Hierbij doe ik u toekomen de Regeling werkgeversbijdrage kinderopvang rijkspersoneel (Staatscourant 10 november 2004, nr. 217).
Zoals eerder is meegedeeld, is het overleg met de vakcentrales over een rijksbrede
kinderopvangregeling mislukt. Dit heeft ertoe geleid dat de Regeling werkgeversbijdrage kinderopvang rijkspersoneel eenzijdig is vastgesteld.
Op grond van vorengenoemde regeling heeft de ambtenaar die tevens ouder is, aanspraak
op een bijdrage in de door hem of diens partner te betalen kosten van kinderopvang.
De bijdrage bedraagt een zesde deel van de aan de ambtenaar of diens partner in rekening
gebrachte kosten.
Voor ambtenaren met een partner van wie de werkgever niet of in geringe mate bijdraagt
in de kosten van kinderopvang geldt een overgangsregeling op grond waarvan tijdelijk
een aanvullende bijdrage in de kosten kan worden verstrekt. Deze overgangsregeling
geldt ook voor ambtenaren met een partner die geen werkgeversbijdrage ontvangt, omdat
deze als zelfstandig ondernemer of freelancer werkzaam is.
De aanvullende bijdrage die op grond van de overgangsregeling wordt toegekend bedraagt
voor het jaar 2005 maximaal een zesde deel van de door de ambtenaar of diens partner
te betalen kosten. Met ingang van 1 januari 2006 wordt de aanvullende bijdrage jaarlijks
met een derde deel verminderd, zodat in 2006 nog aanspraak bestaat op een aanvullende
bijdrage van twee derde en in 2007 van een derde deel van dit deel van de kosten.
Met ingang van 1 januari 2008 vervalt de aanvullende bijdrage.
Volledigheidshalve zij opgemerkt dat niet is afgesproken dat in de IKAP-regeling rijkspersoneel
een bepaling zal worden opgenomen die aanspraak geeft op een belastingvrije vergoeding
voor een eventueel ontbrekende werkgeversbijdrage.
Het is mogelijk dat bonden zullen proberen in het departementaal georganiseerd overleg
met aanvullende eisen te komen, dan wel zullen verlangen dat de bestaande departementale
regelingen voor 2004 ook in 2005 worden uitgevoerd. In verband daarmee wijs ik u erop
dat er op dgo-niveau geen onderhandelingsruimte is in het dossier kinderopvang.
Indien zich een of ander voordoet, is het goed om hier gecoördineerd op te reageren.
Ik verzoek u dan ook acties van bonden (en ook van individuele medewerkers) te melden
bij Paul Rimmelzwaan (paul.rimmelzwaan@minbzk.nl) of Toon Warnier (toon.warnier@minbzk.nl).
In het (concept) Sociaal akkoord is onder meer opgenomen dat in de spaarloonregeling,
als bedoeld in artikel 32, eerste lid, van de Wet op de loonbelasting 1964, een extra deblokkeringsmogelijkheid voor kinderopvang zal worden opgenomen. Deze
deblokkeringsmogelijkheid heeft betrekking op het voor rekening van de werknemer komende
deel van de kosten van kinderopvang. Deze voorziening kan eerst in werking treden
als de regelgeving ter zake volledig is afgerond. Vervolgens moet nog het besluit
genomen worden dat van deze mogelijkheid gebruik kan worden gemaakt door werknemers
van de sector Rijk.
Tot slot deel ik u mede, dat het vergoeden van de kosten van kinderopvang volgens
de nieuwe systematiek van de Wet kinderopvang leidt tot een besparing op de uitgaven voor kinderopvang. Met nadruk wijs ik u erop
dat deze besparing niet vrij besteedbaar is maar bestemd is voor de invulling van
de arbeidsvoorwaardenruimte op centraal niveau.