Aanpassing bedragen in Besluit woninggebonden subsidies 1995 (BWS 1995) en Besluit locatiegebonden subsidies (BLS)

Geraadpleegd op 13-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-09-2009 en zichtdatum 10-11-2024.
Geldend van 29-06-2004 t/m heden

Aanpassing bedragen in Besluit woninggebonden subsidies 1995 (BWS 1995) en Besluit locatiegebonden subsidies (BLS)

Geacht college, geacht bestuur,

De stichtingskostengrenzen voor (sociale) nieuwbouwwoningen en de hierop betrekking hebbende regelingen worden jaarlijks geactualiseerd. De aanpassingen komen voort uit artikel 24 van het Besluit woninggebonden subsidies 1995 en uit artikel 6 van het Besluit locatiegebonden subsidies. Daartoe dienen bijgaande MG en Besluit.

De in het BWS genoemde stichtingskostengrens wordt ook in de Huisvestingswet genoemd als koopprijsgrens (art. 6, derde lid, onderdeel a). Aanpassing van de BWS grens heeft derhalve ook consequenties voor de Huisvestingswet.

In het BWS 1995 en in het BLS is de categorie sociale woningen opgenomen. Voor deze categorie geldt thans dat de geraamde kosten voor het in eigendom verkrijgen daarvan niet hoger zijn dan € 96.849,-.

Gelet op de prijsontwikkeling van het bouwen van woningen is het wenselijk om met ingang van 1 januari 2004 dit bedrag te verhogen. Het nieuwe verhoogde bedrag in het BWS 1995 en in het BLS wordt verhoogd van € 96.849,- naar € 101.449,-.

Bij ministeriële regeling zijn de bedragen in de genoemde besluiten aangepast. Een afschrift van deze regeling is bij deze circulaire gevoegd.

Met ingang van 2005 zullen het BWS en huidige BLS worden ingetrokken. Daarmee is deze circulaire de laatste waarmee in dit kader de aanpassing van de stichtingskosten wordt vastgesteld. Van verschillende kanten is gevraagd om een structurele aanpassing van deze grens, gelet op de ontwikkelingen in de markt. Deze structurele aanpassing krijgt gestalte in het beleidskader ISV-2. De daarin genoemde grens (€ 136.134, prijspeil 2002) zal vanaf 2005 door VROM gehanteerd worden als (jaarlijks te indexeren) bovengrens van de categorie goedkope woningbouw.

Uitgangspunt in de VINEX-contracten 1995-2004 is voor VROM een maximaal aandeel sociale woningbouw van 30%. Voor de goede orde wijs ik erop dat een lager aandeel dan 30% door VROM dus ook niet als een afwijking van deze contracten zal worden beschouwd.

Deze circulaire en bijbehorende ministeriële regeling worden in de Staatscourant gepubliceerd.

Hoogachtend,
de

Minister

van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

S.M. Dekker