Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij (LNV)
10. Handelingen
10.1. Algemene handelingen
1
Handeling: Het voorbereiden, mede-vaststellen en evalueren van het beleid inzake landbouwkwaliteit
en voedselveiligheid
Periode: 1945–
Product: Beleidsnota’s, beleidsnotities, rapporten, adviezen, evaluaties,
Opmerking: De eigenlijke vaststelling van het beleid vindt plaats in de Ministerraad.
Onder deze handeling valt ook:
– het voeren van overleg met andere betrokken actoren op het gebied van de landbouwkwaliteit
– het voorbereiden van een standpunt ter inbrenging in de Ministerraadsvergaderingen
voor beraad en besluitvorming betreffende de landbouwkwaliteit
– het voeren van overleg met en het leveren van bijdragen aan het overleg met het
Staatshoofd betreffende de landbouwkwaliteit
– het aan externe adviescommissies verzoeken om advies over de landbouwkwaliteit
– het informeren (voorlichten) van het Kabinet van de Koningin over ontwikkelingen
op het gebied van de landbouwkwaliteit
– het voorbereiden en vaststellen van het voorlichtingsbeleid (voorlichting als beleidsinstrument).
Waardering: B, 1 ,2
2
Handeling: Het voorbereiden van de totstandkoming, wijziging en intrekking van wet-
en regelgeving op het gebied van de landbouwkwaliteit
Periode: 1945–
Product: Boterwet; Wet op de Rijksbotermerken; Wet, houdende bepalingen betreffende
het merken van kaas; Haringwet; Landbouwuitvoerwet; Landbouwkwaliteitswet
Waardering: B, 1
3
Handeling: Het instellen, instrueren en opheffen van commissies en werkgroepen ter
voorbereiding van het beleid inzake landbouwkwaliteit en voedselveiligheid
Periode: 1945–
Grondslag: Wetten, algemene maatregelen van bestuur, koninklijke besluiten
Opmerking: Een voorbeeld hiervan is het Comité van levensmiddelen toevoegingen (1961).
Waardering: B, 1
4
Handeling: Het benoemen en ontslaan van leden van commissies en werkgroepen ter voorbereiding
van het beleid inzake landbouwkwaliteit en voedselveiligheid
Periode: 1945–
Bron: Begrotingen
Waardering: V 7 jaar na adminstratieve afhandeling van het ontslag
5
Handeling: Het opstellen van periodieke verslagen inzake landbouwkwaliteit en voedselveiligheid
Periode: 1945–
Product: Series, jaarverslagen, kwartaalverslagen, maandverslagen
Opmerking: Het betreft hier ook de verslaglegging waarvoor geen grondslag kan worden
aangewezen in de voor het landbouwkwaliteits specifieke wet- en regelgeving. Wat betreft
voedselveiligheid vindt rapportage plaats in geval van ernstige ongeregeldheden.
Waardering: B, 3
6
Handeling: Het beantwoorden van Kamervragen inzake landbouwkwaliteit en voedselveiligheid
en het anderszins informeren van leden van of commissies uit het parlement
Periode: 1945–
Product: Brieven, notities, …
Waardering: B, 2 en 3
7
Handeling: Het informeren van de Nationale Ombudsman en parlementaire onderzoekscommissies
naar aanleiding van klachten over de gevolgen of de uitvoering van het beleid inzake
landbouwkwaliteit en voedselveiligheid
Periode: 1945–
Product: Brieven, notities, …
Opmerking: Zie ook PIVOT-rapport Behoorlijk behandeld over de Nationale Ombudsman.
Parlementair onderzoek gebeurt meestal door de Commissies voor de Verzoekschriften.
Waardering: B, 3
8
Handeling: Het beslissen op beroepschriften naar aanleiding van beschikkingen inzake
Landbouwkwaliteit en voedselveiligheid en het voeren van verweer in beroepschriftprocedures
voor administratiefrechtelijke organen
Periode: 1945–
Product: Beschikkingen en verweerschriften
Opmerking: Zie ook PIVOT-rapport Drie maal ’s Raads recht over de Raad van State.
De Minister van VWS is verantwoordelijk voor de eindproducten Warenwet en als zodanig
ook voor deze handeling als het gaat om voedselveiligheid.
Waardering: B, 3
9
Handeling: Het mede-voorbereiden van het vaststellen, wijzigen en intrekken van internationale
regelingen op het gebied van de landbouwkwaliteit en voedselveiligheid, inzake het
presenteren van Nederlandse standpunten in intergouvernementele organisaties
Periode: 1945–
Product: Internationale regelingen, nota’s, notities, rapporten
Waardering: B, 1,2
10
Handeling: Het beantwoorden van vragen van individuele burgers, bedrijven en instellingen
inzake landbouwkwaliteit en voedselveiligheid
Periode: 1945–
Product: Brieven, notities
Waardering: B+V 3 jaar B waardering in tijden van crises
11
Handeling: Het uitvoeren van voorlichtingsactiviteiten op het terrein van landbouwkwaliteit
en voedselveiligheid
Periode: 1945–
Opmerking: Voorbeelden hiervan zijn de voorlichtingscampagnes van het Voedingscentrum.
Product: Voorlichtingsmateriaal
Waardering: B+V 2 jaar, B, 5 eindproducten
12
Handeling: Het voorbereiden van interdepartementaal overleg ten aanzien van landbouwkwaliteit
en voedselveiligheid en het opstellen van verslagen van de geleverde inbreng
Periode: 1945–
Product: Brieven; notities; verslagen; notulen; etc.
Opmerking: Niet te verwarren met verderop in dit rapport voorkomende vergelijkbare
handelingen, waarvan de neerslag wel bewaard wordt. Er is regelmatig overleg met het
Ministerie van VWS.
Waardering: V 5 jaar
10.2. Europese regels
10.2.1. Standaard Algemene Europese handelingen
13
Handeling: Het voorbereiden van bijdragen aan expertgroepen van de Europese Commissie
inzake de Landbouwkwaliteit en Voedselveiligheid en het opstellen van verslagen over
de geleverde bijdrage
Periode: 1958–
Product: Brieven; notities; verslagen; notulen; etc.
Waardering: B, 1
14
Handeling: Het opstellen van concept-informatieafiches over voorstellen, mededelingen
en Groenboeken van de Europese Commissie op het gebied van de landbouwkwaliteit en
voedselveiligheid
Periode: 1958–
Product: Concept-fiches; documentatie over het onderhandelingsproces
Opmerking: De interdepartementale WBNC stelt de informatiefiches vast (de handeling
is opgenomen in het concept-RIO ‘Gedane Buitenlandse Zaken’.
Waardering: B, 1
15
Handeling: Het voorbereiden van vergaderingen van Raadswerkgroepen met betrekking
tot de landbouwkwaliteit en voedselveiligheid en het opstellen van verslagen van deze
vergaderingen
Periode: 1958–
Product: Documentatie over verantwoording onderhandelingsproces
Opmerking: Als onderdeel van de departementale standpuntbepaling kan overleg gevoerd
worden met maatschappelijke groeperingen, zoals het georganiseerde bedrijfsleven.
De handeling leidt bij het eerstverantwoordelijke Ministerie met name tot instructies;
bij de overige betrokken Ministeries tot departementale standpunten.
Waardering: B, 1
16
Handeling: Het voorbereiden van vergaderingen van ad hoc groepen Raden/Attachés met
betrekking tot de landbouwkwaliteit en voedselveiligheid en het opstellen van verslagen
van deze vergaderingen
Periode: 1958–
Product: Documentatie over verantwoording onderhandelingsproces
Opmerking: Als onderdeel van de departementale standpuntbepaling kan overleg gevoerd
worden met maatschappelijke groeperingen, zoals het georganiseerde bedrijfsleven.
De handeling leidt bij het eerstverantwoordelijke Ministerie met name tot instructies;
bij de overige betrokken Ministeries tot departementale standpunten.
Waardering: B, 1
17
Handeling: Het voorbereiden van vergaderingen van het Coreper met betrekking tot de
landbouwkwaliteit en het opstellen van verslagen van deze vergaderingen
Periode: 1958–
Product: Documentatie over verantwoording onderhandelingsproces
Opmerking: Als onderdeel van de departementale standpuntbepaling kan overleg gevoerd
worden met maatschappelijke groeperingen, zoals het georganiseerde bedrijfsleven.
De instructies voor de Nederlandse vertegenwoordiger in het Coreper (de PV) worden
vastgesteld in interdepartementaal overleg onder leiding van het Ministerie van Buitenlandse
Zaken. De handeling leidt bij het eerstverantwoordelijke Ministerie met name tot concept-instructies;
bij de overige betrokken Ministeries tot departementale standpunten.
Waardering: B, 1
18
Handeling: Het voorbereiden van vergaderingen van ad hoc High Level groepen met betrekking
tot de landbouwkwaliteit en voedselveiligheid en het opstellen van verslagen van deze
vergaderingen
Periode: 1958–
Product: Documentatie over verantwoording onderhandelingsproces
Opmerking: Als onderdeel van de departementale standpuntbepaling kan overleg gevoerd
worden met maatschappelijke groeperingen, zoals het georganiseerde bedrijfsleven.
De handeling leidt bij het eerstverantwoordelijke Ministerie met name tot concept-instructies;
bij de overige betrokken Ministeries tot departementale standpunten.
Waardering: B, 1
19
Handeling: Het opstellen van departementale standpunten inzake agendapunten van Raadsvergaderingen
met betrekking tot de landbouwkwaliteit en voedselveiligheid en het opstellen van
verslagen van Raadsvergaderingen
Periode: 1958–
Product: Documentatie over verantwoording onderhandelingsproces
Opmerking: Nationale standpunten en onderhandelingsposities inzake agendapunten van
Raadsvergaderingen komen tot stand in de Coördinatiecommissie voor Europese Integratie-
en Associatieproblemen (CoCo). Hier wordt hier de lange termijn strategie besproken
die van invloed is op het voedselveiligheidsbeleid.
Waardering: B, 1
20
Handeling: Het opstellen van departementale standpunten inzake algemene en op langere
termijn spelende zaken van EU-belang inzake landbouwkwaliteit en voedselveiligheid
Periode: 1993–
Product: Documentatie over verantwoording onderhandelingsproces
Opmerking: Overleg hierover in de Coördinatiecommissie op Hoog Ambtelijk Niveau (CoCoHan)
leidt tot algemene rapporten aan de betrokken Ministers
Waardering: B, 1
21
Handeling: Het rapporteren over de implementatie van Europese (of internationale)
regels in bestaande of nieuwe wet- en regelgeving op nationaal niveau op het gebied
van de landbouwkwaliteit en voedselveiligheid
Periode: 1940–
Product: Rapport
Waardering: B, 3
22
Handeling: Het opstellen en wijzigen van standpunten inzake door de Europese Commissie
voorgestelde uitvoeringsbepalingen met betrekking tot de landbouwkwaliteit en voedselveiligheid,
die besproken worden in een raadgevend comité, een beheerscomité of een reglementeringscomité,
en het opstellen van verslagen van vergaderingen van deze comités
Periode: 1958–
Product: Documentatie over verantwoording onderhandelingsproces
Opmerking: Als onderdeel van de departementale standpuntbepaling kan overleg gevoerd
worden met maatschappelijke groeperingen, zoals het georganiseerde bedrijfsleven.
Wanneer meerdere departementen betrokken zijn leidt het eerstverantwoordelijke Ministerie
het coördinatieoverleg. Onder deze handeling valt ook het opstellen van instructies
voor de Nederlandse vertegenwoordiging in de comités.
Waardering: B, 1, Indien de Minister van VWS de eerstverantwoordelijke is. V 10 jaar
in alle andere gevallen
23
Handeling: Het opstellen en wijzigen van standpunten over door de Europese Commissie
voorgenomen besluiten, maatregelen en onderhandelingen met derde landen op het gebied
van de landbouwkwaliteit en voedselveiligheid, voorzover deze niet zijn vastgelegd
in Raadsbesluiten en worden besproken in commissies en werkgroepen, en het opstellen
van verslagen van vergaderingen van de commissies en werkgroepen
Periode: 1958–
Product: Documentatie over verantwoording onderhandelingsproces
Waardering: B, 1
24
Handeling: Het geven van aanwijzingen aan uitvoeringsorganen over de toepassing van
internationale verdragen of verordeningen inzake de landbouwkwaliteit
Periode: 1940–
Product: Circulaires
Waardering: B, 5
25
Handeling: Het voordragen van personen voor benoeming in een raadgevend comité, beheerscomité
of reglementeringscomité inzake de landbouwkwaliteit
Periode: 1958–
Product: Benoemingen
Opmerking: De Raad benoemt de leden van de comités
Waardering: B+V ,2
2 jaar na ontheffing uit de benoeming bij de Raad.
Op deze handeling kan het uitzonderingscriterium worden toegepast, bijvoorbeeld politiek
belangrijke personen
26
Handeling: Het voordragen aan de Europese Commissie van deskundigen belast met de
controle op de naleving van de bepalingen van communautaire besluiten betreffende
de landbouwkwaliteit
Periode: 1958–
Grondslag: Richtlijnen
Product: Besluit
Waardering: B+V 2
V 10 jaar na benoeming door EC. Op deze handeling kan het uitzonderingscriterium worden
toegepast, bijvoorbeeld politiek belangrijke personen
27
Handeling: Het aanwijzen van regeringsvertegenwoordigers in commissies of werkgroepen
van de Europese Unie inzake de landbouwkwaliteit en voedselveiligheid
Periode: 1958–
Product: Beschikkingen
Waardering: Criterium 2
5 jaar na ontslag uit commissie of werkgroep
Op deze handeling kan het uitzonderingscriterium worden toegepast, bijvoorbeeld voor
politiek belangrijke personen
28
Handeling: Het opstellen van een plan ter implementatie van een door de Raad vast
te stellen besluit inzake landbouwkwaliteit en voedselveiligheid
Periode: 1993–
Grondslag: Aanwijzing voor regelgeving (Stcrt. 1992, 230), nr. 334
Product: Implementatieplan
Opmerking: Het betreft hier plannen ter implementatie van richtlijnen en verordeningen
die onderworpen zijn aan de samenwerkingsprocedure of de medebeslissingsprocedure
(co-decisie) van Raad en Europees Parlement. Het implementatieplan moet binnen een
maand nadat de Raad het gemeenschappelijk standpunt heeft vastgesteld voorgelegd worden
aan de Werkgroep Beoordeling Nieuwe Commissie voorstellen.
Waardering: B, 5
29
Handeling: Het nemen van maatregelen voor de toepassing van EEG richtlijnen en de
daarbijbehorende bijlagen op het gebied van landbouwkwaliteit en voedselveiligheid
Periode: 1958–
Opmerking: De Commissie voor Europese Gemeenschappen wordt hiervan in kennis gesteld.
Waardering: B, 5
30
Handeling: Het inwerking stellen van de nodige wettige en bestuursrechtelijke bepalingen
om datgene dat bij of krachtens de EEG richtlijnen en de daarbijbehorende bijlagen
op het gebied van de landbouwkwaliteit en voedselveiligheid bepaald is toe te passen
Periode: 1968–
Grondslag: EEG richtlijn indeling onbewerkt hout art. 7
Opmerking: De Commissie voor Europese Gemeenschappen wordt hiervan in kennis gesteld.
Waardering: B, 5
31
Handeling: Het stellen van nadere regels met betrekking tot de aanpassing van de nationale
wet- en regelgeving ten aanzien van landbouwproducten
Periode: 1973–
Grondslag: Landbouwkwaliteitsbesluit onbewerkt hout art. 4.1
Product: Regelingen
Opmerking: Krachtens de EEG richtlijn 68/89. Indien de regels betrekking hebben op een bepaling die de handel raakt verleent
de Minister van Landbouw deze alleen in overeenstemming met de Minister van Economische
Zaken
Waardering: B, 1
10.3. Onderzoek en subsidie
10.3.1. Onderzoek
32
Handeling: Het verstrekken van opdrachten voor (intern en extern) onderzoek en het
vaststellen van onderzoeksrapporten inzake landbouwkwaliteit en voedselveiligheid
Periode: 1945–
Product: Nota’s, notities TNO-rapporten, Rapporten Universiteit Wageningen
Opmerking: De handeling betreft ook wetenschappelijk onderzoek. Onderzoek gebeurt
door RIKILT/DLO.
Waardering: B criterium 1,2 voor opdrachten en eind-producten
10 jaar rest van het materiaal
33
Handeling: Het voorbereiden en begeleiden van intern en extern onderzoek inzake landbouwkwaliteit
en voedselveiligheid
Periode: 1945–
Product: Nota’s, notities TNO-rapporten, Rapporten Universiteit Wageningen
Opmerking: De handeling betreft ook wetenschappelijk onderzoek. Onderzoek gebeurt
door RIKILT/DLO.
Waardering: B, 1 en 2
36
Handeling: Het verstrekken van opdrachten en het vaststellen van eindrapportages van
extern onderzoek inzake landbouwkwaliteit en voedselveiligheid
Periode: 1945–
Product: Opdrachten; eindrapportages
Opmerking: De handeling betreft ook wetenschappelijk onderzoek.
Waardering: B, 1 en 2
37
Handeling: Het verzamelen en bewerken van gegevens ten behoeve van intern (wetenschappelijk)
onderzoek op het gebied van de landbouwkwaliteit en voedselveiligheid
Periode: 1945–
Waardering: V 15 jaar
38
Handeling: Het financieren van zowel intern (wetenschappelijk) als extern (wetenschappelijk)
onderzoek op het gebied van de landbouwkwaliteit en voedselveiligheid
Periode: 1945–
Waardering: V 7 jaar
39
Handeling: Het instellen van het Rijks-Kwaliteitsinstituut voor land- en tuinbouwproducten
Periode: 1975–
Grondslag: Instellingsregeling het Rijks-Kwaliteitsinstituut voor land- en tuinbouwproducten
art. 1
Product: Instellingsbesluit
Opmerking: Het instituut heeft tot taak het verrichten van onderzoek en anderszins
verzamelen van kennis inzake echtheid en samenstelling, en de fysische, chemische,
sensorische en biologische aspecten van producten die vallen onder de Landbouwkwaliteitswet
alsmede het verwerken van deze kennis.
Waardering: B, 4
40
Handeling: Het opdragen van werkzaamheden aan het Rijks-Kwaliteitsinstituut voor Land-
en Tuinbouwproducten
Periode: 1975–
Grondslag: Instellingsregeling het Rijks-Kwaliteitsinstituut voor land- en tuinbouwproducten
art. 2.1c
Product: Opdrachten
Opmerking: Het gaat om alle andere werkzaamheden die niet omschreven staan in deze
instellingsregeling.
Waardering: B, 5
41
Handeling: Het benoemen van een directeur en zonodig van een of meer adjunct-directeuren
van het Rijks-Kwaliteitsinstituut voor Land- en Tuinbouwproducten
Periode: 1975–
Grondslag: Instellingsregeling het Rijks-Kwaliteitsinstituut voor land- en tuinbouwproducten
artt 4.1 en 4.3
Product: Benoemingen
Waardering: 7 jaar na administratieve afhandeling van het ontslag
42
Handeling: Het aanwijzen van leden van een Wetenschappelijke Adviescommissie
Periode: 1975–
Grondslag: Instellingsregeling het Rijks-Kwaliteitsinstituut voor land- en tuinbouwproducten
art. 4.2
Product: Beschikkingen
Waardering: V 2 jaar na ontslag uit commissie
3.2. Subsidies
44
Handeling: Het vaststellen van beleid voor kwaliteitsprojecten agrarische producten
en productieprocessen inzake de landbouwkwaliteit alsmede voor ‘landbouwkwaliteitsverbetering
dmv subsidiering’
Periode: 1992–
Grondslag: Interview Directie Veterinaire, Voedings en Milieuaangelegenheden
Waardering: B, 5
45
Handeling: Het openstellen van extra termijnen voor de aanvraag van subsidies voor
kwaliteitsprojecten agrarische producten en productieprocessen
Periode: 1992–1995
Grondslag: Bijdrageregeling art. 9.2
Product: Openstelling en intrekking Bijdrageregeling kwaliteitsprojecten (Stcrt. 1995,
111)
Waardering: V 7 jaar
46
Handeling: Het vaststellen van een subsidieaanvraagformulier voor kwaliteitsprojecten
agrarische producten en productieprocessen
Periode: 1992–1995
Grondslag: Bijdrageregeling kwaliteitsprojecten agrarische producten en productieprocessen
art. 10.1
Product: Subsidieaanvraagformulier
Opmerking: De Minister kan hierbij tevens het gebruik van dit formulier verplicht
stellen. Aanvragen dienen vergezeld te gaan van een overzicht van deelnemers, een
projectplan en een begroting.
Waardering: V 3 jaar
47
Handeling: Het bepalen van de vorm waarin aanvragers van bijdragen dienen te rapporteren
omtrent de voortgang van de kwaliteitsprojecten agrarische producten en productieprocessen
Periode: 1992–1995
Grondslag: Bijdrageregeling kwaliteitsprojecten agrarische producten en productieprocessen
art. 12.1
Product: Richtlijnen voor rapportages
Opmerking: Een dergelijke rapportage zal minimaal een maal per jaar worden verlangd.
Waardering: V 12 jaar
48
Handeling: Het aanwijzen van personen die inzage hebben in de voor de kwaliteitsprojecten
relevante boeken en bescheiden van de aanvragers
Periode: 1992–1995
Grondslag: Bijdrageregeling kwaliteitsprojecten agrarische producten en productieprocessen
art. 16.1
Product: Beschikkingen
Waardering: V 2 jaar na beëindiging regeling of vertrek persoon
49
Handeling: Het instellen van een Klankbordgroep kwaliteitsprojecten
Periode: 1992–1995
Grondslag: Bijdrageregeling kwaliteitsprojecten agrarische producten en productieprocessen
art. 18.1
Product: Instellingsbesluit
Waardering: B, 4
51
Handeling: Het verstrekken van subsidies aan bedrijven en instellingen die actief
zijn op het gebied van landbouwkwaliteit en voedselveiligheid
Periode: 1945–
Grondslag: Bijdrageregeling kwaliteitsprojecten agrarische producten en productieprocessen
art. 2
Opmerking: Het gaat om projecten die naar de oordeel van de Minister wezenlijke bijdragen
leveren aan het realiseren van de doelstellingen van het door hem gevoerde kwaliteitsbeleid
zoals de Integrale Ketenbeheersing (IKB) op initiatief van het bedrijfsleven. Ook
subsidies die vallen onder de ‘Bijdrageregeling kwaliteitsprojecten agrarische producten
en productprocessen’ en ‘landbouwkwaliteitsverbetering door middel van subsidiering’.
Wat betreft voedselveiligheid gaat het om Bijvoorbeeld subsidie voor voedingsvoorlichting,
of aan consumentenorganisaties voor het verrichten van consumentenonderzoek.
Waardering: B, 5
52
Handeling: Het, de aanvrager van subsidie, verzoeken om nadere gegevens te verstrekken
inzake kwaliteitsprojecten agrarische producten en productieprocessen
Periode: 1992–1995
Grondslag: Bijdrageregeling kwaliteitsprojecten agrarische producten en productieprocessen
10.3
Product: Verzoeken
Opmerking: De formele bevoegdheid ligt bij de directeur van de Directie Milieu, Kwaliteit
en Voeding
Waardering: V 10 jaar
53
Handeling: Het binnen drie maanden beslissen omtrent het al dan niet verlenen van
bijdragen voor kwaliteitsprojecten agrarische producten en productieprocessen
Periode: 1992–1995
Grondslag: Bijdrageregeling kwaliteitsprojecten agrarische producten en productieprocessen
art. 11.1
Opmerking: Drie maanden na afloop van de betreffende aanvraagtermijn.
Waardering: V 15 jaar
54
Handeling: Het verbinden van nadere voorschriften aan een besluit tot verlening van
bijdragen aan kwaliteitsprojecten agrarische producten en productieprocessen alsmede
tot welk bedrag ten hoogste een bijdrage wordt geleverd
Periode: 1992–1995
Grondslag: Bijdrageregeling kwaliteitsprojecten agrarische producten en productieprocessen
art. 11.2–3
Product: Besluit
Waardering: B, 5
55
Handeling: Het rangschikken van ingediende aanvragen voor kwaliteitsprojecten, naar
de mate waarin deze bijdragen aan het door de Minister gevoerde kwaliteitsbeleid
Periode: 1995–
Grondslag: Openstelling en intrekking Bijdrageregeling kwaliteitsprojecten art. 3.2
Product: Indieningsaanvragen
Waardering: V 5 jaar
56
Handeling: Het verstrekken van voorschotten voor kwaliteitsprojecten agrarische producten
en productieprocessen
Periode: 1992–
Grondslag: Bijdrageregeling kwaliteitsprojecten agrarische producten en productieprocessen
art. 11.4
Waardering: V 6 jaar na eindafrekening
57
Handeling: Het meedelen aan de directeur Directie Milieu, Kwaliteit en Voeding of
en in welke mate wijzigingen in kwaliteitsprojecten agrarische producten en productieprocessen
gevolgen hebben voor de verleende bijdragen
Periode: 1992–
Grondslag: Bijdrageregeling kwaliteitsprojecten agrarische producten en productieprocessen
art. 12.2
Product: mededelingen
Waardering: V 6 jaar na eindafrekening
58
Handeling: Het vaststellen van de definitieve bijdrage voor kwaliteitsprojecten agrarische
producten en productieprocessen
Periode: 1992–
Grondslag: Bijdrageregeling kwaliteitsprojecten agrarische producten en productieprocessen
art. 14
Product: Vaststellingen
Opmerking: Ten behoeve van de vaststelling van de definitieve bijdrage dient de aanvrager
in drievoud de volgende documenten te verschaffen; een exemplaar van het evaluatierapport,
een financiële verantwoording en een beoordeling van een registratieaccountant inzake
de naleving van de aan de verlening van de bijdrage verbonden voorschriften. De Minister
kan toestaan dat er wordt volstaan met een rapport van bevindingen van een accountadministratieconsulent.
Waardering: B, 5
59
Handeling: Het geheel of gedeeltelijk intrekken van de bijdragen voor kwaliteitsprojecten
agrarische producten en productieprocessen alsmede het verplichten tot het terugvorderen
van reeds uitgekeerde bedragen
Periode: 1992–
Grondslag: Bijdrageregeling kwaliteitsprojecten agrarische producten en productieprocessen
art. 15
Product: Intrekkingsbesluiten
Opmerking: Dit gebeurt indien blijkt dat de aanvrager zich niet heeft gehouden aan
de in deze bijdrageregeling voorgeschreven voorschriften of in het geval van onjuiste
of onvolledige informatieverstrekking.
Waardering: V 10 jaar
10.4. Kwaliteit van Landbouwproducten voor de uitvoer
60
Handeling: Het opnieuw machtigen van personen om boter en margarine ter verkoop aan
te bieden
Periode: 1900–1953
Grondslag: Boterwet art. 5; Besluit ter bekendmaking van de tekst der Boterwet art.
12
Product: Machtigingen
Opmerking: Het gaat om personen die de boterwet overtreden hebben.
Waardering: V 2 jaar na opheffing Boterwet of beëindiging werkzaamheden
61
Handeling: Het aanwijzen van landen waar vandaan retourzendingen zijn vrijgesteld
van formaliteiten zoals benoemd in de Boterwet
Periode: 1912–1973
Grondslag: Boterwet zoals gewijzigd in 1912 (Stb. 1912,3) art.I.4c
Waardering: V 2 jaar na ontheffing Boterwet of beëndiging werkzaamheden
63
Handeling: Het stellen van regels ten aanzien van de kwaliteit van landbouwproducten
die voor de uitvoer bestemd zijn
Periode: 1930–1981
Grondslag: Landbouwuitvoerbesluit bacon art. 11; Uitvoercontrolebesluit 1948 kaas
art. 3; Uitvoercontrolebesluit 1948 melkpoeder art. 3; Uitvoercontrolebesluit 1951
boter art. 4; Uitvoercontrolebesluit 1957 melk en melkproducten artt. 3.1c, 4 e; Uitvoercontrolebesluit
1939 tuinbouwproducten artt. 3f en 3c 4a tot 1963; Uitvoercontrolebesluit 1951 drogerijen
art. 3; Uitvoercontrolebesluit 1951 bloembollen art. 3; Uitvoercontrolebesluit 1949
late consumptieaardappelen art. 2 tot 1955; Uitvoercontrolebesluit 1954 aardappelen
artt.3.1, 4.2 1955 tot 1963
Product: Uitvoercontrolebeschikking 1956 kaas Stcrt. 1956, 251; Uitvoercontrolebeschikking
1958 kaas (Stcrt. 1958); Uitvoercontrolebeschikking 1948 melkpoeder (Stcrt. 1948,
157); Uitvoercontrolebeschikking 1952 boter Stcrt. 1952, 63; Uitvoercontrolebeschikking
1968 boter (Stcrt. 1968, 101); Uitvoercontrolebeschikking 1955 aardappelen (Stcrt.
1955, 246); Beschikking verwerking grondstoffen in zuivelproducten 1976 (Stcrt. 1976,
217) ; Uitvoercontrolebeschikking 1960 melk en melkproducten (Stcrt. 1961, 13)
Opmerking: Het gaat om regels met betrekking tot de herkomst, hoedanigheid en verzorging
alsmede voor het sorteren en verpakken van landbouwproducten.
Waardering: B, 5
64
Handeling: Het voorbereiden van KB’s voor het aanwijzen van stoffen, die geschikt
zijn om margarine, zelfs in kleine hoeveelheid, in mengsels te herkennen.
Periode: 1935–1973
Grondslag: Boterwet zoals gewijzigd in 1935 (Stb. 146) art. 3
Product: Koninklijke Besluiten
Waardering: V 5 jaar
65
Handeling: Het voorbereiden van KB’s waar landen genoemd worden die eisen dat Nederland
aan de zelf gestelde eisen voldoet wat betreft het toelaten van stoffen in de Nederlandse
margarine als voorwaarde van toelating tot invoer van Nederlandse zuivelproducten
Periode: 1935–1973
Grondslag: Boterwet zoals gewijzigd in 1935 (Stb. 146) art. 3
Waardering: V 5 jaar
66
Handeling: Het stellen van voorwaarden inzake de uitvoer van buitenlandse vis en visproducten
Periode: 1938–1973
Grondslag: Landbouwuitvoerwet 1938 art. 13.4
Product: Uitvoercontrolebeschikking haring 1964 (Stcrt. 1964, 102)
Opmerking: Het gaat om uit het buitenland afkomstige producten, die in Nederland een
bewerking ondergaan hebben en vervolgens weer worden uitgevoerd.
Waardering: B, 5
67
Handeling: Het stellen van voorwaarden inzake de uitvoer van buitenlandse landbouwproducten
Periode: 1938–1973
Grondslag: Landbouwuitvoerwet 1938 art. 13.4
Product: Beschikking betreffende de aanduiding van uit het buitenland afkomstige melkpoeder
en melk- en melkproducten (Stcrt. 1968, 218);
Beschikking Voorwaarde voor de uitvoer van buitenlandse boter, kaas en melkpoeder
(Stcrt. 1952, 228); Wederuitvoer van buitenlandse melk en melkproducten (Stcrt. 1961,
183); Uitvoercontrolebeschikking 1968 boter (Stcrt. 1968, 101); Uitvoercontrolebesluit
1948 melkpoeder (Stb.1948, I346); Uitvoercontrolebeschikking melkpoeder (Stcrt.1948,
157); Uitvoercontrolebeschikking 1960 melk en melkproducten (Stcrt. 1961, 130); Uitvoeringsbeschikking
uitvoercontrole tuinbouwproducten 1964 (Stcrt. 1964, 62)
Opmerking: Het gaat om uit het buitenland afkomstige producten, die in Nederland een
bewerking ondergaan hebben en vervolgens weer worden uitgevoerd.
Waardering: B, 5
68
Handeling: Het vaststellen van maximum hoeveelheden van uit te voeren landbouwproducten
Periode: 1938–1973
Grondslag: Landbouwuitvoerwet 1938 art. 13. 2–3
Product: Uitvoercontrolebeschikking melkpoeder (Stcrt. 1948, 157)
Waardering: V 2 jaar na opheffing of aanpassing beschikking
69
Handeling: Het, in onderlinge overeenstemming aanwijzen van de plaatsen waar de ten
uitvoer bestemde landbouwproducten moeten worden aangeboden
Periode: 1938–1973
Grondslag: Landbouwuitvoerwet 1938 art. 4
Product: Aanvulling uitvoercontrolebesluit 1948 kaas (Stb.1948, J419)
Waardering: V 2 jaar na opheffing of aanpassing beschikking
70
Handeling: Het voorbereiden van de benoeming van een of meer adviescommissies, die
tot taak hebben de Minister van advies te dienen over maatregelen ter uitvoering van
de Landbouwuitvoerwet, alsmede het voorbereiden van het regelen van hun werkzaamheden
Periode: 1938–1973
Grondslag: Landbouwuitvoerwet 1938 art. 15.1
Opmerking: De Minister is bevoegd om aan deze commissies adviserende leden toe te
voegen.
Waardering: V 2 jaar
124
Handeling: Het geven van voorschriften betreffende de wijze waarop de betaling van
het gebruik van stempelmerken bedoelde bedragen, door de exporteur zal moeten plaatsvinden
Periode: 1938–1963
Grondslag: Reglement voor de Nederlandse Haringcontrole 1938 art.8c
Product: Voorschriften
Opmerking: Het gaat om bedragen zoals genoemd in artikel 7 van het Reglement voor
de Nederlandse Haringcontrole 1938.
Waardering: V 5 jaar
74
Handeling: Het geven van voorschriften betreffende het invullen van exportformulieren
Periode: 1938–1963
Grondslag: Reglement voor de Nederlandse Haringcontrole 1938 art.8f
Product: Voorschriften
Opmerking: Het bedoelde formulier staat omschreven in art 3.10 van het reglement.
Waardering: V 5 jaar
75
Handeling: Het aanwijzen van organisaties van belanghebbenden voor deelname aan het
overleg met de Minister over kwaliteitseisen van landbouwproducten die voor de uitvoer
bestemd zijn
Periode: 1938–1982
Grondslag: Landbouwuitvoerwet 1938 art. 3
Product: Uitvoercontrolebesluit 1949 late consumptieaardappelen (Stb. 949, J119);
Uitvoercontrolebesluit 1947 boomkwekerijproducten (Stb.1947, H160); Uitvoercontrolebesluit
1951 drogerijen (Stb.1951,415); Uitvoercontrolebesluit 1957 melk en melkproducten
(Stb.1957,63); Uitvoercontrolebeschikking 1960 melk en melkproducten (Stcrt.1961,13);
Uitvoercontrolebesluit 1939 tuinbouwproducten (Stb. 1940, N.679vv); Wijzigingen en
aanvullingen Uitvoercontrolebesluit 1939 tuinbouwproducten (Stb.1946, G.174)
Waardering: B, 4
76
Handeling: Het stellen van regels ten aanzien van het vermelden van het gewicht of
het getal van de zending op de verpakkingen van tuinbouwproducten
Periode: 1940–1946
Grondslag: Uitvoercontrolebesluit tuinbouwproducten art. 4b
Product: Beschikkingen en besluiten
Waardering: V 2 jaar na opheffing of aanpassing beschikking
77
Handeling: Het stellen van regels ten aanzien van de toevoeging van stoffen aan zuivelproducten
die bestemd voor de uitvoer
Periode: 1948–1985
Grondslag: Uitvoercontrolebesluit 1948 melkpoeder art. 2; Wijziging Uitvoercontrolebesluit
1948 melkpoeder art. 1 (1964); Uitvoercontrolebesluit 1957 melk en melkproducten art.
2; Wijziging Uitvoercontrolebesluit 1957 melkpoeder art. 1 (1964)
Product: Uitvoercontrolebeschikking melkpoeder (Stcrt. 1948, 157); Uitvoercontrolebeschikking
1960 melk en melkproducten (Stcrt. 1961, 13)
Waardering: B, 5
81
Handeling: Het stellen van regels inzake de waarborging van de hygiënische kwaliteit
van melk en melkproducten
Periode: 1961–1985
Grondslag: Uitvoercontrolebeschikking 1960 melk en melkproducten art. 6
Product: Beschikkingen en Besluiten
Waardering: B, 5
82
Handeling: Het opstellen van regels voor het bijhouden van administratie door exporteurs
van haring
Periode: 1964–1988
Grondslag: Uitvoercontrolebeschikking haring 1964 artt. 6 en 7
Product: Registers en controlestaten in bijlage B en C van de Uitvoercontrolebeschikking
haring 1964 (Stcrt. 1964, 102)
Opmerking: Het gaat om registers waarin exporteurs aantekeningen moeten maken van
het aantal vaten of andere eenheden van verpakking waarin gezouten haring is aangevoerd.
Waardering: V 5 jaar
84
Handeling: Het bepalen van de plaatsen waar de ten in- of uitvoer bestemde landbouwproducten
krachtens landbouwkwaliteitsbesluiten moeten worden aangeboden
Periode: 1973–
Grondslag: Landbouwkwaliteitswet art.6.1
Product: Beschikkingen
Waardering: V 10 jaar
10.5. (Algemene) voorschriften voor de kwaliteit van landbouwproducten
86
Handeling: Het voorbereiden van een algemene maatregel van bestuur inzake het in de
handel brengen van op boter gelijkende mengsels, onder een andere naam dan margarine
Periode: 1909–1973
Grondslag: Besluit ter bekendmaking van de tekst der Boterwet art. 2
Product: Besluit tot uitvoering van het bepaalde bij de artikelen 2, 5, 8 en 19 der
Boterwet (Stb.1909, 346)
Waardering: B, 5
87
Handeling: Het bij AMvB vaststellen van lijsten van vetten die aanwezig mogen zijn
in de bereidplaatsen voor boter
Periode: 1909–1973
Grondslag: Besluit ter bekendmaking van de tekst der Boterwet art. 8.1
Product: AmvB’s
Waardering: V 10 jaar
88
Handeling: Het stellen van regels ten aanzien van bereid- en bewaarplaatsen voor de
margarine- en boterbereiding
Periode: 1909–1955
Grondslag: Besluit ter bekendmaking van de tekst der Boterwet art. 9.3-4; Besluit
tot uitvoering van het bepaalde bij het 2de lid van artikel 9 der Boterwet art. 5.G
Product: Beschikkingen
Waardering: B, 5
89
Handeling: Het bij AMvB geven van voorschriften voor de invoer van boter en margarine
Periode: 1909–1973
Grondslag: Besluit ter bekendmaking van de tekst der Boterwet art. 19; Landbouwkwaliteitswet
art. 19.1
Product: Besluit tot uitvoering van het bepaalde bij de artikelen 2, 5, 8 en 19 der
Boterwet (Stb.1909, 346)
Opmerking: Het gaat om voorwaarden voor de invoer van boter en margarine;
De voorwaarden waarvan, die in te voeren boter en margarine moeten voldoen; en de
wijze waarop gehandeld dient de worden indien de boter en margarine niet aan de gestelde
eisen voldoen.
Waardering: B, 5
91
Handeling: Het aanwijzen van soorten haring, waarvoor de bepalingen in de Haringwet
gelden
Periode: 1945–1963
Grondslag: Haringwet 1937 art.1
Product: Beschikkingen
Waardering: B, 5
92
Handeling: Het bij AMvB vaststellen van nadere voorschriften ter uitvoering van de
Haringwet
Periode: 1945–1955
Grondslag: Haringwet 1937 art.12.a
Product: AmvB’s
Opmerking: Buitenwerking gesteld Stb. 1955, 213
Waardering: B, 5
93
Handeling: Het voorschrijven van de wijze waarop haring verpakt dient te worden
Periode: 1945–1963
Grondslag: Haringwet 1937 artt.1, 2.a–b
Product: Voorschriften
Opmerking: Dit houdt ook in het voorschrijven van de maten van de verpakkingen alsmede
het gewicht van de verpakte haring.
Waardering: B, 5
97
Handeling: Het opheffen van alle bepalingen welke indelingen voorschrijven voor onbewerkt
hout dat afkomstig is van andere Lidstaten
Periode: 1968–
Grondslag: EEG richtlijn indeling onbewerkt hout art. 6
Product: Beschikkingen
Waardering: V 5 jaar
99
Handeling: Het voordragen tot vaststelling, wijziging of intrekking van AMvB’s inzake
de kwaliteit van landbouwproducten
Periode: 1973–
Grondslag: Landbouwkwaliteitswet art.2
Product: Landbouwkwaliteitsbesluiten
Waardering: B, 1
100
Handeling: Het stellen van nadere regels inzake de kwaliteit van landbouwproducten
Periode: 1973–
Grondslag: Landbouwkwaliteitswet art.4.2; Landbouwkwaliteitsbesluiten; Landbouwkwaliteitsbeschikkingen
Product: Verordeningen; landbouwkwaliteitsbeschikkingen en landbouwkwaliteitsregelingen
Opmerking: Deze regels hebben ondermeer betrekking op de hoedanigheid, de sortering,
de verzorging de aanduiding, de verpakking van landbouwproducten.
Waardering: B, 5
102
Handeling: Het voordragen tot vaststelling, wijziging of intrekking van een AMvB die
de gevallen bepaalt waarin de Minister van Economische Zaken betrokken moet worden
bij de vaststelling van nadere regels krachtens landbouwkwaliteitsbesluiten
Periode: 1973–
Grondslag: Landbouwkwaliteitswet art.5
Product: KB van 13 november 1973 (Stb.1973, 587)
Opmerking: Wanneer de regels gevolgen inhouden voor industrie, handel en ambacht is
overeenstemming met de Minister van Economische Zaken vereist, en wanneer er consumentenbelangen
geraakt worden moet de Minister van Economische Zaken deze regels mede vaststellen.
Waardering: B, 1
103
Handeling: Het vaststellen van een beschikking krachtens een Landbouwkwaliteitsbesluit
die de gevallen bepaalt waarin de Minister van Economische Zaken betrokken moet worden
bij de vaststelling van nadere regels
Periode: 1973–
Grondslag: Besluit uitvoeringsregelen 13 november 1973, Stb 587, art.1
Product: Beschikking
Opmerking: Het gaat om de volgende regels;
a. bindende regels inhoudt voor degenen, die ondernemingen drijven op het gebied van
de detailhandel of het ambacht;
b. de mededeling beperkt tussen degenen, die ondernemingen drijven op het gebied van
de industrie of de handel;
c. met betrekking tot voor rechtstreekse menselijke consumptie bestemde producten
bindende regelen stelt, waarvan is aan te nemen dat zij in belangrijke mate van invloed
zijn op de omvang of de hoedanigheid van het aanbod.
Waardering: B, 5
108
Handeling: Het stellen van nadere regels inzake de aanduiding en de productiewijze
van scharreleieren
Periode: 1979–
Grondslag: Landbouwkwaliteitsbesluit scharreleieren art. 4
Product: Beschikkingen
Waardering: B, 5
109
Handeling: Het toelaten van bestanddelen in kaaskorstbehandelingsmiddelen
Periode: 1982–1998
Grondslag: Landbouwkwaliteitsregeling kaasproducten art. 25.3a
Product: Beschikkingen
Waardering: V 10 jaar
110
Handeling: Het toelaten van kaaskorstbehandelingsmiddelen voor gebruik bij de productie
van kaas
Periode: 1982–1998
Grondslag: Landbouwkwaliteitsregeling kaasproducten art. 25.3b
Product: Beschikkingen
Opmerking: De formele bevoegdheid ligt bij de directeur Directie Landbouw en bij de
Directeur-Generaal van de Landbouw
Waardering: V 2 jaar na afloop ontheffing
112
Handeling: Het verlenen van toestemming inzake het toevoegen van vitaminen in zuigelingenvoeding
Periode: 1984–1994
Grondslag: Landbouwkwaliteitsregeling zuigelingenvoeding artt. 6.1 en 21.1
Product: Beschikkingen
Waardering: B,
113
Handeling: Het stellen van regels met betrekking tot het verhandelen van grondstoffen
voor zuigelingenvoeding
Periode: 1984–
Grondslag: Landbouwkwaliteitsbesluit zuigelingenvoeding art.6.2
Product: Landbouwkwaliteitsregeling zuigelingenvoeding (Stcrt.1984, 197); Landbouwkwaliteitsregeling
Zuigelingenvoeding 1994 (Stcrt.1994, 116)
Opmerking: Indien deze regels betrekking hebben op een bepaling die de gezondheid
raakt verleent de Minister van Landbouw deze alleen in overeenstemming met de Minister
van Welzijn, Volksgezondheid en Sport.
Waardering: B, 5
115
Handeling: Het aanwijzen van plaatsen waar de aanlanding van bepaalde vis of visproducten
moet plaatsvinden
Periode: 1988–1998
Grondslag: Landbouwkwaliteitsbesluit vis en visproducten art. 10.2
Product: Beschikkingen
Waardering: V 10 jaar
117
Handeling: Het stellen van nadere regels inzake de erkenningen voor inrichtingen voor
zuivelbereiding
Periode: 1993–
Grondslag: Landbouwkwaliteitsbesluit rauwe melk en zuivelbereiding art. 5.2
Product: Landbouwkwaliteitsregeling rauwe melk en zuivelbereiding (Stcrt. 1994, 25)
Opmerking: Deze inrichtingen zijn: melkbehandelings- of melkverwerkingsinrichting,
centraal melkdepot of centrum voor standaardisering.
Waardering: B, 5
118
Handeling: Het vaststellen van voorwaarden inzake de samenstelling van de ingrediënten
en stoffen die gebruikt worden bij de biologische productiemethoden
Periode: 1993–
Grondslag: Landbouwkwaliteitsregeling biologische productiemethode art. 4.3
Product: Bijlage II behorend bij de Landbouwkwaliteitsregeling biologische productiemethode
(Stcrt.1992, 253)
Opmerking: Deze ingrediënten en stoffen zijn opgenomen in een aparte bijlage.
Waardering: B, 5
119
Handeling: Het verlengen van de omschakelingsperiode van ‘gewone-‘ naar biologische
productiemethode
Periode: 1993–
Grondslag: Landbouwkwaliteitsregeling biologische productiemethode art. 11.1
Product: Beschikkingen
Opmerking: Er zijn verschillende standaardperiodes voor verschillende producten.
Waardering: B, 5
126
Handeling: Het stellen van regels op het gebied van identificatie- en registratieregelingen
voor runderen alsmede inzake de etikettering van rundvlees en rundvleesprodukten
Periode: 1997–
Grondslag: Landbouwkwaliteitsbesluit etikettering rundvlees art 3.1b
Product: Beschikkingen
Waardering: B, 5
127
Handeling: Het, in onderlinge overeenstemming, aan de Ministerraad verslag uit brengen
over de wenselijkheid van intrekking van het Landbouwkwaliteitsbesluit zuivelproducten
Periode: 1998–
Grondslag: Landbouwkwaliteitsbesluit zuivelproducten art. 16
Product: Verslagen
Opmerking: Dit gebeurt binnen zes jaar na inwerkingtreding van dit besluit.
Waardering: B, 3
10.6. Medewerking van productschappen
128
Handeling: Het geven van aanwijzingen aan productschappen en bedrijfschappen ten aanzien
van de door hen te stellen nadere regels voor de kwaliteit van landbouwproducten die
voor de uitvoer bestemd zijn
Periode: 1962–1973
Grondslag: Uitvoercontrolebesluit 1963 tuinbouwproducten art. 5; Wijziging van 1963
Uitvoercontrolebesluit 1954 aardappelen, art. 1D.3a; Uitvoercontrolebesluit eieren
1962 art. 6.4; Uitvoercontrolebesluit haring 1964 art. 6
Product: Uitvoeringsbeschikking uitvoercontrole tuinbouwproducten 1964 (Stcrt. 1964,
62); Uitvoercontrolebeschikking haring 1964 (Stcrt. 1964, 102)
Waardering: B, 5
130
Handeling: Het goedkeuren van (PBO-)verordeningen aangaande de kwaliteit van landbouwproducten
Periode: 1962–
Grondslag: Uitvoercontrolebesluit 1963 tuinbouwproducten art. 6.1; Wijziging van 1963
Uitvoercontrolebesluit 1954 aardappelen, art. 1D. 3b.1; Uitvoercontrolebesluit eieren
1962 art. 7.1; Landbouwkwaliteitswet artt.4.2 en 5.3; Uitvoercontrolebesluit haring
1964 art. 7.1
Product: Uitvoercontrolebeschikking haring 1964 (Stcrt. 1964, 102); PBO-verordeningen
Opmerking: Bij de handelingen waarbij de Minister van Volksgezondheid genoemd wordt
treedt deze alleen als actor naar voren wanneer de regels de volksgezondheid raken.
Waardering: B, 5
131
Handeling: Het bepalen dat kwaliteitsvoorschriften van PBO’s goedkeuring behoeven
Periode: 1962–1973
Grondslag: Uitvoercontrolebesluit 1963 tuinbouwproducten art. 6.2; Wijziging van 1963
Uitvoercontrolebesluit 1954, art. 1D. 3b.2; Uitvoercontrolebesluit eieren 1962 art.
7.2; Uitvoercontrolebesluit haring 1964 art. 7.2
Product: Uitvoercontrolebeschikking haring 1964 (Stcrt. 1964, 102)
Waardering: V 10 jaar
133
Handeling: Het goedkeuren van besluiten en nadere regels die door productschappen
zijn vastgesteld
Periode: 1978–
Grondslag: Landbouwkwaliteitsbesluit bacon art. 5.3 (1978); Landbouwkwaliteitsbesluit
bloembollen art 6.3; Landbouwkwaliteitsregeling overdracht bevoegdheden bloembollen
art. 4.2; Landbouwkwaliteitsbesluit consumptieaardappelen art. 4.3; Landbouwkwaliteitsbesluit
boterproducten art. 7.3; Landbouwkwaliteitsbesluit etikettering rundvlees art. 4.3;
Landbouwkwaliteitsbesluit groenten en fruit art. 6.3; Landbouwkwaliteitsbesluit kaasproducten
art. 7.3; Landbouwkwaliteitsbesluit rauwe melk en zuivelbereiding art. 4.3; Landbouwkwaliteitsbesluit
poedervormige melkproducten art. 7.3; Landbouwkwaliteitsbeschikking poedervormige
melkproducten art. 14.1; Landbouwkwaliteitsbesluit scharreleieren art. 3.3; Landbouwkwaliteitsbeschikking
productiemethoden scharreleieren art. 4.2; Landbouwkwaliteitsbesluit vleeswaren art.
4.4; Landbouwkwaliteitsregeling overdracht bevoegdheden vleeswaren art. 3; Landbouwkwaliteitsbesluit
zuigelingenvoeding art. 7.3
Product: Beschikkingen
Opmerking: De formele bevoegdheid bij de Directeur-Generaal van de Landbouw.
Waardering: B, 5
134
Handeling: Het stellen van regels of het geven van aanwijzingen ten aanzien van verordeningen
van productschappen inzake de kwaliteit van landbouwproducten
Periode: 1978–
Grondslag: Landbouwkwaliteitsbesluit bacon art.5.2; Landbouwkwaliteitsbesluit bloembollen
art. 6.2; Landbouwkwaliteitsbesluit boterproducten art. 7.2;
Landbouwkwaliteitsbesluit gemedicineerd voeder art. 19.3; Landbouwkwaliteitsbesluit
kaasproducten art. 7.2; Landbouwkwaliteitsbesluit poedervormige melkproducten art.
7.2; Landbouwkwaliteitsbesluit rauwe melk en zuivelbereiding art. 4.2; Landbouwkwaliteitsbesluit
scharreleieren art. 3a.2; Landbouwkwaliteitsbesluit scharrelvarkensvlees en -vleeswaar
art. 3.2 ; Landbouwkwaliteitsbesluit vis en visproducten art. 5.2; Landbouwkwaliteitsbesluit
vleeswaren art. 4.3; Landbouwkwaliteitsbesluit zuigelingenvoeding art. 7.2; Landbouwkwaliteitsbesluit
consumptieaardappelen art 4.2; Landbouwkwaliteitsbesluit groenten en fruit art.6.2
Product: Beschikkingen
Opmerking: Bij de handelingen waarbij de Minister van Volksgezondheid genoemd wordt
treedt deze alleen als actor naar voren wanneer de regels de volksgezondheid raken.
Waardering: B, 5
10.7. Vrijstellingen, ontheffingen en vergunningen
10.7.1. Vrijstellingen en ontheffingen van rijkswege
135
Handeling: Het verlenen of het weigeren van het verlenen van vrijstellingen en ontheffingen
van hetgeen is geregeld bij of krachtens de Boterwet landbouwuitvoerbesluiten, uitvoercontrolebeschikkingen
en controlebeschikkingen.
Periode: 1900–1973
Grondslag: Besluit ter bekendmaking van de tekst der Boterwet artt. 6.1, 9.5, 11.3,
14.6; Wijziging boterwet art I. 7.3; Besluit tot uitvoering van het bepaalde bij de
artikelen 2, 5, 8 en 19 der Boterwet artt. 2.i en 4; Landbouwuitvoerwet 1938 art.
14; Uitvoercontrolebesluit 1957 melk en melkproducten art. 3.3; Wijziging Uitvoercontrolebeschikking
1948 melkpoeder art. 4.2; Uitvoercontrolebeschikking 1960 melk en melkproducten artt.
9.1, 11.3, 14; Kaascontrolebeschikking 1970 artt. 8.2, 16.1, 17.3, 51.1; Wijziging
kaascontrolebeschikking 1970 art. 60.1;
Product: Mandaatbeschikking uitvoer V.I.B.-melkpoeder W.V.P. (Stcrt. 1970,177); Mandaatbeschikking
uitvoer magere melkpoeder onder de werking van Verordening (EEG) no. 1624/76; Ontheffingsbeschikking
uitvoer boter- of melkvet en gesmolten boter 1966 (Stcrt. 1966, 216); Wijziging Ontheffingsbeschikking
uitvoer boter- of melkvet en gesmolten boter 1966 (Stcrt. 1968, 3; 1976, 217); Ontheffingsbeschikking
verwerking EEG-melk 1970 melk en melkproducten ( Stcrt.1970, 247); Beschikking verwerking
grondstoffen in zuivelproducten (Stcrt. 1976, 217); Uitvoercontrolebeschikking 1960
melk en melkproducten (Stcrt. 1961, 13); Uitvoeringsbeschikking uitvoercontrole tuinbouwproducten
1964 Stcrt. 1964, 62; Ontheffing ingevolge art. 14 landbouwuitvoerwet 1938 voor door
uitsmelting verkregen botervet (Stcrt. 1958, 167); Wijziging Uitvoercontrolebeschikking
1960 melk en melkproducten (Stcrt. 1968, 218)
Opmerking: Ontheffing kan verleend worden voor het vervoeren en de opslag van boter
uit percelen bestemd voor de bereiding van margarine. Hieronder vallen ook toegestane
afwijkingen indien buitenlandse wetgevingen dit nodig achten. Het gaat om ontheffingen
inzake de uitvoer van landbouwproducten die niet voldoen aan de eisen die gesteld
zijn in landbouwuitvoerbesluiten.
Waardering: V 2 jaar na afloop ontheffing of wijzing regelgeving
136
Handeling: Het verlenen van vergunningen tot het gebruik van andere verpakkingen en
merken dan in het Reglement genoemd
Periode: 1945–1963
Grondslag: Reglement voor de Nederlandse Haringcontrole 1938 art.7, vernummerd naar
art. 5 in Reglement voor de Nederlandse Haringcontrole Stb. 1952, 12. Art. XIV; Reglement
voor de Nederlandse Haringcontrole 1938 zoals gewijzigd Stb. 1956, 78 art, 1.IV
Product: Beschikkingen
Waardering: V 5 jaar
137
Handeling: Het verlenen van vrijstelling en ontheffing van hetgeen bij of krachtens
uitvoercontrolebeschikkingen, controlebeschikkingen en ontheffingsbeschikkingen is
geregeld
Periode: 1948–1993
Grondslag: Beschikking verwerking grondstoffen in zuivelproducten 1976 art. 7.1; Ontheffingsbeschikking
uitvoer boter- of melkvet en gesmolten boter 1966 art.3; Uitvoercontrolebeschikking
1956 kaas artt. 8, 20.3, 21;
Uitvoercontrolebeschikking 1958 kaas artt. 9.1-3 en 21.1-2; Uitvoercontrolebeschikking
1948 melkpoeder art.4; Wijziging Uitvoercontrolebeschikking boter 1968 art 13.h; Kaascontrolebeschikking
1970 artt. 16.2, 17.1b,51.2, 54.2b, 60.1,60.3a; Kaascontrolebeschikking 1970, zoals
gewijzigd artt. 1, 60.2, 60.3.a, 60.4; Botercontrolebeschikking 1957, zoals gewijzigd
art IE, 30.2; Botercontrolebeschikking 1967 art. 33.1b, 43; Uitvoercontrolebeschikking
1960 melk- en melkproducten artt. 9.2, 13; Botercontrolebeschikking 1967 artt. 22.2,
23.1, 42, 43
Product: Beschikkingen
Opmerking: Ontheffing ten aanzien van kaas kan verleend worden op verzoek van de exporteur
en hangt samen met de bestemming van de kaas, of als
in het land van bestemming andere regels gelden inzake korstbehandeling.
De formele bevoegdheid ligt bij de Directeur-Generaal van de Landbouw en bij de directeur
directie veeteelt en zuivel.
Waardering: V 5 jaar na afloop of intrekking wijziging beschikking
140
Handeling: Het verlenen van vergunningen inzake de toevoeging van stoffen tijdens
de bereiding van boter
Periode: 1957–1967
Grondslag: Botercontrolebeschikking 1957 art. 24
Product: Beschikkingen
Opmerking: De formele bevoegdheid ligt bij de Directeur-Generaal van de Landbouw
Waardering: V 2 jaar na afloop van vergunning
142
Handeling: Het verlenen van ontheffing van hetgeen bij of krachtens de Botercontrolebeschikking
1957 en de Rijkskaasmerkenbeschikking is geregeld
Periode: 1957–1982
Grondslag: Botercontrolebeschikking 1957 artt. 22.2, 23.1; Rijkskaasmerkenbeschikking
1952 en 1947(?): Rijkskaasmerkenbeschikking 1962 art. 21, 33.2, 49, 59
De formele bevoegdheid ligt bij de Directeur-Generaal van de Landbouw
Product: Beschikkingen
Opmerking: V 2 jaar na afloop ontheffing
144
Handeling: Het verlenen van een vergunning om het Rijksbotermerk te drukken op deksels
van kartonnen bekers met een inhoud van 250 gram, waarin boter wordt verpakt
Periode: 1960–1967
Grondslag: Besluit tot het bedrukken van kartonnen bekerverpakking met het Rijksbotermerk
art. 1
Product: Beschikkingen
Opmerking: De formele bevoegdheid ligt bij de directeur van de afdeling veeteelt en
zuivelwezen
Waardering: V 2 jaar na intrekking vergunning of verandering wetgeving
145
Handeling: Het verlenen van ontheffing van hetgeen bij of krachtens de Rijkskaasmerkenbeschikking
is geregeld
Periode: 1962–1970
Grondslag: Rijkskaasmerkenbeschikking 1952 ; Rijkskaasmerkenbeschikking 1962 artt.
22.3 art. 48.2
Product: Beschikkingen
Waardering: V 2jaar na afloop ontheffing
146
Handeling: Het verlenen en intrekken van toestemming voor het gebruik van korstbehandelingsmiddelen
voor kaas
Periode: 1962–1982
Grondslag: Rijkskaasmerkenbeschikking 1952; Rijkskaasmerkenbeschikking 1962 artt.
14, 22.6; Kaascontrolebeschikking 1970 artt. 9.2-3, 42, 43
Product: Beschikkingen
Opmerking: De formele bevoegdheid ligt bij de Directeur-Generaal van de Landbouw
Waardering: V 2 jaar na afloop toestemming
150
Handeling: Het verbinden van voorschriften aan vrijstellingen en ontheffingen met
betrekking tot het bij of krachtens landbouwkwaliteitsbesluiten is bepaald
Periode: 1973–
Grondslag: Landbouwkwaliteitswet art 3.2
Product: Beschikkingen
Waardering: B, 5
151
Handeling: Het verlenen van vrijstelling en ontheffing van hetgeen bij of krachtens
landbouwkwaliteitsbesluiten bepaald is
Periode: 1973–
Grondslag: Landbouwkwaliteitsbesluiten; landbouwkwaliteitsregelingen
Product: Regeling Vrijstelling aanbrengen Rijksbaconmerk (Stcrt. 1983, 209); Landbouwkwaliteitsregeling
biologische productiemethode (Stb. 1992, 661); Vrijstelling Landbouwkwaliteitsbeschikking
bloembollen (Stcrt. 1983, 167); Landbouwkwaliteitsbeschikking keuring bloembollen
(Stcrt. 1981, 136); Vrijstelling verplichte aanduiding classificatie bloembollen leverbaar
(Stcrt. 1984, 122); Vrijstellingsregeling Landbouwkwaliteitsregeling boterproducten
(Stcrt. 1986, 96); Vrijstellingsregeling boterproducten (EEG) (Stcrt. 1987, 16); Vrijstellingsregeling
halfvolle boter (Stcrt. 1988, 170); Vrijstellingsregeling halfvolle roomboter (Stcrt.
1990, 196); Vrijstellingsregels boterwikkels (Stcrt. 1994, 246); Vrijstellingsregeling
bak- en braadboter EEG (Stcrt. 1985, 233); Vrijstellingsregeling pure butter ghee
EEG (Stcrt. 1984, 171)
Opmerking: Indien zodanige vrijstelling of ontheffing betrekking heeft op een bepaling
die de volksgezondheid raakt, verleent deze Minister slechts in overeenstemming met
de Minister van Volksgezondheid. Indien deze nadere regels betrekking hebben op een
bepaling die de handel raakt verleent de Minister van Landbouw deze alleen in overeenstemming
met de Minister van Economische Zaken (onbewerkt hout).
Waardering: V 5 jaar na afloop vrijstelling of wijziging intrekking landbouwkwaliteitsbesluit
153
Handeling: Het goedkeuren van het verlenen van vrijstelling door het Productschap
voor Vee en Vlees
Periode: 1978–
Grondslag: Landbouwkwaliteitsregeling vrijstelling en ontheffing vleeswaren 1978 art
3.1; Landbouwkwaliteitsregeling vrijstelling en ontheffing vleeswaren 1981 art 3.1
Product: Beschikkingen
Opmerking: formele bevoegdheid ligt bij de Directeur-Generaal van de Landbouw
Waardering: V 10 jaar
154
Handeling: Het verlenen van toestemming voor verhandeling van Nederlands melkpoeder
dat niet aan bepaalde kwaliteitseisen voldoet
Periode: 1982–1998
Grondslag: Landbouwkwaliteitsregeling poedervormige melkproducten art. 30
Product: Beschikkingen
Opmerking: Deze eisen hebben betrekking op vetgehalte, vochtgehalte, hulpstoffen en
toevoegingen, residuen van bestrijdingsmiddelen. Toestemming in het geval van niet
aangeslotenen wordt gegeven door de Directeur Veehouderij en Zuivel van het Ministerie
van Landbouw. Toestemming in het geval van aangeslotenen wordt gegeven door de Directeur
van de Stichting COZ.
De formele bevoegdheid ligt bij de directeur veehouderij en Zuivel
Waardering: V 2 jaar na afloop vrijstelling, ontheffing of na intrekking regelgeveing
155
Handeling: Het verlenen van vrijstelling van hetgeen bij of krachten het Landbouwkwaliteitsbesluiten
is geregeld
Periode: 1983–1983
Grondslag: Vrijstellingsbeschikking kaasproducten 1983 art. 2; Regeling vrijstelling
zuigelingenvoeding (EEG) artt. 1-2; Vrijstellingsregeling zuigelingenvoeding artt.
1-2; Regeling vrijstelling zuigelingenvoeding (proefverpakkingen) artt. 1-2
Product: Beschikkingen
Opmerking: Het gaat om vrijstellingen met betrekking tot het bedrijfsmatig bereiden
van fabriekskaas door anderen dan aangeslotenen bij de COKZ, voorzover het bereiden
uitsluitend bestaat uit: a. het in opslag hebben van fabriekskaas door anderen dan
de bereider tijdens het voor rijping bepaalde opslagtijdvak; b. het anders dan op
de plaats van verkoop aan de verbruiker vermalen of versnijden van kaas tot eenheden
product, bestemd of geschikt om als zodanig aan de verbruiker te worden afgeleverd.
Deze beschikking is slechts enkele maanden van kracht geweest. De formele bevoegdheid
ligt bij de Staatssecretaris.
Waardering: V 2 jaar na afloop vrijstelling of wijziging , intrekking Landbouwkwaliteitsbesluit.
156
Handeling: Het machtigen van importeurs om biologische producten te importeren uit
derde landen die niet zijn opgenomen in de lijst van de Europese Commissie
Periode: 1993–
Grondslag: Landbouwkwaliteitsregeling biologische productiemethode art. 10
Product: Machtigingen
Opmerking: Deze machtiging wordt slechts verleend en is uitsluitend geldig, indien
door de importeur wordt aangetoond dat het product is verkregen op een wijze die gelijkwaardig
is aan de ingevolge deze regeling aangewezen productiemethoden. De uit derde landen
afkomstige producten dienen bij invoer vergezeld te gaan van een certificaat, waaruit
blijkt dat deze producten gecontroleerd zijn in het kader van een door de Commissie
van de EG erkende controleregeling. – De machtiging vervalt zodat het derde land in
de lijst van de Europese Commissie is opgenomen.
Waardering: V 10 jaar
10.7.2. Delegatie van bevoegdheden
158
Handeling: Het aan privaatrechtelijke instellingen en productschappen delegeren van
de bevoegdheid tot het verlenen van vrijstellingen en ontheffingen van hetgeen bij
of krachtens landbouwkwaliteitsbesluiten bepaald is geregeld
Periode: 1962–
Grondslag: Uitvoercontrolebesluiten; landbouwkwaliteitsbesluiten
Product: Landbouwkwaliteitsregelingen; Landbouwkwaliteitsbeschikkingen; Vrijstellingsregelingen
Opmerking: De ontheffingen kunnen verleend worden door organisaties die nauw betrokken
zijn bij de regelgeving zoals bijvoorbeeld het COKZ en SKAL.
Waardering: B, 5
160
Handeling: Het delegeren van bevoegdheden aan productschappen tot het stellen van
regels inzake de kwaliteit van landbouwproducten
Periode: 1979–
Grondslag: Landbouwkwaliteitsbesluit bloembollen art. 6.1; Landbouwkwaliteitsbesluit
boterproducten art. 7.1; Landbouwkwaliteitsbesluit etikettering rundvlees art. 4.1-2;
Landbouwkwaliteitsbesluit gemedicineerd voeder art 10.2; Landbouwkwaliteitsbesluit
kaasproducten art. 7.1; Landbouwkwaliteitsbesluit poedervormige melkproducten art.
7.1; Landbouwkwaliteitsbesluit rauwe melk en zuivelbereiding art. 4.1; Landbouwkwaliteitsbesluit
scharreleieren art. 3a.1; Landbouwkwaliteitsbesluit scharrelvarkensvlees en -vleeswaar
art. 3.1; Landbouwkwaliteitsbesluit vleeswaren art. 4.2; Landbouwkwaliteitsbesluit
vis en visproducten art. 5.1; Landbouwkwaliteitsbesluit zuigelingenvoeding art. 7.1
Product: Landbouwkwaliteitsregeling overdracht bevoegdheden bloembollen (Stcrt. 1986,
97); Regeling houdende overdracht bevoegdheden scharreleieren en intrekking Landbouwkwaliteitsbeschikking
productiemethoden scharreleieren (Stcrt.1989, 222); Landbouwkwaliteitsregeling overdracht
bevoegdheden vleeswaren (Stcrt. 1981, 204)
Opmerking: De Minister kan bepalen dat voorschriften van productschappen, goedkeuring
behoeven van een door hem aangewezen autoriteit Indien de voorschriften betrekking
hebben op een bepaling die de gezondheid raakt verleent de Minister van Landbouw deze
alleen in overeenstemming met de Minister van Volksgezondheid.
Waardering: B, 5
161
Handeling: Het (aan de directeur van Stichting Centraal Orgaan Zuivelcontrole) delegeren
van de bevoegdheid tot verlenen van ontheffingen van hetgeen dat bij of krachtens
het Landbouwkwaliteitsregeling poedervormige melkproducten bepaald is
Periode: 1982–1998
Grondslag: Landbouwkwaliteitsregeling poedervormige melkproducten art. 73
Product: Beschikkingen
Opmerking: De formele bevoegdheid ligt bij de directeur Veehouderij en Zuivel.
Waardering: B, 5
162
Handeling: Het machtigen van controle-instellingen tot het verlenen van toestemming
aan haar aangeslotenen, tot het aanbrengen van merken
Periode: 1983–1998
Grondslag: Vrijstelling aanbrengen Rijksbaconmerk art. 1
Product: Machtigingen
Opmerking: Het gaat om bacon die door de aangeslotenen van de Stichting Nederlandse
Baconcentrale bereid is en die in het Verenigd Koninkrijk wordt verpakt in consumenteneenheden.
Voorbeeld van zo’n controle instelling is de Stichting Nederlandse baconcontrole.
Waardering: B, 5
183
Handeling: Het goedkeuren van een verleende vrijstelling die door controle-instellingen
en productschappen verleend worden met betrekking tot hetgeen bij of krachtens landbouwkwaliteitsbesluiten
bepaald is
Periode: 1977–
Grondslag: Landbouwkwaliteitsbesluit biologische productiemethode art 10.3; Landbouwkwaliteitsbesluit
boterproducten art. 16.2; Landbouwkwaliteitsbesluit consumptieaardappelen art 10.4;
Landbouwkwaliteitsbesluit bacon art. 12.2; Landbouwkwaliteitsbesluit scharreleieren
art. 9.2; Landbouwkwaliteitsbesluit scharrelvarkensvlees en -vleeswaar art. 8.2; Landbouwkwaliteitsbesluit
Gemedicineerd veevoeder art 20.3; Landbouwkwaliteitsbesluit bloembollen art 13.3;
Landbouwkwaliteitsbesluit groenten en fruit art. 14.2; Landbouwkwaliteitsregeling
vrijstellingen, ontheffingen en nadere voorschriften groenten en fruit art. 3; Landbouwkwaliteitsbesluit
vleeswaren art. 10.2; Landbouwkwaliteitsregeling vrijstellingen en ontheffingen vleeswaren
art. 3; Landbouwkwaliteitsbesluit vis en visproducten art. 11.4; Landbouwkwaliteitsbesluit
kaasproducten art. 16.2; Landbouwkwaliteitsregeling vrijstellingen, ontheffing en
nadere voorschriften bacon art 3.1
Product: Machtigingen
Opmerking: Het gaat om regels die betrekking hebben op de bereiding, de bewaring,
de keuring, het gebruik van toevoegingen, grond- of hulpstoffen , en het gebruik van
merken voor bacon en kunnen voorschriften inhouden inzake de inrichting en het gebruik
van bedrijfsgebouwen en vervoermiddelen voorzover de desbetreffende regels de gezondheid
niet raken.
De formele bevoegdheid ligt bij de Directeur-Generaal van de Landbouw.
Waardering: V 2 jaar na afloop vrijstelling, ontheffing of na intrekking regeling
10.8. Het controlesysteem
10.8.1. Controle
185
Handeling: Het stellen van regels voor het registreren van aangiftes van bedrijven
die boter en of margarine bereiden
Periode: 1909–1973
Grondslag: Besluit ter bekendmaking van de tekst der Boterwet art. 4.4
Product: Beschikkingen
Opmerking: Schriftelijke registraties worden ingediend bij de burgemeester van de
gemeente waar het bedrijf wordt uitgeoefend, van de ligging van de bereid- en bewaarplaatsen
met een omschrijving van die plaatsten en opgaven van de kadastrale sectie en nummering.
Waardering: B,5
186
Handeling: Het voorbereiden tot het geven van voorschriften tot het uitoefenen van
controlefuncties ten aanzien van de kwaliteit van boter
Periode: 1909–1973
Grondslag: Besluit ter bekendmaking van de tekst der Boterwet art. 13.3
Product: Beschikkingen
Opmerking: Het gaat om functies voor inspecteurs, adjunctinspecteurs, en visiteurs.
Waardering: B, 5
187
Handeling: Het toevoegen van leden aan de Centrale Commissie voor de botercontrolestations
Periode: 1912–1920
Grondslag: Botermerkenbesluit 1912 art. 27; Besluit tot wijziging van het KB van 17 juli
1912 (Stb. 1920, 84) art. 3.
Product: Beschikkingen
Opmerking: Deze leden hebben in de vergaderingen van de Commissie een raadgevende
stem.
Waardering: V 2 jaar na vertrek uit commissie
188
Handeling: Het vaststellen van de eisen waaraan personen/bedrijven moeten voldoen
om te kunnen worden aangesloten bij een botercontrolestations
Periode: 1912–1976
Grondslag: Botermerkenbesluit 1912 art. 10
Product: Beschikkingen
Waardering: B, 5
189
Handeling: Het regelen van hetgeen besproken moet worden bij de vergaderingen van
de Centrale Commissie voor de botercontrolestations
Periode: 1912–1976
Grondslag: Botermerkenbesluit 1912 art. 29; Besluit tot wijziging van het KB van 17 juli
1912 (Stb. 1920, 84) art. 4
Product: Beschikkingen
Opmerking: Artikel 29 wordt artikel 28
Waardering: V 2 jaar
190
Handeling: Het vaststellen van kringen waarbinnen botercontrolestations hun werkzaamheden
mogen beoefenen
Periode: 1920–1982
Grondslag: Wijziging van het Botermerkenbesluit art. 1; botermerkenbesluit 1912 art.
3.2; Botercontrolebeschikking 1967 art. 5
Product: Botermerkenbeschikking Kringen 1967 (Stcrt. 1967, 162); Wijziging botermerkenbeschikking
Kringen 1967 (Stcrt. 1973, 3)
Waardering: B, 5
191
Handeling: Het vaststellen welke verplichtingen opgelegd moeten worden aan aangeslotenen
bij controle-instellingen
Periode: 1930–1978
Grondslag: Landbouwuitvoerbesluit bacon art. 20.1
Product: Beschikkingen
Waardering: B, 5
192
Handeling: Het aanwijzen van personen in dienst van een controle-instelling die bevoegd
zijn tot onderzoek en controle van landbouwproducten
Periode: 1938–
Grondslag: Landbouwuitvoerwet 1938 art. 9; Landbouwkwaliteitswet art. 15.3
Product: Landbouwuitvoerbesluit 1946 algemene voorwaarden (Stb. 1946, G263); Landbouwuitvoerbesluit
1963 algemene voorwaarden (Stb. 1963, 67); Uitvoercontrolebesluit 1951 boter (Stb.
1952, 17); Uitvoercontrolebesluit 1951 drogerijen (Stb. 1951, 416); Uitvoercontrolebesluit
1957 melk en melkproducten (Stb. 1957, 63); Uitvoercontrolebesluit 1939 tuinbouwproducten
(Stb. 1940, N.679vv); Uitvoercontrolebesluit 1963 tuinbouwproducten (Stb. 1963, 218);
Regeling houdende wijziging KCB-controlepersoneel als onbezoldigd ambtenaar van de
Rijksdienst voor de Keuring van Vee en Vlees (Stcrt. 1993, 74)
Opmerking: Het gaat hier om de bevoegdheden tot het onderwerpen aan een onderzoek
van voertuigen en andere plaatsen, waar producten aanwezig zijn en het nemen van monsters
van die producten. e bevoegdheid kan alleen toegepast worden op producenten die aangesloten
zijn bij de desbetreffende controle-instellingen.
Waardering: V 2 jaar bna vertrek
193
Handeling: Het regelen van de verschillende bevoegdheden voor andere dan controle-instellingen
als bedoeld in art. 8 van de Landbouwuitvoerwet 1938
Periode: 1938–1973
Grondslag: Landbouwuitvoerwet 1938 art. 12
Product: Uitvoercontrolebesluit haring 1964 (Stcrt.1964,149); Uitvoercontrolebesluit
1949 late consumptieaardappelen (Stb.1949, J119); Uitvoercontrolebesluit 1954 aardappelen
(Stb.1955,58); Uitvoercontrolebesluit 1951 bloembollen (Stb.1951,329)
Waardering: B, 5
194
Handeling: Het geven van nadere voorschriften met betrekking tot het controleren van
landbouwproducten die bestemd zijn voor de uitvoer
Periode: 1938–1973
Grondslag: Landbouwuitvoerwet 1938 art. 22.2
Product: Voorschriften
Opmerking: Het gaat om voorschriften met betrekking tot de monsterneming, de verzegeling,
de verzending, het onderzoek van monsters en het toevoegen van bederfwerende middelen.
Waardering: B, 5
195
Handeling: Het aanwijzen van uitvoercontrole-organen met het toezicht op naleving
van hetgeen bij of krachtens de Landbouwuitvoerwet 1938 art. 5 en het Landbouwuitvoerbesluit
1946 is geregeld
Periode: 1946–1964
Grondslag: Landbouwuitvoerbesluit 1946 Algemene voorwaarden art. 2
Product: Beschikkingen
Opmerking: Het stellen van de regels wordt gedaan door de kroon.
Waardering: B, 1/5
196
Handeling: Het benoemen van de voorzitter van het bestuur van uitvoercontrole-organen
en controle-instellingen op het gebied van de landbouwkwaliteit
Periode: 1946–
Grondslag: Landbouwuitvoerbesluit 1946 Algemene voorwaarden art. 2.8; Landbouwuitvoerbesluit
1963 Algemene voorwaarden art. 2.i; Landbouwkwaliteitswet art.12.1; Landbouwkwaliteitsbesluiten
Product: Beschikkingen
Opmerking: Benoeming geschiedt op voordracht van het bestuur van de controle-instelling.
Waardering: V 7 jaar na administratieve afhandeling van het ontslag
197
Handeling: Het vaststellen van de bijdrage die aangeslotenen bij controlestations
moeten betalen
Periode: 1948–1976
Grondslag: Besluit van 30 oktober 1947, houdende aanvulling van het Botermerkenbesluit
art. 16a. 1
Product: Beschikkingen
Waardering: V 3 jaar
198
Handeling: Het vaststellen van voorschriften voor de verrichtingen van de Plantenziektenkundige
Dienst ten aanzien van de controle op boomkwekerijgewassen
Periode: 1959–1963
Grondslag: Wijziging Uitvoercontrolebesluit 1947 boomkwekerijproducten art. I d
Product: Beschikkingen
Opmerking: De verrichtingen hebben betrekking op toezicht op naleving door aangeslotenen,
het keuren en afgifte van geleidebiljetten.
Waardering: B, 5
199
Handeling: Het geven van nadere voorschriften omtrent de uitvoer van proeven voor
de controle op kaas
Periode: 1962–1970
Grondslag: Rijkskaasmerkenbeschikking 1962 art. 55.4
Product: Beschikkingen
Opmerking: De formele bevoegdheid ligt bij de Directeur-Generaal van de landbouw
Waardering: B, 5
200
Handeling: Het aanwijzen van de voorzitters voor kaascontrolestations
Periode: 1962–1970
Grondslag: Rijkskaasmerkenbeschikking 1962 art. 9.2
Product: Beschikkingen
Opmerking: De formele bevoegdheid ligt bij de Directeur-Generaal van de landbouw
Waardering: V 2 jaar na ontheffing van het voorzitterschap.
201
Handeling: Het bepalen dat gedragingen, ter zake waarvan bij of krachtens een landbouwkwaliteitsbesluit
regelen zijn gesteld, uitsluitend zijn toegestaan aan degenen die zijn aangewezen
bij een controle-instelling, aangewezen krachtens art. 8 van de Landbouwkwaliteistwet
Periode: 1973–
Grondslag: Landbouwkwaliteistwet art.9.1
Product: Beschikkingen
Waardering: B, 4/5
202
Handeling: Het erkennen van controlediensten alsmede het intrekken van erkenningen
van controlediensten op het gebied van de landbouwkwaliteit
Periode: 1973–
Grondslag: Landbouwkwaliteitsbesluiten; Landbouwkwaliteitsbesluit etikettering rundvlees
art 3.1b; Landbouwkwaliteitswet art. 8.2
Product: Beschikkingen
Waardering: B, 4
203
Handeling: Het instellen van controlestructuren op het gebied van de landbouwkwaliteit
Periode: 1973–
Grondslag: Landbouwkwaliteitsbesluiten; Landbouwkwaliteitsregelingen; Verordening
inzake specificiteitscertificering van landbouwproducten en levensmiddelen art. 14.1-2
en 14.5
Product: Beschikkingen
Opmerking: Een controlestructuur kan één of meer controlediensten en/of particuliere
organisaties omvatten, die daartoe door de Lidstaten zijn aangewezen, respectievelijk
erkend. Vanaf 1 januari 1998 moeten particuliere organisaties, om in het kader van
deze verordening door de Lidstaten te worden erkend, voldoen aan de vereisten van
norm EN 45011 van 26 juni 1989.
Waardering: B, 4
204
Handeling: Het goedkeuren van methoden voor het vaststellen of zuivelproducten voldoen
aan hetgeen bij landbouwkwaliteitsbesluiten of landbouwkwaliteitsregelingen bepaald
is
Periode: 1982–1998
Grondslag: Landbouwkwaliteitsregeling kaasproducten art. 169; Landbouwkwaliteitsregeling
poedervormige melkproducten art. 77.1; Landbouwkwaliteitsregeling boterproducten art.
117.1
Product: Beschikkingen
Opmerking: Alleen in die gevallen waarvoor geen methoden zijn opgenomen in de bijlage.
De formele bevoegdheid ligt bij de directeur van het RIKILT en de directeur Veehouderij
en Zuivel
Waardering: V 10 jaar na aanpassing methode
205
Handeling: Het nemen van maatregelen om er voor te zorgen dat een producent die aan
de bepalingen van deze verordening voldoet toegang heeft tot het controlesysteem
Periode: 1993–
Grondslag: EG-verordening inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen
van landbouwproducten en levensmiddelen art. 10.6; EG-verordening inzake specificiteitscertificering
van landbouwproducten en levensmiddelen art. 14.6
Product: Beschikkingen
Waardering: V 6 jaar
219
Handeling: Het voordragen van bepalingen van bijzonder toezicht op percelen waar zowel
boter en margarine worden bereid alsmede het berekenen van de kosten hiervan
Periode: 1909–1973
Grondslag: Besluit ter bekendmaking van de tekst der Boterwet art. 9.1-2
Product: Besluit tot uitvoering van het bepaalde bij het 2de lid van artikel 9 der
Boterwet (Stb.1909, 406)
Opmerking: Bepaling gebeurt door de kroon.
Waardering: B, 5
220
Handeling: Het vaststellen van regels ten aanzien van de betaling van de kosten voor
bijzonder toezicht op de bereiding van boter
Periode: 1909–1973
Grondslag: Besluit tot uitvoering van het bepaalde bij het 2de lid van artikel 9 der
Boterwet art. 12
Product: Beschikkingen
Opmerking: Het hoofd of de bestuurder (van een bedrijf) kan hier tegen in beroep gaan
bij de Directeur Generaal van de Landbouw.
Waardering: V 10 jaar
221
Handeling: Het voordragen van Rijkszuivelvisiteurs
Periode: 1909–1973
Grondslag: Besluit ter bekendmaking van de tekst der Boterwet art. 13.2
Product: Beschikkingen
Opmerking: Aanstelling gebeurt door de kroon.
Waardering: V 2 jaar
225
Handeling: Het goedkeuren van statuten en keuringsreglementen van controle-instellingen
op het gebied van de landbouwkwaliteit alsmede de wijzigingen en aanvullingen hiervan
Periode: 1912–
Grondslag: Botermerkenbesluit 1912 art. 8; Landbouwuitvoerbesluit bacon art. 2b; Landbouwuitvoerbesluit
1946 Algemene voorwaarden art. 2.7; Landbouwuitvoerbesluit 1963 Algemene voorwaarden
art. 2.g; Kaascontrolebeschikking 1970 art. 2.2; Botercontrolebeschikking 1967, art.
3.2; Rijksbotermerkenbeschikking 1951 art. 2.1; Rijkskaasmerkenbeschikking 1952; Rijkskaasmerkenbeschikking
1962 artt. 6.f en 8.2; Rijkskaasmerkenbeschikking 1970 art. 5.e; Landbouwkwaliteitswet
art.10.3
Product: Goedkeuring keuringsreglement NBC (Stcrt. 1978, 77); Goedkeuring voorlopig
reglement op de Tuchtrechtspraak KCB (Stcrt. 1978, 91); Goedkeuring voorlopig Tuchtbesluit
(Stcrt. 1978, 94); Goedkeuring wijziging Reglement uitreiking merken bacon (Stcrt.
1989, 147); Controlereglement biologische productiemethoden (Stcrt. 1993, 140)
Waardering: B, 4
226
Handeling: Het goedkeuren van de benoemingen van directeuren van botercontrolestations
Periode: 1912–1976
Grondslag: Botermerkenbesluit 1912 art. 19
Product: Beschikkingen
Opmerking: De formele bevoegdheid ligt bij de Directeur-Generaal van de Landbouw
Waardering: V 2 jaar
227
Handeling: Het vaststellen van de eisen waaraan bestuursleden, commissarissen en directeuren
van botercontrolestations moeten voldoen
Periode: 1912–1976
Grondslag: Botermerkenbesluit 1912 art. 17
Product: Beschikkingen
Waardering: B, 5
228
Handeling: Het goedkeuren van besluiten van controle-instellingen
Periode: 1930–1978
Grondslag: KB tot uitvoering van artikel 7, houdende bepalingen, waaraan een baconcontrole-instelling
moet voldoen om onder rijkstoezicht te worden geplaatst (Landbouwuitvoerbesluit bacon)
art. 20.2
Product: Beschikkingen
Waardering: B, 3
230
Handeling: Het goedkeuren van door controle-instellingen vastgestelde tarieven voor
controlekosten alsmede de wijze van inning daarvan
Periode: 1930–
Grondslag: Landbouwuitvoerbesluit bacon art. 15; Landbouwuitvoerbesluit 1946 Algemene
voorwaarden art. 12; Landbouwkwaliteitswet art. 11.2
Product: Goedkeuring Financieel Reglement Stichting scharreleierencontrole (Stcrt.
1979, 169); Wisselende bijdrage (Stcrt. 1981,34)
Opmerking: Tot 1963 geldt dit voor de Stichting Nederlands Eiercontrole Bureau. Het
gaat hier om kosten met betrekking tot toezicht en keuring door de controle-instelling
vastgesteld
Waardering: V 5 jaar
232
Handeling: Het toevoegen van een adviserend lid aan het bestuur van controle-instellingen
op het gebied van de landbouwkwaliteit
Periode: 1930–1978
Grondslag: KB tot uitvoering van artikel 7, houdende bepalingen, waaraan een baconcontrole-instelling
moet voldoen om onder rijkstoezicht te worden geplaatst (Landbouwuitvoerbesluit bacon)
art. 3.3
Product: Beschikkingen
Waardering: V 2 jaar na wijziging
233
Handeling: Het goedkeuren van de aanwijzing van een voorzitter alsmede de benoeming
van de bestuursleden van een baconcontrole-instelling
Periode: 1930–1978
Grondslag: KB tot uitvoering van artikel 7, houdende bepalingen, waaraan een baconcontrole-instelling
moet voldoen om onder rijkstoezicht te worden geplaatst (Landbouwuitvoerbesluit bacon)
art. 3.2
Product: Beschikkingen
Waardering: V 2 jaar na wijziging
234
Handeling: Het voorbereiden tot het intrekken van de controlebevoegdheid van controlestations
voor landbouwproducten
Periode: 1940–1982
Grondslag: Uitvoercontrolebesluit 1948 kaas art. 6; Uitvoercontrolebesluit 1948 melkpoeder
art. 6; Uitvoercontrolebesluit 1957 melk en melkproducten art. 7; Uitvoercontrolebesluit
1939 tuinbouwproducten art. 7; Uitvoercontrolebesluit 1947 boomkwekerijproducten art.
8
Product: Uitvoercontrolebeschikking 1956 kaas (Stcrt. 1956, 251)
Opmerking: Intrekking van de bevoegdheid geschiedt indien de controle-instellingen
niet meer voldoen aan de eisen die gesteld zijn in het Landbouwuitvoerbesluit 1946
of op enigerlei wijze handelt in strijd met de belangen van de Uitvoercontroleregeling
voor zuivelproducten.
Waardering: B, 5
235
Handeling: Het benoemen van ambtenaren ter bevordering van een behoorlijke uitvoering
van de Haringwet
Periode: 1945–1963
Grondslag: Haringwet 1927 art.3
Product: Beschikkingen
Opmerking: Uitvoeren van controlewerkzaamheden.
Waardering: V 2 jaar na ontslag
236
Handelingen: Het regelen van de werkkring en de bevoegdheden van de ambtenaren, die
ter bevordering van een behoorlijke uitvoering van de Haringwet zijn benoemd
Periode: 1945–1963
Grondslag: Haringwet 1927 art.3
Product: Beschikkingen
Waardering: B, 4
237
Handeling: Het goedkeuren van benoemingen van directeuren van uitvoercontrole-organen
en controle-instellingen op het gebied van de landbouwkwaliteit
Periode: 1946–
Grondslag: Landbouwuitvoerbesluit 1946 Algemene voorwaarden art. 2.9; Landbouwuitvoerbesluit
1963 Algemene voorwaarden art. 2.j; Landbouwkwaliteitswet art. 12.2
Product: Beschikkingen
Opmerking: Voor de Vereniging Uitvoer Controle Bureau voor Tuinbouwproducten treedt
dit in werking met ingang van april 1964.
Waardering: V 2 jaar
238
Handeling: Het stellen van regels inzake het toezicht op uitvoercontrole-organen
Periode: 1946–1973
Grondslag: Landbouwuitvoerbesluit 1946 Algemene voorwaarden art. 2.6; Landbouwuitvoerbesluit
1963 Algemene voorwaarden art. 2.f
Product: Beschikkingen
Opmerking: Voor de Vereniging Uitvoer Controle Bureau voor Tuinbouwproducten treedt
dit in werking met ingang van april 1964.
Waardering: B, 5
239
Handeling: Het aanwijzen van ambtenaren die toegang hebben tot bestuursvergaderingen
van controle-instellingen op het gebied van de landbouwkwaliteit
Periode: 1946–
Grondslag: Landbouwuitvoerbesluit 1946 Algemene voorwaarden art. 2.12; Landbouwuitvoerbesluit
1963 Algemene voorwaarden art. 2.m; Landbouwkwaliteitswet art. 12.3
Product: Beschikkingen
Waardering: V 2 jaar na vertrek
240
Handeling: Het toezien op het financieel beheer van controle-organen
Periode: 1946–1973
Grondslag: Landbouwuitvoerbesluit 1946 Algemene voorwaarden art. 2.10; Landbouwuitvoerbesluit
1963 Algemene voorwaarden art. 2.h
Waardering: B, 5
241
Handeling: Het goedkeuren van de zekerheidsstellingen die door de uitvoercontrole-organen
zijn opgesteld
Periode: 1946–1963
Grondslag: Landbouwuitvoerbesluit 1946 Algemene voorwaarden art. 12
Product: Beschikkingen
Opmerking: Het gaat om zekerheidsstellingen ten aanzien van de juiste naleving van
de uit de Landbouwuitvoerwet 1938 voortvloeiende verplichtingen. Tot 1963 geld dit
voor de Stichting Nederlands Eiercontrole Bureau.
Waardering: V 15 jaar
243
Handeling: Het houden van toezicht op de keuring door het CVM, CZL en UCB
Periode: 1961–1983
Grondslag: Uitvoercontrolebeschikking 1960 melk en melkproducten artt. 11.2; Uitvoeringsbeschikking
uitvoercontrole tuinbouwproducten 1964 art.10
Opmerking: De formele bevoegdheid ligt bij directeur afdeling veeteelt en zuivelwezen
en bij de directeur Directie Tuinbouw. Deze laatste wordt bijgestaan door daartoe
aangewezen ambtenaren van de Algemene inspectiedienst.
Waardering: B+V
B, 5 voor alle eindrapportages
V, 10 jaar voor alle overige producten
244
Handeling: Het overeenstemmen met de Minister van Justitie met betrekking tot het
aanwijzen van de ambtenaren van de Algemene Inspectiedienst van het Ministerie van
Landbouw, Natuurbeheer en Visserij, belast met de opsporing van overtredingen van
voorschriften gesteld bij of krachtens de Landbouwkwaliteitswet voor zover deze overtredingen
economische delicten zijn in de zin van artikel 1 van de Wet op de economische delicten
Periode: 1974–
Grondslag: Beschikking aanwijzing ambtenaren Algemene Inspectiedienst als opsporingsambtenaren
(Landbouwkwaliteitswet) van 26 februari 1974, Stcrt. (art. 1-2)
Product: Beschikkingen
Waardering: V 10 jaar
245
Handeling: Het benoemen van ambtenaren belast met de uitoefening van het rijkstoezicht
op controle-instellingen op het gebied van de landbouwkwaliteit, alsmede het (kunnen)
verlenen van nader omschreven bevoegdheden
Periode: 1977–
Grondslag: Beschikking rijkstoezicht op de controle-instellingen 15 augustus 1977/no.
J2094 Stcrt.159 art.2.1
Product: Besluit
Waardering: V 10 jaar
248
Handeling: Het overeenstemmen met de Minister van Justitie en de staatssecretaris
van Economische Zaken met betrekking tot het aanwijzen van de ambtenaren van de Keuringsdiensten
van Waren belast met de opsporing van overtredingen van voorschriften gesteld bij
of krachtens de Landbouwkwaliteitswet voor zover deze overtredingen economische delicten
zijn in de zin van artikel 1 van de Wet op de economische delicten
Periode: 1979–
Grondslag: Beschikking aanwijzing ambtenaren Algemene Inspectiedienst als opsporingsambtenaren
(Landbouwkwaliteitswet) van 15 mei 1979, Stcrt.115
Product: Beschikkingen
Opmerking: Het gaat hier om ambtenaren van de Keuringsdiensten van Waren bedoeld in
de artikelen 18.1 en 33 van de Warenwet (art. 1-2) ?
Waardering: V 10 jaar
250
Handeling: Het goedkeuren van bestemmingen van bezittingen van de Vereniging Kwaliteits-Controlebureau
voor groenten en fruit nadat deze is ontbonden
Periode: 1977–
Grondslag: Statuten en keuringsreglement Kwaliteits-Controle-Bureau voor groenten
en fruit art. 35.2
Product: Beschikkingen
Opmerking: De bezittingen krijgen een bestemming nadat aan de schulden zijn voldaan.
Waardering: V 6 jaar
251
Handeling: Het belasten van ambtenaren met de uitoefening van het rijkstoezicht op
controle-instellingen
Periode: 1977–
Grondslag: Regeling rijkstoezicht op de controle-instellingen art. 2.1
Product: Beschikkingen
Opmerking: De Minister kan deze ambtenaren nader omschreven bevoegdheden verlenen.
Waardering: V 10 jaar
253
Handeling: Het vaststellen van nadere regels omtrent de voorschriften die door de
controle-instellingen in hun reglementen worden vastgesteld inzake door deze instellingen
uit te oefenen controles
Periode: 1993–
Grondslag: Landbouwkwaliteitsbesluit biologische productiemethode art.4.2; Landbouwkwaliteitsbesluit
geografische aanduiding art. 6.3
Product: Beschikkingen
Opmerking: Deze controle-instellingen zijn: SKAL, COZ, COKZ, KCB en CPE.
Waardering: B, 5
10.8.2. Keuring
254
Handeling: Het stellen van regels voor het onderzoeken van boter- en margarinemonsters
Periode: 1900–1953
Grondslag: Boterwet art. 10; Besluit ter bekendmaking van de tekst der Boterwet art.
18.2; Besluit tot uitvoering van het bepaalde bij de artikelen 2, 5, 8 en 19 der Boterwet
art. 4h; Wijziging boterwet art. VII. 117.2 (Stcrt. 1953, 417)
Product: Beschikkingen
Waardering: B, 5
255
Handeling: Het aanwijzen van deskundigen voor het onderzoeken van botermonsters
Periode: 1900–1973
Grondslag: Boterwet art. 9; Besluit ter bekendmaking van de tekst der Boterwet art.
17.1
Product: Beschikkingen
Waardering: V 2 jaar na ontheffing als deskundige
257
Handeling: Het vaststellen van voorschriften voor het bemonsteren van boter en het
onderzoek van botermonsters
Periode: 1912–1976
Grondslag: Botermerkenbesluit 1912 art. 24
Product: Beschikkingen
Opmerking: De formele bevoegdheid ligt bij de Directeur-Generaal van de Landbouw
Waardering: B, 5
258
Handeling: Het bij AMvB aanwijzen van stoffen die geschikt zijn om margarine in mengsels
te herkennen
Periode: 1935–1973
Grondslag: Wet van 21 maart 1935 tot wijziging van art. 3 van de Boterwet art. 1.I;
Buitenwerking gesteld bij Landbouwkwaliteitswet art. 19.1
Product: AMvB’s
Waardering: V 2 jaar na intrekking AMvB of Wet
259
Handeling: Het regelen van de wijze waarop de keuring en het toezicht op keuringen
van Rijkswege zal geschieden
Periode: 1938–
Grondslag: Landbouwuitvoerwet 1938 art. 11; Landbouwkwaliteitswet art. 12.4
Product: Uitvoercontrolebeschikking 1955 aardappelen (Stcrt. 155, 246); Uitvoercontrolebeschikking
1968 boter (Stcrt. 1968, 101); Uitvoercontrolebeschikking melkpoeder (Stcrt. 1948,
157); Uitvoercontrolebeschikking 1960 melk en melkproducten (Stcrt. 1961, 13); Regeling
rijkstoezicht op de controle-instellingen (Stcrt.1977,159)
Waardering: B, 5
260
Handeling: Het vaststellen van de standplaatsen alsmede de instructie voor de opperkeurmeester
voor haring
Periode: 1945–1964
Grondslag: Besluit keuring gekaakte haring art 3.2
Product: Beschikking van 28 juni 1911, C.V.
Waardering: V 5 jaar
261
Handeling: Het bepalen van de jaarwedde van de haringkeurmeesters
Periode: 1945–1964
Grondslag: Besluit keuring gekaakte haring art.2-2
Product: Beschikkingen
Waardering: V 3 jaar
262
Handeling: Het verlenen van de titel van opperkeurmeester aan een der haringkeurmeesters
Periode: 1945–1964
Grondslag: Besluit keuring gekaakte haring art.3-1
Product: Beschikkingen
Waardering: V 2 jaar na ontheffing van de titel
264
Handeling: Het stellen van regels voor het keuren van landbouwproducten, de methoden
van monsterneming en onderzoek met betrekking tot de kwaliteit van landbouwproducten
Periode: 1973–
Grondslag: Landbouwkwaliteitswet art. 15.4; Landbouwkwaliteitsbesluit bacon art. 8;
Landbouwkwaliteitsbesluit biologische productiemethode art.5; Landbouwkwaliteitsbesluit
bloembollen art.7; Landbouwkwaliteitsbesluit boterproducten art. 10-11; Landbouwkwaliteitsbesluit
consumptie-aardappelen art. 6; Landbouwkwaliteitsbesluit groenten en fruit art. 7;
Landbouwkwaliteitsbesluit kaasproducten art. 10-11; Landbouwkwaliteitsbesluit poedervormige
melkproducten art. 10-11; Landbouwkwaliteitswet vis en visproducten art. 8; Landbouwkwaliteitsbesluit
scharreleieren art. 4.1; Landbouwkwaliteitsbesluit scharrelvarkensvlees en -vleeswaar
art. 5; Landbouwkwaliteitsbesluit vleeswaren art. 5; Landbouwkwaliteitsbesluit zuigelingenvoeding
art. 10-11; Landbouwkwaliteitsbesluit zuivelproducten artt. 4 en 5.1
Product: Landbouwkwaliteitsregeling boterproducten (Stcrt.1982, 145, Stcrt. 1982,145
bijlage); Landbouwkwaliteitsregeling kaasproducten (Stcrt. 1981, 251, Stcrt. 1981,
251 bijlage); Landbouwkwaliteitsregeling poedervormige melkproducten (Stcrt. 1983,
200); Landbouwkwaliteitsregeling zuigelingenvoeding bijlage (Stcrt.1984, 197); Landbouwkwaliteitsregeling
zuigelingenvoeding 1994 bijlage (Stcrt. 1994, 116); Landbouwkwaliteitsregeling baconkeuring
en -merken (Stcrt. 1978, 63); Landbouwkwaliteitsbeschikking keuring bloembollen (Stcrt.
1981, 136); Landbouwkwaliteitsregeling keuring bloembollen (Stcrt. 1986, 97); Landbouwkwaliteitsbeschikking
keuring groenten en fruit (Stcrt. 1977, 182); Landbouwkwaliteitsregeling controle
groenten en fruit 1993 (Stcrt. 1993. 60); Landbouwkwaliteitsbeschikking keuring en
tekenen scharreleieren (Stcrt. 1979, 120); Landbouwkwaliteitsregeling scharreleierenkeuring
en -merken (Stcrt.1993, 229); Landbouwkwaliteitsregeling vleeswarenkeuring en -merken
(Stcrt. 1981, 204)
Waardering: B, 1/5
267
Handeling: Het benoemen, ontslaan en schorsen van haringkeurmeesters
Periode: 1911–1964
Grondslag: Besluit keuring gekaakte haring art. 2-1
Product: Beschikingen
Waardering: V 7 jaar na administratieve afhandeling van het ontslag
272
Handeling: Het vaststellen van bedragen voor de kosten van toezicht en keuring en
het daarbij regelen van de wijze van de inning
Periode: 1930–
Grondslag: Landbouwuitvoerbesluit bacon art. 15; Uitvoercontrolebesluit 1949 late
consumptieaardappelen art. 9; Uitvoercontrolebesluit 1954 aardappelen art. 7; Uitvoercontrolebesluit
haring 1964, art. 11; Landbouwuitvoerbesluit 1946 Algemene voorwaarden art. 12; Landbouwkwaliteitswet
art.11.1
Product: Uitvoercontrolebeschikking 1955 aardappelen (Stcrt. 1955. 246); Uitvoercontrolebeschikking
haring 1964 (Stcrt. 1964, 102)
Waardering: V 5 jaar
297
Handeling: Het machtigen van inspecteurs, adjunct-inspecteurs, visiteurs en scheikundigen
tot het betreden van plaatsen waar boter, margarine en andere vetten worden bereid
of verkocht
Periode: 1909–1973
Grondslag: Besluit ter bekendmaking van de tekst der Boterwet art. 14.2-4 en 18.1
Product: Beschikkingen
Waardering: V 2 jaar na intrekking machtiging
298
Handeling: Het goedkeuren van mededelingen van controle-instellingen die voor de openbaarmaking
bestemd zijn
Periode: 1912–1978
Grondslag: Botermerkenbesluit 1912 art. 25; Landbouwuitvoerbesluit bacon art. 13.1
Opmerking: De formele bevoegdheid ligt bij de Directeur-Generaal van de Landbouw
Product: Beschikkingen
Waardering: B, 5
299
Handeling: Het goedkeuren van garantiebedragen vastgesteld door een baconcontrole-instelling
alsmede de voorwaarden waaronder deze worden gesteld
Periode: 1930–1978
Grondslag: Besluit van 5 april 1930 tot uitvoering van artikel 7 houdenden bepalingen
waaraan een baconcontrole-instelling moet voldoen om onder rijkstoezicht te kunnen
worden gesteld (Landbouwuitvoerbesluit bacon) art. 7
Product: Beschikkingen
Opmerking: Het bestuur van een baconcontrole-instelling kan van de aangeslotenen eisen
om een bankgarantie voor te leggen.
Waardering: V 15 jaar
300
Handeling: Het goedkeuren van regels die door de VNB gesteld zijn ten aanzien van
het keuren van bacon
Periode: 1930–1978
Grondslag: KB tot uitvoering van art. 7 houdende bepalingen, waaraan een baconcontrole-instelling
moet voldoen om onder rijkstoezicht te worden gesteld, (Landbouwuitvoerbesluit bacon)
art. 12
Product: Beschikkingen
Waardering: V 15 jaar
301
Handeling: Het houden van toezicht op de keuring door het ZKB
Periode: 1948–1982
Grondslag: Uitvoercontrolebeschikking 1958 kaas art. 23.2; Wijziging Uitvoercontrolebeschikking
1958 kaas art. 3 (Stcrt. 1961,90); Wijziging Uitvoercontrolebeschikking 1958 kaas
art. 1.b (Stcrt. 1968,197); Uitvoercontrolebeschikking 1948 melkpoeder art. 6; Wijziging
Uitvoercontrolebeschikking 1948 melkpoeder art. 1; Wijziging Uitvoercontrolebeschikking
1948 melkpoeder art. 3.2d; Wijziging Uitvoercontrolebeschikking 1948 melkpoeder art.
I.c (Stcrt. 1968,197); Uitvoercontrolebeschikking 1952 boter art.20.2
Product: Aanwijzing ambtenaren tot bijstand rijkszuivelinspecteur (Stcrt. 1955,79)
Opmerking: De formele bevoegdheid ligt bij de directeur Veeteelt en Zuivel. Deze wordt
vanaf 1961 bijgestaan door daartoe aangewezen ambtenaren van de Algemene inspectiedienst.
Waardering: B+V
B, 5 voor eindrapportages
V, 10 jaar overige neerslag
302
Handeling: Het houden van toezicht op het uitreiken en het gebruik van uitvoercertificaten
door het CVM en CZL
Periode: 1961–1983
Grondslag: Uitvoercontrolebeschikking 1960 melk en melkproducten art. 11.2
Opmerking: De formele bevoegdheid ligt bij de directeur Veeteelt en Zuivel.
Waardering: B+V
B, 5 voor alle eindreportages
V 10 jaar voor alle overige producten
303
Handeling: Het goedkeuren van keuringsinstructies voor tuinbouwproducten die voor
de uitvoer bestemd zijn
Periode: 1964–1977
Grondslag: Uitvoeringsbeschikking uitvoercontrole tuinbouwproducten 1964 art. 3
Producten: Beschikkingen
Waardering: B, 5
10.8.3. Merken, tekenen en bewijsstukken
306
Handeling: Het stellen van regels ten aanzien van het merken van boter en kaas
Periode: 1900–1973
Grondslag: Boterwet art. 2; Besluit ter bekendmaking van de tekst der Boterwet art.
7.1-2; Wijziging boterwet art I. 7.1 (Stcrt. 1953, 417); Wet op de Rijkskaasmerken
art.2; Voorschriften voor het bemonsteren van kaas en het onderzoek van monsters kaas;
Landbouwkwaliteitswet art. 19.1-2
Product: Beschikkingen
Waardering: B, 5
307
Handeling: Het vaststellen van merken voor boter en kaas
Periode: 1905–1973
Grondslag: Wet houdende bepaling betreffende het merken van boter en kaas, afkomstig
van aangeslotenen bij een onder Rijkstoezicht staand botercontrolestations art. 1;
Wet op de Rijkskaasmerken art. 1; Landbouwkwaliteitswet art. 19.1-2
Product: Botermerkenbesluit (Stb. 1912, 263); Rijksbotermerkenbeschikking 1951 (Stcrt.
1951, 249); Rijksbotermerkenbeschikking 1967 (Stcrt. 1967, 162);Beschikking van 31 juni
1960 met betrekking tot het bedrukken van kartonnen bekerverpakking met het Rijksbotermerk
(Stcrt. 1960, 110);Rijkskaasmerkenbeschikking 1952; Rijkskaasmerkenbeschikking 1970
(Stcrt. 1970, 19); Rijkskaasmerkenbeschikking 1962 (Stcrt. 1962, 61);Voorschriften
voor het bemonsteren van kaas en het onderzoek van monsters kaas (Stcrt. 1932, 55)
; Besluit tot het bedrukken van kartonnen bekerverpakking met het Rijksbotermerk (Stcrt.
1960, 110)
Opmerking: Deze merken zijn uitsluitend bestemd om door of vanwege aangeslotenen bij
een onder Rijkstoezicht staand boter- of kaascontrolestation te worden aangebracht
op door hen bereide of aangekochte boter en kaas of op de verpakking hiervan. Het
gaat om exportkwaliteitsmerken en ‘gewone merken’.
Waardering: B+V
B, 5 voor eindproduct
V 10 jaar overige neerslag
308
Handeling: Het geven van voorschriften inzake herkomstbewijzen waar in te voeren boter
van moet zijn voorzien
Periode: 1909–1973
Grondslag: Besluit tot uitvoering van het bepaalde bij de artikelen 2, 5, 8 en 19
der Boterwet art. 4e en f; Landbouwkwaliteitswet art. 19.1
Product: Voorschriften
Opmerking: Het gaat om voorwaarden voor de invoer van boter en margarine;
De voorwaarden waarvan, die in te voeren boter en margarine moeten voldoen; en de
wijze waarop gehandeld dient de worden indien de boter en margarine niet aan de gestelde
eisen voldoen.
Waardering: B, 5
309
Handeling: Het vaststellen van merken waarmee wordt aangeduid dat boter vervalst is
Periode: 1909–1973
Grondslag: Besluit tot uitvoering van het bepaalde bij de artikelen 2, 5, 8 en 19
der Boterwet art. 4h; Landbouwkwaliteitswet art. 19.1
Product: Beschikkingen
Waardering: B, 5 voor eindproduct
V 10 jaar overige neerslag
310
Handeling: Het voorschrijven van de wijze waarop de verpakking van haring gemerkt
moet worden
Periode: 1937–1963
Grondslag: Haringwet 1937 art.1
Product: Beschikkingen
Waardering: B, 5
311
Handeling: Het vaststellen van het model geleidebiljet voor vervoer van haring binnen
Nederland
Periode: 1937–1963
Grondslag: Haringwet 1937 art.1.c
Product: Beschikkingen
Waardering: V 5 jaar
312
Handeling: Het vaststellen van regels betreffende het vervaardigen, voorhanden hebben
en afleveren van merken, tekenen en bewijsstukken en van clichés, stempels, en andere
werktuigen ter vervaardiging of aanbrenging van merken
Periode: 1938–1977
Grondslag: Landbouwuitvoerwet 1938 art. 7
Product: Uitvoercontrolebeschikking 1955 aardappelen (Stcrt. 1955, 246);
Uitvoercontrolebeschikking haring 1964 (Stcrt. 1964, 102)
Waardering: B, 1/5
313
Handeling: Het stellen van regels inzake de gebruikmaking van (kwaliteits)merken,
tekenen en bewijsstukken voor landbouwproducten alsmede het vaststellen van merken,
tekenen of bewijsstukken die gebruikt moeten worden bij de keuring van landbouwproducten
Periode: 1938–
Grondslag: Landbouwuitvoerwet 1938 art. 6,11; Kaascontrolebeschikking 1970 art. 52.1;
Uitvoercontrolebesluit 1951 bloembollen art. 6.c; Uitvoercontrolebesluit 1949 late
consumptieaardappelen art. 5.c; Uitvoercontrolebesluit 1954 aardappelen art. 6.c;
Landbouwkwaliteitswet art.7.1-2, 9.2; Landbouwkwaliteitsbesluit bacon art. 6.2-3;
Landbouwkwaliteitsbesluit biologische productiemethoden art. 5.2; Landbouwkwaliteitsbesluit
consumptie-aardappelen art.7.2-3; Landbouwkwaliteitsbesluit bloembollen art 8.2-3;
Landbouwkwaliteitsbesluit boterproducten art. 8.2-3; Landbouwkwaliteitsbesluit poedervormige
melkproducten art. 8.2; Landbouwkwaliteitsbesluit groenten en fruit art. 8.2-3; Landbouwkwaliteitsbesluit
vis en visproducten art 6.2; Landbouwkwaliteitsbesluit kaasproducten 8.2-3; Landbouwkwaliteitsbesluit
poedervormige melkproducten art. 8.3; Landbouwkwaliteitsbesluit scharreleieren art.
4.3-4; Landbouwkwaliteitsbesluit vis en visproducten art 6.3; Landbouwkwaliteitsbesluit
vleeswaren art. 6.2; Landbouwkwaliteitsbesluit zuigelingenvoeding art. 8.2-3; Landbouwkwaliteitsbesluit
zuivelproducten artt. 1,6; 2.1
Product: Uitvoercontrolebeschikking 1955 aardappelen (Stcrt. 155,246);
Uitvoercontrolebeschikking 1952 boter (Stcrt. 1952, 63);
Uitvoercontrolebeschikking 1968 boter (Stcrt. 1968, 101);
Uitvoercontrolebeschikking melkpoeder (Stcrt. 1948, 157);
Uitvoercontrolebeschikking 1960 melk en melkproducten (Stcrt. 1961, 13); Landbouwkwaliteitsregeling
baconkeuring en -merken (Stcrt. 1978, 63); Landbouwkwaliteitsregeling keuring bloembollen
(Stcrt. 1986, 97); Landbouwkwaliteitsregeling vaststelling bewijsstukken (Stcrt. 1986,
97); Landbouwkwaliteitsregeling boterproducten artt. 8 en 9 (Stcrt.1982, 145); Landbouwkwaliteitsbeschikking
keuring groenten en fruit (Stcrt. 1977, 182); Landbouwkwaliteitsregeling controle
groenten en fruit 1993 (Stcrt. 1993. 60); Landbouwkwaliteitsregeling kaasproducten
artt. 11-17 (Stcrt. 1981, 251); Landbouwkwaliteitsbeschikking poedervormige melkproducten
(Stcrt.1983, 200); Landbouwkwaliteitsbeschikking keuring en tekenen scharreleieren
(Stcrt. 1979, 120); Landbouwkwaliteitsregeling vleeswarenkeuring en -merken art 3-4
(Stcrt. 1981, 204)
Opmerking: Voor de volgende producten loopt de periode tot en met 1998: bacon.
Waardering: B, 5
314
Handeling: Het bepalen wanneer een stempelmerk gebruikt wordt om aan te geven dat
in de ton, de keg of het blik hommers of kuiters verpakt zijn
Periode: 1938–1952
Grondslag: Reglement voor de Nederlandse Haringcontrole 1938 art.6-3b; Vervallen Reglement
voor de Nederlandse Haringcontrole Stb.1952, 12 art. X
Product: Beschikkingen
Waardering: V 5 jaar
315
Handeling: Het vaststellen van de modellen van de stempels en papieren merken voor
verpakte haring
Periode: 1945–1963
Grondslag: Reglement voor de Nederlandse Haringcontrole 1938, art.8a zoals gewijzigd
in het Reglement voor de Nederlandse Haringcontrole Stb.1952, 12 art. XIV
Product: Beschikkingen
Waardering: B+V
B, 5 voor eindproduct
V 10 jaar voor overige neerdlag
316
Handeling: Het vaststellen van de bedragen, waarvan tegen betaling stempels en papieren
merken beschikbaar worden verstrekt voor verpakte haring
Periode: 1945–1963
Grondslag: Reglement voor de Nederlandse Haringcontrole 1938 art.8b zoals gewijzigd
in het Reglement voor de Nederlandse Haringcontrole Stb.1952, 12 art. XIV
Product: Beschikkingen
Waardering: V 5 jaar
317
Handeling: Het geven van voorschriften betreffende het aanvragen, het verstrekken
en het inleveren van stempels voor verpakte haring
Periode: 1945–1963
Grondslag: Reglement voor de Nederlandse Haringcontrole 1938 art.8d
Product: Beschikkingen
Waardering: B, 5
318
Handeling: Het geven van voorschriften betreffende het aanvragen, het verstrekken
en het inleveren van papieren merken alsmede de wijze waarop de verschillende merken
moeten worden aangebracht op verpakte haring
Periode: 1945–1963
Grondslag: Reglement voor de Nederlandse Haringcontrole 1938 art.8e zoals gewijzigd
in het Reglement voor de Nederlandse Haringcontrole Stb.1952, 12 art. XVIII
Product: Beschikkingen
Waadering: B, 5
319
Handeling: Het voorbereiden tot het stellen van regels tot het bevoegd verklaren van
uitvoercontrole-organen tot het uitreiken van merken, tekenen en bewijsstukken
Periode: 1946–1972
Grondslag: Landbouwuitvoerbesluit 1946 Algemene voorwaarden art. 3
Waardering: B, 5
320
Handeling: Het geven van nadere voorschriften inzake de aanvraag en afdoening van
vergunningen voor het bedrukken, aanbrengen en gebruiken van etiketten
Periode: 1951–1967
Grondslag: Rijksbotermerkenbeschikking 1951 art. 11
Product: Beschikkingen
Opmerking: De formele bevoegdheid ligt bij de Directeur-Generaal van de Landbouw
Waardering: V 10 jaar
321
Handeling: Het bepalen van de wijze waarop Rijkskaasmerken door de vereniging ‘het
Kaasmerk’ te Leiden vervaardigd en afgeleverd worden
Periode: 1962–1982
Grondslag: Rijkskaasmerkenbeschikking 1962 art. 6.a–b; Rijkskaasmerkenbeschikking
1970 art. 5.b
Product: Beschikkingen
Waardering: V 10 jaar
322
Handeling: Het beslissen welke Rijkskaasmerken op kaas moeten worden aangebracht waarvoor
bij de bereiding een vrijstelling is verleend, alsmede het vaststellen van de wijze
waarop het vetgehalte wordt aangeduid
Periode: 1962–1970
Grondslag: Rijkskaasmerkenbeschikking 1962 artt. 3.g ,21.3 en 49.4
Product: Beschikkingen
Opmerking: De formele bevoegdheid ligt bij de Directeur-Generaal van de Landbouw
Waardering: V 10 jaar
323
Handelingen: Het aanwijzen van adviserende bestuursleden voor de Stichting ‘Het Kaasmerk’
Periode: 1962–1998
Grondslag: Rijkskaasmerkenbeschikking 1952; Rijkskaasmerkenbeschikking 1962 art. 6.e;
Rijkskaasmerkenbeschikking 1970 art. 5.e; Landbouwkwaliteitsregeling kaasproducten
art. 13.2d
Product: Beschikkingen
Waardering: V 2 jaar na wijziging
324
Handeling: Het vaststellen van letter- en cijfertekens in Rijkskaasmerken
Periode: 1962–1970
Grondslag: Rijkskaasmerkenbeschikking 1952; Rijkskaasmerkenbeschikking 1962 art. 4.1
Product: Beschikkingen
Opmerking: De formele bevoegdheid ligt bij de Directeur-Generaal van de Landbouw
Waardering: V 10 jaar
326
Handeling: Het benoemen van de leden van de Rijksbotermerkencommissie
Periode: 1967–1982
Grondslag: Rijksbotermerkenbeschikking 1967 art. 26.1; Wijziging Rijksbotermerkenbeschikking
1967 art.29 (Stcrt. 1972, 98)
Product: Beschikkingen
Opmerking: 1967–1972 was dit artikel 31.1
Waardering: V 2 jaar na ontslag uit commissie
327
Handeling: Het treffen van maatregelen die nodig zijn voor de aanduidingen van onbewerkt
hout bij indeling en verhandeling zoals dat bij of krachtens de EEG richtlijn indeling
van onbewerkt hout bepaald is
Periode: 1968–
Grondslag: EEG richtlijn indeling onbewerkt hout art. 3
Waardering: B, 1
328
Handeling: Het vaststellen van de wijze van aanduiding van toevoegingen van kruiderijen
aan kaassoorten
Periode: 1970–1982
Grondslag: Kaascontrolebeschikking 1970 art. 17.5
Product: Beschikkingen
Opmerking: Het gaat om kaassoorten waarvoor dit bij deze beschikking niet is voorgeschreven.
De formele bevoegdheid ligt bij de Directeur-Generaal van de Landbouw
Waardering: V 10 jaar
329
Handeling: Het aanwijzen van bloembollen die voorzien kunnen worden van een merk
Periode: 1980–
Grondslag: Landbouwkwaliteitsbesluit bloembollen art. 5.1
Product: Beschikkingen
Waardering: V 10 jaar
330
Handeling: Het intrekken van de bevoegdheid van de Stichting ‘Het Kaasmerk’ tot het
vervaardigen van Rijkskaasmerken
Periode: 1982–1998
Grondslag: Landbouwkwaliteitsregeling kaasproducten art. 13.3
Product: Beschikkingen
Waardering: B, 4
331
Handeling: Het opstellen van eisen waar de Stichting ‘Het Kaasmerk’ aan moet voldoen
Periode: 1982–1998
Grondslag: Landbouwkwaliteitsregeling kaasproducten art. 13.2a
Product: Beschikkingen
Waardering: B, 4
333
Handeling: Het stellen van regels met betrekking tot het verplicht stellen van bepaalde
vermeldingen op de verpakking van zuigelingenvoeding
Periode: 1984–
Grondslag: Landbouwkwaliteitsbesluit zuigelingenvoeding art.6.3
Product: Landbouwkwaliteitsregeling zuigelingenvoeding (Stcrt.1984, 197); Landbouwkwaliteitsregeling
Zuigelingenvoeding 1994 (Stcrt.1994, 116)
Opmerking: Indien deze regels betrekking hebben op een bepaling die de gezondheid
raakt verleent de Minister van Landbouw deze alleen in overeenstemming met de Minister
van Volksgezondheid.
Waardering: B, 5
334
Handeling: Het stellen van nadere regels ten aanzien van het aanmerken van productiemethoden
als biologisch en het verdere gebruik van de term ‘biologisch’
Periode: 1993–
Grondslag: Landbouwkwaliteitsbesluit biologische productiemethode art.2
Product: Landbouwkwaliteitsregeling biologische productiemethode (Stb. 1992, 661)
Waardering: B, 5
336
Handeling: Het stellen van nadere regels omtrent productspecificaties voor rundvlees
Periode: 1997–
Grondslag: Landbouwkwaliteitsbesluit etikettering rundvlees art. 3.1a en 3.2
Product: Beschikkingen
Waardering: B, 5
338
Handeling: Het onder voorwaarden uitreiken en intrekken van merkenstempels aan controle-instellingen
Periode: 1930–1978
Grondslag: Landbouwuitvoerbesluit bacon artt. 22, 23, 24
Product: Beschikkingen
Waardering: V 2 jaar na intrekking
340
Handeling: Het vaststellen of goedkeuren van stempels voor boteretiketten
Periode: 1951–1967
Grondslag: Rijksbotermerkenbeschikking 1951 art. 7.2
Product: Beschikkingen
Opmerking: De formele bevoegdheid ligt bij de Directeur-Generaal van de Landbouw
Waardering: V 10 jaar
343
Handeling: Het goedkeuren van de prijs waartegen Rijkskaasmerken worden afgeleverd
door de vereniging ‘het Kaasmerk’ te Leiden
Periode: 1962–1982
Grondslag: Rijkskaasmerkenbeschikking 1962, art. 6.c; Rijkskaasmerkenbeschikking 1970
art. 5.c
Product: Beschikkingen
Waardering: V 2 jaar na wijziging
346
Handeling: Het verlenen van goedkeuring aan de vereniging ‘het Kaasmerk’ te Leiden
tot het vervaardigen en afleveren van andere merken dan Rijkskaasmerken
Periode: 1962–1982
Grondslag: Rijkskaasmerkenbeschikking 1952; Rijkskaasmerkenbeschikking 1962 art. 6.d;
Rijkskaasmerkenbeschikking 1970 art. 5.d
Product: Beschikkingen
Waardering: V 5 jaar
352
Handeling: Het bevoegd verklaren van drukkers tot het bedrukken van etiketten en wikkelpapieren
met het Rijksbotermerk en bijbehorende letters en nummers
Periode: 1967–1982
Grondslag: Rijksbotermerkenbeschikking 1967 art. 22.1-2; Rijksbotermerkenbeschikking
1967 zoals gewijzigd (Stcrt. 1972, 98) art 29
Product: Beschikkingen
Opmerking: Aan deze bevoegdverklaring kunnen voorwaarden worden verbonden die bij
niet nakomen ervan, kan worden ingetrokken.
De formele bevoegdheid ligt bij de Directeur-Generaal van de Landbouw
Waardering: V 10 jaar
362
Handeling: Het verlenen van toestemming voor het bedrukken van verpakkingsmateriaal
met rijksbotermerken en rijksmelkpoedermerken
Periode: 1982–1998
Grondslag: Landbouwkwaliteitsregeling boterproducten art. 16; Landbouwkwaliteitsregeling
poedervormige melkproducten artt. 14-15
Product: Beschikkingen
Opmerking: De formele bevoegdheid ligt bij de directeur van de Directie Landbouw.
Deze verstrekt hiervoor herkenningsnummers. Aan zodanige toestemming kunnen voorschriften
worden verbonden.
Waardering: V 10 of 12 jaar na intrekking
367
Handeling: Het intrekken van merken van botercontrolestations
Periode: 1912–1976
Grondslag: Botermerkenbesluit 1912 artt. 7, 22
Product: Beschikkingen
Opmerking: Indien de stations niet of niet behoorlijk de hun bij dit besluit opgelegde
verplichtingen nakomen.
De formele bevoegdheid ligt bij de Directeur-Generaal van de Landbouw
Waardering: B,5
368
Handeling: Het intrekken van merkenstempels van aangeslotenen
Periode: 1930–1978
Grondslag: Landbouwuitvoerbesluit bacon art. 27
Product: Beschikkingen:
Opmerking: Intrekking gebeurt in het geval van misbruik. De Minister licht hier meteen
de controle-instelling over in
Waardering: V 10 jaar
369
Handeling: Het stellen van regels voor het toezicht van Rijkswege op de gebruikmaking
van merken, tekenen en bewijsstukken voor landbouwproducten
Periode: 1938–1972
Grondslag: Landbouwuitvoerwet 1938 art. 11; Landbouwkwaliteitswet art.7.2; Landbouwkwaliteitsbesluit
bacon art. 6.3; Landbouwkwaliteitsbesluit biologische productiemethoden art. 5.2;
Landbouwkwaliteitsbesluit consumptie-aardappelen art.7.2-3; Landbouwkwaliteitsbesluit
bloembollen art 8.2-3; Landbouwkwaliteitsbesluit boterproducten art. 8.3; Landbouwkwaliteitsbesluit
groenten en fruit art. 8.2-3; Landbouwkwaliteitsbesluit kaasproducten 8.3; Landbouwkwaliteitsbesluit
poedervormige melkproducten art. 8.3; Landbouwkwaliteitsbesluit scharreleieren art.
4.3-4; Landbouwkwaliteitsbesluit vis en visproducten art 6.3; Landbouwkwaliteitsbesluit
vleeswaren art. 6.2; Landbouwkwaliteitsbesluit zuigelingenvoeding art. 8.3; Landbouwkwaliteitsbesluit
zuivelproducten art. 6
Product: Uitvoercontrolebeschikking 1955 aardappelen (Stcrt. 155, 246); Uitvoercontrolebeschikking
1952 boter (Stcrt. 1952, 63); Uitvoercontrolebeschikking 1968 boter (Stcrt. 1968,
101); Uitvoercontrolebeschikking melkpoeder (Stcrt. 1948, 157); Uitvoercontrolebeschikking
1960 melk en melkproducten (Stcrt. 1961, 13); Landbouwkwaliteitsregeling baconkeuring
en -merken (Stcrt. 1978, 63); Landbouwkwaliteitsregeling keuring bloembollen (Stcrt.
1986, 97); Landbouwkwaliteitsregeling vaststelling bewijsstukken (Stcrt. 1986, 97);
Landbouwkwaliteitsregeling boterproducten artt. 8 en 9 (Stcrt.1982, 145); Landbouwkwaliteitsbeschikking
keuring groenten en fruit (Stcrt. 1977, 182); Landbouwkwaliteitsregeling controle
groenten en fruit 1993 (Stcrt. 1993. 60); Landbouwkwaliteitsregeling kaasproducten
artt. 11-17 (Stcrt. 1981, 251); Landbouwkwaliteitsbeschikking poedervormige melkproducten
art. 8-9 (Stcrt.1983, 200); Landbouwkwaliteitsbeschikking keuring en tekenen scharreleieren
(Stcrt. 1979, 120); Landbouwkwaliteitsregeling vleeswarenkeuring en -merken art 3-4
(Stcrt. 1981, 204)
Waardering: B+V
B, 1 voor beschikkingen en regelingen en eindrapportages
V 10 jaar voor overige neerslag
370
Handeling: Het houden van toezicht op het uitreiken en het gebruik van uitvoercertificaten
door het ZKB, CVM en CZL
Periode: 1948–1982
Grondslag: Uitvoercontrolebeschikking 1958 kaas art. 23.2; Uitvoercontrolebeschikking
1960 melk en melkproducten artt. 11.2; Wijziging Uitvoercontrolebeschikking 1958 kaas
art. 3; Wijziging Uitvoercontrolebeschikking 1958 kaas art. 1.b; Uitvoercontrolebeschikking
1948 melkpoeder art. 6; Wijziging Uitvoercontrolebeschikking 1948 melkpoeder art.
1; Wijziging Uitvoercontrolebeschikking 1948 melkpoeder art. 3.2d; Wijziging Uitvoercontrolebeschikking
1948 melkpoeder art. I.c; Uitvoercontrolebeschikking 1952 boter art.20.2
Product: Aanwijzing ambtenaren tot bijstand rijkszuivelinspecteur (Stcrt. 1955,79)
Opmerking: De formele bevoegdheid ligt bij de directeur van het veeteelt en zuivelwezen.
Deze wordt vanaf 1961 bijgestaan door daartoe aangewezen ambtenaren van de Algemene
inspectiedienst. Het COKZ voert dit in mandaat uit namens de Minister.
Waardering: B+V
B, 1 voor beschikkingen, regelingen en eindrapportages
V 10 jaar overige neerslag
372
Handeling: Het houden van toezicht op het uitreiken en het gebruik van uitvoercertificaten
door het UCB
Periode: 1964–1977
Grondslag: Uitvoeringsbeschikking uitvoercontrole tuinbouwproducten 1964 art.10
Opmerking: De formele bevoegdheid ligt bij de directeur Directie Tuinbouw. Deze wordt
bijgestaan door daartoe aangewezen ambtenaren van de Algemene inspectiedienst.
Waardering: B+V
B, 5 voor beschikkingen, regelingenn en eindrapportages
V 10 jaar voor overige neerslag
375
Handeling: Het goedkeuren dat de Stichting ‘Het Kaasmerk’ andere merken dan Rijkskaasmerken
vervaardigt en levert
Periode: 1982–1998
Grondslag: Landbouwkwaliteitsregeling kaasproducten art. 13.2c
Product: Beschikkingen
Waardering: V 10 jaar
376
Handeling: Het goedkeuren van statuten en reglementen van de Stichting ‘Het Kaasmerk’,
alsmede wijzigingen of aanvullingen daarvan
Periode: 1982–1998
Grondslag: Landbouwkwaliteitsregeling kaasproducten art. 13.2d
Product: Beschikkingen
Opmerking: De Stichting het kaasmerk was tot 1985 de vereniging het kaasmerk
Waardering: B, 4
377
Handeling: Het goedkeuren van de verkoopprijs van Rijkskaasmerken
Periode: 1982–1998
Grondslag: Landbouwkwaliteitsregeling kaasproducten art. 13.2b
Product: Beschikkingen
Waardering: V 5 jaar
10.8.4. Tuchtrecht, Strafbepalingen, en beroep
378
Handeling: Het belasten van Rijkszuivelinspecteurs, adjunct-Rijkszuivelinspecteurs
en Rijkszuivelvisiteurs tot het opsporen van feiten die krachtens de Boterwet strafbaar
zijn gesteld
Periode: 1900–1973
Grondslag: Boterwet art. 6; Besluit ter bekendmaking van de tekst der Boterwet art.
13.1
Product: Beschikkingen
Waardering: V 10 jaar
379
Handeling: Het belasten van ambtenaren met de opsporing van de feiten die bij de Landbouwuitvoerwet
strafbaar zijn gesteld
Periode: 1938–1955
Grondslag: Landbouwuitvoerwet 1938 art. 19; Landbouwuitvoerwet zoals gewijzigd (Stb.
955, 213) art. 19 (economische delicten)
Product: Uitvoercontrolebeschikking 1952 boter Stcrt. 1952, 63; Uitvoercontrolebeschikking
1968 boter Stcrt. 1968, 101;
Uitvoercontrolebeschikking melkpoeder Stcrt. 1948, 157
Waardering: V 10 jaar
380
Handeling: Het voorbereiden tot het vaststellen van de wijze van beëdiging van de
ambtenaren die door de Minister van Landbouw zijn belast met de opsporing van de feiten
die bij de Landbouwuitvoerwet strafbaar zijn gesteld
Periode: 1938–1955
Grondslag: Landbouwuitvoerwet 1938 art. 20; Wijziging Wet van 20 mei 1955, houdende
wijziging van regelingen betreffende economische delicten, art. XIII C
Product: Beschikkingen
Waardering: V 5 jaar
381
Handeling: Het vaststellen van instructies voor opsporingsambtenaren op het gebied
van de Landbouwuitvoerwet
Periode: 1938–1955
Grondslag: Landbouwuitvoerwet 1938 art. 20; Wijziging Wet van 20 mei 1955, houdende
wijziging van regelingen betreffende economische delicten, art. XIII C
Product: Instructies
Waardering: B, 5
383
Handeling: Het, in overeenstemming met de Minister van Justitie, belasten van ambtenaren
van de Algemene Inspectiedienst van het Ministerie van Landbouw met de opsporing van
overtredingen van voorschriften gesteld bij of krachtens de Landbouwkwaliteitswet
Periode: 1974–
Product: Beschikkingen
Grondslag: Regeling aanwijzing ambtenaren Algemene Inspectiedienst als opsporingsambtenaren
(Landbouwkwaliteitswet) art. 1
Opmerking: Overeenstemming gebeurt met de Minister van Justitie
Waardering: B, 5
384
Handeling: Het, in overeenstemming met de Minister van Justitie en de staatssecretaris
van Economische Zaken, belasten van ambtenaren van de Keuringsdiensten van Waren met
de opsporing van overtredingen van voorschriften gesteld bij of krachtens de Landbouwkwaliteitswet,
voor zover deze overtredingen economische delicten zijn in de zin van artikel 1 van
de Wet op de economische delicten
Periode: 1979–
Grondslag: Regeling aanwijzing ambtenaren Keuringsdiensten van Waren (Landbouwkwaliteitswet)
art. 1
Product: Beschikkingen
Waardering: B, 5
385
Handeling: Het goedkeuren van reglementen voor de tuchtrechtspraak die opgesteld zijn
door de besturen
van de uitvoercontrole-organen
Periode: 1946–
Grondslag: Landbouwuitvoerbesluit 1946 Algemene voorwaarden art. 4.2; Tuchtrechtbesluit
Landbouwkwaliteitswet art.2
Product: Beschikkigen
Waardering: B,5
387
Handeling: Het voorbereiden van een algemene maatregel van bestuur inzake het tuchtrecht
op het gebied van de landbouwkwaliteit
Periode: 1973–
Grondslag: Landbouwkwaliteitswet art. 13.3
Product: KB van 12 juli 1979 (Stb. 1979, 455)
Waardering: B, 5
393
Handeling: Het goedkeuren van de benoeming van de voorzitter en de vice-voorzitters
van het tuchtgerecht en eventueel het centraal tuchtgerecht
Periode: 1979–
Grondslag: Tuchtrechtbesluit Landbouwkwaliteitswet art. 8.1
Product: Beschikkingen
Waardering: V 2 jaar na wijziging
394
Handeling: Het goedkeuren van het behouden van een functie in het tuchtgerecht ondanks
het zwagerschap
Periode: 1979–
Grondslag: Tuchtrechtbesluit Landbouwkwaliteitswet art. 8.4
Product: Beschikkingen
Waardering: V 10 jaar
407
Handeling: Het goedkeuren van de bijzondere bestemming die controle-instellingen op
het gebied van de landbouwkwaliteit geven aan opbrengsten van boeten
Periode: 1973–
Grondslag: Landbouwkwaliteitswet art. 13.2
Product: Beschikkingen
Waardering: V 3 jaar
408
Handeling: Het instellen van een Raad van Beroep en het regelen van al hetgeen dat
hierop betrekking heeft
Periode: 1930–1978
Grondslag: Landbouwuitvoerbesluit bacon artt. 28, 32
Product: Beschikkingen
Opmerking: Instelling geschiedt door de aanwijzing van drie leden en drie plaatsvervangende
leden. De uitspraak van de Raad van Beroep is bindend voor de besturen van de controle-instellingen
Waardering: B, 4
410
Handeling: Het beoordelen van uitspraken van de Raad van Beroep
Periode: 1930–1978
Grondslag: Landbouwuitvoerbesluit bacon art. 31
Product: Beooordelingsrapporten
Opmerking: In geval van niet-toelating of schrapping als aangeslotene kan de betrokkene
tegen de uitspraak van de raad van Beroep bij de Minister in beroep gaan. De uitspraak
van de Minister is bindend voor de besturen van de controle-instellingen.
Waardering: B, 3
411
Handeling: Het benoemen van leden en plaatsvervangers van de Raad van Beroep
Periode: 1946–1973
Grondslag: Landbouwuitvoerbesluit 1946 Algemene voorwaarden art. 5.1; Landbouwuitvoerbesluit
1963 Algemene voorwaarden art. 5.1
Product: Beschikkingen
Waardering: V 5/10 , Vernietigingstermijn 5 jaar na beëindiging of 10 jaar na overlijden
414
Handeling: Het voordragen voor benoeming van leden, plaatsvervangers, deskundige bijzitters
en secretarissen van de Raad van Beroep
Periode: 1963–1973
Grondslag: Landbouwuitvoerbesluit 1963 Algemene voorwaarden art. 5.3-5
Product: Beschikkingen
Waardering: V 10 jaar
415
Handeling: Het regelen van vergoedingen van de werkzaamheden voor de leden van de
Raad van Beroep
Periode: 1963–1973
Grondslag: Landbouwuitvoerbesluit 1963 Algemene voorwaarden art. 5.6
Product: Beschikkingen
Waardering: V 10 jaar
417
Handeling: Het goedkeuren van het reglement van de Raad van Beroep alsmede de aanvullingen
en wijzigingen hiervan
Periode: 1963–1973
Grondslag: Landbouwuitvoerbesluit 1963 Algemene voorwaarden art. 11
Product: Beschikkingen
Waardering: B, 5
419
Handeling: Het goedkeuren van benoemingen en aanwijzingen van leden en hun plaatsvervangers
van de Centrale Raad van Beroep voor de Kaascontrolestations
Periode: 1970–1982
Grondslag: Kaascontrolebeschikking 1970 art. 69.3
Product: Beschikkingen
Waardering: V 10 jaar
420
Handeling: Het goedkeuren van reglementen van de Centrale Raad van Beroep voor de
Kaascontrolestations alsmede de wijzigingen en aanvullingen hiervan
Periode: 1970–1982
Grondslag: Kaascontrolebeschikking 1970 art. 69.6
Product: Beschikkingen
Waardering: B, 5
421
Handeling: Het voorschieten van de kosten van een ingesteld beroep
Periode: 1963–1973
Grondslag: Landbouwuitvoerbesluit 1963 Algemene voorwaarden art. 8
Waardering: V 10 jaar
10.9. Gemedicineerde Voeders
426
Handeling: Het beslissen of een aanvraag tot de toelating van een diergeneesmiddel
verder in behandeling wordt genomen
Periode: 1978–1993
Grondslag: Landbouwkwaliteitsbeschikking toelatingsprocedure diergeneesmiddelen artt.
5, 6
Product: Beschikkingen
Opmerking: Indien de aanvrager zonder geldige reden in gebreke blijft met betrekking
tot: het overleggen van gegevens, het opsturen van de resultaten van onderzoeken,
het inzenden van monsters, het voldoen van in rekening gebrachte kosten. Van deze
beslissing wordt de aanvrager per aangetekende brief mededeling gedaan. De Minister
beslist over toelating binnen één maand na het uitbrengen van advies van de receptuurcommissie
Waardering: V 5 jaar
428
Handeling: Het al dan niet toelaten alsmede het intrekken van toelatingen van diergeneesmiddelen
die niet voldoen aan de eisen die gesteld zijn in de Landbouwkwaliteitsbeschikking
toelatingseisen diergeneesmiddelen
Periode: 1978–1981
Grondslag: Landbouwkwaliteitsbeschikking houdende overgangsregeling toelating diergeneesmiddelen
1979-I art. 4
Product: Beschikkingen
Opmerking: Het gaat hierbij om het toetsen of diergeneesmiddelen gedurende een overgangsfase
aan de gestelde toelatingseisen voldoen.
Waardering: B, 5
429
Handeling: Het vaststellen van een lijst van gemedicineerde voeders
Periode: 1978–1993
Grondslag: Landbouwkwaliteitsbesluit gemedicineerd voeder art. 10.1 en 10.3
Product: Landbouwkwaliteitsbeschikking standaardisering gemedicineerde voeders (Stcrt.
1978, 82)
Opmerking: In deze lijst worden aard en samenstelling van de gemedicineerde voeders
omschreven. Hier wordt met name vermeld: De in de diervoeders door toevoeging van
diergeneesmiddelen te verwerken werkzame stoffen, aangeduid met generieke benamingen
of chemische formules,
De in de diervoeders te verwerken hoeveelheid aan werkzame stoffen.
Waardering: B, 5
430
Handeling: Het benoemen van de leden van de receptuurcommissie
Periode: 1978–1993
Grondslag: Landbouwkwaliteitsbesluit gemedicineerd voeder art.11.2
Product: Benoemingen
Waardering: V 2 jaar na ontslag uit commissie
431
Handeling: Het stellen van regels ten aanzien van de toelatingseisen van geneesmiddelen
op de lijst van gemedicineerde voeders
Periode: 1978–1993
Grondslag: Landbouwkwaliteitsbesluit gemedicineerd voeder art. 12.1 en 12.3
Product: Landbouwkwaliteitsbeschikking toelatingseisen diergeneesmiddelen (Stcrt.1987,
82); Landbouwkwaliteitsbeschikking houdende overgangsregeling toelating diergeneesmiddelen
1979-I (Stcrt. 1979,9)
Opmerking: De toelatingsregels hebben betrekking op de hoedanigheid en verpakkingen
van de geneesmiddelen alsmede op de termijnen van toelating.
Waardering: B, 5
432
Handeling: Het beslissen of diergeneesmiddelen toegelaten worden tot de lijst van
gemedicineerde voeders
Periode: 1978–1993
Grondslag: Landbouwkwaliteitsbesluit gemedicineerd voeder artt. 13.1 en 15.1
Product: Landbouwkwaliteitsbeschikking houdende overgangsregeling toelating diergeneesmiddelen
1979-I (Stcrt. 1979,9)
Opmerking: Indien blijkt dat het geneesmiddel niet aan de gestelde kwaliteitseisen
voldoet wordt het bij een met redenen omklede beschikking ingetrokken
Waardering: B, 5
433
Handeling: Het stellen van regels ten aanzien van de toelatingsprocedure van diergeneesmiddelen
alsmede de kostenvergoeding voor onderzoek
Periode: 1978–1993
Grondslag: Landbouwkwaliteitsbesluit gemedicineerd voeder art. 13.3-4
Product: Landbouwkwaliteitsbeschikking toelatingsprocedure diergeneesmiddelen (Stcrt.1987,
82); Landbouwkwaliteitsbeschikking houdende overgangsregeling toelating diergeneesmiddelen
1979-I (Stcrt. 1979,9)
Opmerking: De regels hebben betrekking op het indienen van een aanvraag, de wijze
van behandeling daarvan, alsmede de termijn waarbinnen moet worden beslist de kosten
van onderzoek vloeien voort uit een aanvraag voor toelating van gemedicineerd voeder
tot de lijst van gemedicineerde voeders.
Waardering: B, 5
434
Handeling: Het bijhouden van het register van toegelaten diergeneesmiddelen
Periode: 1978–1993
Grondslag: Landbouwkwaliteitsbesluit gemedicineerd voeder art. 14.1
Product: Register
Opmerking: Geregistreerd wordt de naam waaronder het diergeneesmiddel in de handel
wordt gebracht, het toelatingsnummer, de werkzame stof of stoffen, de naam en het
adres van diegene die verantwoordelijk is voor het in de handel brengen en de naam
en het adres van de fabrikant.
Waardering: B, 5
10.10. Landbouwkwaliteitsbesluit geografische aanduidingen, oorsprongsbenamingen en
specifiteitscertificeringen
437
Handeling: Het nemen van maatregelen om rechtsbescherming te bieden tegen het onrechtmatig
of bedrieglijk gebruiken of nabootsen van geregistreerde en voorbehouden benamingen,
vermeldingen en van het communautaire symbool
Periode: 1993–
Grondslag: EG-Verordening (2082/92) inzake specificiteitscertificering van landbouwproducten
en levensmiddelen art. 17
Product: Lijst van door de EU erkende specificiteiten, uitsluitend producten uit andere
lidstaten, geen Nederlandse producten
Opmerking: De geregistreerde benamingen worden beschermd tegen elke praktijk die het
publiek kan misleiden, waaronder ook worden verstaan praktijken die de suggestie wekken
dat de betrokken landbouwproducten of levensmiddelen worden gedekt door een door de
Europese Gemeenschap verleende specificiteitscertificering. De Lidstaat stelt de Commissie
en de andere Lidstaten van de genomen maatregelen in kennis.
Waardering: B, 5
438
Handeling: Het nemen van maatregelen om ervoor te zorgen dat de op nationaal niveau
gebruikte handelsbenamingen geen aanleiding geven tot verwarring met geregistreerde
en voorbehouden benamingen van landbouwproducten
Periode: 1993–
Grondslag: EG-verordening (2082/92) inzake specificiteitscertificering van landbouwproducten
en levensmiddelen art. 18
Product: Lijst van door de EU erkende specificiteiten, uitsluitend producten uit andere
lidstaten, geen Nederlandse producten.
Waardering: B, 5
439
Handeling: Het aantekenen van bezwaar bij de Commissie van Europese Gemeenschappen
tegen registratie of wijzigen van productdossiers
Periode: 1993–
Grondslag: Landbouwkwaliteitsregeling geografische aanduidingen, oorsprongsbenamingen
en specificiteitscertificering art 4.2; EG-verordening (2081/92) inzake de bescherming
van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen
art.7.1
Product: Bezwaarschriften
Opmerking: Het gaat om bezwaarschriften van personen die kunnen aantonen een wettelijk
economisch belang te hebben bij het al dan niet in bescherming nemen van een productnaam.
De bezwaarschriften worden geformuleerd door het HPA. De taak van I&H is er voor zorg
te dragen dat alle betrokkenen kennis kunnen nemen van een aanvraag, ook van die uit
andere lidstaten. Daarnaast dienen bezwaarschriften door I&H in overweging genomen
te worden en door worden gezonden naar de Europese Commissie.
Waardering: B, 5
442
Handeling: Het besluiten of een aanvraag tot registratie van een product in een productdossier
gerechtvaardigd is
Periode: 1993–
Grondslag: EG-verordening (2081/92) inzake de bescherming van geografische aanduidingen
en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen art. 5.5
Product: Beschikkingen
Opmerking: De Minister zendt de aanvraag, het productiedossier en de andere documenten
waarop zijn besluit gebaseerd is naar de Commissie, indien hij van mening is dat aan
de eisen van de Verordening inzake de bescherming van geografische aanduidingen en
oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen is voldaan. Indien de
aanvraag betrekking heeft op een benaming die ook in een andere lidstaat gelegen gebied
aanduidt, wordt de betrokken lidstaat geraadpleegd alvorens er een besluit genomen
wordt.
Waardering: B, 5
443
Handeling: Het indienen van verzoeken bij de Commissie van Europese Gemeenschappen
om productdossiers te wijzigen
Periode: 1993–
Grondslag: EG-verordening (2081/92) inzake de bescherming van geografische aanduidingen
en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen art. 9
Product: Indieningsverzoeken
Opmerking: Het gaat in het bijzonder om rekening te houden met ontwikkelingen in de
wetenschappelijke en technische kennis of om het geografische gebied opnieuw af te
bakenen
Waardering: B, 5 hoort bij productdossier!
444
Handeling: Het informeren van de Europese Commissie over de aangewezen en erkende
instellingen die de taak hebben te waarborgen dat landbouwproducten en levensmiddelen
met een beschermde benaming aan de eisen van het productdossier beantwoorden
Periode: 1993–
Grondslag: EG-verordening (2081/92) inzake de bescherming van geografische aanduidingen
en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen art. 10.2 en 10.5
Waardering: B, 5 hoort bij productdossier!
446
Handeling: Het onderzoeken van klachten van andere lidstaten inzake het niet voldoen
aan voorwaarden vermeld in productdossiers van landbouwproducten of levensmiddelen
waarvoor beschermende benamingen gelden
Periode: 1993–
Grondslag: EG-verordening (2081/92) inzake de bescherming van geografische aanduidingen
en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen art. 11.2
Product: Onderzoeksrapporten
Opmerking: De andere Lidstaten worden op de hoogte gesteld van de bevindingen en genomen
maatregelen
Waardering: V 5 jaar na afhandeling klacht
447
Handeling: Het indienen van bezwaren bij de Europese Commissie tegen het door andere
EG-lidstaten niet voldoen aan voorwaarden voor landbouwproducten of levensmiddelen
met een beschermde naam
Periode: 1993–
Grondslag: EG-verordening(2081/92) inzake de bescherming van geografische aanduidingen
en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen art. 11.2-3
Producten: Bezwaarschriften
Opmerking: Eerst wordt bij de betrokken Lidstaat voorgelegd dat niet wordt voldaan
aan een voorwaarde vermeld in het productdossier van landbouwproducten of levensmiddelen
waarvoor een beschermende benaming geldt. Vervolgens wordt de klacht ingediend indien
zich herhaaldelijk onregelmatigheden voordoen en de betrokken Lidstaten niet tot overeenstemming
kunnen komen inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen
van landbouwproducten en levensmiddelen
Waardering: B, 5
448
Handeling: Het beslissen welke van de wettelijke beschermde benamingen van landbouwproducten
of levensmiddelen krachtens deze verordening geregistreerd kunnen worden
Periode: 1993–
Grondslag: EG-verordening (2081/92) inzake de bescherming van geografische aanduidingen
en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen art. 17.1
Product: Beschikkingen
Opmerking: Deze beslissing wordt meegedeeld aan de Commissie voor Europese Gemeenschappen
binnen drie maanden na de datum van inwerkingtreding van deze verordening
Waardering: B, 5
449
Handeling: Het bekend maken van relevante gegevens betreffende de door de Minister
aangewezen organisaties alsmede de Europese Commissie hierover in kennis stellen
Periode: 1993–
Grondslag: EG-verordening (2082/92) inzake specificiteitscertificering van landbouwproducten
en levensmiddelen art. 7.4
Opmerking: De erkende organisaties, waaronder productschappen en controle-instellingen,
kunnen beoordelen of producten in aanmerking komen voor registratie in een productdossier.
De Minister maakt bekend aan groeperingen die gerechtigd zijn tot aanvragen van registraties
bij welke organisaties zij dit kunnen doen. Dus welke organsaties daarvoor erkend
zijn.
Waardering: V 10 jaar
450
Handeling: Het beoordelen of registratieaanvragen voor specificering van landbouwproducten
of levensmiddelen gerechtigd zijn
Periode: 1993–
Grondslag: EG-verordening (2082/92) inzake specificiteitscertificering van landbouwproducten
en levensmiddelen art. 7.3
Product: Beoordelingsverslagen
Opmerking: Aanvragen die aan de eisen voldoen worden doorgezonden naar de Europese
Commissie
Waardering: V 5 jaar
451
Handeling: Het machtigen van personen en partijen om inzage te verkrijgen in de registratieaanvragen
inzake specificiteitscertificering van landbouwproducten en levensmiddelen
Periode: 1993–
Grondslag: EG-verordening (2082/92) inzake specificiteitscertificering van landbouwproducten
en levensmiddelen artt. 8.2
Product: Beschikkingen
Opmerking: Het gaat om personen en partijen die kunnen aantonen dat ze een wettig
economisch belang hebben bij de registratie van specificiteitscertificering van landbouwproducten
en levensmiddelen
Waardering: V 10 jaar
452
Handeling: Het treffen van maatregelen om ingediende bezwaarschriften, binnen de vereiste
termen in overweging te nemen
Periode: 1993–
Grondslag: EG-verordening (2082/92) inzake specificiteitscertificering van landbouwproducten
en levensmiddelen artt. 8.4
Opmerking: Het gaat om bezwaarschriften van personen die kunnen aantonen een wettelijk
economisch belang te hebben bij het al dan niet in bescherming nemen van een productnaam
Waardering: V 10 jaar
453
Handeling: Het aantekenen van bezwaar bij de Commissie van Europese Gemeenschappen
tegen specificiteitscertificering van producten en levensmiddelen
Periode: 1993–
Grondslag: EG-verordening (2082/92) inzake specificiteitscertificering van landbouwproducten
en levensmiddelen artt. 8.4
Opmerking: Bezwaar kan aangetekend worden binnen vijf maanden na bekendmaking in het
Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen
Waardering: B, 5
454
Handeling: Het tot overeenstemming komen met betrokken Lidstaten inzake registratieaanvragen
specificiteitscertificering van landbouwproducten en levensmiddelen
Periode: 1993–
Grondslag: EG-verordening (2082/92) inzake specificiteitscertificering van landbouwproducten
en levensmiddelen art. 9.2
Opmerking: De Commissie van Europese Gemeenschappen wordt in kennis gesteld van alle
gegevens die deze overeenstemming mogelijk hebben gemaakt alsmede het standpunt van
de aanvrager en dat van de bezwaarde. Dit gaat rechtstreeks tussen de lidstaten
Waardering: B, 5
455
Handeling: Het voorleggen van twijfels aan andere betrokken Lidstaten dat niet wordt
voldaan aan voorwaarden vermeld in de productdossiers van landbouwproducten of levensmiddelen
waarvoor communautaire specificiteitscerificeringen gelden.
Periode: 1993–
Grondslag: EG-verordening (2082/92) specificiteitscertificering van landbouwproducten
en levensmiddelen art. 10.1-2
Waardering: B, 5
456
Handeling: Het onderzoeken van klachten van andere Lidstaten inzake het niet voldoen
aan voorwaarden vermeld in de productdossiers van landbouwproducten of levensmiddelen
waarvoor communautaire specificiteitscerificering gelden
Periode: 1993–
Grondslag: EG-verordening (2082/92) inzake specificiteitscertificering van landbouwproducten
en levensmiddelen art. 10.2
Opmerking: De andere Lidstaten worden op de hoogte gesteld van de bevindingen en genomen
maatregelen
Waardering: V 5 jaar na afhandeling klacht
457
Handeling: Het indienen van een klacht bij de Commissie van Europese Gemeenschappen
Periode: 1993–
Grondslag: EG-verordening (2082/92) inzake specificiteitscertificering van landbouwproducten
en levensmiddelen art. 10.3
Opmerking: De klacht wordt ingediend indien zich herhaaldelijk onregelmatigheden voordoen
en de betrokken Lidstaten niet tot overeenstemming kunnen komen inzake de bescherming
van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen
Waardering: B, 5
459
Handelingen: Het bij de Europese Commissie verzoeken om, alsmede het bezwaar aantekenen
tegen, het wijzigen van productdossiers
Periode: 1993–
Grondslag: Verordening inzake specificiteitscertificering van landbouwproducten en
levensmiddelen art. 11.1, 11.3 en 11.5
Opmerking: Op verzoek van in Nederland gevestigde groeperingen van producenten
Bezwaar kan aangetekend worden binnen drie maanden na de datum van de bekendmaking
in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Waardering: B, 5
463
Handeling: Het aanwijzen van ambtenaren die vergaderingen van de adviescommissie bij
kunnen wonen
Periode: 1994–
Grondslag: Besluit Akk adviescommissie geografische aanduidingen, oorsprongsbenamingen
en specificiteitscertificering art. 4
Product: Beschikkingen
Opmerking: Deze ambtenaren hebben een raadgevende stem in de adviescommissie
Waardering: V 10 jaar
471
Handeling: Het stellen van nadere regels ten aanzien van de procedure omtrent productdossiers
Periode: 1994–
Grondslag: Landbouwkwaliteitsbesluit geografische aanduiding art. 4.1-2
Product: Landbouwkwaliteitsregeling geografische aanduidingen, oorsprongsbenamingen
en specificiteitscertificering (Stcrt. 1994, 7)
Waardering: B, 5
10.11. Voedselveiligheid
10.11.1. Afstemming met andere departementen
473
Handeling: Het vastleggen van afspraken inzake de toepassing en interpretaties van
regelgeving gebaseerd op de Warenwet
Periode: 1945–
Product: Overeenkomst
Bron: Interview
Opmerking: De Minister van Volksgezondheid heeft het laatste woord indien het gaat
om voorschriften uit de Warenwet (interpretatiezaken) en de Minister van Landbouw
indien het gaat om voorschriften uit de Landbouwkwaliteitswet.
Waardering: B, 5
474
Handeling: Het deelnemen aan het Regulier Overleg Warenwet (ROW) alsmede het evalueren
van de gang van zaken van het overleg
Periode: 1997–
Grondslag: Protocol van het Regulier Overleg Warenwet artt. 3.1c, 10
Product: Evaluatierapporten
Opmerking: Er zijn 2 vormen van overleg; een algemeen overleg over de hoofdlijnen
van het beleid en de voorgenomen regelgeving; deskundigenoverleg over specifieke of
meer technische regelgeving en beleidsvragen.
Waardering: B, 5
10.11.2. Nitraat
475
Handeling: Het in onderling overleg opstellen en vastleggen van normen over het nitraatgehalte
in bladgroente
Periode: 1982–
Product: Beschikkingen
Bron: Beleidsinformatie, 1992 jaargang 4 nummer 11 p. 5
De formele bevoegdheid ligt bij de Staatssecretaris van Landbouw, Natuurbeheer en
Visserij
Waardering: B, 5
476
Handeling: Het vastleggen van afspraken inzake de afstemming van taken tussen de RVV
en de IGB (voorheen KvW)
Periode: 1983–
Product: Overeenkomst
Bron: Interview
Opmerking: IGB: Inspectie Gezondheidsbescherming van het Staatstoezicht op de Volksgezondheid.
RVV Rijksdienst voor de keuring van Vee en Vlees. De Minister van Volksgezondheid
heeft het laatste woord indien het gaat om voorschriften uit de Warenwet (interpretatiezaken)
en is in staat om de RVV in deze te instrueren.
Waardering: B, 5
10.11.3. Residuen, contaminatie en additieven
477
Handeling: Het voorbereiden, medevaststellen en evalueren van het beleid inzake de
gevolgen van residuen, contaminatie en additieven in voeding
Periode: 1945–
Product: Beleidsstukken
Waardering: B, 1/2
10.11.4. Codex Alimentarius
479
Handeling: Het zorgdragen voor het Codex Contact Point
Periode: 1961–
Opmerking: Alle informatie van de dertig comités van de Codex Alimentarius komt hier
binnen.
Waardfering: B, 5 voor eindrapportages
V 10 jaar voor overige neerslag
480
Handeling: Het voorbereiden van en deelnemen aan Codex comités
Periode: 1961–
Opmerking: Standpuntvoorbereiding, interdepartementale afstemming, overleg met maatschappelijke
groeperingen, beleidsuitvoering, opstellen Codex, het leveren van de voorzitter voor
de CCFAC etc.
Waardering: B+V
B, 4 voor eindrapportages
V 5 jaar voor overige neerslag
481
Handeling: Het voorbereiden van en deelnemen aan de Codex Alimentarius Commission
(CAC)
Periode: 1961–
Bron: Interview
Opmerking: De CAC is de hoogste besluitvormende organisatie binnen de Codex.
Waardering: B+V
B, 4 voor eindrapportages
V 5 jaar voor overige neerslag
482
Handeling: Het opstellen van documenten voor de relevante Codex Commissies
Periode: 1961–1961
Bron: Interview
Opmerking: Codex Committee on Fish and Fishery Products
Waardering: B,5
10.11.5. Kwaliteitsprogramma Agrarische Producten
483
Handeling: Het samen met het bedrijfsleven opzetten en uitvoeren van het kwaliteitsprogramma
agrarische producten
Periode: 1989–
Product: Convenant
Bron: KAP Jaarverslag 1993, 1997
Waardering: B+V
B, 5 voor programma’s en eindrapportages
V 10 jaar uitvoering en overige neerslag
484
Handeling: Het maken van afspraken met betrekking tot het verzamelen, beheren en interpreteren
van de resultaten van de Nederlandse residubewaking
Periode: 1993–
Product: Convenant
Bron: KAP Jaarverslag 1993, 1997
Opmerking: De activiteiten worden uitgevoerd door het RIKILT. Het bedrijfsleven en
de overheid hebben afspraken gemaakt met betrekking op de aanlevering van meetresultaten
uit monitorprogramma’s, de centrale verwerking van deze overzichten, de wijze waarop
deze gegevens gepubliceerd worden en de participatie van het agrarisch bedrijfsleven
in overlegorganen die beleidsbepalend zijn ten aanzien van de veiligheid van het agrarisch
product.
Waardering: B, 5
486
Handeling: Het door middel van onderling overleg beleidsmatig aansturen van de organisatie
van de KAP-database
Periode: 1993–
Bron: Interview
Opmerking: Het RIKILT beheert de database. Andere partijen (inclusief de industrie)
leveren de data.
Waardering: B, 5
10.11.6. Verbetering kwaliteitszorg levensmiddelen
487
Handeling: Het samen met het bedrijfsleven invoeren van integrale kwaliteitszorgsystemen
voor agrarische producten
Periode: 1989–
Bron: Feiten en cijfers 1989 deel 24, nr. 4
Opmerking: Een integraal kwaliteitszorgsysteem betekent, dat het project betrekking
heeft op de hele productieketen, van agrarische ondernemer tot detaillist
Waardering: B+V
B, 5 voor eindrapportages en eindproducten
V 2 jaar voor overige neerslag
488
Handeling: Het in samenwerking met het bedrijfsleven opzetten van projecten om (microbiële)
kwaliteit van levensmiddelen te verbeteren
Periode: 1989–
Bron: Feiten en cijfers 1989 deel 24, nr. 4
Waardering: B+V
B, 5 voor eindrapportages, eindproducten
V 2 jaar voor overige neerslag
489
Handeling: Het instellen van de Wetenschappelijke Commissie Productveiligheid van
Voedingsmiddelen
Periode: 1990–
Product: Instellingsbesluit
Bron: Beleidsinformatie 1990, nummer 19, p. 5
Opmerking: Aanleiding was de behoefte aan een wetenschappelijke standpuntbepaling
bij de aanpak van vraagstukken op het gebied van de voedingsveiligheid. De deelnemende
instanties waren: Landbouwuniversiteit Wageningen, de Vrije Universiteit Amsterdam,
de Technische Universiteit Eindhoven, de directie VKA en het RIKILT.
Waardering: B, 4
10.11.7. Milieukritische stoffen
491
Handeling: Het instellen en opheffen van commissies met betrekking tot milieukritische
stoffen
Periode: 1960–
Grondslag: Beschikking van de Minister van Landbouw en Visserij 8 januari 1960, nr.
K 16 Kabinet; Opgeheven bij Beschikking Landbouwadviescommissie milieukritische stoffen
art. 4; Beschikking Landbouwadviescommissie milieukritische stoffen art. 1; Instellingsbesluit
Commissie Landelijke Platform Kritische Stoffen, Besluit (nr. J94696) van 16 januari
1994 van de Minister van LNV
Product: Instellingsbesluit; beschikkingen
Opmerking: Bedoeld worden hier de Landbouwadviescommissie radioactieve stoffen 1960–1973;
de Landbouwadviescommissie milieukritische stoffen (LAC) 1973–1994 en het Landelijke
Platform Commissie Kritische Stoffen 1994–.
Waardering: B, 4
497
Handeling: Het benoemen van de leden en plaatsvervangende leden van de Landbouwadviescommissie
milieukritische stoffen (LAC)
Periode: 1973–1994
Grondslag: Beschikking Landbouwadviescommissie milieukritische stoffen art. 3.1
Product: Beschikkingen
Waardering: V 10 jaar
499
Handeling: Het coördineren van de samenwerking tussen VROM, V&W en LNV inzake residuen
in vis en waters waarin vis groeit
Periode: 1945–
Bron: Interview directie Visserij
Waardering: B+V
B, 5 voor voorstellen, nota’s en rapporten
V 5 jaar voor overige neerslag
10.11.8. Crisisbeheersing
501
Handeling: Het treffen van maatregelen indien naar het oordeel van de Minister bodem,
water of lucht zodanig met radioactieve stoffen is, of dreigt te worden besmet dat
aanmerkelijk gevaar is te duchten voor de gezondheid van dieren of planten, dan wel
voor de deugdelijkheid van voortbrengselen van de landbouw
Periode: 1945–
Grondslag: Kernenergiewet art. 40
Product: Noodmaatregelen in verband met radioactiviteit (schildklieren, spinazie en
schapenmelk) Stcrt. 1986, 86
Noodmaatregelingen in verband met de radioactiviteit (melkwinning)
Melksanctiebesluit (Stcrt. 1986, 85, ingetrokken Stct. 1986, 101)
Opmerking: De Minister treft deze maatregelen met inachtneming van de dienaangaande
bij AMvB gestelde regelen.
tot deze maatregelen kunnen behoren;
a. het beletten dat dieren, planten of voortbrengselen van de landbouw zonder toestemming
van Onze genoemde Minister buiten of binnen daarbij ingestelde gevarenzones worden
gebracht
b. het onderwerpen van dieren aan veeartsenijkundig onderzoek, DNA wel van dieren,
planten of voortbrengselen van de landbouw aan reiniging, ontsmetting, afzondering
of overbrenging naar elders;
c. het in beslag nemen en vernietigen van dieren, planten of voortbrengselen van de
landbouw. De Minister geeft van de maatregelen onverwijld kennis aan de burgermeester
van de betrokken gemeente.
Waardering: B, 5
502
Handeling: Het voeren van interdepartementaal overleg over mogelijke consequenties
voor de voedselveiligheid als gevolg van calamiteiten en crises waarbij de voedselveiligheid
in het geding is
Periode: 1945–
Product: Agenda’s; notulen etc.
Bron: Berenschot p. 1 bijlage Evaluatierapport ‘Tsjernobyl’
Opmerking: Voorbeelden van calamiteiten zijn; dioxineverontreiniging in zuivelproducten
en loodvergiftiging bij koeien. Voorbeelden van crises zijn; kernongeval Tsjernobyl.
Voorbeeld van zo’n overleg is de Bestuurlijke Coördinatiegroep BCG (coördinatie door
VROM).
Waardering: B, 6
Handeling aangepast
503
Handeling: Het in onderling overleg opstellen en uitvoeren van een (gecoördineerd)
onderzoek naar de lange termijn effecten van straling op mens en milieu
Periode: 1945–
Product: Onderzoeksopdrachten, Onderzoeksresultaten etc.
Bron: Evaluatieonderzoek ‘Tsjernobyl’: rapport inzake het optreden van de rijksoverheid
naar aanleiding van het ongeval in de kerncentrale van Tsjernobyl, p. 14.
Opmerking: Onderling overleg vindt plaats met de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke
Ordening en Milieu (VROM) en de Minister van Verkeer en Waterstaat
Waardering: B, 6
Handeling is aangepast
504
Handeling: Het instellen van informatiecentra naar aanleiding van crises en calamiteiten
waarbij de voedselveiligheid in het geding is
Periode: 1945–
Product: Instellingsbesluiten
Bron: Evaluatierapport ‘Tsjernobyl’: rapport inzake het optreden van de rijksoverheid
naar aanleiding van het ongeval in de kerncentrale van Tsjernobyl p. 39
Opmerking: Bijvoorbeeld n.a.v. kernongeval in Tsjernobyl.
Waardering: B, 6
505
Handeling: Het geven van voorlichting naar aanleiding van crises en calamiteiten waarbij
de voedselveiligheid in het geding is
Periode: 1945–
Product: Voorlichtingsmateriaal
Bron: Evaluatierapport ‘Tsjernobyl’: rapport inzake het optreden van de rijksoverheid
naar aanleiding van het ongeval in de kerncentrale van Tsjernobyl p. 41
Opmerking: Bijvoorbeeld n.a.v. het kernongeval in Tsjernobyl of calamiteiten zoals
dioxineverontreiniging in zuivelproducten.
Waardering: B, 6
508
Handeling: Het stellen van regels inzake tegemoetkomingen en schadevergoedingen aan
boeren als gevolg van maatregelen die genomen zijn naar aanleiding van crises en calamiteiten
waarbij de voedselveiligheid in het geding is
Periode: 1945–
Grondslag: Tijdelijke regeling tegemoetkoming dioxine artt. 3.5 en 6.2
Product: Beschikking nr. J 4060 van de Minister van LNV, inzake het toekennen van
een financiële tegemoetkoming aan houders van melkschapen ter zake van door hen ten
gevolge van het ‘schapenmelkverbod’ geleden schade
Bron: Beleidsinformatie 1986 p.51
Opmerking: Schadevergoedingen werden uitgekeerd aan bijvoorbeeld melkveehouders en
groentetelers als gevolg van het graasverbod en de omzetdaling in bladgroenten naar
aanleiding van het kernongeval in Tsjernobyl.
Een ander voorbeeld is de schade die geleden wordt door melkveehouders en houders
van schapen en geiten naar aanleiding van de verhoogde concentraties van dioxine die
zijn geconstateerd in melk.
Waardering: B, 6
509
Handeling: Het aanwijzen van instellingen voor het laten uitbetalen van schadevergoedingen
aan gedupeerde boeren als gevolg van maatregelen die genomen zijn naar aanleiding
van crises en calamiteiten waarbij de voedselveiligheid in het geding is
Periode: 1989–
Grondslag: Tijdelijke regeling tegemoetkoming dioxine art. 6.1
Product: Beschikkingen
Opmerking: Bijvoorbeeld naar aanleiding van de verhoogde concentraties van dioxine
die in melk waren geconstateerd.
Waardering: B, 5
510
Handeling: Het stellen van regels inzake het door aangewezen instellingen zorgdragen
voor het uitbetalen van schadevergoedingen aan gedupeerde boeren als gevolg van maatregelen
die genomen zijn naar aanleiding van crises en calamiteiten waarbij de voedselveiligheid
in het geding was
Periode: 1989–
Grondslag: Tijdelijke regeling tegemoetkoming dioxine art. 6.1
Product: Beschikkingen
Opmerking: Bijvoorbeeld naar aanleiding van de verhoogde concentraties van dioxine
die waren geconstateerd in melk. Voor zuivel, vee en vlees werd voor wat de betaling
betreft gekozen voor een systeem waarbij een aangewezen instelling zich namens de
Minister met de uitbetaling belastte, waarna een en ander met de Minister werd verrekend.
Voor wat zuivel betreft was deze instelling ingevolge de warenwetregeling Dioxine
in melk de Melkunie. Voor wat het vee en vlees betreft was tot 15 september 1989 het
Voedselvoorzieningen -en verkoopbureau aangewezen.
Waardering: B, 5
511
Handeling: Het verrekenen van tegemoetkomingen die door de uitbetalende instellingen
zijn gedaan naar aanleiding van crises en calamiteiten waarbij de voedselveiligheid
in het geding was
Periode: 1989–1994
Grondslag: Tijdelijke regeling tegemoetkoming dioxine art. 6.2
Waardering: B+V
B, 6 voor eindrapportages
V 10 jaar voor overige neerslag
512
Handeling: Het beoordelen of een dier uit bedrijfstechnische noodzaak moet worden
afgestoten en geslacht naar aanleiding van de verhoogde concentraties van dioxine
die zijn geconstateerd in melk
Periode: 1989–1994
Grondslag: Tijdelijke regeling tegemoetkoming dioxine art 4.1
Product: Beschikkingen
Opmerking: Slechts dan kan een boer aanspraken maken op een tegemoetkoming in de geleden
schade.
Waardering: V 10 jaar
513
Handeling: Het aanwijzen van een taxateur die de gebruikswaarde onderscheidenlijk
de slachtwaarde van een dier zal beoordelen naar aanleiding van de verhoogde concentraties
van dioxine die zijn geconstateerd in melk
Periode: 1989–1994
Grondslag: Tijdelijke regeling tegemoetkoming dioxine art. 5.1
De formele bevoegdheid ligt bij de directeur Directie Landbouw en Openluchtrecreatie.
Product: Beschikkingen
Waardering: V 10 jaar
514
Handeling: Het aanwijzen van een taxateur voor hertaxatie
Periode: 1989–1994
Grondslag: Tijdelijke regeling tegemoetkoming dioxine art. 5.4
Product: Beschikkingen
Opmerking: Beide instellingen wijzen een taxateur aan.
Waardering: V 10 jaar
516
Handeling: Het verlenen van tegemoetkomingen aan diegenen voor wie een verhandelingverbod
van ruwvoer geldt ingevolge het Besluit VVR verbod handel in gras 1989 gestelde
Periode: 1989–1994
Grondslag: Tijdelijke regeling tegemoetkoming dioxine art. 7
Product: Beschikkingen
Waardering: V 10 jaar
517
Handeling: Het toestaan dat geleden schade voor de afzet van ruwvoer op andere wijze
wordt aangetoond dan is vastgelegd in art. 7 van de Tijdelijke regeling tegemoetkoming
dioxine, en dat de tegemoetkoming op andere wijze kan worden berekend
Periode: 1989–1994
Grondslag: Tijdelijke regeling tegemoetkoming dioxine art. 7.4
De formele bevoegdheid ligt bij de directeur Directie Landbouw en Openluchtrecreatie.
Product: Beschikkingen
Waardering: V 10 jaar
518
Handeling: Het geven van opdracht tot het verrichten van evaluerend onderzoek naar
de gevolgen voor de landbouw n.a.v. crises en calamiteiten waarbij de voedselveiligheid
in het geding was
Periode: 1986–
Product: Evaluatierapport Werkplan afwikkeling Tsjernobyl
Bron: Beleidsinformatie 1986, 46
Opmerking: Een voorbeeld van zo’n onderzoek is het Evaluatierapport Werkplan afwikkeling
Tsjernobyl door het Landbouwschap. Het rapport geeft inzicht in de kosten, de informatievoorziening,
de gehanteerde normen en de coördinatie tussen de betrokken overheidsinstellingen.
Ook de indirect geleden schade zoals het praktisch wegvallen van de vraag naar verse
bladgroente is meegenomen.
Waardering: B, 6
519
Handeling: Het voeren van onderling overleg inzake het geven van een opdracht voor
een evaluatieonderzoek naar het handelen van de overheid tijdens de Tjernobylcrisis
Periode: 1986–
Product: Agenda’s; notulen; etc.
Bron: Evaluatierapport ‘Tsjernobyl’: rapport inzake het optreden van de rijksoverheid
naar aanleiding van het ongeval in de kerncentrale van Tsjernobyl p. 1
Opmerking: Overleg vindt plaats met de Secretarissen-Generaal van Volkshuisvesting,
Ruimtelijke Ordening en Milieu (VROM), Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS), Sociale
Zaken en Werkgelegenheid (SZW), Economische Zaken (EZ), Verkeer en Waterstaat en van
Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK). De formele bevoegdheid ligt bij de
Staatssecretaris van landbouw, Natuurbeheer en Visserij.
Waardering: B, 6
7.11.9. Consumenten
520
Handeling: Het stellen van regels inzake aanduidingen op het gebied van de voedselveiligheid,
van levensmiddelen door middel van etiketten
Periode: 1979–
Grondslag: Geconserveerde-aardappelenbesluit art. 5
Product: Beschikkingen
Waardering: B, 5
521
Vervallen
522
Handeling: Het instellen van alsmede participeren in de Beheerscommissie Voedselconsumptiepeiling
Periode: 1988–
Grondslag: Beschikking Instelling Beheerscommissie Voedselconsumptiepeiling art. 1
Product: O.a. Instellingsbesluit
Opmerking: De commissie is ingesteld op 2 februari 1989 met terugwerkende kracht tot
1 december 1988. Beide Ministers financieren het beheer en zijn vertegenwoordigd in
de commissie.
Waardering: , 4/5
526
Handeling: Het organiseren van periodieke dialogen met maatschappelijke organisaties
alsmede het in overleg met consumentenorganisaties bekijken op welk gebied vertegenwoordigers
van maatschappelijke organisaties betrokken kunnen worden bij beleidsvoorbereidend
overleg en bestuurlijke activiteiten op verschillende niveaus.
Periode: 1992–
Product: Verslagen
Bron: Beleidsvoornemen: van meer naar beter, p. 24, 43
Opmerking: Dit zijn: Consumentenorganisaties, de Nederlandse Vereniging van huisvrouwen,
de centrale van plattelandsvrouwenorganisaties en de stichting Natuur en Milieu, het
Consumentenplatform. LNV probeerde de kloof tussen producent en consument te dichten
door het bevorderen van een maatschappelijke dialoog tussen producenten en consumenten
en het vergroten van het vertrouwen van de consument in de agrarische productie.
Waardering: B+V
B,5 voor verslagen
V 5 jaar voor overge neerslag zoals correspondentie
Kwaliteit van het uitgangsmateriaal
23. Handelingen
23.1. Algemene handelingen
529
Handeling: Het voorbereiden, mede-vaststellen en evalueren van het beleid inzake teeltmateriaal
Periode: 1940–
Product: Beleidsnota’s, beleidsnotities, rapporten, adviezen, evaluaties. Bijvoorbeeld
‘Notitie systeem verkeer uitgangsmateriaal in de toekomst (1991)
Bron: Begrotingen
Opmerking: De eigenlijke vaststelling van het beleid vindt plaats in de Ministerraad.
Onder deze handeling valt ook:
– het voeren van overleg met andere betrokken actoren
– het voorbereiden van een standpunt ter inbrenging in de Ministerraadsvergaderingen
voor beraad en besluitvorming het voeren van overleg met en het leveren van bijdragen
aan het overleg met het Staatshoofd
– het aan externe adviescommissies verzoeken om advies
– het informeren (voorlichten) van het Kabinet van de Koningin over ontwikkelingen
– het voorbereiden en vaststellen van het voorlichtingsbeleid (voorlichting als beleidsinstrument).
Waardering: B, 1/2
530
Handeling: Het voorbereiden van de totstandkoming, wijziging en intrekking van wet-
en regelgeving op het gebied van teeltmateriaal
Periode: 1940–
Bron: Begrotingen
Product: Wet, houdende bepalingen tot bestrijding van bedrog in de handel in meststoffen,
zaaizaden en veevoeder (Stb. 1920, 957); Kwekersbesluit (vb, 1942, 8); Keuringswet
Tuinbouwzaden- en Plantgoed (Stb. 1952, 160); Zaaizaad- en plantgoedwet (Stb. 1966,
455)
Opmerking: Bijvoorbeeld: Het aanpassen van de Zaaizaad- en plantgoedwet na herziening
van UPOV-conventies. Voor (agro)biotechnologie geldt ook: de implementatie van EG-regelgeving
door de voorbereiding van uitvoeringsmaatregelen in de vorm van formele wetten, AMvB’s,
Ministeriële regelingen en verordeningen.
Waardering: B, 1/2
531
Handeling: Het instellen, instrueren en opheffen van organisaties, raden, commissies
en werkgroepen ter voorbereiding van het beleid inzake teeltmateriaal
Periode: 1940–
Product: Instellingsbesluiten
Bron: Begrotingen
Opmerking: Voorbeelden van zo’n commissie is: Commissie van Advies voor Kwekerseigendom
(1940).
Waardering: B, 4
532
Handeling: Het opstellen van periodieke verslagen over de beleidsvorming inzake teeltmateriaal
Periode: 1945–
Product: Jaarverslagen, kwartaalverslagen, maandverslagen
Bron: Begrotingen
Waardering: B, 3
533
Handeling: Het beantwoorden van Kamervragen over het beleid inzake teeltmateriaal
en het anderszins informeren van leden van, of commissies uit het parlement
Periode: 1945–
Product: Brieven, notities, …
Bron: Begrotingen
Waardering: B, 2/3
534
Handeling: Het opstellen van beleidsinformatie over teeltmateriaal en t.b.v. de Memorie
van Toelichting bij begrotingen
Periode: 1977–
Waardering: B, 2/3
535
Handeling: Het informeren van de Staten-Generaal betreffende het beleid voor teeltmateriaal
Periode: 1977–
Waardering: B, ?
536
Handeling: Het opstellen van het standpunt t.a.v. teeltmateriaal van het Ministerie
van LNV uit te dragen op conferenties
Periode: 1977–
Waardering: B, 1/2
537
Handeling: Het organisatorisch voorbereiden van de deelname aan conferenties, werkgroepen
etc. m.b.t. teeltmateriaal, alsmede het deelnemen aan deze bijeenkomsten
Periode: 1977–
Waardering: B+V
B, 5 voor rapporten, verslagen etc.
V 2 jaar voor overige neerslag
538
Handeling: Het informeren van de Nationale Ombudsman en parlementaire onderzoekscommissies
naar aanleiding van klachten over de gevolgen of de uitvoering van het beleid inzake
teeltmateriaal
Periode: 1945–
Product: Brieven, notities, …
Bron: Begrotingen
Opmerking: Zie ook PIVOT-rapport Behoorlijk behandeld over de Nationale Ombudsman.
Parlementair onderzoek gebeurt meestal door de Commissies voor de Verzoekschriften.
Waardering: B, 3
539
Handeling: Het beslissen op beroepschriften naar aanleiding van beschikkingen inzake
teeltmateriaal
Periode: 1945–
Product: Beschikkingen
Bron: Begrotingen
Waardering: B, 3
540
Handeling: Het voeren van verweer in beroepschriftprocedures inzake teeltmateriaal
en voor administratiefrechtelijke organen
Periode: 1945–
Product: Beschikkingen en verweerschriften
Bron: Begrotingen
Opmerking: Zie ook PIVOT-rapport Drie maal ’s Raads recht over de Raad van State.
Waardering: V 10 jaar
541
Handeling: Het mede-voorbereiden van het vaststellen, wijzigen en intrekken van internationale
regelingen inzake het presenteren van Nederlandse standpunten in intergouvernementele
organisaties op het gebied van teeltmateriaal
Periode: 1945–
Product: Internationale regelingen, nota’s, notities, rapporten
Bron: Begrotingen
Opmerking: De belangrijkste internationale organisatie op dit gebied is de UPOV, die
het Nederlandse kwekersrecht in grote mate regelt.
Waardering: B, 1/2
542
Handeling: Het beantwoorden van vragen van individuele burgers, bedrijven en instellingen
inzake teeltmateriaal
Periode: 1945–
Product: Brieven, notities
Bron: Begrotingen
Waardering: V 3 jaar
Uitzonderingscriterium kan worden toegepast in tijden van crisis
543
Handeling: Het ontwikkelen van voorlichtingsmateriaal op het terrein van teeltmateriaal
Periode: 1945–
Bron: Begrotingen
Waardering: B+V
B, 5 voor eindproducten
V 5 jaar voor overige neerslag
544
Handeling: Het voorbereiden van interdepartementaal overleg ten aanzien van teeltmateriaal
en het opstellen van verslagen van de geleverde inbreng
Periode: 1945–
Product: Brieven; notities; agenda’s; notulen; verslagen
Bron: Begrotingen
Waardering: B+V
B, 1 voor verslagen
V 5 jaar voor overige neerslag
545
Handeling: Het formuleren van het onderzoeksbeleid op het gebied van teeltmateriaal
Periode: 1945–
Bron: Begrotingen
Waardering: B+V
B, 1/5 voor voorstellen, nota’s, etc.
V 5 jaar voor overige neerslag
546
Handeling: Het geven van bijdragen aan instellingen voor landbouwkundig onderzoek
op het gebied van teeltmateriaal
Periode: 1945–
Bron: Begrotingen
Opmerking: Voorbeelden van onderzoekcentra op het gebied van teeltmateriaal zijn;
het Centrum voor Rassenonderzoek en Zaadtechnologie (CRZ); heet Instituut voor de
veredeling van Tuinbouwgewassen Wageningen (IVT) en het Rijksinstituut voor Rassenonderzoek
van Cultuurgewassen (RIVRO).
Waardering: B+V
B, 5 voor voorstellen, nota’s, etc.
V 5 jaar vor overge neerslag
547
Handeling: Het beoordelen van de onderzoeksprogramma’s en de onderzoeksresultaten
van de proefstations inzake teeltmateriaal
Periode: 1945–
Grondslag: Begrotingen
Product: Beoordelingsverslagen
Waardering: B, 5
23.2. Europese handelingen
23.2.1. Algemene Europese handelingen
548
Handeling: Het voorbereiden van bijdragen aan expertgroepen van de Europese Commissie
inzake teeltmateriaal en het opstellen van verslagen over de geleverde bijdrage
Periode: 1958–
Opmerking: In de Europese Gemeenschap is het zaaizaadhandelsverkeer van teeltmateriaal
van vrijwel alle belangrijke landbouw- en groentegewassen geregeld.
Waardering: B+V
B, 1 voor eindrapportages en verslagen
V 5 jaar voor overige neerslag
549
Handeling: Het opstellen van concept-informatiefiches over voorstellen, mededelingen
en Groenboeken van de Europese Commissie op het gebied van teeltmateriaal
Periode: 1958–
Product: Concept-fiches
Opmerking: De interdepartementale WBNC stelt de informatiefiches vast. (Zie ook Pivotonderzoek
‘Gedane Buitenlandse Zaken’.)
Waardering: B,1
550
Handeling: Het voorbereiden van vergaderingen van Raadswerkgroepen met betrekking
tot teeltmateriaal en het opstellen van verslagen van deze vergaderingen
Periode: 1958–
Product: Brieven; notities; verslagen; notulen; etc.
Opmerking: Als onderdeel van de departementale standpuntbepaling kan overleg gevoerd
worden met maatschappelijke groeperingen, zoals het georganiseerde bedrijfsleven.
Waardering: B, 1
551
Handeling: Het voorbereiden van vergaderingen van ad hoc groepen Raden/Attachés met
betrekking tot teeltmateriaal en het opstellen van verslagen van deze vergaderingen
Periode: 1958–
Product: Brieven; notities; verslagen; notulen; etc.
Opmerking: Als onderdeel van de departementale standpuntbepaling kan overleg gevoerd
worden met maatschappelijke groeperingen, zoals het georganiseerde bedrijfsleven.
Waardering: B, 1
552
Handeling: Het voorbereiden van vergaderingen van het Coreper met betrekking tot teeltmateriaal
en het opstellen van verslagen van deze vergaderingen
Periode: 1958–
Product: Brieven; notities; verslagen; notulen; etc.
Opmerking: Als onderdeel van de departementale standpuntbepaling kan overleg gevoerd
worden met maatschappelijke groeperingen, zoals het georganiseerde bedrijfsleven.
De instructies voor de Nederlandse vertegenwoordiger in het Coreper (de PV) worden
vastgesteld in interdepartementaal overleg onder leiding van het Ministerie van Buitenlandse
Zaken.
Waardering: B,1
553
Handeling: Het voorbereiden van vergaderingen van ad hoc High Level groepen met betrekking
tot teeltmateriaal en het opstellen van verslagen van deze vergaderingen
Periode: 1958–
Product: Brieven; notities; verslagen; notulen; etc.
Opmerking: Als onderdeel van de departementale standpuntbepaling kan overleg gevoerd
worden met maatschappelijke groeperingen, zoals het georganiseerde bedrijfsleven.
Waardering: B, 1
554
Handeling: Het opstellen van departementale standpunten inzake agendapunten van Raadsvergaderingen
met betrekking tot teeltmateriaal en het opstellen van verslagen van Raadsvergaderingen
Periode: 1958–
Product: Beschikkingen
Opmerking: Nationale standpunten en onderhandelingsposities inzake agendapunten van
Raadsvergaderingen komen tot stand in de Coördinatiecommissie voor Europese Integratie-
en Associatieproblemen (CoCo).
Waardering: B, 1
555
Handeling: Het participeren in comités waarbinnen de besluitvorming t.a.v. het intra-handelsverkeer
van zaaizaad en plantgoed plaatsvindt alsmede het uitdragen van het Nederlandse standpunt
Periode: 1966–
Grondslag: Nota Zaadvak 1987, p. 37–38
Product: Brieven; notities; verslagen; notulen; etc.
Opmerking: Deze comités zijn: het Permanent Comité voor teeltmateriaal voor land-,
tuin-, en bosbouw (1966–): voert de gestelde richtlijnen uit; het Beheerscomité Zaaizaden
(1971–): uitvoerder voor de gemeenschappelijke marktordening voor de sector zaaizaad;
het Raadgevend Comité zaaizaden (1974–) een adviescollege bestaande uit de diverse
vertegenwoordigers uit het bedrijfsleven. De commissies geven met name technisch advies
aan de Raad van Europa en de EC’s.
Waardering: B+V
B, 1 voor voorstellen, nota’s, etc.
V 50 jaar voor overige neerslag
556
Handeling: Het opstellen van departementale standpunten inzake algemene en op langere
termijn spelende zaken van EU-belang inzake teeltmateriaal
Periode: 1993–
Opmerking: Overleg hierover in de Coördinatiecommissie op Hoog Ambtelijk Niveau (CoCoHan)
leidt tot algemene rapporten aan de betrokken Ministers.
Waardering: B, 1
557
Handeling: Het aan de Europese Commissie rapporteren over de implementatie van Europese
(of internationale) regels in bestaande of nieuwe wet- en regelgeving op nationaal
niveau op het gebied van teeltmateriaal
Periode: 1958–
Product: Rapporten
Waardering: B, 3
558
Handeling: Het opstellen en wijzigen van standpunten inzake door de Europese Commissie
voorgestelde uitvoeringsbepalingen met betrekking tot teeltmateriaal die besproken
worden in een raadgevend comité, een beheerscomité of een reglementeringscomité, en
het opstellen van verslagen van vergaderingen van deze comités
Periode: 1958–
Product: Verslagen
Opmerking: Als onderdeel van de departementale standpuntbepaling kan overleg gevoerd
worden met maatschappelijke groeperingen, zoals het georganiseerde bedrijfsleven.
Wanneer meerdere departementen betrokken zijn leidt het eerstverantwoordelijke Ministerie
het coördinatieoverleg
Onder deze handeling valt ook het opstellen van instructies voor de Nederlandse vertegenwoordiging
in de comités.
Waardering: B, 1
559
Handeling: Het opstellen en wijzigen van standpunten over door de Europese Commissie
voorgenomen besluiten, maatregelen en onderhandelingen met derde landen op het gebied
van teeltmateriaal en (agro)biotechnologie, voorzover deze niet zijn vastgelegd in
Raadsbesluiten en worden besproken in commissies en werkgroepen, en het opstellen
van verslagen van vergaderingen van de commissies en werkgroepen
Periode: 1958–
Product: Verslagen; rapporten; etc.
Waardering: B, 1
560
Handeling: Het stellen van nadere regels met betrekking tot de aanpassing van de nationale
wet- en regelgeving ten aanzien van teeltmateriaal
Periode: 1958–
Grondslag: Internationaal Verdrag tot Bescherming van Kweekproducten (herzien) art.
30
Product: Beschikkingen
Opmerking: Indien de regels betrekking hebben op een bepaling die de handel raakt
verleent de Minister van Landbouw deze in overeenstemming met de Minister van Economische
Zaken.
Waardering: B, 5
561
Handeling: Het geven van aanwijzingen aan uitvoeringsorganen over de toepassing van
internationale verdragen of verordeningen inzake teeltmateriaal
Periode: 1958–
Product: Circulaires
Waardering: B, 5
562
Handeling: Het voordragen van personen voor benoeming in een raadgevend comité, beheerscomité
of reglementeringscomité inzake teeltmateriaal
Periode: 1958–
Product: Beschikkingen
Opmerking: De Raad benoemt de leden van de comités.
Waardering: V 5–10 jaar
563
Handeling: Het voordragen aan de Europese Commissie van deskundigen voor benoeming
als controleur op de naleving van de bepalingen van communautaire besluiten betreffende
teeltmateriaal en (agro)biotechnologie
Periode: 1958–
Grondslag: EG-richtlijnen
Product: Beschikkingen
Waardering: V 3 jaar
564
Handeling: Het aanwijzen van regeringsvertegenwoordigers in commissies of werkgroepen
van de Europese Unie inzake teeltmateriaal en (agro)biotechnologie
Periode: 1958–
Product: Beschikkingen
Waardering: V 5 jaar na beëindiging functie.
Uitzonderingscriterium kan worden toegepast bij politiek interessante personen
565
Handeling: Het nemen van maatregelen voor de toepassing van EEG richtlijnen en de
daarbijbehorende bijlagen op het gebied van teeltmateriaal
Periode: 1958–
Opmerking: De Commissie voor Europese Gemeenschappen wordt hiervan in kennis gesteld.
Waardering: B, 5
566
Handeling: Het opstellen van een plan ter implementatie van een Raadsbesluit inzake
teeltmateriaal
Periode: 1993–
Grondslag: Aanwijzing voor regelgeving (Stcrt. 1992, 230), nr. 334
Product: Implementatieplan
Opmerking: Het betreft hier plannen ter implementatie van richtlijnen en verordeningen
die onderworpen zijn aan de samenwerkingsprocedure of de medebeslissingsprocedure
(co-decisie) van Raad en Europees Parlement. Het implementatieplan moet binnen een
maand nadat de Raad het gemeenschappelijk standpunt heeft vastgesteld voorgelegd worden
aan de Werkgroep Beoordeling Nieuwe Commissie voorstellen.
Waardering: B, 5
23.2.2. Specifieke Europese handelingen
567
Handeling: Het vertegenwoordigen van Nederland in de Raad van het bestuur van het
CBP
Periode: 1994–
Grondslag: Verordening (EG) inzake het communautair kwekersrecht art. 37
Product: Brieven; nota’s; agenda’s; notulen; verslagen; etc.
Waardering: B, 4
568
Handeling: Het bekleden van het voorzitterschap in de Raad van het bestuur van het
communautair kwekersrecht
Periode: 1994–
Grondslag: Verordening (EG) inzake het communautair kwekersrecht art. 38
Product: Brieven; nota’s; agenda’s; notulen; verslagen; etc.
Waardering: B, 4
569
Handeling: Het aanstellen van een Nederlandse vertegenwoordiger voor aanvraagprocedures
voor het communautair kwekersrecht
Periode: 1994–
Grondslag: Verordening (EG) nr. 1239/95 betreffende de procedures voor het Communautair Bureau voor Plantenrassen art. 2.5
Product: Beschikkingen
Opmerking: Het gaat hierom procedures waarin LNV zelf aan deelneemt.
Waardering: V 10 jaar
570
Handeling: Het aanwijzen van een centrale instantie die belast is verzoeken om rechtshulp
van het Communautair Bureau voor Plantenrassen in ontvangst te nemen en door te zenden
aan de bevoegde instanties
Periode: 1995–
Grondslag: Verordening (EG) nr. 1239/95 (–) betreffende de procedures voor het Communautair Bureau voor Plantenrassen art.
92.1
Product: Beschikkingen
Waardering: B, 4
571
Handeling: Het aanvragen van vergoedingen bij het Communautair Bureau voor Plantenrassen
voor deskundigen en tolken en voor de kosten van de aanvraagprocedure
Periode: 1995–
Grondslag: Verordening (EG) nr. 1239/95 betreffende de procedures voor het Communautair Bureau voor Plantenrassen art. 92.6
Product: Aanvragen
Waardering: V 5 jaar
572
Handeling: Het regelen van nadere bijzonderheden in de nationale voorschriften betreffende
de rechten, die op grond van de verordeningen (EG) (nr. 2100/94 en 1238/95) door de
Lidstaat kunnen worden aangerekend
Periode: 1995–
Grondslag: Verordening (EG) nr. 1238/95 van de commissie van 31 mei 1995 houdende toepassingsbepalingen van verordening (EG) nr. 2100/94 van de Raad, met betrekking tot de aan het Communautair Bureau voor plantenrassen
te betalen rechten art. 1.4
Waardering: B, 5
573
Handeling: Het deelnemen aan werkgroepen die door de UPOV-Raad zijn ingesteld
Periode: 1961–
Product: Brieven; nota’s; agenda’s; notulen; verslagen; etc.
Opmerking: Deze werkgroepen hebben onder meer tot taak het voorbereiden van door de
raad vast te stellen aanbevelingen, om een uniforme toepassing van het Verdrag in
de verschillende lidstaten te bevorderen. De aanbevelingen zijn primair gericht tot
de instanties die kwekersrechten verlenen in de UPOV-landen.
Waardering: B, 4
574
Handeling: Het vertegenwoordigen van Nederland in de Raadgevende Commissie (UPOV)
en de Commissie voor administratieve en juridische aangelegenheden (UPOV)
Periode: 1961–
Product: Brieven; nota’s; agenda’s; notulen; verslagen; etc.
Opmerking: Taken bestaan uit het bijwonen van de tweejaarlijkse vergadering in Genève
en daarin het Nederlandse standpunt vertegenwoordigen.
Waardering: B, 4
576
Handeling: Het verifiëren van de rekeningen van de Unie overeenkomstig de regelen
bepaald in het administratief en financieel reglement
Periode: 1961–
Grondslag: Internationaal Verdrag tot Bescherming van Kweekproducten (herzien) art.
25
Product: Financiële verslagen
Opmerking: De UPOV-Raad bepaalt, met diens instemming, welke uniestaat deze taak gaat
vervullen.
Waardering: V 7 jaar
577
Handeling: Het leveren van financiële bijdragen aan UPOV
Periode: 1961–
Grondslag: Internationaal Verdrag tot Bescherming van Kweekproducten (herzien) art.
26.1,3
Product: Financiële verslagen
Waardering: V 7 jaar
578
Handeling: Het aangaan van onderlinge bijzondere regelingen met andere uniestaten
voor de bescherming van kweekproducten
Periode: 1961–
Grondslag: Internationaal Verdrag tot Bescherming van Kweekproducten (herzien) art.
29
Product: Samenwerkingsovereenkomsten; bilaterale erkenningen van onderzoeksresultaten
Opmerking: Voor zover deze niet in strijd zijn met de bepalingen in het UPOV verdrag
Samenwerkingsovereenkomsten onder meer met Oostenrijn, Japan, Zuid-Afrika. Acties
die hier uit voortvloeien zijn: het opstellen van de overeenkomsten. Ondertekening
hiervan gebeurt door de directeur van JZ, namens de Raad voor het Kwekersrecht.
Waardering: B, 1
579
Handeling: Het opstellen van aktes van bekrachtiging, aanvaarding, goedkeuring of
toetreding ten aanzien van de UPOV
Periode: 1961–
Grondslag: Internationaal Verdrag tot Bescherming van Kweekproducten (herzien) art.
36
Product: Aktes
Opmerking: Er wordt de SG schriftelijk medegedeeld dat deze aktes van toepassing zijn
op alle of een deel van de grondgebieden aangeduid in de verklaring of kennisgeving
Iedere staat die een dergelijke verklaring heeft afgelegd of een dergelijke kennisgeving
heeft gedaan, kan de SG mededelen dat deze akte ophoudt van toepassing te zijn op
alle of op een deel van die grondgebieden.
Het gaat hier om de SG van het Bureau van de UPOV.
Waardering: B, 3
580
Handeling: Het bekleden van het voorzitterschap van de UPOV-Raad
Periode: 1988–
Grondslag: Internationaal Verdrag tot Bescherming van Kweekproducten (herzien) art.
18
Product: Brieven; nota’s; agenda’s; notulen; verslagen; etc.
Opmerking: De Raad is een permanent orgaan van de UPOV. Nederland heeft in de periode
1988–1991 het voorzitterschap bekleed en gaat dit in de toekomst wellicht nog eens
doen.
Waardering: B, 4
23.3. Kwekersvergoeding
583
Handeling: Het geven van voorschriften aan keuringsinstellingen op het gebied van
het teeltmateriaal, omtrent de vorming van kwekersvergoedingenfondsen, het geldelijk
beheer daarvan en het toezicht op dat beheer van Rijkswege, alsmede omtrent de bestemming
van het geld van deze fondsen
Periode: 1942–1967
Grondslag: Kwekersbesluit 1941 art. 41.2
Product: Voorschriftten
Waardering: B, 5
584
Handeling: Het geven van nadere aanwijzingen omtrent de administratie en het beheer
van de door de keuringsinstellingen ingevorderde bedragen en de afrekening daarvan
met de Raad voor het Kwekersrecht
Periode: 1944–
Product: Beschikkingen
Grondslag: Beschikking van den Secretaris-Generaal van het Departement van Landbouw
en Visscherij ter uitvoering van art. 16 van het Kwekersbesluit 1941 (Jaarcijnzenbeschikking
landbouwgewassen) art. 5; Besluit van den Secretaris-Generaal van het Departement
van Landbouw en Visscherij met betrekking tot heffingen ten behoeve van de Raad voor
het kwekersrecht en het door deze te verrichten rassenonderzoek art. 4; Beschikking
betreffende het beheer van kwekersvergoedingenfondsen voor landbouwgewassen artt.
5, 13.3
Waardering: B,5
586
Handeling: Het goedkeuren of vernietigen van tarieven die opgesteld zijn door keuringsinstellingen
op het gebied van teeltmateriaal ten behoeve van het kwekersvergoedingenfonds alsmede
het zelf vaststellen van tarieven
Periode: 1942–1967
Grondslag: Kwekersbesluit 1941 artt. 42.2, 44.1
Product: Beschikkingen
Waardering: B, 5
587
Handeling: Het vaststellen van vergoedingen uit het kwekersvergoedingenfonds
Periode: 1942–1967
Grondslag: Kwekersbesluit 1941 art. 44.2
Waardering: B, 5
588
Handeling: Het aanwijzen van organisaties die advies kunnen uitbrengen over de vaststellingen
van vergoedingen voor kwekers
Periode: 1942–1967
Grondslag: Kwekersbesluit 1941 art. 44.3
Product: Beschikkingen
Opmerking: Het gaat hier om de vaststelling in tarieven
Waardering: B, 5
590
Handeling: Het stellen van regels ten aanzien van het uitbetalen van beloningen uit
kwekersvergoedingenfondsen
Periode: 1942–1967
Grondslag: Kwekersbesluit 1941 art. 46
Product: Beschikkingen
Opmerking: De beloning is bestemd voor kwekers die zich voor de instandhouding of
verbetering van een ras dat op de rassenlijst geplaatst is, doch niet in het Centraal
Rassenregister ingeschreven ras op bijzondere wijze verdienstelijk maakt of anderszins
belangrijk kwekersarbeid verricht.
Waardering: B, 1
591
Handeling: Het aanwijzen van bankstellingen voor het storten van gelden van het kwekersvergoedingenfonds
Periode: 1944–
Grondslag: Beschikking betreffende het beheer van kwekersvergoedingenfondsen voor
landbouwgewassen art. 6.1
Product: Beschikkingen
Waardering: V 7 jaar
592
Handeling: Het in bijzondere gevallen goedkeuren van afwijkingen bij de financiële
afhandeling inzake het kwekersvergoedingenfonds
Periode: 1944–
Grondslag: Beschikking betreffende het beheer van kwekersvergoedingenfondsen voor
landbouwgewassen art. 6.2
Product: Beschikkingen
Waardering: B+V
B, 5 voor algemeen beleid
V 7 jaar voor individuele gevallen
593
Handeling: Het op voorstel van de Stichting Nederlandse keuringsdienst voor landbouwzaden
en aardappelpootgoed, beslissen welk bedrag jaarlijks ten hoogste ten laste van een
kwekersvergoedingenfonds kan worden gebracht voor dekking van de kosten van het beheer
van het fonds
Periode: 1944–
Grondslag: Beschikking betreffende het beheer van kwekersvergoedingenfondsen voor
landbouwgewassen art. 7.2
Product: Beschikkingen
Waardering: B, 5
595
Handeling: Het beslissen om in bijzondere omstandigheden van het tijdstip voor het
jaarlijks uitkeren van de kwekersvergoeding later te stellen
Periode: 1944–
Grondslag: Beschikking betreffende het beheer van kwekersvergoedingenfondsen voor
landbouwgewassen art. 10.2
Product: Beschikkingen
Waardering: V 7 jaar
23.4. Algemene voorschriften teeltmateriaal
598
Handeling: Het voorbereiden tot het bij algemene maatregel van bestuur aanwijzen van
meststoffen, zaaizaden en veevoeder
Periode: 1920–1967
Grondslag: Wet tot bestrijding van bedrog in de handel in meststoffen, zaaizaden en
veevoeder art. 1
Product: Besluit tot uitvoering van art 1 der wet van 31 december 1920 tot bestrijding
van bedrog in den handel in meststoffen, zaaizaden en veevoeder (Stb. 1921, 671);
Wijzigingsbesluit (Stb. 1924, 250)
Waardering: B, 1
599
Handeling: Het bij algemene maatregel van bestuur regelen van waarborgen ten aanzien
van de kwaliteit van meststoffen, zaaizaden en veevoeder
Periode: 1920–1967
Grondslag: Wet tot bestrijding van bedrog in de handel in meststoffen, zaaizaden en
veevoeder art. 1
Product: AMvB’s
Waardering: B, 1
600
Handeling: Het opstellen van uitvoeringsvoorschriften ten aanzien van het Kwekersbesluit
1941
Periode: 1942–1967
Grondslag: Kwekersbesluit 1941 art. 59.2
Product: Beschikking van de secretaris-generaal van het Departement van Landbouw en
Visserij van 2 October 1942, tot plaatsing van rassen op de rassenlijst voor landbouwgewassen
(Stcrt. 1942, 192); Beschikking van den Secretaris-Generaal van het Departement van
Landbouw en Visscherij van 2 October 1942 met betrekking tot het in het verkeer brengen
van niet op de rassenlijst geplaatste rassen van landbouwgewassen, in afwijking van
het bepaalde in artikel 35.1 van het Kwekersbesluit 1941 (Stcrt. 1942, 192); Beschikking
van den Secretaris-Generaal van het Departement van Landbouw en Visscherij van 2 October
1942 met betrekking tot het verlenen van ontheffing van de keuring van voortkwekingsmateriaal
van landbouwgewassen, krachtens artikel 39.2 van het Kwekersbesluit; Kwekersbesluit
1941 (Stcrt. 1942, 192)
Waardering: B, 5
601
Handeling: Het schorsen en wederom in werking brengen van bezettingsregelingen op
het gebied van teeltmateriaal
Periode: 1945–1967
Grondslag: Besluit bezettingsmaatregelen 1944 art. 15; Besluit houdens de opheffing
van de schorsing van diverse besluiten en beschikkingen, genomen gedurende den bezettingstijd
en in betrekking staande tot het Ministerie van Voedselvoorziening, Landbouw en Visscherij
art. 1.1-6 art. 3
Product: Brieven; nota’s; agenda’s; notulen; verslagen; etc.
Opmerking: Het gaat om de volgende besluiten: Heffingsbesluit origineele zaden (Stcrt.
1944, 149); Besluit Tuinbouwkeuringsdienst 1941 (Stcrt. 1941, 227); Aansluitingsbesluit
Boomkwekerijgewassen 1944 (Stcrt. 1944, 145); Besluit keuring cyclamenzaad 1943 (Stcrt.
1943, 119); Besluit keuring cyclamenzaad 1944 (Stcrt. 1944, 158); Besluit tot wijziging
van de Pootaardappelenwet 1932 (Stcrt. 1942, 175); Kweekersbesluit 1941 (v.b. 1942,
8)
Waardering: B, 1/5
602
Handeling: Het verlenen van ontheffing van hetgeen bij of krachtens de wetgeving op
het gebied van teeltmateriaal is geregeld
Periode: 1952–
Grondslag: Keuringswet tuinbouwzaden en plantgoed art. 2.2; Zaaizaad- en plantgoedwet,
art. 87.3
Product: Besluit Verhandeling Teeltmateriaal Siergewassen (Stb. 1986,15); Besluit
Verhandeling Teeltmateriaal Boomkwekerijgewassen (Stb. 1988, 303); Besluit Verhandeling
Teeltmateriaal Groente- en Bloemgewassen (Stb. 1989, 208); Besluit Verhandeling Teeltmateriaal
Landbouwgewassen (Stb. 1990, 595); Beschikking vrijstelling aansluiting NAK-B (Stcrt.
1967, 98);
Beschikking vrijstelling aansluiting NAK Wageningen Opperdoezer Ronde (Stcrt. 1967,
98); Beschikking vrijstelling NAK Wageningen (Stcrt. 1967, 98); Beschikking vrijstelling
aansluiting NAK-G (Stcrt. 1967, 98)
Waardering: B, 5
603
Handeling: Het bij AMVB bepalen dat t.a.v. andere cultuurgewassen, rassen of groepen
van rassen dan die in lid 3 genoemd, voor de toepassing van deze wet als landbouwgewas
dan wel als tuinbouwgewas worden beschouwd
Periode: 1967–
Grondslag: Zaaizaad- en plantgoedwet, art. 3.4
Product: AMvB’s
Opmerking: Het gaat om rassen van gewassen die buiten de opsomming van gewassen in
art 3. van de Zaaizaad- en plantgoedwet vallen
Waardering: B, 5
23.5. De Raad voor het Kwekersrecht
604
Handeling: Het regelen van de samenstelling, de bevoegdheden en de werkwijze van de
Raad voor het Kwekersrecht
Periode: 1942–
Grondslag: Kwekersbesluit 1941 art. 6.2; Zaaizaad- en plantgoedwet, art. 15.1
Product: Reglement van de Raad voor het Kwekersrecht (Stb. 1967, 223); Beschikking
instructie Raad voor het Kwekersrecht (Stcrt. 1974, 24)
Opmerking: Sinds 1967 wordt het reglement van de samenstelling van de Raad bij AMvB
geregeld.
Waardering: B, 4
605
Handeling: Het bij AMvB instellen van onderafdelingen van de Raad voor het Kwekersrecht
Periode: 1967–
Grondslag: Zaaizaad- en plantgoedwet art. 5.2
Product: AMvB’s
Waardering: B, 4
606
Handeling: Het voorbereiden van de benoeming, ontslag en schorsing van de voorzitter,
vice-voorzitters en de overige leden van de Raad voor het Kwekersrecht
Periode: 1967–
Grondslag: Zaaizaad- en plantgoedwet artt. 7.1, 10.1, 10.4
Product: Beschikkingen
Waardering: V 3 jaar
607
Handeling: Het verlenen van toestemming dat echtgenoten, of geregistreerde partners,
bloed- en aanverwanten tot de derde graad ingesloten, tezamen zitting hebben in dezelfde
afdeling van de Raad van het Kwekersrecht
Periode: 1967–
Grondslag: Zaaizaad- en plantgoedwet art. 8.2
Product: Beschikkingen
Waardering: V 5 jaar
608
Handeling: Het benoemen van secretaris en adjunct-secretarissen van de Raad voor het
Kwekersrecht
Periode: 1967–
Grondslag: Zaaizaad- en plantgoedwet art. 9.1
Product: Benoemingen
Waardering: V 7 jaar na administratieve afhandeling van het ontslag
609
Handeling: Het vaststellen van regels voor de vergoeding van reis- en verblijfkosten
en vacatiegeld of jaarlijkse vaste vergoeding voor voorzitter en vice-voorzitters
van de Raad voor het Kwekersrecht
Periode: 1967–
Grondslag: Zaaizaad- en plantgoedwet art. 13
Product: Regeling vaststelling van de vergoedingen voor leden van de Raad voor het
Kwekersrecht (Stcrt. 1988, 228)
Waardering: V 6 jaar
611
Handeling: Het vaststellen van tarieven voor de verrichtingen van de Raad voor het
Kwekersrecht
Periode: 1967–
Grondslag: Zaaizaad- en plantgoedwet, art. 16.1; Wet van 26 juni 1996 tot goedkeuring
van de op 19 maart 1991 te Genève tot stand gekomen herziening van het Internationaal
verdrag tot bescherming van kweekproducten
Product: Regeling Tarieven Raad voor het Kwekersrecht (Stcrt. 1967, 104)
Opmerking: Het gaat om verrichtingen zoals inschrijvingen en aantekeningen in, en
de afgifte van afschriften uit het Nederlands Rassenregister, alsmede voor het uitbrengen
van adviezen met betrekking tot de afkomst van rassen als bedoeld in artikel 41.4.
Dit art. houdt in dat de Raad op verzoek kan adviseren omtrent de vraag of een ras
afgeleid is van een ander ras of dat een ander, bij het verzoek aan te wijzen ras,
is afgeleid van het ras waarvoor het kwekersrecht is verleend. Zie ook hoofdstuk rechten
en plichten van de houder van het kwekersrecht.
Waardering: B , 5
23.6. Het kwekersrecht
23.6.1. Aanspraak op verlening van het kwekersrecht
615
Handeling: Het bij AMvB bepalen van het tijdstip voor het verlenen van kwekersrecht
voor een nieuw ras
Periode: 1967–1996
Grondslag: Zaaizaad- en plantgoedwet, art. 29
Product: Kwekersrechtbesluit (Stb. 1967, 221); Kwekersrechtbesluit 1975 (Stb. 1975,
73); Kwekersbesluit 1990 (Stb. 1990, 262)
Opmerking: Het tijdstip kan per gewas verschillend zijn.
Waardering: B, 5
616
Handeling: Het bij AMvB stellen van eisen betreffende het onderzoek en het toezicht
op de vermeerdering bij een aanvraag voor het kwekersrecht als het ras buiten Nederland
is gewonnen
Periode: 1967–1996
Grondslag: Zaaizaad- en plantgoedwet, art. 30.2
Product: AmvB’s
Waardering: B, 5
618
Handeling: Het bij AMvB geven van nadere voorschriften met betrekking tot aanvragen
van het kwekersrecht
Periode: 1967–
Grondslag: Zaaizaad- en plantgoedwet, art. 39
Product: Reglement Raad voor het Kwekersrecht/Nederlands Rassenregister, (Stb.967,
223)
Opmerking: Het gaat hier om het tijdstip waarop de aanvragen tot verlening van kwekersrecht
bij de Raad moeten worden ingediend en het horen van belanghebbenden.
Waardering: B, 5
23.6.2. Verlening van het kwekersrecht
622
Handeling: Het goedkeuren van het overdragen van het kwekersrecht van een in het Centraal
Rassenregister ingeschreven ras dat op de rassenlijst is geplaatst, aan een andere
kweker
Periode: 1942–1967
Grondslag: Kwekersbesluit 1941 art. 47
Product: Beschikkingen
Opmerking: Deze goedkeuring wordt slechts verleend indien degene aan wie de overdracht
van het kwekersrecht wordt beoogd, in verband met de leiding van en de inrichting
van zijn bedrijf voldoende waarborgen biedt voor de instandhouding van het ras
Waardering: V 5 jaar
623
Handeling: Het verlenen van kwekersrecht voor een ras dat buiten Nederland is gekweekt,
ontdekt of ontwikkeld hetzij door een natuurlijk persoon die niet de Nederlandse nationaliteit
beschikt, hetzij door een rechtspersoon zonder zetel in Nederland
Periode: 1967–
Grondslag: Zaaizaad- en plantgoedwet, art. 30.3; Zaaizaad- en plantgoedwet, art. 30.3,
zoals gewijzigd (Stb. 1996, 398) bij Wet tot goedkeuring van de herziening van het
Internationaal Verdrag tot bescherming van kweekproducten II.F
Product: Verlening kwekersrecht buiten Nederland gewonnen rassen (Stcrt. 1970, 15;
Stcrt. 1978, 33; Stcrt. 1981, 236); Verlening kwekersrecht buitenlandse rassen (Stcrt.
1975, 201; Stcrt.1978, 33; Stcrt. 1976, 21,24, 244; Stcrt. 1977, 30; Stcrt. 1979,
26,31; Stcrt. 1980, 12, 33, 112, 245; Stcrt. 1981, 93, 236; Stcrt. 1982, 165, 203;
Stcrt. 1984, 203; Stcrt. 1985, 153; Stcrt. 1986, 106)
Opmerking: De Minister kan aan de verlening voorschriften verbinden en hij kan aan
de kweker ingevolge deze wet toekomende rechten in omvang beperken. In dit geval bestaat
er gelijke aanspraak op verlening van kwekersrecht voor zover Nederland krachtens
een internationale overeenkomst gehouden is om het kwekersrecht te verlenen.
Waardering: V 10 jaar
23.6.3. De inschrijving van rassen in het Nederlands Rassenregister
624
Handeling: Het bij of krachtens AmvB regelen van de inrichting van het Nederlands
Rassenregister
Periode: 1942–
Grondslag: Kwekersbesluit 1941 art. 2.1; Zaaizaad- en plantgoedwet, art. 4.2
Product: Reglement van de Raad voor het Kwekersrecht (Stb. 1967, 223)
Opmerking: Vanaf 1967 gebeurt dit bij AMvB.
Onder inrichting wort verstaan de wijze waarop de inschrijving van groepen van planten,
waarvan is vastgesteld dat het rassen zijn, plaatsvindt.
Waardering: B, 5
626
Handeling: Het aanwijzen van sierteeltgewassen waarvoor afwijkende voorschriften gelden
ten aanzien van de inschrijvingstermijn in het Centraal rassenregister
Periode: 1942–1967
Grondslag: Kwekersbesluit 1941 art. 15.4
Product: Beschikkingen
Waardering: V 3 jaar na vervaldatum
627
Handeling: Het aanwijzen van cultuurgewassen of groepen van cultuurgewassen die opgenomen
worden in het Centraal rassenregister
Periode: 1942–1967
Grondslag: Kwekersbesluit 1941 art. 2.1
Product: Beschikkingen
Waardering: V 5 jaar
628
Handeling: Het bepalen van de wijze waarop aktes van afstand van het kwekersrecht
in het Centraal rassenregister worden vermeld, alsmede de inschrijvingen, verlenging
van inschrijvingen, wijzigingen en vervallenverklaringen van het kwekersrecht
Periode: 1942–1967
Grondslag: Kwekersbesluit 1941 artt. 17.2, 30
Product: Beschikkingen
Waardering: B, 5
631
Handeling: Het bij of krachtens AMVB geven van nadere voorschriften inzake de inschrijving
in het Nederlands Rassenregister
Periode: 1942–
Grondslag: Kwekersbesluit 1941 art. 21; Zaaizaad- en plantgoedwet, art. 27
Product: Reglement voor het Kwekersrecht (Stb. 1967, 223)
Opmerking: Het gaat om procedures ten aanzien van de inschrijving van rassen, het
tijdstip waarop inschrijvingsverzoeken moeten worden ingediend, het horen van belanghebbenden,
de verlenging van de inschrijving, de vervallenverklaring van inschrijvingen, de wijziging
van de bijzondere benamingen, de nietigverklaringen, de overschrijvingen alsmede de
berekening en het verhaal van de kosten van deze procedures.
Waardering: B, 5
632
Handeling: Het aanwijzen van rassen van landbouwgewassen alsmede het bij AMVB aanwijzen
van tuinbouwgewassen die voldoen aan de in de Zaaizaad- en plantgoedwet gestelde eisen,
maar waarvoor geen kwekersrecht kan worden verleend
Periode: 1967–
Grondslag: Zaaizaad- en plantgoedwet, art. 18.1b
Product: Besluit registratie groenterassen (Stb. 1971, 402); Diverse Beschikkingen
van de Minister van Landbouw t.a.v. individueel aangewezen rassen en landbouwgewassen
(Stcrt. 1951, 254)
Opmerking: Het gaat om rassen waarvan al teeltmateriaal in het verkeer is gebracht,
zodat het niet aan individuele belanghebbenden kan worden overgelaten te beslissen
of met betrekking tot deze rassen de naamsbinding tot stand zal komen. Het gaat om
eisen t.a.v. van onderscheid, homogeniteit en bestendigheid van het ras.
Waardering: B, 5
633
Handeling: Het op aanvraag van de kweker bij AMvB aanwijzen van andere landbouwgewassen
dan in art.18.1 bedoelde rassen waarvoor geen kwekersrecht kan worden verleend
Periode: 1967–
Grondslag: Zaaizaad- en plantgoedwet art. 18.2
Product: Besluit houdende uitvoering art 18.2 van de Zaaizaad- en plantgoedwet (Stb.
1970,7; 1979, 759; 1988, 678)
Opmerking: Met in lid 1 bedoelde rassen wordt bedoeld: rassen, waarvan al teeltmateriaal
in het verkeer is gebracht, zodat het niet aan individuele belanghebbenden kan worden
overgelaten te beslissen of met betrekking tot deze rassen de naamsbinding tot stand
zal komen.
Waardering: B, 5
635
Handeling: Het bepalen van de wijze waarop de Raad voor het Kwekersrecht een nog niet
vastgestelde benaming bekendmaakt
Periode: 1967–
Grondslag: Zaaizaad- en plantgoedwet, art. 20.1
Product: Besluit bekendmaking benaming van nieuwe rassen (Stcrt. 1967, 98)
Opmerking: Belanghebbenden kunnen gedurende twee maanden na de bekendmaking van de
benaming bezwaar indienen.
Waardering: V 10 jaar
23.6.4. Rechten en verplichtingen van de houder van het kwekersrecht
639
Handeling: Het bepalen dat de houder van het kwekersrecht verplicht is tot betaling
van een vast te stellen jaarcijns voor daartoe behorende rassen
Periode: 1942–
Grondslag: Kwekersbesluit 1941 art. 16.1; Zaaizaad- en plantgoedwet, art. 38
Product: Jaarcijnsbesluit Zaaizaad- en plantgoedwet (Stb. 1967, 222)
Opmerking: Vanaf 1967 gebeurt dit door middel van een AMvB.
Waardering: B, 5
642
Handeling: Het geven van nadere aanwijzingen omtrent de administratie en het beheer
van de door de keuringsinstellingen ingevorderde bedragen en de afrekening daarvan
met de Raad voor het Kwekersrecht
Periode: 1944–
Grondslag: Beschikking van den Secretaris-Generaal van het Departement van Landbouw
en Visscherij ter uitvoering van art. 16 van het Kwekersbesluit 1941 (Jaarcijnzenbeschikking
landbouwgewassen) art. 5; Besluit van den Secretaris-Generaal van het Departement
van Landbouw en Visscherij met betrekking tot heffingen ten behoeve van de Raad voor
het kwekersrecht en het door deze te verrichten rassenonderzoek art. 4; Beschikking
betreffende het beheer van kwekersvergoedingenfondsen voor landbouwgewassen artt.
5, 13.3
Product: Aanwijzingen
Waardering: B, 5
643
Handeling: Het in bijzondere gevallen verlenen van een gehele of gedeeltelijke ontheffing
van de verplichting tot het betalen van een jaarcijns
Periode: 1944–
Grondslag: Beschikking van den Secretaris-Generaal van het Departement van Landbouw
en Visscherij ter uitvoering van art. 16 van het Kwekersbesluit 1941 (Jaarcijnzenbeschikking
landbouwgewassen) art. 6; Besluit van den Secretaris-Generaal van het Departement
van Landbouw en Visscherij met betrekking tot heffingen ten behoeve van de Raad voor
het kwekersrecht en het door deze te verrichten rassenonderzoek art. 4
Product: Ontheffingen
Waardering: V 10 jaar
645
Handeling: Het in bijzondere omstandigheden het tijdstip voor het jaarlijks vaststellen
van het jaarcijnstarief later te stellen
Periode: 1944–
Grondslag: Beschikking betreffende het beheer van kwekersvergoedingenfondsen voor
landbouwgewassen art. 4.2
Product: Beschikkingen
Opmerking: De formele bevoegdheid ligt bij de Secretaris-Generaal van de Landbouw
Waardering: V 10 jaar
650
Handeling: Het goedkeuren en geven van aanwijzingen omtrent de omvang en voorwaarden
van de aan te bieden licentie alsmede het geven van voorschriften van het openbaar
aanbod tot licentieverlening die een houder van het Kwekersrecht moet doen
Periode: 1967–
Grondslag: Zaaizaad- en plantgoedwet, art. 45.1, zoals gewijzigd (Stb. 1996,398) bij
Wet tot goedkeuring van de herziening van het Internationaal Verdrag tot bescherming
van kweekproducten art. II.Q
Opmerking: Als de Minister van oordeel is dat zo’n bod noodzakelijk is voor de voorziening
van de markt met teeltmateriaal van een ras.
Waardering: B, 5
651
Handeling: Het uitnodigen van de houder van het kwekersrecht om binnen een maand een
openbaar aanbod tot licentieverlening te doen
Periode: 1967–
Grondslag: Zaaizaad- en plantgoedwet, art. 45.1; Wet (Stb.1996, 398) tot goedkeuring
van de herziening van het Internationaal Verdrag tot bescherming van kweekproducten,
art. II.Q
Product: Schriftelijke uitnodiging met opgaaf van redenen
Opmerking: Indien onze Minister van oordeel is dat het algemeen belang zulks vordert.
Waardering: V 5 jaar
653
Handeling: Het geven van aanwijzingen aan de Raad voor het Kwekersrecht voor het aanbieden
van licentieverklaring als houders van het kwekersrecht verzuimen dit te doen
Periode: 1967–
Grondslag: Zaaizaad- en plantgoedwet art. 45.2
Product: Beschikking instructie Raad voor het Kwekersrecht (Stcrt. 1974, 24); Beschikking
tarieven Raad voor het Kwekersrecht (Stcrt. 1981, 26)
Waardering: B, 5
654
Handeling: Het bij AMvB geven van nadere voorschriften met betrekking tot de rechten
en de verplichtingen van de houder van een kwekersrecht
Periode: 1967–
Grondslag: Zaaizaad- en plantgoedwet, art. 47
Product: Reglement Raad voor het Kwekersrecht/Nederlands Rassenregister (Stb. 1967,
223)
Opmerking: Het gaat hier onder andere om het tijdstip waarop de verzoeken ten aanzien
van deze rechten en plichten bij de Raad moeten worden ingediend en het horen van
belanghebbenden.
Waardering: B, 5
655
Handeling: Het bepalen dat vergoedingen toegekend kunnen worden aan deskundigen op
het gebied van het kwekersrecht die bij het Rijk een bezoldigd ambt bekleden
Periode: 1967–
Grondslag: Beschikking vergoeding deskundigen en getuigen Raad voor het Kwekersrecht
(1967) art. 2.2; Beschikking vergoeding deskundigen en getuigen Raad voor het Kwekersrecht
(1978) art. 1.2; Regeling Vacatiegeld Raad voor het Kwekersrecht art. 1
Product: Beschikkingen
Waardering: V 10 jaar
656
Handeling: Het bij AmvB bepalen dat voor één of meer gewassen of rassen de kweker
het uitsluitend recht heeft op handelingen t.a.v. producten die rechtstreeks zijn
vervaardigd met gebruikmaking van geoogst materiaal van het ras waarvoor geen toestemming
is verleend
Periode: 1996–
Grondslag: Wet (Stb. 1996, 398) tot goedkeuring van de herziening van het Internationaal
Verdrag tot bescherming van kweekproducten art. II.M; Zaaizaad- en plantgoedwet artt.
40.5 en 41.a zoals gewijzigd (Stb. 1996, 398)
Product: Besluit van 20 maart 1998, houdende uitvoering van artikel 41a van de Zaaizaad-
en plantgoedwet (Besluit gebruik eigen zaaizaad en pootgoed van landbouwgewassen (Stb.
1998, 234))
Opmerking: Tenzij de houder van het kwekersrecht redelijkerwijs zijn recht met betrekking
tot het geoogst materiaal had kunnen uitoefenen. Aan deze maatregel van bestuur kunnen
beperkingen of voorwaarden worden gesteld welke onder meer betrekking kunnen hebben
op de maximale hoeveelheid te vermeerderen geoogst materiaal en aan de houder van
een kwekersrecht toekomende vergoedingen.
Waardering: B, 5
658
Handeling: Het bepalen dat de houder van het kwekersrecht geen vergoeding kan vorderen
op een teler die als een kleine landbouwer dient te worden beschouwd.
Periode: 1998–
Grondslag: Besluit van 20 maart 1998, houdende uitvoering van artikel 41a van de Zaaizaad-
en plantgoedwet (Besluit gebruik eigen zaaizaad en pootgoed van landbouwgewassen)
art. 3.3
Product: Beschikkingen
Opmerking: Kleine landbouwers zoals bedoeld in artikel 14, van verordening (EG) nr. 2100/94 van de Raad van de Europese Unie van 27 juli 1994 inzake het communautaire kwekersrecht
(PbEG L 227) zijn landbouwers die niet verbouwen op een oppervlakte die groter is
dan de oppervlakte die nodig zou zijn om 92 ton graan te produceren. Treedt in werking
als de artikelen II, III en IV van de Uitvoeringswet UPOV 1991 in werking treedt (1998).
Waardering: B, 5
23.6.5. Duur van het kwekersrecht en de opeising
659
Handeling: Het vaststellen van voorschriften ten aanzien van het onteigenen van het
kwekersrecht
Periode: 1942–1967
Grondslag: Kwekersbesluit 1941 art. 20.2
Product: Voorschriften
Opmerking: Indien het belang van de bodemcultuur in Nederland dit vereist.
Waardering: B, 5
661
Handeling: Het bij AmvB bepalen van de inschrijvingsduur voor de verschillende rassen
van het Kwekersrecht
Periode: 1967–
Grondslag: Zaaizaad- en plantgoedwet, art. 51, zoals gewijzigd (Stb. 1991, 233)
Product: Kwekersrechtbesluit 1967 (Stb. 221); Kwekersrechtbesluit 1975 (Stb. 73);
Kwekersbesluit 1990, (Stb. 262)
Opmerking: De duur bedraagt vanaf 28 mei 1991 ten minst twintig jaar vanaf de dagtekening
van het kwekersrecht.
Waardering: B, 5
662
Handeling: Het indienen van een verzoekschrift bij de Raad van het Kwekersrecht tot
vernietiging van het Kwekersrecht indien het ras niet nieuw was of niet voldeed aan
de gestelde eisen
Periode: 1967–
Grondslag: Zaaizaad- en plantgoedwet, art. 54.2, zoals gewijzigd (Stb. 1996, 398)
bij Wet tot goedkeuring van de op 19 maart 1991 te Genève tot stand gekomen herziening
van het Internationaal Verdrag tot bescherming van kweekproducten art. II.T
Product: Verzoekschriften
Opmerking: De nietigverklaring kan te allen tijde door iedere belanghebbende en door
of namens de Minister gevraagd worden.
Waardering: V 10 jaar
664
Handeling: Het bij AMVB geven van nadere voorschriften met betrekking tot het Kwekersrecht
Periode: 1967–
Grondslag: Zaaizaad- en plantgoedwet, art. 57
Product: Reglement Raad voor het Kwekersrecht/Nederlands Rassenregister, Stb. 967,
223
Opmerking: Het gaat om verzoeken aan de Kwekersraad ten aanzien van de duur van het
kwekersrecht en de opeising daarvan, de bepaling van het tijdstip waarop de verzoeken
geacht worden bij de Raad te zijn ingediend en het horen van belanghebbenden.
Waardering: B, 5
23.6.6. Bezwaar en beroep
665
Handeling: Het instellen van een Raad van Beroep voor het kwekersrecht
Periode: 1942–
Grondslag: Kwekersbesluit 1941 art. 23.1; Instellingsbesluit Raad van Beroep voor
het Kwekersrecht; Reglement Raad van Beroep van de Stichting Nederlandse Algemene
Kwaliteitsdienst Tuinbouw (Naktuinbouw), zoals goedgekeurd door de Minister van Landbouw,
Natuurbeheer en Visserij d.d. 16 juni 1994 art. 2.1
Product: Instellingsbesluit
Opmerking: Bij deze Raad kan hoger beroep ingediend worden tegen de eindbeslissingen
van de Raad voor het Kwekersrecht.
Waardering: B, 4
666
Handeling: Het benoemen van de voorzitter, leden en secretaris van de Raad van Beroep
Periode: 1942–
Grondslag: Kwekersbesluit 1941 art. 23.2; Zaaizaad- en plantgoedwet, art. 88.2f; Keuringswet
tuinbouwzaden en plantgoed art. 3.1.2j; Reglement Raad van Beroep van `de Stichting
Nederlandse Algemene Kwaliteitsdienst Tuinbouw (Naktuinbouw), zoals goedgekeurd door
de Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij’ d.d. 16 juni 1994 art. 2.7
Product: Benoemingen
Opmerking: Tot 1967: tevens het regelen van de samenstelling en de werkwijze.
Waardering: V 7 jaar na administratieve afhandeling van het ontslag
667
Handeling: Het geven van voorschriften betreffende de procedure voor de Raad van Beroep
voor het kwekersrecht, de berekening en het verhaal van de kosten van procedures
Periode: 1942–1967
Grondslag: Kwekersbesluit 1941 art. 23.3
Product: Voorschriften
Waardering: B, 5
668
Handeling: Het geven van voorschriften inzake het beroep op beslissingen van keuringsinstellingen
en de berekening en het verhaal van de beroepskosten
Periode: 1942–1967
Grondslag: Kwekersbesluit 1941 art. 50.1
Product: Voorschriften
Waardering: B, 5
669
Handeling: Het benoemen en ontslaan van niet tot de rechterlijke macht behorende personen
(raden) en hun plaatsvervangers (plaatsvervangende raad) als deskundige leden.
Periode: 1942–
Grondslag: Kwekersbesluit 1941 art. 25.2,5; Zaaizaad- en plantgoedwet, art. 61
Product: Benoemingen, beschikkingen
Opmerking: Tot 1969 gebeurde dit door de Kroon.
Waardering: V 5 jaar
670
Handeling: Het stellen van regels voor vergoedingen van reis- en verblijfskosten en
verdere vergoedingen voor deskundigen op kwekersgebied
Periode: 1942–1967
Grondslag: Kwekersbesluit 1941 art. 25.3
Product: Regelingen
Opmerking: Het gaat om deskundigen die niet tot de rechtelijke macht behoren.
Waardering: V 10 jaar
671
Handeling: Het beslissen of er wijzigingen in de rassenlijst zullen worden aangebracht
n.a.v. een beroep tegen de beslissing van een Commissie voor de samenstelling van
rassenlijsten
Periode: 1967–
Grondslag: Zaaizaad- en plantgoedwet, art. 78.2, zoals gewijzigd in de Algemene wet
bestuursrecht (Stb.1995, 250)
Product: Beschikkingen
Waardering: V 5 jaar na finale uitspraak van het hoogste gerechtshof
672
Handeling: Het bij AMvB geven van nadere voorschriften voor de vergoeding van reis-
en verblijfskosten en verdere vergoeding van de raden en de plaatsvervangende raden
voor het kwekersrecht alsmede ten aanzien van het verhoor van getuigen en deskundigen
inzake het kwekersrecht
Periode: 1967–
Grondslag: Reglement van de Raad voor het Kwekersrecht art. 14.3; Zaaizaad- en plantgoedwet,
art. 68.2
Product: Beschikking vergoeding deskundigen en getuigen (Stcrt. 1967, 125);
Beschikking vergoeding deskundigen en getuigen (Stcrt. 1978, 55);
Regeling Vacatiegeld Raad voor het Kwekersrecht (Stcrt. 1979, 197)
Waardering: V 10 jaar
673
Handeling: Het bij AMvB geven van nadere voorschriften met betrekking tot beslissingen
van de Raad voor het Kwekersrecht, het beroep en het beroep in cassatie
Periode: 1967–
Grondslag: Zaaizaad- en plantgoedwet, art. 68.1
Product: Reglement voor de Kamer van het Kwekersrecht (Stb. 1967, 227)
Waardering: B, 5
674
Handeling: Het voorbereiden tot het verlenen van een vergunning dat indien een zwagerschap
ontstaat na
de benoeming tot (plaatsvervangend) lid van het gerechtshof te ’s-Gravenhage, ambtenaar
van het openbaar Ministerie of griffier bij dit gerechtshof, zodat diegene die haar
veroorzaakte, zijn ambt zal kunnen behouden
Periode: 1967–1993
Grondslag: Zaaizaad- en plantgoedwet, art. 62.3
Product: Beschikkingen; vergunningen
Opmerking: Echtgenoten, bloedverwanten of aanverwanten tot de derde graad kunnen niet
tezamen (plaatsvervangende) leden zijn van het gerechtshof in Den Haag, ambtenaar
van het openbaar Ministerie of griffier bij dit gerechtshof.
Waardering: V 5 jaar
23.7. Rassenlijsten
676
Handeling: Het voorbereiden van de aanwijzing van cultuurgewassen of groepen daarvan
die in een rassenlijst worden opgenomen, waarvan de teelt in Nederland van belang
wordt geacht
Periode: 1942–
Grondslag: Kwekersbesluit 1941 art. 31; Zaaizaad- en plantgoedwet, art. 73
Product: Beschikking van de Secretaris-Generaal van het Departement van Landbouw en
Visserij van 2 October 1942, tot instelling van een rassenlijst voor landbouwgewassen
(Stcrt. 1942, 192); Besluiten Aanbevelende Rassenlijst Groentegewassen (Stb. 1967,
269); Besluit aanbevelende rassenlijst Fruitgewassen (Stb. 1967, 268); Besluit Aanbevelende
Rassenlijst Landbouwgewassen (Stb. 1967, 269); Besluit Aanbevelende Rassenlijst Siergewassen
(Stb. 1984, 444); Besluit Aanbevelende Rassenlijst Bloembollen (Stb.1967, 406); Besluit
Aanbevelende Rassenlijst Bosbouwgewassen (Stb. 1971, 72)
Waardering: B, 5
677
Handeling: Het voorbereiden van het instellen en opheffen van de diverse commissies
voor de toelating van landbouwgewassen/rassen
Periode: 1942–
Grondslag: Kwekersbesluit 1941 art. 33.1; Zaaizaad- en plantgoedwet, art. 73; Besluit
instelling Commissie toelating groenterassen art.1.1; Regeling Commissie toelating
Groenterassen art. 1; Besluiten aanbevelende rassenlijsten art. 2
Product: Beschikking van de secretaris-generaal van het Departement van Landbouw en
Visserij van 14 september 1942, tot instelling van een Rijkscommissie voor de samenstelling
van de rassenlijst voor landbouwgewassen (Stcrt. 1942,178)
Opmerking: De instelling en/of commissie heeft onder andere tot taak het plaatsen
van rassen op, rubriceren, alsmede het afvoeren ervan van rassenlijsten.
Waardering: B, 4
678
Handeling: Het geven van nadere voorschriften met betrekking tot rassenlijsten
Periode: 1942–
Grondslag: Kwekersbesluit 1941 art. 33.1; Zaaizaad- en plantgoedwet, art. 79
Wet van 26 april 1995 tot wijziging van de Algemene wet bestuursrecht alsmede nadere
aanpassingen van een aantal wetten aan de Algemene wet bestuursrecht art. IX.F
Product: Beschikking inrichting Rassenlijst Siergewassen (Stcrt. 1984, 229);
Beschikking inrichting Rassenlijst Landbouwgewassen (Stcrt. 1967, 98);
Beschikking inrichting Rassenlijst Groentegewassen (Stcrt. 1967, 98);
Beschikking inrichting Rassenlijst Fruitgewassen (Stcrt. 1967, 98);
Beschikking Inrichting Rassenlijst Bosbouwgewassen (Stcrt. 1977, 186)
Opmerking: Het gaat om voorschriften over de inrichting, samenstelling, rubricering
en
de publicatie van een rassenlijst, alsmede betreffende de indiening van
verzoeken voor plaatsing op de rassenlijst, het onderzoek en de openbaarmaking van
de uitkomsten van het onderzoek en het afvoeren van rassen op deze lijst.
Waardering: B, 5
679
Handeling: Het in bijzondere gevallen plaatsen van een ras op een rassenlijst zonder
dat er aan de voorgeschreven voorwaarden is voldaan
Periode: 1942–1967
Grondslag: Kwekersbesluit 1941 art. 34
Product: Beschikking van de secretaris-generaal van het Departement van Landbouw en
Visserij van 2 October 1942, tot plaatsing van rassen op de rassenlijst voor andbouwgewassen
(gedeeltelijk) (Stcrt. 1942, 192)
Opmerking: Het gaat om de voorwaarden zoals beschreven in art 31 en 32 van dit besluit.
Waardering: B, 5
680
Handeling: Het stellen van algemene voorwaarden ten aan zien van voortkwekingsmateriaal
van een niet op de rassenlijst geplaatst ras.
Periode: 1944–
Grondslag: Beschikking van den Secretaris-Generaal van het Departement van Landbouw
en Visscherij met betrekking tot het in het verkeer brengen van niet op de rassenlijst
geplaatste rassen van landbouwgewassen in afwijking van het bepaalde in art. 35.1
van het Kwekersbesluit 1941 art.3.1a,b, 4.1
Product: Beschikkingen
Opmerking: Het gaat om voortkwekingsmateriaal hetwelk onder de aanduiding N,O of Gr
voorkomt op de bijlage tot die lijst.
Waardering: V 10 jaar
681
Handeling: Het vernietigen van de algemene voorwaarden die opgesteld zijn door de
Rijkscommissie voor de samenstelling van rassenlijsten voor landbouwgewassen ten aan
zien van voortkwekingsmateriaal van een niet op de rassenlijst geplaatst ras
Periode: 1944–
Grondslag: Beschikking van den Secretaris-Generaal van het Departement van Landbouw
en Visscherij met betrekking tot het in het verkeer brengen van niet op de rassenlijst
geplaatste rassen van landbouwgewassen in afwijking van het bepaalde in art. 35.1
van het Kwekersbesluit 1941 art. 3.1b
Product: Beschikkingen
Opmerking: Het gaat om voortkwekersmateriaal hetwelk onder de aanduiding N, O of Gr
voorkomt op de bijlage tot die lijst
Waardering: V 10 jaar
682
Handeling: Het onder voorwaarden goedkeuren van bedingen van kwekers dat de nabouw
van voortkwekingsmateriaal aan de kweker of aan door hem aan te wijzen personen zal
worden afgeleverd
Periode: 1942–1967
Grondslag: Kwekersbesluit 1941 art. 36.2-3
Product: Beschikking van de secretaris-generaal van het Departement van Landbouw en
Visserij van 2 October 1942, ter uitvoering van het bepaalde in artikel 36.3 van het
Kwekersbesluit 1941 (Stcrt. 1942, 192)
Opmerking: Het gaat hier om voortkwekingsmateriaal van een ras van een cultuurgewas
waarvoor een rassenlijst is ingesteld. Onder nabouw wordt verstaan de volgende generaties
van het ras, geteeld uit het oorspronkelijke materiaal.
Waardering: V 5 jaar
685
Handeling: Het benoemen van de leden, plaatsvervangende leden, adviserende leden en
voorzitter van commissies voor de toelating van landbouwgewassen
Periode: 1967–
Grondslag: Besluit aanbevelende Rassenlijst Groentegewassen art. 2.1-2; Besluit Aanbevelende
Rassenlijst Fruitgewassen art. 2.1-2; Besluit Aanbevelende Rassenlijst Landbouwgewassen
art. 2.1-2; Besluit Aanbevelende Rassenlijst Siergewassen art. 2.1-2; Besluit Aanbevelende
Rassenlijst Bloembollen art. 2.1-2 (tot 1984); Besluit Aanbevelende Rassenlijst Bloembollen,
art. 2.1-2; Besluit Aanbevelende Rassenlijst Siergewassen art 2.1-2; Besluit Aanbevelende
Rassenlijst Bosbouwgewassen art. 2.1-2; Besluit instelling Commissie toelating groenterassen
art.1.2; Wijziging Besluit instelling Commissie toelating groenterassen art. I.1.2
Product: Benoemingen
Waardering: V 2 jaar na ontslag
686
Handeling: Het stellen van nadere regels voor de commissies voor de toelating van
landbouwgewassen
Periode: 1967–
Grondslag: Besluit aanbevelende Rassenlijst Groentegewassen art. 2.3; Besluit Aanbevelende
rassenlijst Fruitgewassen art. 2.3; Besluit Aanbevelende rassenlijst Landbouwgewassen
art. 2.3; Besluit Aanbevelende Rassenlijst Siergewassen art. 2.3; Besluit Aanbevelende
Rassenlijst Bloembollen art. 2.3; Besluit Aanbevelende Rassenlijst Bosbouwgewassen
art. 2.3
Product: Regelingen
Waardering: B, 4/5
689
Handeling: Het besluiten tot plaatsing van groenterassen en groepen van planten van
groentegewassen op rassenlijsten
Periode: 1971–
Grondslag: Regeling Commissie toelating Groenterassen, Stcrt. 1971, 114, gew. Stcrt.
1988, 174, art. 2; Besluit instelling Commissie toelating groenterassen art. 2
Product: Beschikkingen
Opmerking: Het toelaten gebeurt op advies van Commissie Toelating Groenterassen. Deze
adviezen staan in relatie tot de uitvoering van de EG-richtlijn van 29 september 1970,
betreffende het in de handel brengen van groentezaad (Pb.L.225) namelijk dat elk lidstaat
één of meer lijsten opstelt van de rassen die officieel op zijn grondgebied tot de
keuring zijn toegelaten en in de handel mogen worden gebracht.
Waardering: B, 5
23.8. Het verkeer met teeltmateriaal
690
Handeling: Het verlenen van ontheffing alsmede het stellen van voorwaarden ten aanzien
van het in het verkeer brengen van voortkwekingsmateriaal van een ras van een cultuurgewas
Periode: 1942–1967
Grondslag: Kwekersbesluit 1941 art. 35.2
Product: Beschikking van den Secretaris-Generaal van het Departement van Landbouw
en Visscherij van 2 October 1942 met betrekking tot het in het verkeer brengen van
niet op de rassenlijst geplaatste rassen van landbouwgewassen, in afwijking van het
bepaalde in artikel 35.1 van het Kwekersbesluit 1941 (Stcrt. 1942, 192); Beschikking
van den Secretaris-Generaal van het Departement van Landbouw en Visscherij van 231
Mei 1944 met betrekking tot het in het verkeer brengen van niet op de rassenlijst
geplaatste rassen van landbouwgewassen, in afwijking van het bepaalde in artikel 35.1
van het Kwekersbesluit 1941 (Stcrt. 1944, 142)
Opmerking: Het gaat om rassen die niet geplaatst zijn op een rassenlijst.
Waardering: B, 5
691
Handeling: Het bepalen dat voortkwekingsmateriaal van een ras van een cultuurgewas,
waarvoor een rassenlijst is ingesteld, slechts als voortkwekingsmateriaal in het verkeer
gebracht of gebruikt mag worden
Periode: 1942–1967
Grondslag: Kwekersbesluit 1941 art. 37.1
Product: Beschikkingen
Waardering: V 5 jaar
692
Handeling: Het vaststellen van nadere voorschriften voor het in het verkeer brengen
of het gebruiken van voortkwekingsmateriaal van een ras van een cultuurgewas, waarvoor
een rassenlijst is ingesteld
Periode: 1942–1967
Grondslag: Kwekersbesluit 1941 art. 37.2
Product: Beschikkingen
Waardering: B, 5
696
Handeling: Het bepalen dat handelszaad van groenvoedergewassen niet in het verkeer
gebracht, verder verhandeld en uitgevoerd mogen worden
Periode: 1967–
Grondslag: Besluit Categorieën Teeltmateriaal art. 2.2
Product: Beschikkingen
Waardering: V 10 jaar
697
Handeling: Het bepalen dat andere dan de in het eerste lid van dit besluit genoemde
categorieën teeltmateriaal in het verkeer gebracht, verder verhandeld of uitgevoerd
mogen worden
Periode: 1967–
Grondslag: Besluit Categorieën Teeltmateriaal, art. 2.3
Product: Beschikkingen
Opmerking: Het gaat hier om andere producten dan die, die zijn vermeld in art. 2.1
(prebasiszaad, basiszaad onderscheidenlijk basispootgoed, gecertificeerd zaad, onderscheidenlijk
gecertificeerd pootgoed).
Waardering: V 10 jaar
698
Handeling: Het bij AMVB bepalen dat teeltmateriaal mag worden verhandeld van niet-ingeschreven
rassen van landbouwgewassen
Periode: 1967–
Grondslag: Zaaizaad- en plantgoedwet, art. 81.2
Product: Besluit verkeer niet-ingeschreven rassen (Stb. 1967, 225)
Waardering: B, 5
699
Handeling: Het bij AMVB bepalen dat ten aanzien van tuinbouwgewassen en landbouwgewassen
uitsluitend teeltmateriaal van rassen of andere groepen van planten welke op de rassenlijst
zijn geplaatst, in het verkeer gebracht, verder verhandeld en uitgevoerd mogen worden
Periode: 1967–
Grondslag: Zaaizaad- en plantgoedwet, artt. 81.3, 83.1
Product: Besluiten bindende rassenlijst landbouwgewassen (Stb.1967, 220; Stb. 1971,
758); Besluit registratie groenterassen (Stb. 1971, 402)
Waardering: B, 5
701
Handeling: Het bepalen dat teeltmateriaal van door hem aan te wijzen groepen van planten,
welke niet zijn ingeschreven, in het verkeer gebracht, verder verhandeld en uitgevoerd
mag worden
Periode: 1967–
Grondslag: Zaaizaad- en plantgoedwet, art. 82
Product: Algemene beschikking verkeer niet-ingeschreven rassen; (landbouwgewassen)
1979 (Stcrt. 82, Stcrt. 1984, 127); Beschikking toelating groenterassen (Stcrt. 1971,
125); Beschikking toelating Groenterassen 1973, (Stcrt. 93); Beschikking uitvoer ongeregistreerd
teeltmateriaal (Stcrt. 1970, 81; Stcrt. 1971, 80); Beschikking verkeer in teeltmateriaal
van ongeregistreerde rassen (Stcrt. 1972,14); Toepassing artikel 82 van de ZPW; (Stcrt.
1979, 226; Stcrt. 1980, 4, 62, 136; Stcrt.1981, 113, 132; Stcrt.1982 50, 103, 115,
2x, 206; Stcrt. 1983, 125; Stcrt.1984, 14, 17, 73, 162; Stcrt. 1985, 107, Stcrt. 1988,
160); Beschikking verkeer teeltmateriaal niet-ingeschreven rassen (Stcrt. 1967, 152,
Stcrt. 1979,193); Regeling verkeer niet ingeschreven rassen 1991 (Stcrt. 51); Beschikkingen
van de Minister van LNV t.a.v. individueel aangewezen gewassen (Stcrt. 1971, 254,
Stcrt.1984, 14); Besluit aanbevelende rassenlijst siergewassen (Stcrt. 1979, 193);
Regeling verkeer rassen met communautair kwekersrecht (Stcrt. 1998, 150)
Opmerking: Art. 81.1: Van landbouwgewassen mag uitsluitend teeltmateriaal van daartoe
behorende ingeschreven rassen in het verkeer gebracht, verder verhandeld en uitgevoerd
worden.
Waardering: B, 5
702
Handeling: Het geven van nadere voorschriften voor het in het verkeer brengen en verder
verhandelen van rassen en andere groepen van planten, welke in de rubriek: uitsluitend
voor uitvoer bestemd’ zijn geplaatst
Periode: 1967–
Grondslag: Zaaizaad- en plantgoedwet, art. 83.2
Product: Besluit Toepassing art. 83.2 ZPW (Stcrt. 1984, 47)
Waardering: B, 5
703
Handeling: Het bij of krachtens AMvB bepalen welke categorieën teeltmateriaal van
rassen behorende tot een krachtens art. 87 aangewezen landbouwgewas, in verkeer gebracht,
verder verhandeld en uitgevoerd mogen worden
Periode: 1967–
Grondslag: Zaaizaad- en plantgoedwet art. 84.1
Product: Besluit Categorieën Teeltmateriaal, gedeeltelijk (Stb. 1967, 224)
Opmerking: Het gaat om categorieën teeltmateriaal van handelaren die zijn aangesloten
bij een voor het cultuurgewas aangewezen keuringsinstelling.
Bij of krachtens deze maatregel kan tevens worden bepaald dat bepaalde categorieën
van teeltmateriaal uitsluitend mogen worden voortgebracht en in het verkeer gebracht
door de houder van het kwekersrecht van het betreffende ras, of indien voor het ras
geen kwekersrecht bestaat, door de voor het ras aangewezen instandhouders.
Waardering: B, 5
704
Handeling: Het bij AMvB bepalen dat t.a.v. van gewassen, categorieën van teeltmateriaal
van die rassen uitsluitend mogen worden voortgebracht en in het verkeer worden gebracht
door de houder van het kwekersrecht
Periode: 1967–
Grondslag: Zaaizaad- en plantgoedwet, art. 84.2
Product: Besluit Categorieën Teeltmateriaal, gedeeltelijk (Stb. 1967, 224); Verordening
Landbouwzaaizaden 1989, PBO-blad 1990, no. 7
Opmerking: Indien voor het ras geen kwekersrecht bestaat dan komt de voor het ras
aangewezen instandhouders hiervoor in aanmerking.
Waardering: B, 5
706
Handeling: Het bij of krachtens AMvB bepalen dat het bedrijfsmatig voortbrengen, bewaren
en bewerken, in het verkeer brengen, verder verhandelen, invoeren, uitvoeren en ten
uitvoer aanbieden van teeltmateriaal dan wel het bedrijfsmatig doen verrichten van
deze handelingen uitsluitend is toegestaan aan hem, die is aangesloten bij een in
de AMvB voor dat cultuurgewas aangewezen keuringsinstelling
Periode: 1967–
Grondslag: Zaaizaad- en plantgoedwet art. 87.1
Product: AmvB’s
Opmerking: Zie ook handelingen bij keuringsinstellingen
Waardering: B, 5
707
Handeling: Het aanwijzen van buiten Nederland voortgebracht, teeltmateriaal dat niet
in het verkeer gebracht, verhandeld of uitgevoerd mag worden
Periode: 1979–
Grondslag: Algemene beschikking verkeer niet-ingeschreven rassen (landbouwgewassen)
1979 art. 3
Product: Beschikkingen
Opmerking: Het gaat om rassen die niet ingeschreven zijn in het Nederlands Rassenregister
of zijn vermeld in de ‘Gemeenschappelijke Rassenlijst Voor Landbouwgewassen’ van de
EG, maar die wel tot het verkeer zijn toegelaten in andere landen.
Waardering: V 10 jaar
708
Handeling: Het aanwijzen van niet ingeschreven Nederlandse rassen teeltmateriaal die
in het verkeer gebracht, verder verhandeld en uitgevoerd mogen worden
Periode: 1979–
Grondslag: Algemene beschikking verkeer niet-ingeschreven rassen (landbouwgewassen)
1979 art. 4; Wijziging Algemene beschikking verkeer niet-ingeschreven rassen (landbouwgewassen)
1979 art. I.4; Regeling verkeer niet-ingeschreven rassen (landbouwgewassen) 1979 en
verkeer soortecht teeltmateriaal art. 4
Product: Beschikkingen
Opmerking: Het gaat om rassen die niet ingeschreven zijn in het Nederlands rassenregister
of zijn vermeld in de ‘Gemeenschappelijke Rassenlijst voor Landbouwgewassen’ van de
EG. Aanwijzing van een ras vindt niet plaats indien de Minister van oordeel is dat
het zich voldoende onderscheidt van een in het Nederlandse Rassenregister ingeschreven
ras dan wel voor keuringsdoeleinden voldoende homogeen is.
Waardering: V 10 jaar
709
Handeling: Het aanwijzen van rassen waarvan in Nederland voortgebracht teeltmateriaal
onder een vermelde benaming en met het vermelde tijdstip verhandeld en uitgevoerd
mag worden
Periode: 1979–
Grondslag: Algemene beschikking verkeer niet-ingeschreven rassen (landbouwgewassen)
1979 art. 5; Regeling verkeer niet-ingeschreven rassen (landbouwgewassen) 1979 en
verkeer soortecht teeltmateriaal art. 5
Product: Beschikkingen
Opmerking: Het gaat om rassen die niet ingeschreven zijn in het Nederlands rassenregister
of zijn vermeld in de ‘Gemeenschappelijke Rassenlijst voor Landbouwgewassen’ van de
EG, maar wel tot het verkeer zijn toegelaten in andere landen. Het ras moet zich voldoende
onderscheiden van een in het Nederlandse Rassenregister ingeschreven ras en moet voldoende
homogeen zijn.
Waardering: V 10 jaar
710
Handeling: Het beslissen dat voortbrengen van teeltmateriaal van grassen van rassen
die niet zijn ingeschreven in het Nederlands rassenregister onder de vermelde benaming
niet is toegestaan
Periode: 1988–
Grondslag: Regeling verkeer niet-ingeschreven rassen (landbouwgewassen) 1979 zoals
gewijzigd (Stcrt. 1988, 160); Verkeer soortecht teeltmateriaal art 8a. 1–2
Product: Beschikkingen
Opmerking: Het beslissen gebeurt binnen drie maanden nadat de commissie voor de samenstelling
van de Rassenlijst voor landbouwgewassen is gehoord.
Waardering: V 5 jaar
711
Handeling: Het besluiten dat teeltmateriaal van een ras dat niet in het Nederlandse
Rassenregister is ingeschreven en dat tot het verkeer is toegelaten in een land dat
geen deel uitmaakt van de EG, in Nederland in het verkeer gebracht mag worden met
het oog op de uitvoer buiten het grondgebied van de EG op voorwaarde dat het ras voor
keuringsdoeleinden voldoende homogeen is
Periode: 1991–
Grondslag: Regeling verkeer niet-ingeschreven rassen 1991 (Stcrt. 51) art. 3.1
Product: Beschikkingen
Waardering: V 5 jaar
23.9. Handhaving en controle
23.9.1. Instelling van keuringsinstellingen
713
Handeling: Het bij AMvB aanwijzen van rechtspersoonlijkheid bezittende keuringsinstellingen
alsmede het intrekken van de aanwijzing
Periode: 1942–
Grondslag: Keuringswet tuinbouwzaden en plantgoed artt. 2.1 en 3.2; Kwekersbesluit
1941 artt. 48.1, 49.3; Zaaizaad- en plantgoedwet, artt. 87.1. 91.4-5
Product: Beschikking van de secretaris-generaal van het Departement van Landbouw
en Visserij van 2 October 1942, tot aanwijzing van een keuringsinstelling als
bedoeld in artikel 48.1 van het Kwekersbesluit
1941 (Stcrt. 1942, 192); Beschikking van de secretaris-generaal van
het Departement van Landbouw en Visserij van 31 mei 1943 ter uitvoering
van artikel 48.7 van het Kwekersbesluit 1941 (Stcrt. 1943, 105)
Aansluitingsbesluit NAK-S (Stb. 1952, 605; 1967, 218);
Aansluitingsbesluit NAK-G (Stb. 1952, 607; 1967, 219);
Aansluitingsbesluit NAK-B (Stb. 1952, 606, 1967, 216);
Aansluitingsbesluit NAK (Stb. 1967, 217); Aansluitingsbesluit NAK-Tuinbouw (–); Vrijstellingsaansluiting
NAK-B (Stcrt. 1967, 98): Vrijstellingsbeschikking aansluiting (NAK-G Stcrt. 1967,
98); Vrijstelling aansluiting NAK (Stcrt. 1967, 98)
Opmerking: Intrekking van aanwijzing geschiedt indien keuringsinstellingen niet meer
voldoen aan de gestelde eisen. Hiermee is bepaald dat het bedrijfsmatig telen, bewerken,
verhandelen, invoeren, uitvoeren of ten uitvoer aanbieden van voortkwekingsmateriaal
van tuinbouwgewassen slechts is toegestaan aan hen die zijn aangesloten bij keuringsinstellingen.
Waardering: B, 5
714
Handeling: Het aanwijzen van organisaties die de belangen van aangeslotenen bij keuringsinstellingen
op het gebied van teeltmateriaal vertegenwoordigen
Periode: 1952–1967
Grondslag: Keuringswet tuinbouwzaden en plantgoed art. 3.1.2d
Product: Beschikingen
Waardering: B, 5
715
Handeling: Het benoemen van de voorzitter van het bestuur van keuringsinstellingen
op het gebied van voortkwekingsmateriaal
Periode: 1952–
Grondslag: Keuringswet tuinbouwzaden en plantgoed art. 3.2c; Zaaizaad- en plantgoedwet
art. 88.2b
Product: Beschikkingen
Opmerking: Na het bestuur van de keuringsinstelling gehoord te hebben.
Waardering: V 10 jaar
23.9.2. Rijkstoezicht op keuringinstellingen
716
Handeling: Het stellen van voorwaarden waar keuringsinstellingen op het gebied van
teeltmateriaal aanmoeten voldoen alsmede aan afwijkingen in de taken van keuringsinstellingen
Periode: 1942–1967
Grondslag: Kwekersbesluit 1941 art. 48.4, 49.3
Product: Beschikking van de secretaris-generaal van het Departement van Landbouw en
Visserij van 2 October 1942, ter uitvoering van het bepaalde in artikel 48, lid 4,
van het Kwekersbesluit 1941 (Stcrt. 1942, 192)
Waardering: B, 5
717
Handeling: Het goedkeuren van statuten en algemeen geldende voorschriften van keuringsinstellingen
voor teeltmateriaal alsmede wijzigingen en de intrekking daarvan
Periode: 1942–
Grondslag: Kwekersbesluit 1941 art. 48.5; Keuringswet tuinbouwzaden en plantgoed art.
3.1.2a; Zaaizaad- en plantgoedwet, artt. 88.2a en 91.5
Product: Aansluitingsbesluit NAK-S (Stb. 1952, 605); Aansluitingsbesluit NAK-G (Stb.
1952, 607); Aansluitingsbesluit NAK-B (Stb. 1952, 606)
Opmerking: Tot 1967: het goedkeuren van keuringsreglementen.
Waardering: B, 4
719
Handeling: Het vaststellen van de vorm en inhoud van certificaten, sluitingen en plombes,
merken, tekenen en bewijsstukken inzake teeltmateriaal
Periode: 1942–
Grondslag: Kwekersbesluit 1941 art. 48.7; Zaaizaad- en plantgoedwet, art. 93
Product: Beschikking houdende merken, certificaten, plombes en andere bewijsstukken
(Stcrt. 1968, 166); Uitvoering artikel 93 Zaaizaad- en plantgoedwet (Stcrt. 1971,
243; Stcrt. 1975,81; Stcrt.1989, 42); Regeling Vaststelling merken, tekenen, bewijsstukken
en plombes (Stcrt. 1991, 23)
Waardering: B, 5
720
Handeling: Het geven van voorschriften inzake de inrichting en de bevoegdheden van
keuringsinstellingen
Periode: 1942–1967
Grondslag: Kwekersbesluit 1941 art. 50.1
Product: Voorschriften
Waardering: B, 4/5
721
Handeling: Het vaststellen of vernietigen van tarieven voor keuring en toezicht die
door de keuringsinstellingen op het gebied van het teeltmateriaal zijn vastgesteld
Periode: 1942–1967
Grondslag: Kwekersbesluit 1941 art. 51.3
Product: Beschikkingen
Waardering: B, 4/5
722
Handeling: Het goedkeuren van de benoeming van bestuursleden en de aanstelling van
personeel van keuringsinstellingen op het gebied van voortkwekingsmateriaal
Periode: 1952–1967
Grondslag: Keuringswet tuinbouwzaden en plantgoed art. 3.1.2d–e
Product: Beschikkingen
Opmerking: Wat betreft het personeel gaat het om de secretaris en diegene die met
de algemene technische leiding is belast.
Waardering: V 2 jaar na ontslag
723
Handeling: Het goedkeuren van de begroting, de rekening en verantwoording en de tarieven
van keuringsinstellingen op het gebied van voortkwekingsmateriaal
Periode: 1952–1967
Grondslag: Keuringswet tuinbouwzaden en plantgoed art. 3.1.2f
Waardering: V 7 jaar
724
Handeling: Het goedkeuren van wijzigingen van statuten van keuringsinstellingen op
het gebied van voortkwekingsmateriaal
Periode: 1952–1967
Grondslag: Keuringswet tuinbouwzaden en plantgoed art. 3.2a
Product: Aansluitingsbesluit NAK-S (Stb. 1952, 605)
Waardering: B, 4
725
Handeling: Het goedkeuren van besluiten van keuringsinstellingen tot het vaststellen,
wijzigen of intrekken van voorschriften die betrekking hebben op aangeslotenen bij
keuringsinstellingen
Periode: 1952–1967
Grondslag: Keuringswet tuinbouwzaden en plantgoed art. 3.2b
Product: Aansluitingsbesluit NAK-S (Stb.1952, 605)
Waardering: B, %
726
Handeling: Het stellen van regels met betrekking tot het uitoefenen van rijkstoezicht
op keuringsinstellingen
Periode: 1967–
Grondslag: Zaaizaad- en plantgoedwet, artt.88.2h, 89.1
Product: Toezicht keuringsinstellingen Zaaizaad- en plantgoedwet (Stcrt. 1967,132;
1968, 189); Beschikking Toezicht keuringsinstellingen Zaaizaad- en
plantgoedwet (Stcrt. 1973, 250)
Waardering: B, 5
727
Handeling: Het aanwijzen van personen die het toezicht op naleving van keuringsvoorschriften
voor de uitvoer tot taak hebben
Periode: 1967–
Grondslag: Zaaizaad- en plantgoedwet, art. 91.2 zoals gewijzigd Stb. 1997, 510
Product: Benoemingen
Opmerking: Tot 1997 ging het om het aanwijzen van andere instanties dan keuringsinstellingen
zoals het Rijksproefstation voor de zaadcontrole, de Plantenziektenkundige dienst
en accountantsdiensten.
Waardering: V 10 jaar
729
Handeling: Het goedkeuren of schorsen van voorschriften van keuringsinstellingen op
het gebied van het teeltmateriaal
Periode: 1967–
Grondslag: Zaaizaad- en plantgoedwet, art. 91.3, zoals gewijzigd (Stb. 1997, 510)
art. 20; Besluit Verhandeling Teeltmateriaal Siergewassen artt. 2.1-2, 3.1; Besluit
Verhandeling Teeltmateriaal Boomkwekerijgewassen, artt. 2.2-3, 3.1; Besluit Verhandeling
Teeltmateriaal Groente- en Bloemgewassen artt. 2.2-3, 3.1, 7; Besluit Verhandeling
Teeltmateriaal Landbouwgewassen artt. 2.2, 2.4, 3.1
Product: Richtlijnen
Opmerking: De Minister kan deze voorschriften vernietigen als ze in strijd zijn met
het algemeen belang. Het gaat om schorsing voor een bepaalde tijd welke, behoudens
verlenging, niet meer bedraagt dan zes maanden, dan wel worden vernietigd. Het gaat
onder meer om voorschriften ten aanzien van de gezondheid, de zuiverheid, de kwaliteit,
de sortering en de classificatie van het teeltmateriaal.
Waardering: B, 5
731
Handeling: Het aanwijzen van ambtenaren voor het uitoefenen van Rijkstoezicht op krachtens
de Zaaizaad- en plantgoedwet aangewezen keuringsinstellingen
Periode: 1973–
Grondslag: Toezicht keuringsinstellingen ZPW art. 1
Product: Benoemingsbesluit
Opmerking: De PD is verantwoordelijk voor het aanwijzen van ambtenaren als het gaat
om Plantenziektenkundige aangelegenheden.
Waardering: V 10 jaar
23.9.3. Taken van Keuringsinstellingen
732
Handeling: Het voorbereiden tot het stellen van regels voor het bepalen van monsterafname
bij de invoer van meststoffen, zaaizaden en veevoeder
Periode: 1920–1967
Grondslag: Wet houdende bepalingen tot bestrijding van bedrog in de handel in meststoffen,
zaaizaden en veevoeder art. 6
Product: Reglementen
Opmerking: Het gaat om meststoffen, zaaizaden en veevoeder die bij AMvB zijn aangewezen.
Waardering: B, 5
733
Handeling: Het geven van voorschriften voor het nemen van monsters van teeltmateriaal
en de verpakking, de verzegeling, de verzending, het onderzoek en het heronderzoek
van deze monsters
Periode: 1920–1967
Grondslag: Wet houdende bepalingen tot bestrijding van bedrog in de handel in meststoffen,
zaaizaden en veevoeder art. 15, zoals gewijzigd (Stb. 1955, 213) art. 6.F
Product: Voorschriften
Opmerking: Het nemen van monsters gebeurde in geval van het vermoeden van wetsovertreding
door menging met andere stoffen.
Waardering: B, 5
735
Handeling: Het stellen van voorwaarden voor het verlenen van ontheffing van de keuringseisen
die door de keuringsinstellingen op het gebied van de zaaizaad zijn gesteld
Periode: 1942–1967
Grondslag: Kwekersbesluit 1941 art. 39.2
Product: Beschikkingen
Waardering: V 10 jaar
740
Handeling: Het erkennen van buitenlandse keuringsinstellingen
Periode: 1942–1967
Grondslag: Beschikking van de secretaris generaal van het Departement van Landbouw
en visserij met betrekking tot het verlenen van ontheffing van de keuring van voortkwekingsmateriaal
van landbouwgewassen, krachtens artikel 39.2 van het Kwekersbesluit 1941, art. 3.1a,
3.3, 3.4, 4.3; Beschikking van den Secretaris-Generaal van het Departement van Landbouw
en Visscherij van 28 februari 1944 met betrekking tot het verlenen van ontheffing
van de keuring van voortkwekingsmateriaal van landbouwgewassen krachtens artikel 39.2
van het Kwekersbesluit 1941 art. 4.3
Product: Beschikkingen
Waardering: B, 4
758
Handeling: Het bepalen van gevallen of groepen van gevallen waarvoor de Minister ontheffing
of vrijstelling kan verlenen met betrekking tot de voorschriften die keuringsinstellingen
ten aanzien van cultuurgewassen bevoegd zijn te geven
Periode: 1967–
Grondslag: Zaaizaad- en plantgoedwet, art. 92.2
Product: Regeling
Opmerking: Het gaat om voorschriften over kwaliteitsaspecten zoals gezondheid, zuiverheid,
classificatie, sortering etc. (art.91). De vrijstelling wordt verleend aan aangeslotenen
van de keuringsinstellingen.
Waardering: V 10 jaar
759
Handeling: Het verlenen van ontheffing of vrijstelling met betrekking tot de voorschriften
die keuringsinstellingen ten aanzien van cultuurgewassen bevoegd zijn te geven
Periode: 1967–
Grondslag: Zaaizaad- en plantgoedwet, art. 92.2
Product: Beschikking
Opmerking: Het gaat om voorschriften over kwaliteitsaspecten zoals gezondheid, zuiverheid,
classificatie, sortering etc. (art.91). De vrijstelling wordt verleend aan aangeslotenen
van de keuringsinstellingen.
Waardering: V 10 jaar
23.9.4. Merken, tekenen en bewijsstukken
765
Handeling: Het bepalen van aanduidingen voor voortkwekingsmateriaal
Periode: 1942–1967
Grondslag: Kwekersbesluit 1941 art. 38
Product: Beschikkingen
Opmerking: Een voorbeeld van zo’n aanduiding is ‘nabouw’.
Waardering: V 10 jaar
767
Handeling: Het verlenen van ontheffing van de eisen die door de keuringsinstellingen
op het gebied van zaaizaad zijn gesteld voor de verpakking van het voortkwekingsmateriaal
en de voorziening met sluitingen en plombes, merken en tekenen
Periode: 1942–1967
Grondslag: Kwekersbesluit 1941 art. 39.2
Product: Ontheffingen
Waardering: V 10 jaar
770
Handeling: Het vaststellen van modellen van documenten waarin wordt aangegeven dat
betrokken teeltmateriaal door keuringsinstellingen op het gebied van het teeltmateriaal
is goedgekeurd dan wel met toestemming van deze keuringsinstellingen in het verkeer
gebracht en verder verhandeld mag worden
Periode: 1986–
Grondslag: Besluit Verhandeling Teeltmateriaal Siergewassen art.1; Besluit Verhandeling
Teeltmateriaal Boomkwekerijgewassen art.1 wordt opgevolgd in 1994 door Besluit verhandeling
teeltmateriaal bloemisterij- en boomkwekerijgewassen (Stb. 1994, 598); Besluit van
8 juli 1994, houdende wijzigingen van een aantal op de Zaaizaad- en plantgoedwet gebaseerde
besluiten. Art. II.A; Besluit Verhandeling Teeltmateriaal Groente- en Bloemgewassen
art. 1.c; Besluit Verhandeling Teeltmateriaal Landbouwgewassen art. 1.c.
Waardering: B, 5
23.9.5. Opsporing, strafbepaling
775
Handeling: Het beslissen op bezwaarschriften tegen besluiten van het NAK-S/NAK-B/NAK-G/NAK
Periode: 1967–
Grondslag: Besluit Verhandeling Teeltmateriaal Siergewassen 15, art. 6; Besluit Verhandeling
Teeltmateriaal Boomkwekerijgewassen art. 6; Besluit Verhandeling Teeltmateriaal Groente-
en Bloemgewassen art. 6; Besluit Verhandeling Teeltmateriaal Landbouwgewassen art.
6
Waardering: V 5 jaar
776
Handeling: Het aanwijzen van ambtenaren voor het opsporen van overtredingen van de
Wet houdende bepalingen tot bestrijding van bedrog in de handel in meststoffen, zaaizaden
en veevoeder en van het Kwekersbesluit
Periode: 1920–1967
Grondslag: Wet houdende bepalingen tot bestrijding van bedrog in de handel in meststoffen,
zaaizaden en veevoeder art. 10; Kwekersbesluit 1941 art. 56.3
Product: Beschikkingen
Waardering: V 75 jaar na geboorte
778
Handeling: Het geven van instructies bij opsporing van overtredingen bij of krachtens
het kwekersrecht
Periode: 1942–1955
Grondslag: Kwekersbesluit 1941 art. 56.3
Product: Beschikkingen
Waardering: B, 5
779
Handeling: Het vaststellen van regels voor de beëdiging van opsporingsambtenaren
Periode: 1942–1955
Grondslag: Kwekersbesluit 1941 art. 56.3 zoals gewijzigd bij wet van 20 mei 1955,
houdende wijziging van regelingen betreffende economische delicten.
Product: Beschikkingen
Waardering: B, 1/5
781
Handeling: Het overeenstemmen met de Minister van Justitie inzake het aanwijzen van
ambtenaren van de Algemene Inspectiedienst als ambtenaren belast met de opsporing
van overtredingen bij of krachtens de Zaaizaad- en plantgoedwet
Periode: 1969–1973
Grondslag: Beschikking aanwijzing opsporingsambtenaren art. 1
Waardering: V 10 jaar
23.10. Inbreng van productschappen
789
Handeling: Het aanwijzen van bedrijfslichamen en andere organisaties en instellingen
die betrokken zijn bij teeltmateriaal inzake het adviseren van de Minister van LNV
m.b.t. de voorbereiding van de AMvB’s uit de Zaaizaad- en plantgoedwet
Periode: 1967–1995
Grondslag: Wet van juli 1995 (Stb.355) tot wijziging van de Algemene wet bestuursrecht
en andere wetten art.13; Zaaizaad- en plantgoedwet art. 94
Product: Beschikkingen
Waardering: B, 5
23.11. Genenbanken
793
Handeling: Het oprichten van het Centrum voor Genetische Bronnen (Genenbank)
Periode: 1985–
Bron: De genenbank onderweg, cpro-dlo (1995) p. 17
Opmerking: De Genenbank is opgericht om specifieke aandacht te besteden aan bewaring,
evaluatie, documentatie en introductie van teeltmateriaal.
Waardering: B, 4
23.12. Raad voor aangelegenheden van teeltmateriaal van land- en tuinbouwgewassen
796
Handeling: Het instellen van de Raad voor aangelegenheden van teeltmateriaal van land-
en tuinbouwgewassen
Periode: 1970–
Grondslag: Instelling Raad voor aangelegenheden van teeltmateriaal van land- en tuinbouwgewassen
art. 1
Product: Instellingsbeschikking
Waardering: B, 4
797
Handeling: Het benoemen van leden van de Raad voor aangelegenheden van teeltmateriaal
van land- en tuinbouwgewassen
Periode: 1970–
Grondslag: Instelling Raad voor aangelegenheden van teeltmateriaal van land- en tuinbouwgewassen
art. 3.1, zoals gewijzigd in 1976 (Stcrt. 1976, 192)
Product: Beschikkingen
Opmerking: Vanaf 1976 benoemt het Landbouwschap drie leden, voor die tijd waren dat
er twee. Twee van deze leden zijn deskundig op het gebied van teeltmateriaal van akkerbouwgewassen
en een lid is deskundig op het gebied van teeltmateriaal van tuinbouwgewassen. De
Nederlandse Kwekersbond, Vereniging voor de handel in Landbouwzaaizaden, Nederlandse
Federatie voor de handel in Pootaardappelen, Centrale Vereniging voor de Coöperatieve
Handel benoemen drie leden. De Nederlandse Vereniging voor de Teelt en de Handel in
Tuinbouwzaden benoemt twee leden. Het Productschap voor Siergewassen benoemt één lid.
De Minister van LNV, benoemt vanaf 1976, voor die tijd waren dat er twee.
Waardering: V 5 jar na beëndiging of 10 jaar na overlijden
799
Handeling: Het aanwijzen van een ambtenaar als secretaris van de Raad voor aangelegenheden
van teeltmateriaal van land- en tuinbouwgewassen
Periode: 1970–
Grondslag: Instelling Raad voor aangelegenheden van teeltmateriaal van land- en tuinbouwgewassen
art. 3.2, zoals gewijzigd (Stcrt. 1976, 192) art. 3.2
Product: Beschikkingen
Waardering: V 2 jaar na ontslag
23.13. Biotechnologie
23.13.1. Algemene handelingen
800
Handeling: Het voorbereiden, mede-vaststellen en evalueren van het beleid op het gebied
van de (agro)biotechnologie
Periode: 1977–
Product: (Beleids)nota’s: o.a. Nota ‘Leven in een duurzame toekomst’, juni 1993, uitgebracht
mede namens EZ, VROM, WVC, OC&W, BuZa en SZW; Nota Wetenschap- en techniekcommunicatie,
april 2000, uitgebracht met OC&W en EZ; Voortgangsrapportages (evaluatie) over biotechnologie
en levensmiddelen, november 1996 en april 1999, uitgebracht door de Ministeries van
LNV en VWS in nauwe betrokkenheid van de Ministeries van VROM en EZ (TK 1996–1997,
25 126 nr. 1; 1998–1999, 26 407 nr. 2).
– Strategisch Plan van Aanpak Biologische Diversiteit (II’95–‘96 24 400. XIV, nr.
37); Voortgangsverslag (1996) inzake Strategisch Plan van Aanpak Biologische Diversiteit
(SPA Biodiversiteit) uitgebracht door Ministeries van LNV, VROM en BuZA, mede namens
de Ministeries van V&W, OC&W en EZ (TK 1996–1997. 25 000 XIV, nr. 21)
Opmerking: Het gaat hierbij met name om het gebruik van biotechnologie in planten
en voedingsmiddelen, de voedsel- en milieuveiligheid en de informatie daarover aan
de consument.
Waardering: B, 1/4
801
Handeling: Het voorbereiden van de totstandkoming, wijziging en intrekking van wet-
en regelgeving op het gebied van teeltmateriaal en (agro)biotechnologie
Periode: 1940–
Product: Wet, houdende bepalingen tot bestrijding van bedrog in de handel in meststoffen,
zaaizaden en veevoeder (Stb. 1920, 957); Kwekersbesluit (vb, 1942, 8); Keuringswet
Tuinbouwzaden- en Plantgoed (Stb. 1952, 160); Zaaizaad- en plantgoedwet (Stb. 1966,
455)
Bron: Begrotingen
Opmerking: Bijvoorbeeld: Het aanpassen van de Zaaizaad- en plantgoedwet na herziening
van UPOV-conventies. Voor (agro)biotechnologie geldt ook: de implementatie van EG-regelgeving
door de voorbereiding van uitvoeringsmaatregelen in de vorm van formele wetten, AMvB’s,
Ministeriële regelingen en verordeningen.
Waardering: B, 1/2
802
Handeling: Het instellen, instrueren en opheffen van organisaties, raden, commissies
en werkgroepen ter voorbereiding van het beleid inzake (agro)biotechnologie
Periode: 1940–
Product: Instellingsbesluiten
Bron: Begrotingen
Opmerking: Voorbeelden van zo’n commissie is: Commissie van Advies voor Kwekerseigendom
(1940).
Waardering: B, 4
803
Handeling: Het opstellen van (periodieke) verslagen over de beleidsvorming inzake
(agro)biotechnologie
Periode: 1945–
Product: Jaarverslagen, kwartaalverslagen, maandverslagen
Bron: Begrotingen
Waardering: B, 3
804
Handeling: Het beantwoorden van Kamervragen over het beleid inzake en (agro)biotechnologie
en het anderszins informeren van leden van, of commissies uit het parlement
Periode: 1945–
Product: Brieven, notities, …
Bron: Begrotingen
Waardering: B, 2/3
805
Handeling: Het opstellen van beleidsinformatie over teeltmateriaal en t.b.v. de Memorie
van Toelichting bij begrotingen
Periode: 1977–
Waardering: B, 2/3
806
Handeling: Het informeren van de Staten-Generaal betreffende het beleid voor het (agro)biotechnologiebeleid
Periode: 1977–
Waardering: V 10 jaar
807
Handeling: Het opstellen van het standpunt t.a.v. (agro)biotechnologie van het Ministerie
van LNV uit te dragen op conferenties
Periode: 1977–
Waardering: B, 1/2
808
Handeling: Het organisatorisch voorbereiden van de deelname aan conferenties, werkgroepen
etc m.b.t. (agro)biotechnologie
Periode: 1977–
Waardering: B+V
B, voor rapporten en verslagen
V 5 jaar voor overige neerslag
809
Handeling: Het geven van voorlichting betreffende het overkoepelende (agro)biotechnologiebeleid
Periode: 1977–
Product: Voorlichtingsmateriaal
Waardering: B+V
B, voor eindverslagen
V 2 jaar voor overige neerslag
810
Handeling: Het informeren van de Nationale Ombudsman en parlementaire onderzoekscommissies
naar aanleiding van klachten over de gevolgen of de uitvoering van het beleid inzake
(agro)biotechnologie
Periode: 1945–
Product: Brieven, notities, …
Bron: Begrotingen
Opmerking: Zie ook PIVOT-rapport Behoorlijk behandeld over de Nationale Ombudsman.
Parlementair onderzoek gebeurt meestal door de Commissies voor de Verzoekschriften.
Waardering: B, 3
811
Handeling: Het beslissen op beroepschriften naar aanleiding van beschikkingen inzake
(Agro)biotechnologie
Periode: 1945–
Product: Beschikkingen
Bron: Begrotingen
Waardering: B+V
B, 3 voor eindrapporten
V 5 jaar na uitspraak
812
Handeling: Het voeren van verweer in beroepschriftprocedures inzake (agro)biotechnologie
voor administratiefrechtelijke organen
Periode: 1945–
Product: Beschikkingen en verweerschriften
Bron: Begrotingen
Opmerking: Zie ook PIVOT-rapport Drie maal ’s Raads recht over de Raad van State.
Waardering: V 10 jaar
813
Handeling: Het mede-voorbereiden van het vaststellen, wijzigen en intrekken van internationale
regelingen inzake het presenteren van Nederlandse standpunten in intergouvernementele
organisaties op het gebied van (agro)biotechnologie
Periode: 1945–
Product: Internationale regelingen, nota’s, notities, rapporten
Bron: Begrotingen
Opmerking: De belangrijkste internationale organisatie op dit gebied is de UPOV, die
het Nederlandse kwekersrecht in grote mate regelt.
Waardering: B, 1 en 2
814
Handeling: Het beantwoorden van vragen van individuele burgers, bedrijven en instellingen
inzake (agro)biotechnologie
Periode: 1945–
Product: Brieven, notities
Bron: Begrotingen
Waardering: V 3 jaar
815
Handeling: Het ontwikkelen van voorlichtingsmateriaal op het terrein van (agro)biotechnologie
Periode: 1945–
Product: Voorlichtingsmateriaal
Bron: Begrotingen
Waardering: B+V
B, 5 voor voorlichtingsmateriaal, eindproducten
V 2 jaar voor overige neerslag
816
Handeling: Het voorbereiden van interdepartementaal overleg ten aanzien van (agro)biotechnologie
en het opstellen van verslagen van de geleverde inbreng
Periode: 1945–
Product: Brieven, notities, …
Bron: Begrotingen
Waardering: B+V
B, 1 alleen de verslagen
V 5 jaar voor overige neerslag
817
Handeling: Het formuleren van het onderzoeksbeleid op het gebied van (agro)biotechnologie
en (agro)biotechnologie
Periode: 1945–
Product: Voorstellen; nota’s
Bron: Begrotingen
Waardering: B+V
B, 1 en 5 voor voorstellen, nota’s etc.
V 5 jaar voor overge neerslag
818
Handeling: Het geven van bijdragen aan instellingen voor landbouwkundig onderzoek
op het gebied van (agro)biotechnologie
Periode: 1945–
Bron: Begrotingen
Opmerking: Voorbeelden van onderzoekcentra op het gebied van teeltmateriaal zijn;
het Centrum voor Rassenonderzoek en Zaadtechnologie (CRZ); heet Instituut voor de
veredeling van Tuinbouwgewassen Wageningen (IVT) en het Rijksinstituut voor Rassenonderzoek
van Cultuurgewassen (RIVRO).
Waardering: B+V
B, 5 voor voorstellen, nota’s etc.
V 10 jaar voor overige neerslag
819
Handeling: Het beoordelen van de onderzoeksprogramma’s en de onderzoeksresultaten
van de proefstations inzake (agro)biotechnologie
Periode: 1945–
Grondslag: Begrotingen
Product: Beoordelingsverslagen
Waardering: V 10 jaar
820
Handeling: Het verlenen van opdrachten betreffende het bijdragen aan de strategische
ontwikkeling en totstandkoming van beleid inzake (agro)biotechnologie en het daarbij
behorende instrumentarium
Periode: 1977–
Product: Opdrachten
Grondslag: Mandaat directeur Biotechnologie, art. 1c
Opmerking: De directeur Biotechnologie van het Ministerie van LNV is vanaf 1 februari
2000 gemachtigd namens de Minister van LNV te beslissen en stukken te ondertekenen
Waardering: B, 1
821
Handeling: Het opstellen en wijzigen van departementale standpunten inzake de agrarische
aspecten van internationale handelsbesprekingen
Periode: 1945–
Opmerking: Als onderdeel van de voorbereiding wordt overleg gevoerd met het
agrarische bedrijfsleven.
Waardering: B, 1
822
Handeling: Het verlenen van opdrachten betreffende het doen van onderzoek naar de
gevolgen van moderne biotechnologie voor landbouw, voeding en milieu, alsmede de daaruit
voortvloeiende maatschappelijke effecten
Periode: 1977–
Product: Opdrachten
Grondslag: Mandaat directeur Biotechnologie, art. 1b
Opmerking: De directeur Biotechnologie van het Ministerie van LNV is vanaf 1 februari
2000 gemachtigd namens de Minister van LNV te beslissen en stukken te ondertekenen.
Waardering: B, 1
23.13.2. Algemene Europese handelingen
823
Handeling: Het formuleren van hoofdlijnen en beginselen van het Nederlandse standpunt
gericht op het EG-beleid ten aanzien van de (agro)biotechnologie
Periode: 1977–
Bron: Brief van de Ministers van LNV, VROM en OS aan de Voorzitter van de Tweede Kamer.
Vergaderjaar 1996–1997, 25 000 XIV, nr. 21
Opmerking: Onder ander in het kader van het Verdrag inzake Biologische Diversiteit.
In het kader van dit Verdrag was Nederland vertegenwoordigt bij conferenties over
plantaardige genetische bronnen en agro- biodiversiteit
Waardering: B, 1
824
Handeling: Het deelnemen aan de voorbereiding van verordeningen ter zake de (agro)biotechnologie
die door de Commissie der E.E.G., later E.G. worden vastgesteld.
Periode: 1977–
Product: Voorstellen, nota’s en verslagen
Waardering: B+V
B, 5 voor voorstellen, nota’s etc.
V 10 jaar voor overige neerslag
825
Handeling: Het voorbereiden van bijdragen aan expertgroepen van de Europese Commissie
inzake (agro)biotechnologie en het opstellen van verslagen over de geleverde bijdrage
Periode: 1958–
Product: Voorstellen, nota’s en verslagen
Opmerking: In de Europese Gemeenschap is het zaaizaadhandelsverkeer van teeltmateriaal
van vrijwel alle belangrijke landbouw- en groentegewassen geregeld.
Waardering: V 10 jaar
826
Handeling: Het opstellen van concept-informatiefiches over voorstellen, mededelingen
en Groenboeken van de Europese Commissie op het gebied van (agro)biotechnologie
Periode: 1958–
Product: Concept-fiches
Opmerking: De interdepartementale WBNC stelt de informatiefiches vast. (Zie ook Pivotonderzoek
‘Gedane Buitenlandse Zaken’.)
Waardering: B, 1
827
Handeling: Het voorbereiden van vergaderingen van Raadswerkgroepen met betrekking
tot (agro)biotechnologie en het opstellen van verslagen van deze vergaderingen
Periode: 1958–
Product: Voorstellen, nota’s, agenda’s, notulen, en verslagen
Opmerking: Als onderdeel van de departementale standpuntbepaling kan overleg gevoerd
worden met maatschappelijke groeperingen, zoals het georganiseerde bedrijfsleven.
Waardering: B, 1
828
Handeling: Het voorbereiden van vergaderingen van ad hoc groepen Raden/Attachés met
betrekking tot (agro)biotechnologie en het opstellen van verslagen van deze vergaderingen
Periode: 1958–
Product: Voorstellen, nota’s, agenda’s, notulen, en verslagen
Opmerking: Als onderdeel van de departementale standpuntbepaling kan overleg gevoerd
worden met maatschappelijke groeperingen, zoals het georganiseerde bedrijfsleven.
Waardering: B, 1
829
Handeling: Het voorbereiden van vergaderingen van het Coreper met betrekking tot (agro)biotechnologie
en het opstellen van verslagen van deze vergaderingen
Periode: 1958–
Product: Voorstellen, nota’s, agenda’s, notulen, en verslagen
Opmerking: Als onderdeel van de departementale standpuntbepaling kan overleg gevoerd
worden met maatschappelijke groeperingen, zoals het georganiseerde bedrijfsleven.
De instructies voor de Nederlandse vertegenwoordiger in het Coreper (de PV) worden
vastgesteld in interdepartementaal overleg onder leiding van het Ministerie van Buitenlandse
Zaken.
Waardering: B, 1
830
Handeling: Het voorbereiden van vergaderingen van ad hoc High Level groepen met betrekking
tot (agro)biotechnologie en het opstellen van verslagen van deze vergaderingen
Periode: 1958–
Product: Voorstellen, nota’s, agenda’s, notulen, en verslagen
Opmerking: Als onderdeel van de departementale standpuntbepaling kan overleg gevoerd
worden met maatschappelijke groeperingen, zoals het georganiseerde bedrijfsleven.
Waardering: B, 1
831
Handeling: Het opstellen van departementale standpunten inzake agendapunten van Raadsvergaderingen
met betrekking tot (agro)biotechnologie en het opstellen van verslagen van Raadsvergaderingen
Periode: 1958–
Product: Voorstellen, nota’s, en verslagen
Opmerking: Nationale standpunten en onderhandelingsposities inzake agendapunten van
Raadsvergaderingen komen tot stand in de Coördinatiecommissie voor Europese Integratie-
en Associatieproblemen (CoCo).
Waardering: B, 1
832
Handeling: Het opstellen van departementale standpunten inzake algemene en op langere
termijn spelende zaken van EU-belang inzake (agro)biotechnologie
Periode: 1993–
Opmerking: Overleg hierover in de Coördinatiecommissie op Hoog Ambtelijk Niveau (CoCoHan)
leidt tot algemene rapporten aan de betrokken Ministers.
Waardering: B, 1
833
Handeling: Het aan de Europese Commissie rapporteren over de implementatie van Europese
(of internationale) regels in bestaande of nieuwe wet- en regelgeving op nationaal
niveau op het gebied van (agro)biotechnologie
Periode: 1958–
Product: Rapporten
Waardering: B, 3
834
Handeling: Het opstellen en wijzigen van standpunten inzake door de Europese Commissie
voorgestelde uitvoeringsbepalingen met betrekking tot (agro)biotechnologie, die besproken
worden in een raadgevend comité, een beheerscomité of een reglementeringscomité, en
het opstellen van verslagen van vergaderingen van deze comités
Periode: 1958–
Product: Rapporten
Opmerking: Als onderdeel van de departementale standpuntbepaling kan overleg gevoerd
worden met maatschappelijke groeperingen, zoals het georganiseerde bedrijfsleven.
Wanneer meerdere departementen betrokken zijn leidt het eerstverantwoordelijke Ministerie
het coördinatieoverleg
Onder deze handeling valt ook het opstellen van instructies voor de Nederlandse vertegenwoordiging
in de comités.
Waardering: B, 1
835
Handeling: Het opstellen en wijzigen van standpunten over door de Europese Commissie
voorgenomen besluiten, maatregelen en onderhandelingen met derde landen op het gebied
van (agro)biotechnologie, voorzover deze niet zijn vastgelegd in Raadsbesluiten en
worden besproken in commissies en werkgroepen, en het opstellen van verslagen van
vergaderingen van de commissies en werkgroepen
Periode: 1958–
Product: Rapporten
Waardering: B, 1
836
Handeling: Het stellen van nadere regels met betrekking tot de aanpassing van de nationale
wet- en
regelgeving ten aanzien van (agro)biotechnologie
Periode: 1958–
Grondslag: Internationaal Verdrag tot Bescherming van Kweekproducten (herzien) art.
30
Product: Beschikkingen
Opmerking: Indien de regels betrekking hebben op een bepaling die de handel raakt
verleent de Minister van Landbouw deze in overeenstemming met de Minister van Economische
Zaken.
Waardering: B, 5
837
Handeling: Het geven van aanwijzingen aan uitvoeringsorganen over de toepassing van
internationale verdragen of verordeningen inzake (agro)biotechnologie
Periode: 1958–
Product: Circulaires
Waardering: B, 5
838
Handeling: Het voordragen van personen voor benoeming in een raadgevend comité, beheerscomité
of reglementeringscomité inzake (agro)biotechnologie
Periode: 1958–
Product: Beschikkingen
Opmerking: De Raad benoemt de leden van de comités.
Waardering: V 10 jaar
839
Handeling: Het voordragen aan de Europese Commissie van deskundigen voor benoeming
als controleur op de naleving van de bepalingen van communautaire besluiten betreffende
(agro)biotechnologie
Periode: 1958–
Grondslag: EG-richtlijnen
Product: Beschikkingen
Waardering: V 3 jaar
840
Handeling: Het aanwijzen van regeringsvertegenwoordigers in commissies of werkgroepen
van de Europese Unie inzake (agro)biotechnologie
Periode: 1958–
Product: Beschikkingen
Waardering: V 2 jaar na vertrek
841
Handeling: Het nemen van maatregelen voor de toepassing van EEG richtlijnen en de
daarbijbehorende bijlagen op het gebied van (agro)biotechnologie
Periode: 1958–
Product: Beschikkingen
Opmerking: De Commissie voor Europese Gemeenschappen wordt hiervan in kennis gesteld.
Waardering: B, 5
842
Handeling: Het opstellen van een plan ter implementatie van een Raadsbesluit inzake
(agro)biotechnologie
Periode: 1993–
Grondslag: Aanwijzing voor regelgeving (Stcrt. 1992, 230), nr. 334
Product: Implementatieplan
Opmerking: Het betreft hier plannen ter implementatie van richtlijnen en verordeningen
die onderworpen zijn aan de samenwerkingsprocedure of de medebeslissingsprocedure
(co-decisie) van Raad en Europees Parlement. Het implementatieplan moet binnen een
maand nadat de Raad het gemeenschappelijk standpunt heeft vastgesteld voorgelegd worden
aan de Werkgroep Beoordeling Nieuwe Commissie voorstellen.
Waardering: B, 5
23.13.3. Fundamenteel, strategisch en Toepassingsgericht onderzoek
23.13.3.1. Innovatiegericht Onderzoeksprogramma Biotechnologie (IOP-b)
843
Handeling: Het gezamenlijk aangaan van projecten op het gebied van o.a. biotechnologie
Periode: 1981–
Bron: Instellingsbesluit Programmacommissie Biotechnologie
Opmerking: Projectmanagement en -beoordeling worden verzorgd door het NRLO.
Waardering: B, 5
847
Handeling: Het laten verrichten van (evaluatie)onderzoek naar projecten in het Innovatiegerichte
Onderzoeksprogramma Landbouwbiotechnologie (IOP-Lb)
Periode: 1985–
Product: Evaluatiestudie
Bron: Beleidsinformatie jaargang 4 nummer 16, p. 5
Opmerking: De opdracht werd uitgevoerd door: het Studiecentrum voor Technologie en
Beleid van TNO, en het Centrum voor Studies en Wetenschap, Technologie en Samenleving
van de Universiteit Twente
Waardering: B+V
B, 2/3 voor onderzoeksopdrachten en eindproducten
V 10 jaar overige neerslag
23.13.3.2. Biotechnologisch onderzoek bij planten
849
Handeling: Het opstellen van programmafinancieringsafspraken en programmavoorstellen
voor het Nederlands plantenbiotechnologisch onderzoek
Periode: 1985–
Bron: Beleidsnota landbouwbiotechnologie p. 38; Begrotingen
Opmerking: O.a. met DLO.
Waardering: B, 5
23.13.3.3. Biotechnologisch onderzoek met betrekking tot nieuwe voedingsmiddelen
850
Handeling: Het laten verrichten van (evaluatie)onderzoek naar ggo-vrije ketens van
voedingsmiddelen
Periode: 1997–
Product: onderzoeksopdrachten
Bron: Brief van de Minister van LNV aan de Voorzitter van de vaste Tweede Kamer, vergaderjaar
1997–1998, 25 126, nr. 5
Opmerking: Een financiële bijdrage hiervoor kan worden verkregen op grond van de Subsidieregeling
Demonstratieprojecten Markt- en Concurrentiekracht, dat een onderdeel is van het Stimuleringskader
LNV. Projecten die vallen binnen het onderwerp ‘ontwikkelen, opzetten en uitvoeren
van herkenbare (gecertificeerde) ggo-vrije ketens’ komen in aanmerking voor subsidie.
LASER voert de regeling uit.
Waardering: B+V
B, 5 onderzoeksopdracht en eindproduct
V 10 jaar overige neerslag
23.13.3.4. Financiering van het onderzoek
854
Handeling: Het (mede)financieren van biotechnische onderzoeksprogramma’s in de agrofoodsector
Periode: 1977–
Bron: Beleidsnota landbouwbiotechnologie p. 38; Begrotingen
Opmerking: Onder de agrofoodsector zijn begrepen: landbouw (akkerbouw, tuinbouw, en
veeteelt) en voedingsmiddelenindustrie. De onderzoeksprogramma’s werden o.a. uitgevoerd
door DLO, LUW, en proefstations (nu samen onder Wageningen-UR) en de Associatie voor
Biotechnologische Onderzoeksscholen in Nederland (ABON) en hebben betrekking op plantaardige
productie, dierlijke productie, aquacultuur en landbouwproductenverwerkende industrie.
Ook de Programmacommissie Landbouwbiotechnologie (PcLB) wordt door LNV gefinancierd.
Waardering: V 5 jaar
855
Handeling: Het (mede)financieren van startende biotechnologie bedrijven
Periode: 1977–
Bron: Website LNV, oktober 2002; Subsidieregeling Zaaiprojecten life sciences
Opmerking: In het kader van het Actieplan Life Sciences
Waardering: V 7 jaar
23.13.4. Toelating van genetisch gemodificeerde organismen
23.13.4.2. Voedsel, nieuwe voedingsmiddelen
857
Handeling: Het voeren van overleg met het Nederlandse voedingsbedrijfsleven en maatschappelijk
organisaties over verbetering van transparante etikettering van producten die met
gentechnologie zijn geproduceerd
Periode: 1996–
Product: Agenda’s; notulen; nota’s etc.
Bron: Beleidsnota Biotechnologie, p. 33
Waardering: B, 1
858
Handeling: Het stimuleren en faciliteren van de ontwikkeling van ggo-vrije ketens
van levensmiddelen
Periode: 1997–
Product: Subsidieverslagen
Bron: Brief van de Minister van LNV aan de Voorzitter van de vaste Tweede Kamer, vergaderjaar
1997–1998, 25 126, nr. 5
Opmerking: Subsidie wordt verstrekt middels De Subsidieregeling Demonstratieprojecten
Markt- en Concurrentiekracht, dat een onderdeel is van het Stimuleringskader LNV.
Projecten die vallen binnen het onderwerp ‘ontwikkelen, opzetten en uitvoeren van
herkenbare (gecertificeerde) ggo-vrije ketens’ komen in aanmerking voor subsidie.
Waardering: B+V
B, 1 voor subsidieverslagen
V 10 jaar voor overige neerslag
859
Handeling: Het (mede) beslissen over het verlenen van vergunningen voor introducties
van genetisch gemodificeerde organismen in het milieu en op de markt
Periode: 1993–
Grondslag: Besluit GGO, art 6
Opmerking: De Minister van VROM heeft hierin het primair bevoegd gezag.
Waardering: B, 5
23.13.4.3. Zaaizaad en plantgoed
860
Handeling: Het (laten) uitvoeren van een inventariserend onderzoek naar de ethische
aspecten van plantenbiotechnologie
Periode: 1993–
Product: Onderzoeksrapporten; onderzoeksopdrachten
Bron: ?
Waardering: B+V
B, 1 voor rapporten
V 5 jaar voor overige neerslag
23.13.4.4. Intellectueel eigendom
861
Handeling: Het voorbereiden van de totstandkoming, wijziging en intrekking van wet
en regelgeving betreffende de rechtsbescherming van biotechnologische uitvindingen
Periode: 1998–
Product: Wijziging van de Rijksoctrooiwet, de Rijksoctrooiwet 1995 en de Zaaizaad
en Plantgoedwet ten behoeve van de rechtsbescherming van biotechnologische uitvindingen
Bron: TK 1998–1999, 26 568 (R1638), nrs. 1–2; EK 2001–2002, 26 26 568 (R 1638), nr.
435
Opmerking: Deze wet is nog niet gepubliceerd in de staatscourant?
Waardering: B, 1
23.13.5. Voorlichting en het stimuleren van maatschappelijke meningsvorming
23.13.5.1. Consumentenonderzoek en -voorlichting
862
Handeling: Het financieren van onderzoeksprogramma’s betreffende de sociaal-economische
en voedselveiligheidsaspecten van de landbouwbiotechnologie
Periode: 1990–
Product: O.a. Technologische Aspecten-studies (TA-studies)
Bron: Beleidsnota Landbouwbiotechnologie, 1993, p. 22
Opmerking: Dit onderzoek wordt o.a. uitgevoerd door de stichting Consument en Biotechnologie.
Waardering: V 10 jaar
864
Handeling: Het financieren van onderzoek naar maatschappelijke acceptatie van producten
van de (landbouw)biotechnologie
Periode: 1990–
Bron: Beleidsnota Landbouwbiotechnologie, 1993, p. 22
Opmerking: Dit onderzoek wordt uitgevoerd door de Stichting Wetenschappelijk Onderzoek
Konsumenten Aangelegenheden (SWOKA) en de Nederlandse Organisatie voor Technologisch
Aspectenonderzoek (NOTA- vanaf 1994: Rathenau Instituut).
Waardering: V 10 jaar
866
Handeling: Het voeren van overleg met betrokken organisaties over de participatie
vanuit deze organisaties in de aansturing van beleidsgerichte onderzoeksprogramma’s
op het gebied van landbouwbiotechnologie
Periode: 1990–
Product: Voorstellen, nota’s, agenda’s, notulen, en verslagen
Bron: Beleidsnota Landbouwbiotechnologie p. 22
Opmerking: Betrokken organisaties zijn o.a. de Stichting Consument en Biotechnologie
en de Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Konsumenten Aangelegenheden (SWOKA).
Waardering: V 5 jaar
867
Handeling: Het financieel ondersteunen van voorlichtingscampagnes op het gebied van
de (landbouw)biotechnologie
Periode: 1990–
Bron: Beleidsnota Landbouwbiotechnologie, 1993, p. 21
Opmerking: O.a. voorlichtingscampagnes van de Stichting Publieksvoorlichting Wetenschap
en Technologie (PWT – in 1996 na een fusie overgegaan in Stichting WeTeN).
Waardering: V 10 jaar
869
Handeling: Het beschikbaar stellen van financiële middelen om de rol van het landbouwonderwijs
in de maatschappelijke meningsvormen over landbouwbiotechnologie nader te verkennen
Periode: 1990–
Bron: Beleidsnota Landbouwbiotechnologie, p. 22
Opmerking: In overleg met instellingen voor landbouwonderwijs worden o.a. de organisatie
van studiedagen, symposia, workshops, en open dagen over biotechnologie gefinancierd.
Waardering: V 10 jaar
870
Handeling: Het geven van informatie over toelatingsprocedures en achtergronden van
de gehanteerde criteria inzake biotechnologie
Periode: 1990–
Product: Brochure over de milieuaspecten van genetisch gemodificeerde organismen.
Bron: Beleidsnota Landbouwbiotechnologie p. 22
Opmerking: De brochure is opgesteld door de VCOGEM.
Waardering: B, 3
871
Handeling: Het geven van opdracht tot het verrichten van onderzoek consumenten aangelegenheden
in relatie tot biotechnologie
Periode: 1993–
Product: Rapport Consument en biotechnologie, kennis en meningsvorming van consumenten
over biotechnologie; Rapport Biotechnologie: actie of reactie
Bron: Beleidsnota Landbouwbiotechnologie, 1993, p. 22
Opmerking: Uitgevoerd door de Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Konsumenten Aangelegenheden
(SWOKA)
Waardering: B+V
B, 1 voor opdrachten
V 10 jaar voor overige neerslag
23.13.5.2. Maatschappelijk debat
872
Handeling: Het beschikbaarstellen van financiële middelen voor het organiseren van
publiek debat over biotechnologie
Periode: 1990–
Bron: Beleidsnota Biotechnologie, p. 78
Opmerking: O.a: Debat Genetische modificatie van Dieren (1993); Debat Klonen en Kloneren
(1999); Debat Biotechnologie en voeding (2001)
Waardering: V 10 jaar
873
Handeling: Het geven van opdracht tot het organiseren van publiek debat over biotechnologie
Periode: 1993–
Bron: Beleidsnota Biotechnologie, p. 78
Opmerking: O.a: Debat Klonen en Kloneren (1999)
Waardering: B, 1
874
Handeling: Het (mede) organiseren en coördineren van publiek debat over biotechnologie
Periode: 1993–
Bron: Beleidsnota Biotechnologie, p. 78
Opmerking: NOTA heet vanaf 1994 Rathenau Instituut.
Waardering: B, 1
23.13.5.3. Communicatie
875
Handeling: Het (mede)financieren van communicatie-activiteiten op het gebied van biotechnologie
Periode: 1993–
Bron: Beleidsnota Biotechnologie, p. 21
Waardering: V 10 jaar