Besluit mandaat, volmacht en machtiging inzake heffing en invordering afdrachten op grond van de Mijnbouwwet

[Regeling vervallen per 21-01-2007.]
Geraadpleegd op 29-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-01-2005 en zichtdatum 25-11-2024.
Geldend van 22-05-2003 t/m 20-01-2007

Besluit mandaat, volmacht en machtiging inzake heffing en invordering afdrachten op grond van de Mijnbouwwet

De Minister van Economische Zaken,

Gezien de schriftelijke instemming van de inspecteur en de ontvanger;

Gelet op de artikelen 10:3 van de Algemene wet bestuursrecht en 100, tweede lid, van de Mijnbouwwet;

Besluit:

Artikel 1

[Regeling vervallen per 21-01-2007]

In dit besluit wordt verstaan onder:

Artikel 2

[Regeling vervallen per 21-01-2007]

  • 2 Aan de inspecteur wordt tevens mandaat verleend voor het nemen van beslissingen op bezwaarschriften, gericht tegen besluiten als bedoeld in het eerste lid.

  • 3 De minister kan bepalen dat een inspecteur niet eerder beslist op een bezwaarschrift dan na voorafgaande instemming van de minister.

  • 4 De inspecteur neemt geen beslissing op bezwaarschrift indien het besluit waartegen het bezwaar zich richt door hem krachtens mandaat is genomen.

  • 5 Aan de inspecteur wordt tevens machtiging verleend tot het behandelen van beroepschriften en het voeren van verweer in de gevallen waarin beroep is ingesteld tegen een beslissing op bezwaarschrift die door een inspecteur namens de minister is genomen.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 21-01-2007]

  • 2 Aan de ontvanger wordt tevens mandaat verleend voor het nemen van beslissingen op bezwaarschriften, gericht tegen besluiten als bedoeld in het eerste lid.

  • 3 De minister kan bepalen dat de ontvanger niet eerder beslist op een bezwaarschrift dan na voorafgaande instemming van de minister.

  • 4 De ontvanger neemt geen beslissing op bezwaarschrift indien het besluit waartegen het bezwaar zich richt door hem krachtens mandaat is genomen.

  • 5 Aan de ontvanger wordt tevens machtiging verleend tot het behandelen van beroepschriften en het voeren van verweer in de gevallen waarin beroep is ingesteld tegen een beslissing op bezwaarschrift die door de ontvanger namens de minister is genomen.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 21-01-2007]

  • 1 De inspecteur en de ontvanger kunnen, ieder voor zich, ondermandaat, volmacht en machtiging verlenen aan de onder hen ressorterende medewerkers. Het verlenen van ondermandaat, volmacht en machtiging alsmede wijziging daarvan, geschiedt schriftelijk en wat de formulering betreft in overeenstemming met de directeur Wetgeving en Juridische Zaken van het Ministerie van Economische Zaken.

  • 2 Een afschrift van besluiten inzake ondermandaat als bedoeld in het eerste lid wordt gezonden aan de secretaris-generaal en aan de directeur Wetgeving en Juridische Zaken van het Ministerie van Economische Zaken en aan degenen aan wie krachtens het besluit ondermandaat, volmacht en machtiging is verleend.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 21-01-2007]

Het krachtens mandaat ondertekenen van stukken geschiedt als volgt:

De Minister van Economische Zaken,

namens deze:

(handtekening)

(naam functionaris)

(functie)

Artikel 6

[Regeling vervallen per 21-01-2007]

De uit dit besluit voor de inspecteur en ontvanger voortvloeiende bevoegdheden gaan in geval van afwezigheid over op hun plaatsvervangers, met uitzondering van de bevoegdheid tot het verlenen van ondermandaat, volmacht en machtiging en wijzigingen daarvan.

Artikel 7

[Regeling vervallen per 21-01-2007]

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2003.

Artikel 8

[Regeling vervallen per 21-01-2007]

Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit mandaat, volmacht en machtiging inzake heffing en invordering afdrachten op grond van de Mijnbouwwet.

Dit besluit zal met toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

's-Gravenhage, 13 mei 2003

De

Minister

van Economische Zaken,

J.F. Hoogervorst