3.3. Protocol kindermishandeling
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
Beleidsregels kwaliteit kinderopvang (artikel 10a)
|
Voorwaarde
|
De houder heeft een protocol kindermishandeling welke voldoet aan de beschreven eisen1.
|
1 Het protocol hanteert de definitie van kindermishandeling conform de Wet op de Jeugdzorg
(2005), welke als volgt luidt: ‘Kindermishandeling is elke vorm van bedreigende of
gewelddadige interactie van fysieke, psychische of seksuele aard, die de ouders of
andere personen ten opzichte van wie de minderjarige in een relatie van afhankelijkheid
of onvrijheid staat, actief of passief, opdringen waardoor ernstige schade wordt berokkend
of dreigt te worden berokkend aan de minderjarige in de vorm van fysiek of psychisch
letsel. Hieronder vallen ook verwaarlozing en onthouden van essentiële hulp, medische
zorg en onderwijs en het getuige zijn van huiselijk geweld.’
In het protocol zijn verantwoordelijkheden per organisatielaag uitgesplitst in taken
en bevoegdheden.
Het protocol bevat een stappenplan waarin minimaal de volgende fases aan bod komen:
vermoeden, overleg, plan van aanpak, beslissen, handelen, evaluatie en nazorg.
Het stappenplan bevat een tijdslijn vanaf de persoon met een vermoeden van kindermishandeling
tot en met de nazorg. Het stappenplan is voorzien van een heldere toelichting, hulpmiddelen
voor het doorlopen ervan en aandachtspunten voor de gespreksvoering met verschillende
partijen.
Het protocol bevat een lijst van signalen per ontwikkelingsgebied, uitgesplitst voor
de groep van 0–4 jaar en de groep van 4–12 jaar, om kindermishandeling zo vroeg mogelijk
te signaleren. De ontwikkelingsgebieden per leeftijdscategorie (0–4 jarigen dan wel
4–12 jarigen) die in de lijst aan bod dienen te komen zijn: psycho-sociale signalen,
medische signalen, kenmerken verzorgers/gezin, signalen specifiek voor seksueel misbruik,
signalen die specifiek zijn voor kinderen die getuige zijn van huiselijk geweld.
Het protocol besteedt aandacht aan de omgang met de Wet bescherming persoonsgegevens.
In het protocol dienen de volgende punten met betrekking hierop behandeld te worden:
zorgvuldig handelen, inzagerecht ouders/wettelijk vertegenwoordigers, contact met
andere instellingen, omgaan met schriftelijke informatie.
Het protocol besteedt aandacht aan de mogelijke situatie dat een beroepskracht de
vermoedelijke dader is.
Het protocol bevat praktische informatie over de Bureaus Jeugdzorg en het Advies&Meldpunt
Kindermishandeling (AMK).
3.3.1. Beleid protocol kindermishandeling
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
Beleidsregels kwaliteit kinderopvang (artikel 10a)
|
Voorwaarde
|
1 De houder draagt er zorg voor dat beroepskrachten op de hoogte zijn van de inhoud
van het protocol kindermishandeling.
|
3.3.2. Uitvoering beleid protocol kindermishandeling
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
Beleidsregels kwaliteit kinderopvang (artikel 10a)
|
Voorwaarden
|
1 De beroepskrachten kennen de inhoud van het protocol.
|
2 De beroepskrachten handelen aantoonbaar naar het protocol kindermishandeling.
|