Regeling gegevensuitwisseling NMa-EZ

[Regeling vervallen per 01-04-2013.]
Geraadpleegd op 10-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-01-2012 en zichtdatum 20-09-2024.
Geldend van 01-01-2011 t/m 31-03-2013

Regeling van de Minister van Economische Zaken van 8 december 2005, nr. WJZ 5719432, houdende regels omtrent het uitwisselen van gegevens tussen de raad van bestuur van de NMa en de Minister van Economische Zaken (Regeling gegevensuitwisseling NMa-EZ)

De Minister van Economische Zaken,

Gelet op artikel 5e, tweede lid, van de Mededingingswet;

Besluit:

§ 1. Algemene bepalingen

[Regeling vervallen per 01-04-2013]

Artikel 1

[Regeling vervallen per 01-04-2013]

In deze regeling wordt verstaan onder:

Artikel 2

[Regeling vervallen per 01-04-2013]

  • 1 De raad verstrekt zo spoedig mogelijk de gegevens die de minister verlangt en die benodigd zijn voor de taakuitoefening van de minister of waarvan de raad redelijkerwijs kan aannemen dat zij voor de taakuitoefening van de minister benodigd zijn.

  • 2 De minister verstrekt de raad zo spoedig mogelijk uit eigen beweging de gegevens waarvan hij redelijkerwijs kan aannemen dat zij van belang zijn voor de taakuitoefening van de raad.

§ 2. Werkzaamheden in internationaal verband

[Regeling vervallen per 01-04-2013]

Artikel 3

[Regeling vervallen per 01-04-2013]

  • 1 De raad stelt de minister onverwijld in kennis van uitnodigingen voor deelname in een vergadering van een adviescomité als bedoeld in artikel 14, eerste lid, van verordening 1/2003 waarin andere kwesties worden besproken dan individuele zaken.

  • 2 De raad zendt de minister een afschrift van de verslagen van de in het eerste lid bedoelde vergaderingen.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 01-04-2013]

De raad brengt onverwijld schriftelijk verslag uit aan de minister van door de raad bijgewoonde bijeenkomsten in het kader van de uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 5b van de wet en van de wijze waarop gevolg is gegeven aan de instructies van de minister.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 01-04-2013]

De minister zendt door het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen aan de lidstaten voor commentaar voorgelegde zaken of vragen die op het werkterrein van de raad liggen, ter kennisneming aan de raad. De minister kan de raad terzake om schriftelijke opmerkingen verzoeken.

§ 3. Concentraties

[Regeling vervallen per 01-04-2013]

Artikel 6

[Regeling vervallen per 01-04-2013]

  • 1 De raad stelt de minister terstond in kennis van een verwijzingsverzoek als bedoeld in artikel 4, vierde en vijfde lid, van verordening 139/2004.

  • 2 De raad stelt de minister in kennis van het voornemen van een kennisgeving aan de Commissie van de Europese Gemeenschappen als bedoeld in artikel 9, tweede lid, van verordening 139/2004. De kennisgeving aan de minister geschiedt uiterlijk vijf werkdagen voordat de termijn afloopt waarbinnen de kennisgeving aan de Commissie moet worden gedaan.

  • 3 De raad stelt de minister in kennis van het voornemen van een verzoek of een voornemen tot aansluiting bij een verzoek aan de Commissie van de Europese Gemeenschappen als bedoeld in artikel 22, eerste lid, onderscheidenlijk tweede lid, tweede alinea, van verordening 139/2004. De kennisgeving aan de minister geschiedt uiterlijk vijf werkdagen voordat de termijn afloopt waarbinnen het verzoek of de mededeling inzake aansluiting bij een verzoek aan de Commissie moet worden gedaan.

  • 4 Indien de minister de raad een instructie wil geven ten aanzien van een verwijzingsverzoek als bedoeld in het eerste lid, of een voornemen als bedoeld in het tweede of derde lid, geeft hij deze instructie binnen drie werkdagen na ontvangst van de kennisgeving van de raad. Indien een beoordeling van het verzoek of het voornemen niet binnen die termijn mogelijk is, stelt de minister de raad daarvan op de hoogte.

Artikel 7

[Regeling vervallen per 01-04-2013]

  • 1 De raad stelt de minister terstond in kennis van een weigering door de raad van een vergunning voor het tot stand brengen van een concentratie op grond van artikel 41, tweede lid, van de wet.

  • 2 De minister doet binnen een week na ontvangst van een aanvraag op grond van artikel 47 van de wet daarvan mededeling aan de raad.

  • 3 Voordat de minister de ontwerp-beslissing op een aanvraag op grond van artikel 47 van de wet in de ministerraad aan de orde stelt, stelt hij de raad in de gelegenheid binnen een week zijn opmerkingen terzake schriftelijk aan hem kenbaar te maken.

§ 4. Beleidsregels en jaarverslag

[Regeling vervallen per 01-04-2013]

Artikel 8

[Regeling vervallen per 01-04-2013]

  • 2 De raad geeft binnen vier weken aan de minister zijn zienswijze over de voorgenomen beleidsregels.

Artikel 10

[Regeling vervallen per 01-04-2013]

De raad zendt de minister onverwijld een afschrift van een besluit dat afwijkt van een door de minister vastgestelde beleidsregel.

Artikel 11

[Regeling vervallen per 01-04-2013]

  • 2 De minister stelt de raad ten minste vier weken voordat hij zijn bevindingen omtrent het jaarverslag aan de beide kamers der Staten-Generaal zendt in de gelegenheid kennis te nemen van zijn ontwerp-bevindingen omtrent het jaarverslag van de raad.

§ 5. Betreden plaatsen en klachten

[Regeling vervallen per 01-04-2013]

Artikel 12

[Regeling vervallen per 01-04-2013]

Van het betreden van een plaats met toepassing van artikel 5:15 van de Algemene wet bestuursrecht in het kader van een onderzoek in de zin van hoofdstuk 6 van de wet of van een inspectie in een woning als bedoeld in artikel 89d van de wet door krachtens artikel 50, eerste lid, van de wet aangewezen ambtenaren, maakt de raad zo spoedig mogelijk na aanvang daarvan melding aan de minister.

Artikel 13

[Regeling vervallen per 01-04-2013]

  • 1 De raad zendt de minister jaarlijks voor 1 mei een overzicht van alle door de raad in het vorige kalenderjaar behandelde klachten als bedoeld in artikel 9:1, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht, alsmede van alle in dat jaar bij de Nationale Ombudsman ingediende klachten. Het overzicht gaat vergezeld van een toelichting.

  • 2 Aan de minister gerichte klachten over de wijze waarop de raad of een persoon werkzaam onder gezag van de raad zich in een bepaalde aangelegenheid jegens een derde heeft gedragen, worden terstond aan de raad gemeld en ter behandeling overgedragen. De raad zendt de minister een afschrift van de beantwoording van het doorgezonden klaagschrift.

§ 6. Samenwerkingsafspraken met andere instanties

[Regeling vervallen per 01-04-2013]

Artikel 14

[Regeling vervallen per 01-04-2013]

  • 1 De raad stelt de minister in kennis van de ontwerp-afspraken met andere overheidsinstanties inzake afbakening van werkzaamheden of inzake samenwerking.

  • 2 De minister stelt de raad binnen twee weken in kennis van zijn voornemen opmerkingen te maken bij de ontwerp-afspraken. Hij maakt zijn opmerkingen binnen twee weken na die kennisgeving.

§ 7. Slotbepalingen

[Regeling vervallen per 01-04-2013]

Artikel 15

[Regeling vervallen per 01-04-2013]

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Artikel 16

[Regeling vervallen per 01-04-2013]

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling gegevensuitwisseling NMa-EZ.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 8 december 2005

De

Minister

van Economische Zaken,

L.J. Brinkhorst