[Red: Wijzigt de Wet inkomstenbelasting 2001.]
[Red: Wijzigt de Wet inkomstenbelasting 2001.]
[Red: Wijzigt de Wet inkomstenbelasting 2001.]
[Red: Wijzigt de Wet loonbelasting 1964.]
[Red: Wijzigt de Wet loonbelasting 1964.]
[Red: Wijzigt de Wet vermindering afdracht loonbelasting en premie voor de volksverzekeringen.]
Terugwerkende kracht
Voor dit artikel is een wijziging met terugwerkende kracht gepubliceerd. Zie
opmerking onder de tekst voor nadere informatie.
[Red: Wijzigt de Wet op de vennootschapsbelasting 1969.]
Terugwerkende kracht
Stb. 2006, 397, datum inwerkingtreding 08-09-2006, bevat een wijziging met terugwerkende
kracht van dit artikel. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-01-2005.
[Red: Wijzigt de Wet op de vennootschapsbelasting 1969.]
[Red: Wijzigt de Wet op de vennootschapsbelasting 1969.]
[Red: Wijzigt de Wet op de vennootschapsbelasting 1969.]
[Red: Wijzigt de Wet op de dividendbelasting 1965.]
[Red: Wijzigt de Successiewet 1956.]
[Red: Wijzigt de Wet op belastingen van rechtsverkeer.]
[Red: Wijzigt de Wet op de accijns.]
[Red: Wijzigt de Wet op de belasting van personenauto's en motorrijwielen 1992.]
[Red: Wijzigt de Wet op de belasting van personenauto's en motorrijwielen 1992.]
[Red: Wijzigt de Wet op de belasting van personenauto's en motorrijwielen 1992.]
[Red: Wijzigt de Wet op de motorrijtuigenbelasting 1994.]
[Red: Wijzigt de Wet op de motorrijtuigenbelasting 1994.]
[Red: Wijzigt de Wet op de omzetbelasting 1968.]
[Red: Wijzigt de Wet belastingen op milieugrondslag.]
[Red: Wijzigt de Algemene wet inzake rijksbelastingen.]
[Red: Wijzigt de Invorderingswet 1990.]
[Red: Wijzigt de Wet belastingen op milieugrondslag.]
[Red: Wijzigt de Wet belastingen op milieugrondslag.]
[Red: Wijzigt de Coördinatiewet Sociale Verzekering.]
[Red: Wijzigt het Belastingplan 2004.]
[Red: Wijzigt de Invoeringswet Wet inkomstenbelasting 2001.]
A
Artikel 11, eerste lid, onderdeel p, van de Wet op de loonbelasting 1964 zoals dit onderdeel luidde op 27 augustus 2004 vóór 17.00 uur, blijft van toepassing
voor gevallen waarin het computers en bijbehorende apparatuur betreft die door de
werknemer vóór het genoemde tijdstip in gebruik zijn genomen of ter zake waarvan door
de werknemer nog vóór dat tijdstip een verplichting tot aanschaffing is aangegaan.
B
Artikel 6, eerste lid, onderdeel y, van de Coördinatiewet Sociale Verzekering, zoals dit onderdeel luidde op 27 augustus 2004, vóór 17.00 uur, blijft van toepassing
voor gevallen waarin het computers en bijbehorende apparatuur betreft die door de
werknemer vóór het genoemde tijdstip in gebruik zijn genomen of ter zake waarvan door
de werknemer nog vóór dat tijdstip een verplichting tot aanschaffing is aangegaan.
De vennootschapsbelasting over een boekjaar dat voor 1 januari 2005 aanvangt en op
of na die datum eindigt, wordt, in afwijking in zoverre van artikel 22 van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969, berekend volgens de formule:
belasting = (X/B x To) + (Y/B x Tn), waarin:
X voorstelt: het aantal voor 1 januari 2005 vallende dagen van het boekjaar;
Y voorstelt: het aantal na 31 december 2004 vallende dagen van het boekjaar;
B voorstelt: het totale aantal dagen van het boekjaar;
To voorstelt: de verschuldigde belasting over het belastbare bedrag of het belastbare
Nederlandse bedrag op basis van het tarief van de vennootschapsbelasting zoals dat
tarief luidt op 31 december 2004;
Tn voorstelt: de verschuldigde belasting over het belastbare bedrag of het belastbare
Nederlandse bedrag op basis van het tarief van de vennootschapsbelasting zoals dat
tarief luidt met ingang van 1 januari 2005.
-
1 Voorafgaand aan de inwerkingtreding van artikel XIV kunnen bij ministeriële regeling het aantal mg per km en het bedrag, genoemd in dat artikel, worden gewijzigd, indien daartoe aanleiding bestaat ingevolge door de Europese Commissie
voor te stellen dan wel voorgestelde wijzigingen van de geldende Europese norm voor
de emissie van deeltjes ten aanzien van personenauto's en bestelauto's die worden
aangedreven door een motor met compressieontsteking, dan wel ingevolge de uitkomsten
van de notificatieprocedure op grond van richtlijn 98/34/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 juni 1998 betreffende een informatieprocedure
op het gebied van normen en technische voorschriften (PbEG L 204).
Voor een bestelauto waarvoor motorrijtuigenbelasting is voldaan over een tijdvak waarvan
een gedeelte ligt na het tijdstip van inwerkingtreding van de verhogingen van de motorrijtuigenbelasting
ingevolge de artikelen XVIa, onderdeel A en XVII, onderdeel A, zijn deze verhogingen van toepassing met ingang van het eerstvolgende tijdvak.
A
Tot het loon in de zin van de Coördinatiewet Sociale Verzekering behoort niet een aandelenoptierecht ter zake waarvan vóór 1 januari 2005 reeds een
bedrag als loon is genoten.
B
[Red: Wijzigt deze wet.]
-
1 Voor de periode 1 januari 2005 tot en met 30 juni 2007 zijn voor de willekeurige afschrijving
op films en de filminvesteringsaftrek de artikelen 3.33, eerste tot en met vierde lid, 3.36, 3.37, 3.40, 3.42b, eerste tot en met zevende lid, 3.44, 3.47a, 3.52 en 10.10 van de Wet inkomstenbelasting 2001, en de artikelen 8 en 18 van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969, zoals die artikelen luidden op 31 december 2003 en met inachtneming van de wijzigingen
zoals hierna aangeduid, van toepassing met betrekking tot voortbrengingskosten gemaakt
voor 1 juli 2007. Daarbij wordt:
-
a. voor de toepassing van artikel 3.33, tweede lid, van de Wet inkomstenbelasting 2001 voor de zinsnede «door Onze Minister van Economische Zaken in overeenstemming met
Onze Minister en Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen» gelezen: door
Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap in overeenstemming met Onze Minister;
-
b. voor de toepassing van artikel 3.42b, eerste, zesde en zevende lid, van de Wet inkomstenbelasting 2001 voor de zinsnede «Onze Minister van Economische Zaken» gelezen: Onze Minister van
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap;
-
c. voor de toepassing van artikel 8 van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969, voor
de toepassing van artikel 3.42b, derde lid, onderdeel b, van de Wet inkomstenbelasting 2001 voor het daar genoemde bedrag van € 25 000 gelezen € 100 000.
-
3 De door de Staatsecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap in overeenstemming
met de Staatsecretaris van Financiën getroffen Regeling aanwijzing filminvesteringen 2005, is een regeling gebaseerd op de gewijzigde delegatiebevoegdheid bedoeld in het eerste
lid.
Ingeval de samenloop van wetten die in 2004 in het Staatsblad zijn of worden gepubliceerd
en wijzigingen aanbrengen in één of meer belastingwetten, niet of niet juist is geregeld,
of als gevolg van die samenloop onjuistheden ontstaan in de aanduiding van artikelonderdelen,
verwijzingen en dergelijke in de desbetreffende wetten, herstelt Onze Minister van
Financiën dat bij ministeriële regeling.
-
1 Onder toepassing van artikel 16 van de Tijdelijke referendumwet treedt deze wet in
werking met ingang van 1 januari 2005, met dien verstande dat artikel I, onderdelen A, H, M, Q, R, S, T, U en V, en artikel IV, onderdelen E, F, G, H en I, eerst toepassing vinden nadat artikel 10.1 van de Wet inkomstenbelasting 2001 bij het begin van het kalenderjaar 2005 is toegepast.
-
2 In afwijking in zoverre van het eerste lid werkt artikel XI, onderdeel A, tweede lid, terug tot en met 1 januari 2003.
-
5 In afwijking van het eerste lid treedt artikel VI, onderdeel B, in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, met dien verstande
dat indien het Staatsblad waarin dat besluit wordt geplaatst na 1 januari 2005 wordt
uitgegeven, in dat besluit bepaald wordt dat deze bepaling terugwerkt tot en met 1
januari 2005.
Deze wet wordt aangehaald als: Belastingplan 2005.