van het nieuwe kinderstrafrecht had
deze KB alleen nog betekenis voor de reclassering. De inhoud van deze KB werd daarom
opgenomen in de Reclasseringsregeling 1970 (Stb. 1969, 598).
Waardering: B 5
181.
Handeling: Het geven van toestemming aan een reclasseringsambtenaar tot het verrichten
van voorlichtingswerkzaamheden in het belang van een strafzaak
Periode: (1930) 1948–1970
Grondslag: KB van 17 mei 1930, art. 1 (Stb. 1930, 203), gewijzigd 1956 (Stb. 1956,
339), vervallen in 1970 (Stb. 1969, 598)
Opmerking: Ook particuliere instellingen en personen kunnen een opdracht tot voorlichting
ten behoeve van de rechtspraak ontvangen. Zij behoeven echter geen toestemming van
de Minister te vragen om een dergelijke opdracht uit te voeren.
Waardering: V, 10 jaar
183.
Handeling: Het vaststellen van regels voor de aanwijzing van een reclasseringsraad
bij het uitbrengen van voorlichtingsrapporten
Periode: 1970–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1970, art. 49, lid 1(Stb. 1969, 598), vervallen in
1986 (Stb. 1986,1)
Waardering: B 5
Minister van Justitie: voorwaardelijke veroordeling (RIO: § 4.10.2)
184.
Handeling: Het vaststellen op welke wijze het Openbaar Ministerie de Minister van
Justitie bericht over een uitgesproken voorwaardelijke veroordeling
Periode: 1948–1970
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 65, lid 2 (Stb. 1947, H 423), vervallen
in 1970 (Stb. 1969, 598)
Waardering: V, 10 jaar
185.
Handeling: Het geven van voorschriften inzake de inrichting en het gebruik van het
register, waarin de Minister van Justitie gegevens over voorwaardelijk veroordeelden
opneemt
Periode: 1948–1970
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 66, lid 2 (Stb. 1947, H 423), vervallen
in 1970 (Stb. 1969, 598)
Waardering: B 5
186.
Handeling: Het opnemen in een algemeen register van gegevens omtrent een voorwaardelijke
veroordeling
Periode: 1948–1970
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 66, lid 1, art. 67, lid 2 en 68 (Stb.
1947, H 423), vervallen in 1970 (Stb. 1969, 598)
Opmerking: Het OM deelt een door de rechter uitgesproken voorwaardelijke veroordeling
(de proeftijd, de hiermee verbonden voorwaarden en mogelijke wijzigingen hierin) onmiddellijk
mede aan de Minister van Justitie. Daarnaast deelt het OM alle feiten die van invloed
(kunnen) zijn voor een voorwaardelijke veroordeling mede. De Minister van Justitie
neemt deze gegevens op in een algemeen register.
Waardering: V, 50 jaar
187.
Handeling: Het vaststellen op welke wijze het Openbaar Ministerie degene die met het
bijzonder toezicht is belast bericht over een voorwaardelijk veroordeelde
Periode: 1948–1970
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 70 (Stb. 1947, H 423), vervallen in 1970
(Stb. 1969, 598)
Waardering: V, 10 jaar
Minister van Justitie: voorwaardelijke invrijheidstelling (RIO: § 4.10.3)
190.
Handeling: Het nemen van een besluit inzake een voorstel tot een voorwaardelijke invrijheidstelling
Periode: 1948–1991
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 71, lid 2, 3 en 4 (Stb. 1947, H 423),
Reclasseringsregeling 1970, art. 54, lid 2, 3 en 4 (Stb. 1969, 598), Reclasseringsregeling
1986, art. 30 (Stb. 1986, 1), vervallen in 1991 (Stb. 1991, 414)
Waardering: V, 25 jaar
191.
Handeling: Het bepalen op welke wijze de rapportering over voorwaardelijk invrijheidgestelden
geschiedt
Periode: 1948–1970
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 73 (Stb. 1947, H 423), vervallen in 1970
(Stb. 1969, 598)
Waardering: V, 10 jaar
192.
Handeling: Het opnemen in een algemeen register van de door het Openbaar Ministerie
verschafte gegevens die van invloed (kunnen) zijn voor een voorwaardelijke invrijheidstelling
Periode: 1948–1991
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 76 (Stb. 1947, H 423), Reclasseringsregeling
1970, art. 58 (Stb. 1969, 598), Reclasseringsregeling 1986, art. 34 (Stb. 1986, 1),
vervallen in 1991 (Stb. 1991, 414)
Waardering: V, 25 jaar
Minister van Justitie: reclasseringsbezoek en reclasseringswerkzaamheden in politiebureaus
en penitentiaire inrichtingen (RIO: § 4.10.4)
195.
Handeling: Het voorbereiden van het vaststellen, wijzigen en intrekken van Bezoekregeling
1958
Periode: 1948–1987
Grondslag: Reclasseringregeling 1947, art. 52 (Stb. 1947, H 423) en Reclasseringsregeling
1970, 52, lid 2 (Stb. 1969, 598.)
Waardering: B 5
197.
Handeling: Het voorbereiden, wijzigen en intrekken van de regeling Toelating niet-justitie-gebonden
professionele hulpverleners tot de penitentiaire inrichtingen
Periode: 1970–1987
Grondslag: Reclasseringsregeling 1970, 52, lid 2 (Stb. 1969, 598)
Waardering: B 5
199.
Handeling: Het voorbereiden, wijzigen en intrekken van Toelatingsregeling reclasseringswerk
door derden in inrichtingen (Stcrt. 1987, 231)
Periode: 1986–1995
Grondslag: Reclasseringsregeling 1986, art. 7, lid 2 en art. 8, lid 3 (Stb. 1986,
1), gewijzigd in 1993 (Stb. 1993, 339, vervallen in 1995 (Stb. 1994, 875)
Waardering: B 5
205.
Handeling: Het doen van een uitspraak inzake de geweigerde toegang aan een reclasseringsbezoeker
of het opschorten van een reclasseringsbezoek
Periode: 1958–1987
Grondslag: Bezoekregeling 1958, art. 10 en 11 (Stcrt. 1958, 162), Uitvoering Reclasseringsregeling
1970 (Stcrt. 1970, 19), vervallen in 1987 (Stcrt. 1987, 231)
Waardering: V, 10 jaar
209.
Handeling: Het doen van een uitspraak inzake de intrekking van het toegangsbewijs
van een reclasseringsbezoeker
Periode: 1958–1987
Grondslag: Bezoekregeling 1958, art. 25 (Stcrt. 1958, 162), Uitvoering Reclasseringsregeling
1970 (Stcrt. 1970, 19), vervallen in 1987 (Stcrt. 1987, 231)
Waardering: V, 10 jaar
Minister van Justitie: verlenen van hulp en steun aan ex-gedetineerden (RIO: § 4.10.5)
216.
Handeling: Het voorbereiden van de bij AMVB vast te stellen regels inzake het verlenen
van hulp en steun door de reclassering
Periode: 1988–
Grondslag: Wetboek van Strafrecht, art. 16, opnieuw vastgesteld bij de wet van 26
november 1986 (Stb. 1986, 593)
Waardering: B 5
219.
Handeling: Het geven van voorschriften voor de rapportering omtrent de wijze waarop
de reclassering uitvoering heeft gegeven aan een opdracht tot verlenen van hulp en
steun
Periode: 1970–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1970, art. 61 (Stb. 1969, 598), vervallen in 1986
(Stb. 1986,1)
Waardering: V, 10 jaar
221.
Handeling: Het verzoeken om rapportering omtrent de wijze waarop de reclassering uitvoering
heeft gegeven aan een opdracht tot verlenen van hulp en steun
Periode: 1986–
Grondslag: Reclasseringsregeling 1986, art. 37 (Stb. 1986, 1), Reclasseringsregeling
1995, art. 12, lid 1 (Stb. 1994, 875)
Opmerking: Behalve de Minister van Justitie kan ook de rechter of de officier van
Justitie hierom verzoeken.
Waardering: V, 10 jaar
Minister van Justitie: taakstraffen (RIO: § 4.10.6)
223.
Handeling: Het stellen van nadere regelgeving omtrent de werkzaamheden van de reclassering
bij de uitvoering van taakstraffen
Periode: 1991–1995
Grondslag: Reclasseringsregeling 1986, art. 38a, lid 2, zoals ingevoegd bij KB van
17 juli 1991 (Stb. 1991, 414), gewijzigd in 1993 (Stb. 1993, 399), vervallen in 1995
(Stb. 1994, 875)
Waardering: B 5
Minister van Justitie: reclasseringsmaatregelen voor individuele gevallen (RIO: §
4.10.7)
224.
Handeling: Het nemen van maatregelen met betrekking tot een persoon van wie de reclasseringsbelangen
niet of onvoldoende behartigd worden
Periode: 1948–1995
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 23, lid 1 (Stb. 1947, H 423), Reclasseringsregeling
1970, art. 3, lid 2 (Stb. 1969, 598), Reclasseringsregeling 1986, art. 20, lid 3 (Stb.
1986,1), vervallen in 1995 (Stb. 1994, 875)
Waardering: V, 15 jaar
225.
Handeling: Het nemen van maatregelen met betrekking tot een persoon voor wie de bemoeiingen
van een erkende particuliere reclasseringsinstelling ongewenst zijn
Periode: 1948–1965
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 24 (Stb. 1947, H 423), vervallen in 1965
(Stb. 1965, 240)
Waardering: V, 15 jaar
Minister van Justitie: gratie (RIO: § 4.11.1)
227.
Handeling: Het aanwijzen van ambtenaren belast met het verlenen van hulp en steun
aan gegratieerden
Periode: 1976–
Grondslag: Gratieregeling 1976, art. 15 (Stb. 1976, 378) en Gratieregeling 1987, art.
15 (Stb. 1987, 598)
Waardering: V, 10 jaar
228.
Handeling: Het voorbereiden van een AMVB voor het aanwijzen van reclasseringsinstellingen
belast met het verlenen van hulp en steun aan gegratieerden
Periode: 1987–
Grondslag: Gratieregeling 1987, art. 15 (Stb. 1987, 598)
Waardering: B 5
229.
Handeling: Het geven van een opdracht tot hulp en steun aan een gegratieerde
Periode: 1948–
Grondslag:–, Gratieregeling 1976, art. 15 (Stb. 1976, 378) en Gratieregeling 1987,
art. 15 en 18 (Stb. 1987, 598)
Opmerking: De Minister van Justitie kan een dergelijke opdracht zowel aan een reclasseringsinstelling
als aan een speciaal daartoe aangewezen ambtenaar geven.
Waardering: V, 10 jaar
230.
Handeling: Het beslissen inzake de aanstelling van een ambtenaar belast met het verlenen
van hulp en steun aan gegratieerden
Periode: 1948–
Grondslag:–, Gratieregeling 1976, art. 15 (Stb. 1976, 378) en Gratieregeling 1987,
art. 15 en 18 (Stb. 1987, 598)
Opmerking: De Minister van Justitie kan een dergelijke opdracht zowel aan een reclasseringsinstelling
als aan een speciaal daartoe aangewezen ambtenaar geven.
Waardering: V, 75 jaar na geboortedatum
Minister van Justitie: internationale rechtshulp (RIO: § 4.11.2)
231.
Handeling: Het voorbereiden van de bij AMVB vast te stellen regels inzake de werkzaamheden
van de reclassering bij de overdracht van de tenuitvoerlegging van een buitenlands
strafvonnis
Periode: 1988–
Grondslag: Wet overdracht tenuitvoerlegging strafvonnissen, art. 19, lid 1 (Stb. 1986,
464)
Waardering: B 5
Minister van Justitie: TBS (RIO: § 4.11.3)
232.
Handeling: Het voorbereiden van de bij AMVB vast te stellen eisen waaraan instellingen
moeten voldoen die hulp en steun verlenen aan:
-
– voorwaardelijk TBS-gestelden
-
– (voorwaardelijk) ontslagen TBS-gestelden
-
– TBS-gestelden met proefverlof
-
– TBS-gestelden met aanwijzingen
Periode: (1928) 1948–
Grondslag: Wet van 21 juli 1928 (Stb. 1928, 251), gewijzigd 1951 Stb. 1951, 596),
vernummerd tot art. 38a, lid 3 (Stb. 1997, 282) en art. 38g, lid 2, zoals ingevoegd
bij de wet van 19 november 1986 (Stb. 1986, 587)
Waardering: B 5
234.
Handeling: Het beslissen inzake de erkenning van een instelling of een persoon die
hulp en steun te verleent aan:
-
– Voorwaardelijk TBS-gestelden
-
– (voorwaardelijk ontslagen) TBS-gestelden
-
– Periode: (1928) 1948–1988
-
– Grondslag: Psychopathenreglement, art. 130 t/m 132 en 135 (Stb. 1928, 386), vervallen
in 1988 (Stb. 1988, 282)
Waardering: B 5
235.
Handeling: Het registreren van instellingen en personen bevoegd tot het verlenen van
hulp en steun aan:
Periode: (1928) 1948–1988
Grondslag: Psychopathenreglement art. 133–136 (Stb. 1928, 386), vervallen in 1988
(Stb. 1988, 282)
Waardering: B 5
236.
Handeling: Het verlenen van subsidie aan personen bevoegd tot het verlenen van hulp
en steun aan:
Periode: (1928) 1948–1988
Grondslag: Psychopathenreglement art. 152 (Stb. 1928, 386), vervallen in 1988 (Stb.
1988, 282)
Waardering: V, 10 jaar
237.
Handeling: Het nemen van een besluit inzake een opdracht tot het verlenen van hulp
en steun aan:
Periode: (1928) 1948–1988
Grondslag: Psychopathenreglement, art. 14, 15, 126, 129, lid 3 en 4, 130, 144, 152
(Stb. 1928, 386), gewijzigd 1977 (Stb. 1977, 422), vervallen in 1988 (Stb. 1988, 282)
Opmerking: Diegene die met het verlenen van hulp en steun is belast dient de Minister
van Justitie op diens verzoek van raad en advies. Op eigen initiatief kan hij echter
ook de Minister van advies of informatie voorzien.
Waardering: V, 10 jaar
238.
Handeling: Het beslissen inzake de aanstelling van een ambtenaar belast met het verlenen
van hulp en steun aan:
Periode: (1928) 1948–1988
Grondslag: Psychopathenreglement art. 138 (Stb. 1928, 386), vervallen in 1988 (Stb.
1988, 282)
Waardering: V, 75 jaar na geboortedatum
239.
Handeling: Het opstellen van een instructie voor ambtenaren belast met het verlenen
van hulp en steun aan:
Periode: (1928) 1948–1988
Grondslag: Psychopathenreglement art. 138 (Stb. 1928, 386), vervallen in 1988 (Stb.
1988, 282)
Waardering: B 5
240.
Handeling: Het treffen van voorzieningen bij de verhindering of ontsteltenis van een
bijzondere ambtenaar belast met het verlenen van hulp en steun aan:
Periode: (1928) 1948–1988
Grondslag: Psychopathenreglement art. 143 (Stb. 1928, 386), vervallen in 1988 (Stb.
1988, 282)
Opmerking: Hier wordt o.a. het aanstellen van plaatsvervangers en het toekennen van
een toelage onder verstaan.
Waardering: V, 5 jaar
241.
Handeling: Het stellen van nadere regels omtrent de bemiddeling van een reclasseringsraad
bij de voorbereiding van het voorwaardelijke ontslag van TBS-gestelden
Periode: 19**–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1970, art. 60 (Stb. 1969, 598), vervallen in 1986
(Stb. 1986,1)
Opmerking: De Reclasseringsregeling 1970 (Stb. 1969, 598) trad op 1 januari van dat
jaar in werking met uitzondering van artikel 60. Dit artikel moest een einde maken
aan de afzonderlijke regeling betreffende de hulp- en steunverlening bij de naleving
van bijzondere voorwaarden ten behoeve van TBS-gestelden en voorwaardelijk ontslagenen
TBS-gestelden, zoals was vastgelegd in art. 130–146 van het Psychopathenreglement
(Stb. 1928, 386). De aanpassing van het Psychopathenreglement (Stb. 1928, 386), die
hiervoor nodig was, en de omstandigheid dat de reclasseringsraden nog over onvoldoende
psychiatrisch geschoold personeel beschikte, maakte het noodzakelijk de inwerkingtreding
van art. 60 van de Reclasseringsregeling 1970 (Stb. 1969, 598), voor het zover de
beide groepen van hiervoor genoemde veroordeelden betrof, op te schorten. Het is niet
duidelijk of deze handeling werkelijk is verricht, zodat het aanvangsjaar hier onvermeld
is gelaten.
Waardering: B 5
244.
Handeling: Het vaststellen van regels omtrent de betrokkenheid bij reclasseringswerkzaamheden
voor TBS-gestelden door:
Periode: 1986–1991
Grondslag: Reclasseringsregeling 1986, art. 36 (Stb. 1986, 1), vervallen in 1991 (Stb.
1991, 414)
Waardering: B 5
245.
Handeling: Het maken van een afspraak met de betrokken reclasseringsinstelling inzake
de rapportage over TBS-gestelden wier verpleging voorwaardelijk is beëindigd
Periode: 1988–1997
Grondslag: Reglement tenuitvoerlegging terbeschikkingstelling, art. 43 (Stb. 1988,
282), vervallen in 1997 (Stb. 1997, 217)
Opmerking: In het Reglement verpleging ter beschikking gestelden (Stb. 1997, 217)
is vastgelegd dat de Reclassering ten minste eenmaal per drie maanden rapporteert
aan de Minister van Justitie en het Openbaar Ministerie, dat het toezicht op de TBS-gestelde
uitoefent. Hiermee verviel de noodzaak tot het maken van een afspraak inzake de rapportage.
Waardering: V, 10 jaar
246.
Handeling: Het geven van opdrachten die voortvloeien uit de taak van de Minister om
reclasseringswerkzaamheden te bevorderen voor TBS-gestelden die niet van overheidswege
worden verpleegd
Periode: 1988–
Grondslag: Reglement tenuitvoerlegging terbeschikkingstelling, art. 35(Stb. 1988,
282)
Waardering: V, 20 jaar
3.3. Centrale Raad voor Strafrechtstoepassing (Sectie Reclassering en Sectie TBS)
Sectie Reclassering/Centrale Raad: reclasseringsregelingen (RIO: § 4.1.2)
11.
Handeling: Het adviseren van de Minister van Justitie inzake het vaststellen, wijzigen
en intrekken van een reclasseringsregeling
Periode: 1953–
Grondslag: KB van 16 mei 1953, art. 26 (Stb. 1953, 238)
Opmerking: Er staat geen eindjaar vermeld omdat de handeling nog steeds wordt verricht.
Waardering: B 1
Sectie Reclassering/Centrale Raad: reclasseringsregelingen (RIO: § 4.1.3)
13.
Handeling: Het adviseren van de Minister van Justitie inzake het geven van nadere
regels ter uitvoering van een reclasseringsregeling
Periode: 1953–
Grondslag: Beginselenwet gevangeniswezen, art. 5 (Stb. 1951, 596) gewijzigd in 1987
(Stb. 1987, 646), gewijzigd in 1997 (Stb. 1997, 63), gewijzigd in 1997 (Stb. 1997,
323) en het KB van 16 mei 1953, art. 26 (Stb. 1953, 238)
Product Advies
Waardering: B 1
Sectie Reclassering/Centrale Raad: jaarverslagen (RIO: § 4.3.4)
39.
Handeling: Het opstellen van een jaarverslag ten behoeve van de Centrale Raad
Periode: 1953–
Grondslag: KB van 16 mei 1953, art. 28, lid 1 (Stb. 1953, 238)
Opmerking: De Centrale Raad brengt zijn jaarverslag uit aan de Minister van Justitie.
Waardering: B 2, 3
Sectie Reclassering/Centrale Raad: openbaarheid (RIO: § 4.3.5)
40.
Handeling: Het aan de Minister van Justitie verzoeken om een haar behandelde zaak
openbaar te maken
Periode: 1953–
Grondslag: KB van 16 mei 1953, art. 10 (Stb. 1953, 238.
Waardering: V, 20 jaar
Sectie Reclassering/Centrale Raad: advisering en algemeen toezicht (RIO: § 4.3.6)
42.
Handeling: Het desgevraagd of uit eigen beweging adviseren van de Minister van Justitie
over onderwerpen betreffende de reclassering
Periode: 1953–
Grondslag: Beginselenwet gevangeniswezen, art. 5 (Stb. 1951, 596) gewijzigd in 1987
(Stb. 1987, 646), gewijzigd in 1997 (Stb. 1997, 63), gewijzigd in 1997 (Stb. 1997,
323) en het KB van 16 mei 1953, art. 26 (Stb. 1953, 238)
Opmerking: In het kader van deze handeling kunnen vraagstukken op het gebied van reclassering
worden bestudeerd. De uitkomst van een onderzoek wordt, zo mogelijk in de vorm van
een voorstel, aan de Minister van Justitie medegedeeld.
Waardering: B 1
43.
Handeling: Het rapporteren in het kader van de toezicht houdende taak
Periode: 1953–
Grondslag: KB van 16 mei 1953, art. 25 (Stb. 1953, 238)
Opmerking
Deze handeling vloeit voor uit de wettelijk toegekende taak om een algemeen toezicht
te houden op zaken de reclassering betreffende. De reclasseringsraden, reclasseringsinstellingen
en de directies van strafgestichten zijn verplicht om hierbij aan de sectie reclassering
alle gewenste inlichtingen te verstrekken.
Waardering: B 5
Sectie Reclassering/Centrale Raad: overleg (RIO: § 4.3.7)
44.
Handeling: Het voeren van intern periodiek overleg
Periode: 1953–
Grondslag: KB van 16 mei 1953, art. 28 (Stb. 1953, 238)
Opmerking: Krachtens het bovenstaande artikel is de sectie reclassering verplicht
om tenminste eenmaal in de vier maanden te vergaderen.
Waardering: B1, 2
Sectie Reclassering/Centrale Raad: het instellen van een commissie of werkgroep (RIO:
§ 4.3.8)
45.
Actor Sectie Reclassering
Handeling: Het instellen van een commissie of werkgroep
Periode: 1953–
Bron: Jaarplan 1999
Opmerking: In de verschillende secties van de Centrale Raad vindt de inhoudelijke
bespreking van adviesontwerpen plaats, veelal aan de hand van advisering door (pre-)adviescommissies.
Waardering: V, 20 jaar
Sectie Reclassering/Centrale Raad: functies en benoeming bij reclasseringsraden en
reclasseringscommissies (RIO: § 4.4.1)
50.
Handeling: Het adviseren van de Minister van Justitie inzake het onvrijwillig ontslag
van een lid van een reclasseringsraad om gewichtige redenen
Periode: 1970–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1970, art. 34 (Stb. 1968, 598), vervallen in 1986
(Stb. 1986,1)
Opmerking: Het gaat hierbij om exceptionele gevallen, waarbij een lid van de raad
niet langer te handhaven is, doch weigert om zelf ontslag te nemen. In de Reclasseringsregeling
1947 (Stb. 1947, H 423) was in deze mogelijkheid nog niet voorzien. Behalve de Centrale
Raad wordt tevens de betrokken persoon gehoord alvorens de Minister van Justitie een
beslissing neemt.
Waardering: V, 10 jaar
Sectie Reclassering/Centrale Raad: vernietiging van een beslissing van een reclasseringsraad
of reclasseringscommissie (RIO: § 4.4.10)
78.
Handeling: Het adviseren van de Minister van Justitie over de vernietiging van een
beslissing van:
Periode: 1953–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 57, lid 1 en 58, lid 4 (Stb. 1947, H 423),
gewijzigd 1953 (Stb. 1953, 238), Reclasseringsregeling 1970, art. 40, lid 1 (Stb.
1969, 598), vervallen in 1986 (Stb. 1986,1)
Opmerking: De beslissing van een reclasseringsraad kon, hetzij op verzoek van de belanghebbende,
hetzij ambtshalve door de Minister van Justitie worden vernietigd. Hieromtrent adviseerde
tot 1953 het Centraal College de Minister. Het KB van 16 mei 1953 bepaalde echter
dat voortaan de sectie reclassering van de Centrale Raad hierover advies uit moest
brengen. Krachtens de Reclasseringsregeling 1970 (Stb. 1969, 598) is bepaald dat voortaan
de Centrale Raad in zijn geheel de Minister hierover adviseerde en dat een besluit
tot vernietiging met redenen moest worden omkleed. In geval van vernietiging kon de
Minister de voorzieningen treffen die hij nodig achtte.
Waardering: V, 20 jaar
Sectie Reclassering/Centrale Raad: erkenning particuliere reclasseringsinstellingen
(RIO: § 4.5.1)
84.
Handeling: Het adviseren van de Minister van Justitie inzake de erkenning van een
particuliere reclasseringsinstelling
Periode: 1953–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 5, lid 4 (Stb. 1947, H 423), gewijzigd
1953 (Stb. 1953, 238), Reclasseringsregeling 1970, art. 5, lid 4 (Stb. 1969, 598),
vervallen in 1986 (Stb. 1986, 1)
Opmerking: De sectie reclassering verrichtte deze handeling in de periode 1953–1970.
Daarna werd het advies door de Centrale Raad in zijn geheel uitgebracht.
Waardering: B 5
Sectie Reclassering/Centrale Raad: subsidie aan particuliere reclasseringsinstellingen
(RIO: § 4.5.3)
90.
Handeling: Het (op verzoek) adviseren van de Minister van Justitie inzake de toekenning
van algemene subsidie aan een erkende particuliere reclasseringsinstelling
Periode: 1953–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 22 (Stb. 1947, H 423), gewijzigd 1953
(Stb. 1953, 238), KB van 8 juni 1965, art. 23 (Stb. 1965, 240), Reclasseringsregeling
1970, art. 22 (Stb. 1969, 598), vervallen in 1986 (Stb. 1986, 1)
Opmerking: De sectie reclassering verrichtte deze handeling in de periode 1953–1970.
Daarna werd het advies door de Centrale Raad in zijn geheel uitgebracht.
De Minister was voor 1970 verplicht om advies te vragen daarna niet meer.
Waardering: B 5
92.
Handeling: Het op verzoek adviseren van de Minister van Justitie inzake de toekenning
van bijzondere subsidie aan een erkende particuliere reclasseringsinstelling
Periode: 1953–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 22 (Stb. 1947, H 423), vervallen in 1953
(Stb. 1953, 238)
Opmerking: De sectie reclassering verrichtte deze handeling in de periode 1953–1970.
Daarna werd het advies door de Centrale Raad in zijn geheel uitgebracht.
Waardering: B 5
94.
Handeling: Het adviseren van de Minister van Justitie inzake de toekenning van bouwsubsidie
aan een erkende particuliere reclasseringsinstelling
Periode: 1953–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 22 (Stb. 1947, H 423), gewijzigd 1953
(Stb. 1953, 238), KB van 8 juni 1965, art. 23 (Stb. 1965, 240), Reclasseringsregeling
1970, art. 22 (Stb. 1969, 598), vervallen in 1986 (Stb. 1986, 1)
Opmerking: De sectie reclassering verrichtte deze handeling in de periode 1953–1970.
Daarna werd het advies door de Centrale Raad in zijn geheel uitgebracht.
Waardering: V, 10 jaar
96.
Handeling: Het op verzoek adviseren van de Minister van Justitie inzake de toekenning
van speciale subsidie aan een erkende particuliere reclasseringsinstelling
Periode: 1965–1986
Grondslag: KB van 8 juni 1965, art. 23 (Stb. 1965, 240), Reclasseringsregeling 1970,
art. 22 (Stb. 1969, 598), vervallen in 1986 (Stb. 1986, 1)
Opmerking: De sectie reclassering verrichtte deze handeling in de periode 1965–1970.
Daarna werd het advies door de Centrale Raad in zijn geheel uitgebracht.
Waardering: B 5
Sectie Reclassering/Centrale Raad: verpleeginrichtingen van particuliere reclasseringsinstellingen
(RIO: § 4.5.4)
103.
Handeling: Het adviseren van de Minister van Justitie inzake zijn besluit omtrent
de goedkeuring van de aan een erkende particuliere reclasseringsinstelling verbonden
verpleeginrichting
Periode: 1953–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 6, lid 3 (Stb. 1947, H 423), gewijzigd
1953 (Stb. 1953, 238), Reclasseringsregeling 1970, art. 6, lid 4 (Stb. 1969, 598),
vervallen in 1986 (Stb. 1986, 1)
Opmerking: De sectie reclassering verrichtte deze handeling in de periode 1953–1970.
Daarna werd het advies door de Centrale Raad in zijn geheel uitgebracht.
Waardering: B 5
Sectie Reclassering/Centrale Raad: erkenning van de reclasseringsstichtingen en de
Nederlandse Federatie van Reclasseringsinstellingen (RIO: § 4.6.1)
111.
Handeling: Het ambtshalve of op verzoek adviseren van de Minister van Justitie inzake
de erkenning van de Nederlandse Federatie van Reclasseringsinstellingen
Periode: 1986–1995
Grondslag: Beginselenwet Gevangeniswezen, art. 5 (Stb. 1951, 596), gewijzigd in 1987
(Stb. 1987, 646), vervallen in 1995 (Stb. 1994, 875)
Opmerking: In de Reclasseringsregeling 1986 (Stb. 1986, 1) is niet in een afzonderlijke
bepaling vastgelegd dat de Centrale Raad de Minister van Justitie adviseert inzake
de erkenning van de NFR. Op grond van de Beginselenwet Gevangeniswezen is dit strikt
genomen ook niet noodzakelijk.
Waardering: B 5
113.
Handeling: Het adviseren van de Minister van Justitie inzake de erkenning van een
reclasseringsstichting
Periode: 1986–1995
Grondslag: Reclasseringsregeling 1986, art. 5, lid 5 (Stb. 1985, 1), gewijzigd in
1993 (Stb. 1993, 399), vervallen 1995 (Stb. 1994, 875)
Waardering: B 5
115.
Handeling: Het adviseren van de Minister van Justitie [staatssecretaris] inzake het
vaststellen van algemene voorwaarden voor de erkenning van een reclasseringsstichting
Periode: 1986–1995
Bron: Erkenningsvoorwaarden Reclasseringsinstellingen
Waardering: B 5
Sectie Reclassering/Centrale Raad: subsidie aan de reclasseringsstichtingen en de
Nederlandse Federatie van Reclasseringsinstellingen (RIO: § 4.6.3)
123.
Handeling: Het adviseren van de Minister van Justitie inzake nadere regelgeving voor
de toekenning van subsidie aan de reclasseringsstichtingen en de Nederlandse Federatie
van Reclasseringsinstellingen
Periode: 1986–1995
Grondslag: Reclasseringsregeling 1986, art. 16 (Stb. 1986, 1), vervallen 1995 (Stb.
1994, 875)
Waardering: B 5
125.
Handeling: Het adviseren van de Minister van Justitie [staatssecretaris] inzake het
vaststellen van richtlijnen voor de inrichting van:
Periode: 1986–1995
Bron: Richtlijnen Inrichting Reclasseringsplannen (Stcrt. 1987, 108)
Waardering: B 5
Sectie Reclassering/Centrale Raad: erkenning van de Stichting Reclassering Nederland
(RIO: § 4.7.1)
146.
Handeling: Het ambtshalve of op verzoek adviseren van de Minister van Justitie inzake
de erkenning van de Stichting Reclassering Nederland
Periode: 1995–
Grondslag: Beginselenwet Gevangeniswezen, art. 5 (Stb. 1951, 596), gewijzigd 1987
(Stb. 1987, 646) en KB van 16 mei 1953, art. 26, lid 1 (Stb. 1953, 238)
Opmerking: De Nota van Toelichting op de Reclasseringsregeling 1995 (Stb. 1994, 875)
vermeldt dat in het bovenstaande KB reeds bepaald is dat de sectie reclassering op
verzoek of ambtshalve de Minister van Justitie van advies dient in aangelegenheden
de reclassering rakende. Een aparte bepaling in de Reclasseringsregeling 1995, betreffende
het adviseren van de Centrale Raad inzake de erkenning van de SRN, achtte de Minister
van Justitie derhalve niet nodig.
Waardering: B 5
Sectie Reclassering/Centrale Raad: erkenning van instellingen die op een bijzondere
wijze of voor een bijzondere categorie van personen reclasseringswerkzaamheden verrichten
(RIO: § 4.8.1)
160.
Handeling: Het adviseren van de Minister van Justitie inzake de erkenning van een
instelling die op een bijzondere wijze of voor een bijzondere categorie van personen
reclasseringswerkzaamheden verricht
Periode: 1986–1995
Grondslag: Reclasseringsregeling 1986, art. 6, lid 2 (Stb. 1986, 1), vervallen in
1995 (Stb. 1994, 875)
Waardering: B 5
Sectie Reclassering/Centrale Raad: reclasseringsambtenaren en reclasseringsagenten
(RIO: § 4.9.1)
165.
Handeling: Het ambtshalve of op verzoek adviseren van de Minister van Justitie inzake
de vaststelling van de eisen voor een erkenning of aanstelling als reclasseringsambtenaar
of reclasseringsagent
Periode: 1970–1986
Grondslag
Beginselenwet gevangeniswezen, art. 5 (Stb. 1951, 596), gewijzigd in 1987 (Stb. 1987,
646), gewijzigd in 1997 (Stb. 1997, 63), gewijzigd in 1997 (Stb. 1997, 323) en het
KB van 16 mei 1953, art. 25, lid 2 en art. 26, lid 1 (Stb. 1953, 238)
Opmerking In de Reclasseringsregeling 1970 (Stb. 1969, 598) is geen afzonderlijke
bepaling opgenomen betreffende het adviseren van de Centrale Raad of de Sectie Reclassering
bij de vaststelling van de eisen voor een erkenning of aanstelling als reclasseringsambtenaar
of reclasseringsagent. Op grond van de bovengenoemde wettelijke bepalingen is dit
ook niet noodzakelijk.
Waardering: B 5
Sectie Reclassering/Centrale Raad: ambtenaren belast met het controleren van het functioneren
van de reclassering (RIO: § 4.9.2)
173.
Handeling: Het adviseren van de Minister van Justitie over de vaststelling van een
instructie voor ambtenaren die het functioneren van de reclassering controleren
Periode: 1986–1995
Grondslag: Reclasseringsregeling 1986, art. 43, lid 2 (Stb. 1986, 1), gewijzigd in
1993 (Stb. 1993, 399) en art. 48a, zoals is ingevoegd bij het KB van 8 juni 1994 (Stb.
1994, 407), vervallen in 1995 (Stb. 1994, 875)
Opmerking: In de Reclasseringsregeling 1995 (Stb. 1994, 875) is niet langer een afzonderlijke
bepaling opgenomen betreffende het adviseren van de Centrale Raad bij de vaststelling
van een instructie voor ambtenaren die met het controleren van het functioneren van
de reclassering belast zijn. Op grond van art. 5 van de Beginselenwet gevangeniswezen
(Stb. 1951, 596) is dit strikt genomen ook niet noodzakelijk.
Waardering: B 5
Sectie Reclassering/Centrale Raad: reclasseringswerkers (RIO: § 4.9.3)
176.
Handeling: Het adviseren van de Minister van Justitie inzake de vaststelling van de
eisen voor een erkenning of aanwijzing als reclasseringswerker
Periode: 1986–
Grondslag: Reclasseringsregeling 1986, art. 17, lid 2 (Stb. 1986, 1), gewijzigd in
1993 (Stb. 1993, 399), vervallen 1995 (Stb. 1994, 875)
Opmerking: In de Reclasseringsregeling 1995 (Stb. 1994, 875) is niet langer een afzonderlijke
bepaling opgenomen betreffende het advies van de Centrale Raad bij de vaststelling
van de eisen voor erkenning als reclasseringswerker. Op grond van art. 5 van de Beginselenwet
gevangeniswezen (Stb. 1951, 596) is dit ook niet noodzakelijk.
Waardering: B 5
Sectie Reclassering/Centrale Raad: reclasseringsbezoek en reclasseringswerkzaamheden
in politiebureaus en penitentiaire inrichtingen (RIO: § 4.10.4)
194.
Handeling: Het adviseren van de Minister van Justitie inzake Bezoekregeling 1958
Periode: 1948–1987
Bron: Bezoekregeling 1958 (Stcrt. 1958, 162)
Waardering: B 5
198.
Handeling: Het adviseren van de Minister van Justitie inzake het vaststellen van Toelatingsregeling
reclasseringswerk door derden in inrichtingen (Stcrt. 1987, 231)
Periode: 1986–1995
Grondslag: Reclasseringsregeling 1986, art. 7, lid 2 en art. 8, lid 3 (Stb. 1986,
1), gewijzigd in 1993 (Stb. 1993, 339, vervallen in 1995 (Stb. 1994, 875)
Waardering: B 5
Sectie Reclassering/Centrale Raad: taakstraffen (RIO: § 4.10.6)
222.
Handeling: Het adviseren van de Minister van Justitie inzake nadere regelgeving omtrent
de werkzaamheden van de reclassering bij de uitvoering van taakstraffen
Periode: 1991 –1995
Grondslag: Reclasseringsregeling 1986, art. 38a, lid 2, zoals ingevoegd bij het KB
van 17 juli 1991 (Stb. 1991, 414), gewijzigd in 1993 (Stb. 1993, 399), vervallen in
1995 (Stb. 1994, 875)
Waardering: B 5
Sectie Reclassering/Centrale Raad: klachtencommissie(s) (RIO: § 4.10.8)
226.
Handeling: Het ambtshalve of op verzoek adviseren van de Minister van Justitie inzake
de klachtencommissie(s) voor de reclassering
Periode: 1986–
Grondslag: Beginselenwet gevangeniswezen, art. 5 (Stb. 1951, 596) gewijzigd in 1987
(Stb. 1987, 646), gewijzigd in 1997 (Stb. 1997, 63), gewijzigd in 1997 (Stb. 1997,
323) en het KB van 16 mei 1953, art. 25, lid 2 en art. 26, lid 1 (Stb. 1953, 238)
Opmerking: In de Reclasseringsregeling 1986 is geen afzonderlijke bepaling opgenomen
betreffende het advies van de Centrale Raad inzake de klachtencommissie(s) voor de
reclassering. Op grond van de bovengenoemde wettelijke bepalingen is dit ook niet
noodzakelijk.
Waardering: B 5
Sectie Psychopathenzorg/ TBS/ Centrale Raad: TBS (RIO: § 4.11.3)
233.
Handeling: Het adviseren van de Minister van Justitie inzake de erkenning van een
instelling of persoon die hulp om hulp en steun verleent aan:
Periode: (1928) 1953–1988
Grondslag: KB van 16 mei 1953, art. 21, lid 2 (Stb. 1953, 238), vervallen in 1988
(Stb. 1988, 282)
Waardering: B 5
243.
Handeling: Het adviseren van de Minister van Justitie inzake regelgeving omtrent de
betrokkenheid bij reclasseringswerkzaamheden voor TBS-gestelden door:
Periode: 1986–1991
Grondslag: Reclasseringsregeling 1986, art. 36 (Stb. 1986, 1), vervallen in 1991 (Stb.
1991, 414)
Waardering: B 5
3.4. Reclasseringsraden
Reclasseringsraad: functies en benoemingen (RIO: § 4.4.1)
48.
Handeling: Het doen van een aanbeveling aan de Minister van Justitie inzake een te
benoemen lid van een reclasseringsraad
Periode: 1970–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1970, art. 32, lid 3 (Stb. 1969, 598), vervallen
in 1986 (Stb. 1986,1)
Opmerking: De reclasseringsraad betrekt in zijn aanbeveling het advies van de betrokken
reclasseringsinstellingen, wanneer het om de benoeming van een vertegenwoordiger van
de reclasseringsinstellingen gaat.
Waardering: V, 15 jaar
53.
Handeling: Het opstellen van een instructie voor de werkzaamheden van:
Periode: 1970–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1970, art. 37, lid 2 (Stb. 1969, 598), vervallen
in 1986 (Stb. 1986, 1)
Waardering: B 5
56.
Handeling: Het doen van mededelingen aan de Minister van Justitie omtrent het periodiek
aftreden van de eigen leden
Periode: 1948–1970
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 41, lid 3 (Stb. 1947, H 423), vervallen
in 1970 (Stb. 1969, 598)
Waardering: V, 15 jaar
Reclasseringsraad: vergoedingen (RIO: § 4.4.2)
61.
Handeling: Het geven van een jaarlijkse verantwoording aan de Minister van Justitie
over de gemaakte kosten
Periode: 1948–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 44, lid 3 (Stb. 1947, H 423)
Opmerking: De vergoeding voor de gemaakte kosten van een reclasseringsraad kent de
Minister van Justitie toe aan de secretaris hiervan. Deze legt jaarlijks verantwoording
af aan de Minister over de besteding van het toegekende bedrag.
Waardering: V, 7 jaar
Reclasseringsraad: reglement van orde (RIO: § 4.4.3)
62.
Handeling: Het onder goedkeuring van de Minister van Justitie opstellen van een reglement
van orde
Periode: 1948–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 46 (Stb. 1947, H 423), Reclasseringsregeling
1970, art.37, lid 1 (Stb. 1969, 598), vervallen in 1986 (Stb. 1986,1)
Opmerking: Elke raad stelt zijn eigen reglement van orde op.
Waardering: B 4
Reclasseringsraad: jaarverslagen (RIO: § 4.4.4)
65.
Handeling: Het uitbrengen van een jaarverslag aan:
-
– de Minister van Justitie 1948–1986
-
– het Centraal College voor de Reclassering 1948–1953
-
– de Sectie Reclassering 1953–1970
-
– de Centrale Raad 1970–1986
Periode: 1948–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 55, lid 1 (Stb. 1947, H 423), KB van 16
mei 1953, art. 29, c (Stb. 1953, 238), Reclasseringsregeling 1970, art. 47, lid 1
(Stb. 1969, 598), vervallen in 1986 (Stb. 1986,1)
Opmerking: Oorspronkelijk brachten de reclasseringsraden aan het Centraal College
voor de Reclassering verslag uit. Het KB van 16 mei 1953, art. 29, c (Stb. 1953, 238)
schreef voor dat het jaarlijkse verslag voortaan aan de sectie reclassering moest
worden uitgebracht. In art. 47, lid 1 van de Reclasseringsregeling 1970 (Stb. 1969,
598) is bepaald dat voortaan de Centrale Raad in zijn geheel deze rapporten ontvangt.
Waardering: B 3
Reclasseringsraad: openbaarheid (RIO: § 4.4.5)
66.
Handeling: Het verzoeken aan de Minister van Justitie om een door de reclasseringsraad
behandelde zaak openbaar te maken
Periode: 1948–1970
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 56 (Stb. 1947, H 423), vervallen in 1970
(Stb. 1969, 598)
Waardering: V, 20 jaar
Reclasseringsraad: advisering en algemeen toezicht (RIO: § 4.4.6)
68.
Handeling: Het op verzoek of uit eigen beweging adviseren van autoriteiten en reclasseringsinstellingen
Periode: 1948–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 48 (Stb. 1947, H 423), Reclasseringsregeling
1970, art. 45 (Stb. 1970, 598), vervallen in 1986 (Stb. 1986, 1)
Waardering: V, 20 jaar
69.
Handeling: Het aan particuliere reclasseringsinstellingen geven van:
Periode: 1948–1970
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 47, lid 2 en 4 (Stb. 1947, H 423), vervallen
in 1970 (Stb. 1970, 598)
Waardering: B 5
71.
Handeling: Het rapporteren in het kader van de toezicht houdende taak
Periode: 1948–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 47 (Stb. 1947, H 423), Reclasseringsregeling
1970, art. 43 (Stb. 1970, 598), vervallen 1986 (Stb. 1986, 1)
Opmerking: Deze handeling vloeit voort uit de wettelijk toegekende taak om een algemeen
toezicht te houden op reclasseringsaangelegenheden.
Waardering: V, 20 jaar
Reclasseringsraad: overleg (RIO: § 4.4.7)
72.
Handeling: Het voeren van intern periodiek overleg
Periode: 1948–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1970, art. 39, lid 4 (Stb. 1969, 598)
Opmerking: Alhoewel het voeren van periodiek overleg pas in het bovenstaande AMVB
wettelijk voorgeschreven wordt, vond uiteraard ook daarvoor overleg plaats.
Waardering: B 2
74.
Handeling: Het voeren van overleg met andere reclasseringsraden om zo tot een éénvormig
beleid te komen
Periode: 1954–1986
Bron: J.P. Heinrich, Particuliere reclassering en overheid in Nederland sinds 1823 (Arnhem, 1995) p.188–189 en C. Rooijackers, Inventarissen van de archieven van de reclasseringsraden 1916–1986 Afd. documentatie en archieven, Ministerie van Justitie (’s-Gravenhage 1991)
Waardering: B 5
Reclasseringsraad: het instellen van een commissie of werkgroep (RIO: § 4.4.8)
75.
Handeling: Het instellen van een commissie of werkgroep
Periode: 1948–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 45, lid 1 (Stb. 1947, H 423), Reclasseringsregeling
1970, art. 38, lid 1 (Stb. 1970, 598), vervallen in 1986 (Stb. 1986,1)
Opmerking: Uit C. Rooijackers, Inventarissen van de archieven van de reclasseringsraden 1916–1986 Afd. documentatie en archieven, Ministerie van Justitie (’s-Gravenhage, 1991) blijkt
dat er diverse commissies en werkgroepen door afzonderlijke reclasseringsraden zijn
ingesteld.
Waardering: V, 20 jaar
Reclasseringsraad: het opdragen van nader te bepalen werkzaamheden (RIO: § 4.4.9)
77.
Handeling: Het opdragen van nader te bepalen werkzaamheden aan één of meerdere van
de eigen leden
Periode: 1948–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 45, lid 2 (Stb. 1947, H 423), Reclasseringsregeling
1970, art. 38, lid 2 (Stb. 1970, 598), vervallen in 1986 (Stb. 1986,1)
Waardering: V, 20 jaar
Reclasseringsraad: opdracht tot het verrichten van reclasseringswerkzaamheden (RIO:
§ 4.4.11)
81.
Handeling: Het geven van een opdracht tot het verrichten van reclasseringswerkzaamheden
tot een daarvoor in aanmerking komend persoon
Periode: 1948–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 51, lid 2 (Stb. 1947, H 423), Reclasseringsregeling
1970, art. 38, lid 2 (Stb. 1970, 598), vervallen in 1986 (Stb. 1986,1)
Opmerking: Een reclasseringsraad kan hiertoe opdracht geven indien voor de betreffende
persoon geen reclasseringsbemoeienis te verwachten is.
Waardering: V, 20 jaar
Reclasseringsraad: het nemen van maatregelen ter bevordering van de samenwerking (RIO:
§ 4.4.12)
82.
Handeling: Het nemen van maatregelen ter bevordering van een doelmatige samenwerking
tussen de in het ressort werkzame reclasseringsinstellingen onderling en van deze
met andere instellingen van maatschappelijke welzijn en organen van strafrechtspleging
Periode: 1948–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 49, lid 2 (Stb. 1947, H 423), Reclasseringsregeling
1970, art. 42, lid 1 (Stb. 1970, 598), vervallen in 1986 (Stb. 1986,1)
Waardering: V, 20 jaar
Reclasseringsraad: reclasseringsambtenaren en reclasseringsagenten (RIO: § 4.9.1)
168.
Handeling: Het uitbrengen van advies aan de Minister van Justitie over een bij de
reclasseringsraad aan te stellen reclasseringsambtenaar
Periode: 1970–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1970, art. 25, lid 2 (Stb. 1969, 598), vervallen
in 1986 (Stb. 1986,1)
Waardering: V, 10 jaar
Reclasseringsraad: voorlichtingsrapporten (RIO: § 4.10.1)
182.
Handeling: Het uitbrengen van voorlichtingsrapporten
Periode: 1948–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 51 (Stb. 1947, H 423), Reclasseringsregeling
1970, art. 49 t/m 51 (Stb. 1970, 598)
Waardering: V, 50 jaar
Reclasseringsraad: voorwaardelijke invrijheidstelling (RIO: § 4.10.3)
189.
Handeling: Het beoordelen van een voorstel inzake een voorwaardelijke invrijheidstelling
Periode: 1948–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 71 (Stb. 1947, H 423), Reclasseringsregeling
1970, art. 54, lid 2 (Stb. 1970, 598), vervallen in 1986 (Stb. 1986, 1)
Waardering: V, 10
193.
Handeling: Het beëindigen van een opdracht tot het verlenen van hulp en steun aan
een voorwaardelijk invrijheidgestelde door een particuliere reclasseringsinstelling
Periode: 1971–1986
Bron: J.P. Heinrich, Particuliere reclassering en overheid in Nederland sinds 1823
(Arnhem, 1995) p. 229.
Opmerking: In 1971 delegeerde het departement deze bevoegdheid naar de reclasseringsraden
Waardering: V, 10
Reclasseringsraad: reclasseringsbezoek en reclasseringswerkzaamheden in politiebureaus
en penitentiaire inrichtingen (RIO: § 4.10.4)
196.
Handeling: Het adviseren van de Minister van Justitie inzake de regeling Toelating
niet-justitie-gebonden professionele hulpverleners tot de penitentiaire inrichtingen
Periode: 1970–1987
Bron: Brieven van het hoofd Directie Gevangeniswezen aan reclasseringsinstellingen
en de (genees-)directeuren van penitentiaire inrichtingen, allebei gedateerd op 11
mei 1981.
Waardering: B 5
201.
Handeling: Het toewijzen van reclasseringsbezoeken
Periode: 1948–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 52 (Stb. 1947, H 423), Reclasseringsregeling
1970, art. 52 (Stb. 1970, 598), vervallen in 1986 (Stb. 1986, 1)
Waardering : V, 5 jaar
202.
Handeling: Het verzoeken om toelating van een reclasseringsbezoeker
Periode: 1948–1987
Grondslag: Bezoekregeling 1923, Bezoekregeling 1958, art. 5 en 10 (Stcrt. 1958, 162),
Uitvoering Reclasseringsregeling 1970 (Stcrt. 1970, 19), Toelating niet-justitie-gebonden
professionele hulpverleners tot de penitentiaire inrichtingen, art. 8 (circulaire
11 mei 1981/ nr. 376/381), vervallen in 1987 (Stcrt. 1987, 231)
Waardering: V, 5 jaar
204.
Handeling: Het aantekenen van beroep bij de Minister van Justitie tegen een negatief
antwoord op het verzoek tot toelating van een reclasseringsbezoeker of het opschorten
van een reclasseringsbezoek
Periode: 1958–1986
Grondslag: Bezoekregeling 1958, art. 10 (Stcrt. 1958, 162), Uitvoering Reclasseringsregeling
1970 (Stcrt. 1970, 19), vervallen in 1987 (Stcrt. 1987, 231)
Waardering: V, 50 jaar
206.
Handeling: Het registreren van alle reclasseringsbezoekers
Periode: 1958–1987
Grondslag: Bezoekregeling 1958, art. 14 (Stcrt. 1958, 162), Uitvoering Reclasseringsregeling
1970 (Stcrt. 1970, 19), vervallen in 1987 (Stcrt. 1987, 231)
Waardering: V, 5 jaar
208.
Handeling: Het intrekken van het toegangsbewijs van een reclasseringsbezoeker
Periode: 1958–1987
Grondslag: Bezoekregeling 1958, art. 25 (Stcrt. 1958, 162), Uitvoering Reclasseringsregeling
1970 (Stcrt. 1970, 19), vervallen in 1987 (Stcrt. 1987, 231)
Opmerking: De reclasseringsraad is bevoegd om het toegangsbewijs van een reclasseringsbezoeker
in te trekken wanneer deze zich niet aan de regels houdt. De directeur kan hiertoe
een voorstel doen. De reclasseringsbezoeker en de betreffende instelling worden gehoord
alvorens de reclasseringsraad een beslissing neemt. De directeur wordt zo spoedig
mogelijk op de hoogte gesteld van het genomen besluit. Tegen een besluit tot intrekking
kunnen de reclasseringsbezoeker en zijn de instelling een beroep aantekenen bij de
Minister van Justitie.
Waardering: V, 50 jaar
210.
Handeling: Het opstellen van een regeling voor de toelating van niet-justitie-gebonden
professionele hulpverleners tot penitentiaire inrichtingen
Periode: 1970–1981
Bron: Brief van de staatssecretaris van Justitie (directie Gevangeniswezen) aan reclasseringsinstellingen,
11 mei 1981.
Waardering: V, 15 jaar
211.
Handeling: Het instellen van een commissie die de reclasseringsraad (secretaris) adviseert
inzake de toelating van niet-justitie-gebonden professionele hulpverleners tot penitentiaire
inrichtingen
Periode: 1981–1986
Grondslag: Toelating niet-justitie-gebonden professionele hulpverleners tot de penitentiaire
inrichtingen, art. 4 (circulaire 11 mei 1981/ nr. 376/381), vervallen in 1987 (Stcrt.
1987, 231)
Opmerking: Voor de samenstelling van deze commissie pleegt de reclasseringsraad overleg
met de directeur(en) van de in zijn arrondissement gelegen inrichting(en).
Waardering: V, 10 Jaar
212.
Handeling: Het beslissen op het verzoek van niet-justitie-gebonden professionele hulpverleners
om toegelaten te worden in penitentiaire inrichtingen
Periode: 1981–1986
Grondslag: Toelating niet-justitie-gebonden professionele hulpverleners tot de penitentiaire
inrichtingen, (circulaire 11 mei 1981/ nr. 376/381), vervallen in 1987 (Stcrt. 1987,
231)
Waardering: V, 5 jaar
213.
Handeling: Het jaarlijks verslag uitbrengen over het verloop van de toelatingsregeling
voor niet-justitie-gebonden professionele hulpverleners
Periode: 1981–1986
Grondslag: Toelating niet-justitie-gebonden professionele hulpverleners tot de penitentiaire
inrichtingen, art. 16 t/m 18 (circulaire 11 mei 1981/ nr. 376/381), vervallen in 1987
(Stcrt. 1987, 231)
Opmerking: De reclasseringsraad bracht jaarlijks verslag uit aan de directeur het
verloop van genoemde regeling. De directeur bracht op zijn beurt verslag uit aan de
reclasseringsraad. Beide actoren waren verplicht om een afschrift van het eigen verslag
toe te zenden aan de Minister van Justitie.
Waardering: V, 5 jaar
Reclasseringsraad: het verlenen van hulp en steun aan ex-gedetineerden (RIO: § 4.10.3)
218.
Handeling: Het verstrekken van opdrachten tot het verlenen van hulp en steun aan een
ex-gedetineerde
Periode: 1948–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1947, art. 53, lid 3 (Stb. 1947, H 423), Reclasseringsregeling
1970, art. 53 (Stb. 1970, 598), vervallen 1986 (Stb. 1986, 1)
Waardering: V, 5 jaar
220.
Handeling: Het uitbrengen van rapporten waarin verslag wordt gedaan op welke wijze
uitvoering is gegeven aan een opdracht tot het verlenen van hulp en steun
Periode: 1970–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1970, art. 61 en 62 (Stb. 1969, 598), vervallen in
1986 (Stb. 1986,1)
Waardering: V, 20 jaar
Reclasseringsraad: TBS (RIO: § 4.11.3)
242.
Handeling: Het bemiddelen bij de voorbereiding van het voorwaardelijke ontslag van
een TBS-gestelde
Periode: 19**–1986
Grondslag: Reclasseringsregeling 1970, art. 60 (Stb. 1969, 598), vervallen in 1986
(Stb. 1986,1)
Opmerking: De Reclasseringsregeling 1970 (Stb. 1969, 598) trad op 1 januari van dat
jaar in werking met uitzondering van artikel 60. Dit artikel moest een einde maken
aan de afzonderlijke regeling betreffende de hulp- en steunverlening bij de naleving
van bijzondere voorwaarden ten behoeve van TBS-gestelden en voorwaardelijk ontslagenen
TBS-gestelden, zoals was vastgelegd in art. 130–146 van het Psychopathenreglement
(Stb. 1928, 386). De aanpassing van het Psychopathenreglement (Stb. 1928, 386), die
hiervoor nodig was, en de omstandigheid dat de reclasseringsraden nog over onvoldoende
psychiatrisch geschoold personeel beschikte, maakte het noodzakelijk de inwerkingtreding
van art. 60 van de Reclasseringsregeling 1970 (Stb. 1969, 598), voor het zover de
beide groepen van hiervoor genoemde veroordeelden betrof, op te schorten. Het is niet
duidelijk of deze handeling werkelijk is verricht, zodat het aanvangsjaar hier onvermeld
is gelaten.
Waardering: V, 20 jaar