Besluit mandaat, volmacht en machtiging Rijksgebouwendienst 2009

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012.]
Geraadpleegd op 24-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 10-10-2010.
Geldend van 17-06-2009 t/m 25-07-2012

Besluit mandaat, volmacht en machtiging Rijksgebouwendienst 2009

De Directeur-Generaal van de Rijksgebouwendienst,

Gelet op het Organisatiebesluit VROM 2008;

Gelet op het Besluit mandaat, volmacht en machtiging VROM 2007;

Gelet op het Besluit Rijksgebouwendienst 1999;

Besluit:

Artikel 1. – Definities

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

In dit besluit wordt verstaan onder:

  • a. minister: de minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer of de minister voor Wonen, Wijken en Integratie;

  • b. functionaris: natuurlijk persoon bij de Rijksgebouwendienst tewerkgesteld;

  • c. directeur-generaal: de directeur-generaal Rijksgebouwendienst als diensthoofd belast met de dagelijkse leiding en het beheer van de Rijksgebouwendienst en de aan hem in de Bestuursraad toegewezen onderwerpen;

  • d. directie: directie van de Rijksgebouwendienst zoals genoemd in bijlage 3 van dit besluit;

  • e. stafafdeling: stafafdeling of stafbureau van de Rijksgebouwendienst zoals genoemd in bijlage 3 van dit besluit;

  • f. afdeling: afdeling van een directie of stafafdeling van de Rijksgebouwendienst;

  • g. directeur: functionaris belast met de leiding van een directie van de Rijksgebouwendienst, dan wel belast met de leiding van een daartoe opgedragen deel van de werkzaamheden van de Rijksgebouwendienst, de rijksbouwmeester;

  • h. stafafdelingshoofd: functionaris belast met de leiding van een stafafdeling en het hoofd bedrijfsvoering van het Atelier Rijksbouwmeester;

  • i. afdelingshoofd: functionaris belast met de leiding van een afdeling;

  • j. projectbevoegde: functionaris die bij een besluit overeenkomstig bijlage bijlage 4 t/m 9 van dit besluit door de directeur-generaal, een directeur of een stafafdelingshoofd is benoemd als verantwoordelijke voor de uitvoering van een project bij de Rijksgebouwendienst;

  • k. clusterhoofd: functionaris bij de directie Beheer belast met de leiding van een cluster.

Artikel 2. – Bevoegdheden door mandaat, volmacht en machtiging aan plaatsvervangend directeur-generaal

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

De plaatsvervangend directeur-generaal is – met inachtneming van artikel 7 lid 2 – gemandateerd, gevolmachtigd en gemachtigd om ter vervanging van de directeur-generaal de aan de directeur-generaal op grond van het Besluit mandaat, volmacht en machtiging VROM 2007 verleende bevoegdheden uit te oefenen.

Artikel 3. – Beslissing op bezwaar

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

Een beslissing op een bezwaarschrift wordt genomen door een functionaris die hiërarchisch hoger is dan de functionaris die de beslissing heeft genomen waartegen het bezwaarschrift is gericht.

Artikel 4. – Bevoegdheden door mandaat aan directeuren en stafafdelingshoofden en plaatsvervangend directeuren en stafafdelingshoofden

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

De directeuren, stafafdelingshoofden en hun plaatsvervangers zijn – met inachtneming van de artikelen 6 en 7 – gemandateerd om de aan de directeur-generaal op grond van het Besluit mandaat, volmacht en machtiging VROM 2007 verleende bevoegdheden uit te oefenen.

Artikel 5. – Bevoegdheden door volmacht en machtiging aan directeuren, stafafdelingshoofden, afdelingshoofden, plaatsvervangers van deze functionarissen, clusterhoofden en projectbevoegden

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

  • 1 De directeuren, stafafdelingshoofden, afdelingshoofden, hun plaatsvervangers, clusterhoofden en projectbevoegden zijn – met inachtneming van de artikelen 6 en 7 – gevolmachtigd en gemachtigd om de aan de directeur-generaal op grond van het Besluit mandaat, volmacht en machtiging VROM 2007 verleende bevoegdheden uit te oefenen.

  • 2 Bij afwezigheid van een projectbevoegde worden de aan hem toegekende bevoegdheden uitgeoefend door de functionaris onder wie de projectbevoegde rechtstreeks ressorteert.

Artikel 6. – Bevoegdheden voorbehouden aan directeur-generaal en plaatsvervangend directeur-generaal

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

Aan de directeur-generaal en de plaatsvervangend directeur-generaal blijft voorbehouden het uitoefenen van:

  • a. de bevoegdheden op het terrein van Personeel & Organisatie, genoemd in bijlage 1;

  • b. de bevoegdheid tot het benoemen van een projectbevoegde die wordt voorzien van bijzondere bevoegdheden;

  • c. de bevoegdheid tot het beslissen omtrent de vertegenwoordiging van de Staat der Nederlanden, de minister of de Rijksgebouwendienst in rechte;

  • d. de bevoegdheid tot het vaststellen van vaststellingsovereenkomsten;

  • e. de bevoegdheid tot het vaststellen van beleidsregels;

  • f. de bevoegdheid tot het beslissen omtrent het verlenen van subsidie;

  • g. de bevoegdheid tot het inhuren van externen op het terrein van interim-management, organisatie- en formatieadvies, communicatieadvies en beleidsadvies.

Artikel 7. – Begrenzing van gebruik van bevoegdheden

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

  • 1 De directeuren, stafafdelingshoofden, afdelingshoofden, hun plaatsvervangers, clusterhoofden en projectbevoegden maken van de aan hen verleende bevoegdheden uitsluitend gebruik voor zover het aangelegenheden betreft die behoren tot hun werkterrein. Met dit werkterrein wordt bedoeld het werkterrein van het desbetreffende organisatieonderdeel zoals genoemd in bijlage 3 en het werkterrein zoals schriftelijk is vastgelegd in functieomschrijvingen en projectopdrachten.

  • 2 De plaatsvervangend directeur-generaal, de plaatsvervangend directeur, het plaatsvervangend stafafdelingshoofd en het plaatsvervangend afdelingshoofd maken van de aan hen verleende bevoegdheden uitsluitend gebruik bij afwezigheid van de functionaris onder wie zij rechtstreeks ressorteren.

  • 3 Op de volmacht en machtiging van de stafafdelingshoofden, afdelingshoofden, hun plaatsvervangers, clusterhoofden en projectbevoegden is een per functie vastgestelde begrenzing in financieel belang als genoemd in bijlage 2 van toepassing.

  • 4 Een gemandateerde of ge(vol)machtigde is niet bevoegd een besluit te nemen of een (rechts)handeling te verrichten met betrekking tot zichzelf. Tot het uitoefenen van de in de vorige volzin bedoelde bevoegdheden is uitsluitend een in hiërarchie hoger geplaatste functionaris bevoegd.

  • 5 Afdelingshoofden, clusterhoofden en projectbevoegden hebben niet de bevoegdheid tot het inhuren van externen.

  • 6 Stafafdelingshoofden hebben niet de bevoegdheid tot het benoemen van een externe tot projectbevoegde.

Artikel 8. – Verwerking van persoonsgegevens

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

De directeuren en stafafdelingshoofden zijn bevoegd tot het uitvoeren van de taken en het uitoefenen van de bevoegdheden ten aanzien van verwerking van persoonsgegevens als bedoeld in de Regeling Wet bescherming persoonsgegevens Ministerie VROM.

Artikel 9. – Ondertekening

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

  • 1 Een document waarmee een besluit inzake de rijkshuisvesting of tot benoeming van een projectbevoegde door een daartoe op grond van dit besluit bevoegde functionaris wordt vastgelegd vermeldt aan het slot:

    De minister voor Wonen, Wijken en Integratie,

    voor deze:

    de directeur-generaal van de Rijksgebouwendienst,

    voor deze:

    (functieaanduiding, handtekening en naam van de betrokken functionaris)

  • 2 Een document waarmee een besluit, anders dan bedoeld in het eerste lid, wordt vastgelegd door een daartoe op grond van dit besluit bevoegde functionaris vermeldt aan het slot:

    De minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

    voor deze:

    de directeur-generaal van de Rijksgebouwendienst,

    voor deze:

    (functieaanduiding, handtekening en naam van de betrokken functionaris)

  • 3 De ondertekening van een document waarmee een privaatrechtelijke rechtshandeling inzake de rijkshuisvesting wordt vastgelegd wordt voorafgegaan door:

    Namens de Staat der Nederlanden,

    de minister voor Wonen, Wijken en Integratie,

    voor deze:

    de directeur-generaal van de Rijksgebouwendienst,

    voor deze:

    (functieaanduiding, handtekening en naam van de betrokken functionaris)

  • 4 De ondertekening van een document waarmee een privaatrechtelijke rechtshandeling, anders dan bedoeld in het derde lid, wordt vastgelegd wordt voorafgegaan door:

    Namens de Staat der Nederlanden,

    de minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

    voor deze:

    de directeur-generaal van de Rijksgebouwendienst,

    voor deze:

    (functieaanduiding, handtekening en naam van de betrokken functionaris)

  • 5 Een document waarin geen besluit of privaatrechtelijke rechtshandeling wordt vastgelegd, vermeldt aan het slot functieaanduiding, handtekening en naam van de betrokken functionaris.

Artikel 10. – Overgangsbepaling

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

Het Besluit mandaat, volmacht en machtiging Rijksgebouwendienst 2009 is tevens van toepassing op functionarissen die projectbevoegd zijn krachtens een benoeming waartoe vóór de inwerkingtreding van dit besluit is besloten.

Artikel 11. – Inzage

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

  • 1 Dit besluit inclusief de toelichting ligt ter inzage bij de centrale bibliotheek van het ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, Rijnstraat 8, ’s-Gravenhage.

  • 2 De directeur-generaal, directeuren en stafafdelingshoofden dragen er zorg voor dat de besluiten tot benoeming tot projectbevoegde van de onder hun gezagsbereik werkzame projectbevoegden alsmede de aanwijzingen van functionarissen als plaatsvervanger, ter inzage liggen in het centrale competentieregister van de Rijksgebouwendienst.

  • 3 Het centrale competentieregister van de Rijksgebouwendienst ligt ter inzage bij de stafafdeling Concerncontrol.

  • 4 Op verzoek wordt door de controller onder wiens controlebereik de functionaris valt, aan derden een schriftelijke verklaring omtrent de bevoegdheid van de functionaris verstrekt.

Artikel 12. – Inwerkingtreding

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

  • 1 Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

  • 2 Het Besluit mandaat, volmacht en machtiging Rijksgebouwendienst 2007 wordt ingetrokken.

Artikel 13. – Citeertitel

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

Dit besluit wordt aangehaald als Besluit mandaat, volmacht en machtiging Rijksgebouwendienst 2009.

Dit besluit zal in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 29 mei 2009

De

minister

van VROM en de

minister

voor Wonen, Wijken en Integratie,
voor deze:
de

directeur-generaal

van de Rijksgebouwendienst,

P.F.M. Jägers

Bijlage 1. Bij Besluit mandaat, volmacht en machtiging Rijksgebouwendienst 2009

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

Aangelegenheden op het terrein van Personeel & Organisatie die op grond van artikel 6, onderdeel a, voorbehouden zijn aan de directeur-generaal en de plaatsvervangend directeur-generaal

1. Rechtspositie en arbeidsvoorwaarden

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

Aan de directeur-generaal en de plaatsvervangend directeur-generaal is voorbehouden de besluitvorming op basis van de volgende artikelen van het Algemeen Rijksambtenarenreglement:

6a

:

inzake aanstelling met – op aanvraag – individuele arbeidsvoorwaarden;

9 leden 7 en 8

:

inzake het aanvragen van een veiligheidsonderzoek;

9a

:

inzake het aanvragen van een veiligheidsonderzoek;

14

:

inzake inhouding van bezoldiging in verband met opzettelijke nalatigheid om dienst te verrichten;

34

:

inzake buitengewoon verlof van lange duur;

34e

:

inzake ontslag bij niet hervatten van de werkzaamheden na afloop van buitengewoon verlof van lange duur;

49a t/m 49 q

:

inzake rechten en plichten bij reorganisaties;

57 lid 2 sub b

:

inzake de verplichting een andere betrekking te aanvaarden;

62

:

inzake deelname aan aannemingen en leveringen ten behoeve van openbare diensten;

66

:

inzake vergoeding van door de dienst geleden schade;

77

:

inzake maatregelen van orde;

80 t/m 84

:

inzake disciplinaire straffen;

91 en 92

:

inzake schorsing;

94a

:

inzake ontslag wegens flexibel vervroegd uittreden;

96

:

inzake ontslag wegens opheffing zijner betrekking of verandering in de inrichting van het dienstvak;

96a

:

inzake ontslag wegens verplaatsing van zijn functie;

96b

:

inzake ontslag van ambtenaren die lid van een publiekrechtelijk college zijn geweest;

98 lid 1 sub g

:

inzake het verlenen van ontslag wegens onbekwaamheid of ongeschiktheid anders dan op grond van ziels- of lichaamsgebreken;

98a

:

inzake ontslag wegens niet passende arbeid;

99

:

inzake ontslag op andere gronden dan die van artikel 98.

– besluiten tot toepasing van mogelijke hardheidclausules.

Voor alle duidelijkheid zij vermeld dat toepassing van de artikelen 113, 114, 116 en 117 van het Algemeen Rijksambtenarenreglement, alle inzake het departementaal overleg met de centrales van verenigingen van ambtenaren, aan de algemene leiding is voorbehouden.

2. Financiële verplichtingen jegens functionarissen

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

Aan de directeur-generaal en de plaatsvervangend directeur-generaal is voorbehouden het beslissen over het aangaan van (juridische) verplichtingen ten aanzien van functionarissen die erop gericht zijn de medewerker aanspraak te verlenen op enige financiële tegemoetkoming, schadeloosstelling, schadevergoeding of overigens enige geldelijke bijdrage te verlenen anders dan waar personeelsleden volgens vast gebruik aanspraak op kunnen maken.

3. Buitenlandse dienstreizen

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

Aan de directeur-generaal en de plaatsvervangend directeur-generaal is voorbehouden het beslissen omtrent deelname aan buitenlandse dienstreizen door functionarissen van de Rijksgebouwendienst. De directeur-generaal is aan te merken als bevoegd gezag in de zin van de aanvraagprocedure voor buitenlandse dienstreizen

4. Formatie

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

Aan de directeur-generaal en de plaatsvervangend directeur-generaal is voorbehouden het vaststellen van de formatie tot het schaalniveau zoals bepaald in artikel 3 van het Besluit mandaat, volmacht en machtiging VROM 2007 met dien verstande dat functiewaarderingsbesluiten met betrekking tot de functionarissen rechtstreeks vallend onder de directeur-generaal en die van functies die niet zijn opgenomen in de formatie zijn voorbehouden aan de algemene leiding.

5. Reorganisatie

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

  • 1. Aan de directeur-generaal en de plaatsvervangend directeur-generaal is voorbehouden het beslissen over de vaststelling van de structuur van de dienst en van de structuur van de organisatieonderdelen van de Rijksgebouwendienst. Voor alle duidelijkheid zij vermeld dat voor inzetten van organisatie- en formatieveranderingen vooraf toestemming van de algemene leiding noodzakelijk is.

  • 2. Aan de directeur-generaal en de plaatsvervangend directeur-generaal is tevens voorbehouden het beslissen over de vaststelling van de overige fasen van het veranderingsproces bij een directie- of stafafdelingoverstijgende organisatieverandering, dan wel bij een organisatieverandering die gevolgen kan hebben voor overige organisatieonderdelen.

Bijlage 2. Bij Besluit mandaat, volmacht en machtiging Rijksgebouwendienst 2009

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

Begrenzing volmacht en machtiging aan de hand van het financieel belang

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

Tot de in artikel 7 genoemde begrenzingen van de bevoegdheden behoort een begrenzing aan de hand van het financieel belang dat met de desbetreffende (rechts)handeling gemoeid is. Als grens aan de bevoegdheid van een op grond van artikel 5 bevoegde functionaris om bedoelde (rechts-)handelingen te verrichten is een absoluut bedrag opgenomen, exclusief btw. Deze grens is afhankelijk van de functie, van de vraag of de (rechts)handeling verricht wordt op het terrein van werken of van leveringen en diensten en in enkele gevallen van de directie of de stafafdeling waar men te werk is gesteld. De directeuren, stafafdelingshoofden, afdelingshoofden, hun plaatsvervangers, clusterhoofden en projectbevoegden maken van de aan hen verleende bevoegdheden uitsluitend gebruik voor zover het aangelegenheden betreft die behoren tot hun werkterrein.

Bij beantwoording van de vraag of een bepaalde (rechts)handeling betrekking heeft op het terrein van werken, leveringen dan wel diensten dient in het algemeen aangesloten te worden bij de definities die in de vigerende regelgeving worden gehanteerd. Voor de toepassing van dit besluit geldt een ruimere definitie van het begrip ‘werk’ en gaat het ook om koop en ontwikkeling van vastgoed, zoals bijvoorbeeld huur, huurkoop en lease. In deze laatste gevallen moet als financieel belang van de rechtshandeling worden gezien de financiële verplichtingen over de hele duur van de overeenkomst. Het financiële belang van het aangaan van een huurovereenkomst is op deze wijze op te vatten als de totale huur (jaarhuur maal het aantal jaren) over de hele periode waarvoor de overeenkomst wordt aangegaan. Ook de rechtshandeling die leidt tot het ontstaan van een optie tot koop of huur moet op deze wijze worden opgevat.

Afdelingshoofd/Stafafdelingshoofd/Clusterhoofd

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

Een hoofd van een afdeling, een stafafdeling of een cluster is ge(vol)machtigd om (rechts-) handelingen te verrichten op het terrein van werken, die strekken tot een financieel belang van € 5.000.000. Voor diensten en leveringen is de hier bedoelde functionaris ge(vol)machtigd tot een financieel belang van € 130.000.

Projectbevoegde A (directie Projecten)

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

Een projectbevoegde A is ge(vol)machtigd om (rechts)handelingen te verrichten op het terrein van werken, die strekken tot een financieel belang van € 600.000. Voor diensten en leveringen is de hier bedoelde projectbevoegde ge(vol)machtigd tot een financieel belang van € 75.000.

Projectbevoegde B

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

Een projectbevoegde B is ge(vol)machtigd om (rechts)handelingen te verrichten op het terrein van werken, die strekken tot een financieel belang van € 50.000. Voor diensten en leveringen is de hier bedoelde projectbevoegde ge(vol)machtigd tot een financieel belang van € 25.000.

Projectbevoegde C

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

Een projectbevoegde C is ge(vol)machtigd om (rechts)handelingen te verrichten op het terrein van werken, diensten en leveringen, die strekken tot een financieel belang van € 5.000.

Projectbevoegde D (uitsluitend bij de stafafdeling Concerncontrol)

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

Een projectbevoegde D is ge(vol)machtigd voor het verstrekken van betaalopdrachten. Aan deze volmacht is geen financiële begrenzing gesteld.

Bijlage 3. Bij Besluit mandaat, volmacht en machtiging Rijksgebouwendienst 2009

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

Omschrijving van de werkterreinen van de organisatieonderdelen van de Rijksgebouwendienst, bedoeld in artikel 7 lid 1.

Directie Frontoffice

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

De directie Frontoffice denkt proactief mee met de klant en zorgt ervoor dat vroegtijdig inzicht bestaat in de behoeften en wensen van de klant, zodat maatwerk kan worden geleverd en de overige directies daarop kunnen inspelen. Het Frontoffice is het ‘gezicht’ van de Rijksgebouwendienst. Het onderhoudt contacten met de klant, draagt uit wat de Rijksgebouwendienst te bieden heeft, verwerft opdrachten van de klant en ziet erop toe dat de opdrachten conform de gemaakte afspraken worden uitgevoerd.

Taken van de directie Frontoffice:

  • het organiseren van een netwerk van contacten bij de klanten, op alle relevante niveaus, teneinde geïnformeerd te zijn en mee te denken over relevante ontwikkelingen bij de klant en de klant te kunnen informeren over producten en diensten van de Rijksgebouwendienst;

  • het opstellen van strategische plannen per klantgroep (account);

  • het aanbieden (op grond van samen met de klant gespecificeerde vraag) van adequate, marktconforme huisvestingsoplossingen gericht op de lange termijn;

  • het opstellen en uitbrengen van offertes conform de wensen van de klant, daarbij zorgdragen voor afstemming met de andere directies;

  • het na akkoord van de klant overdragen van de werkzaamheden aan de overige directies;

  • het verrichten van onderzoek naar klanttevredenheid;

  • het verzorgen van de communicatie voor en de infolijn van de Rijksgebouwendienst.

Directie Vastgoed

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

De directie Vastgoed fungeert als economisch eigenaar en projectontwikkelaar. Zij voert een proactief portefeuillemanagement vanuit een lange termijn visie op de vastgoedportefeuille. Een diepgaand inzicht in (potentiële) ontwikkelingen bij klanten, lokale overheden en markten is daarvoor de basis. Kansen in gebieden die voor de huisvesting van de rijksdienst interessant zijn, worden tijdig onderkend en benut. Via innovatieve huisvestingsoplossingen speelt de directie Vastgoed in op de behoeften van klanten, verhoogt zij de gebruikswaarde van het vastgoed voor de klanten en verlengt daarmee de economische levensduur van het vastgoed. Hierbij speelt zij in op de beleids- en bedrijfsstrategie van individuele klanten en de rijksoverheid als totaal.

Taken van de directie Vastgoed:

  • het ontwikkelen van een op de klant en de voorraad gerichte landelijke en lokale portefeuillestrategie;

  • het ontwikkelen van huisvestingsalternatieven en nieuwe huisvestingsconcepten;

  • het ontwikkelen van nieuwe contract- en financieringsvormen op het terrein van (her)ontwikkeling en inhuur;

  • het inhuren van huisvesting, het initiëren van projectontwikkeling, het deelnemen aan gebiedgericht ontwikkelen, het aankopen van vastgoed en besluitvorming over verkoop van vastgoed;

  • het voorbereiden van investeringsvoorstellen;

  • het beheren en exploiteren van de voorraad en het fungeren als opdrachtgever voor de directie Beheer.

Directie Projecten

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

De directie Projecten zorgt voor een vlekkeloos verloop van het bouwproces bij nieuw- of verbouwprojecten, al dan niet aanbesteed in de vorm van een geïntegreerd contract. Zij zorgt ervoor dat deze projecten worden afgerond binnen de afspraken die met de klant zijn gemaakt over geld, projectorganisatie, tijd, informatie-uitwisseling en kwaliteit. Tevens draagt directie Projecten zorg voor het verder professionaliseren van het vak van opdrachtgever binnen de dienst.

De taak van de directie Projecten is het leveren van (management)capaciteit voor de voorbereiding en uitvoering van:

  • huisvestingsprojecten;

  • opstelling van programma's van eisen bij huisvestingsvragen;

  • planning en voortgangsbewaking;

  • juridische bewaking en begeleiding van geschilprocedures;

  • financiële bewaking.

Het Expertisecentrum Aanbesteden, dat zorgt voor het verder professionaliseren van het vak van opdrachtgever binnen de Rijksgebouwendienst, maakt deel uit van directie Projecten. Het heeft als taken:

  • begeleiding van en advisering over het contracteren en aanbesteden bij huisvestingsprojecten;

  • het geven van een (bindend) advies over de te kiezen contract- en aanbestedingsvorm bij huisvestingsprojecten en het uitvoeren van de daarbij behorende afwegingen;

  • ontwikkeling van nieuwe contract- en aanbestedingsvormen en verbetering van bestaande werkwijzen;

  • kwaliteitsmanagement, kennismanagement & opleidingen en het formuleren van beleid op het werkgebied van het Expertisecentrum.

Directie Beheer

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

De directie Beheer biedt haar klanten een zoveel mogelijk ongestoord gebruiksgenot en functioneel hoogwaardige huisvesting aan. Veiligheid en duurzaamheid zijn hierbij sleutelbegrippen. Storingen en ongemakken worden snel en adequaat opgelost. Beheer zorgt voor volledige en betrouwbare informatie over de vastgoedvoorraad op pandniveau voor de externe en interne klant. Het draagt tevens bij aan een, vanuit beheersoogpunt, exploitabel gebouw door inzet van haar kennis en expertise in het ontwerpproces van bouw- en verbouwprojecten. De directie Beheer koopt de uitvoering van onderhoudswerkzaamheden en andere activiteiten op een professionele manier in.

Producten, diensten en taken van de directie Beheer:

  • het technisch beheren, gericht op het instandhouden en garanderen van het gebruik van de huisvesting, mede op basis van onderhoudsinspecties;

  • het administratief beheren, gericht op het beheer van onderhoudscontracten en het leveren van vastgoedinformatie over de voorraad;

  • het sluiten van onderhoudscontracten met marktpartijen en het begeleiden van onderhoudswerkzaamheden;

  • het sluiten van contracten op het gebied van services met de gebruiker;

  • het in de ontwerpfase anticiperen op consequenties van het ontwerp in de beheerfase en het terugkoppelen van beheerervaringen naar de overige directies.

Directie Advies & Architecten

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

De directie Advies & Architecten geeft advies over en vorm aan wensen van externe en interne klanten. Zij doet dat op een richtinggevende en integrale wijze. Vanuit een eigentijdse visie en gebaseerd op het regeringsbeleid op het gebied van stedenbouw, monumenten, architectuur en kunst (SMAAK) ligt daarbij vanaf de initiatieffase van nieuw- of verbouwprojecten de nadruk op integrale vormgeving van openbare ruimte én gebouwde omgeving. Multidisciplinaire engineering op het gebied van bouwtechniek, constructie, installatietechniek en bouwfysica wordt in dit proces ingezet in de vorm van integrale en gedegen adviezen. Toparchitecten en topadviseurs overstijgen daarbij de grenzen van hun eigen vakgebied, op zoek naar het voor de klant best denkbare resultaat.

Taken van de directie Advies en Architecten:

  • het analyseren en adviseren op het gebied van huisvesting (haalbaarheidsstudies, stedenbouwkundige verkenningen, e.d.);

  • het adviseren in de meest brede zin ten aanzien van klantvragen (huisvestingsadvisering en hoogwaardige, specialistische advisering op terreinen als monumenten, kunst, telematica, beveiliging, klimaat en energie);

  • het verrichten van onderzoek, gericht op innovatieVoor projectbevoegden die worden voorzien van bijzondere bevoegdheden en waarvan de benoeming is voorbehouden aan de directeur-generaal kan hiervan worden afgeweken..

Stafafdeling Concerncontrol

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

De stafafdeling Concerncontrol ondersteunt het management van de Rijksgebouwendienst bij het sturen en beheersen van de organisatie, gericht op het realiseren van de strategische doelstellingen, ontwikkelt de inrichting en werking van het managementcontrolsysteem en adviseert het management daarover.

Taken van de stafafdeling Concerncontrol:

  • het organiseren van de planning- en controlcyclus;

  • het opstellen van managementrapportages en de jaarverantwoording;

  • het doorlichten van de bedrijfsvoering;

  • het adviseren en informeren van het management over financiële en control-aspecten op het gebied van beleid en uitvoering;

  • het onderhouden van een passende administratieve organisatie;

  • het opstellen en uitvoeren van het internecontroleprogramma;

  • het consolideren van de begrotings- en verantwoordingsinformatie van de onderdelen van de Rijksgebouwendienst;

  • het verwerken van de te consolideren gegevens en op basis hiervan de begroting van de Rijksgebouwendienst samenstellen;

  • het inrichten van de administratie op basis van de (financiële) informatiebehoefte van het management en de geldende kaders;

  • het geven van boekingsaanwijzingen met behulp van het Financieel ABC;

  • het verzorgen van de facturering namens de onderdelen van de Rijksgebouwendienst;

  • het beheren van de stamgegevens in IRIS en de debiteuren-, crediteuren- en kasadministratie van de Rijksgebouwendienst;

  • het voeren van de administratie van de leenfaciliteit;

  • het bij wijze van shared service verzorgen van administratieve en verificatietaken voor de onderdelen van de Rijksgebouwendienst;

  • het verzorgen van de maandelijkse BTW-aangifte.

Stafafdeling Beleid en Strategie

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

De stafafdeling Beleid en Strategie stimuleert dat de Rijksgebouwendienst langs heldere, logische lijnen opereert in het politieke, bestuurlijke en beleidsmatige krachtenveld. De afdeling levert zowel vraaggestuurd als (impliciet in opdracht van de dienstleiding) ongevraagd en proactief beleidsadviezen op terreinen van bedrijfsstrategie en rijkshuisvestingsbeleid. Ze fungeert als intermediair tussen de Rijksgebouwendienst en de beleidsmakers op terreinen die aan de rijkshuisvesting gerelateerd zijn. Daarnaast verleent de afdeling ondersteuning bij politiek-bestuurlijke onderwerpen. Ook biedt Beleid en Strategie diensten aan aan de directies op verzoek van desbetreffende directeuren. Die diensten kunnen zowel het karakter hebben van beleidsprojectmanagement als van het aanbieden van kennis binnen projecten.

Stafafdeling Personeel en Organisatie

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

De stafafdeling Personeel en Organisatie heeft de taak om het management te adviseren, te stimuleren en te ondersteunen bij het uitoefenen van haar verantwoordelijkheden op het terrein van personeel en organisatie. Personeel en Organisatie wil de doelen bereiken via de volgende activiteiten:

  • advisering;

  • administratie en managementinformatie;

  • beleids- en organisatieontwikkeling;

  • ambtelijke ondersteuning Ondernemingsraad Rijksgebouwendienst.

De stafafdeling Personeel en Organisatie is voorts verantwoordelijk voor de Arbo-coördinatie.

Stafafdeling Informatievoorziening

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

De stafafdeling Informatievoorziening heeft als missie het op een betrouwbare wijze binnen de door haar klanten gestelde normen en randvoorwaarden en met behulp van ICT, ontwikkelen, faciliteren en innoveren van de voor de besturing, beheersing en verantwoording van de strategische en operationele bedrijfsprocessen van de Rijksgebouwendienst noodzakelijke geachte informatievoorziening alsmede de advisering daaromtrent. De Informatievoorziening richt zich op de functionele aspecten (toepassingsprogrammatuur) en op de technische aspecten (hardware, systeemprogrammatuur en infrastructuur) van de informatievoorziening.

Onderscheiden worden de volgende producten en diensten:

  • advies en projectmanagement;

  • contractondersteuning;

  • beheer (systeem- en netwerkbeheer, inclusief hardware-, applicatie- en netwerkbeheer);

  • systeeminnovatie;

  • gebruikersondersteuning;

  • opleidingen.

Stafafdeling Juridische Advisering

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

De stafafdeling Juridische Advisering helpt de dienst op efficiënte wijze te voldoen aan het vereiste van juridisch verantwoord opereren door ten minste te zorgen voor een duidelijke juridische positie van producten en activiteiten. De stafafdeling Juridische Advisering levert, primair vraaggestuurd, maar waar nodig ongevraagd en proactief, juridische ad-hocadviezen op tal van uiteenlopende terreinen: zowel aan alle (onderdelen van de) directies, als rechtstreeks aan de dienstleiding. De stafafdeling Juridische Advisering is bovendien proactief ontwikkelaar van juridische modellen en standaards voor onderwerpen die herhaaldelijk aan de orde komen. Een en ander betreft niet de juridische aspecten van P&O-aangelegenheden.

Stafafdeling Facilitaire Zaken

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

De stafafdeling Facilitaire Zaken schept voor de eigen huisvesting, de services en de middelen de condities waaronder de directies en de stafafdelingen zich op hun primaire werkzaamheden kunnen richten. Documentaire Informatievoorziening ondersteunt de bedrijfsvoering van de dienst door zorg te dragen voor juiste en volledige documentaire informatie tijdens het werkproces en voor de reconstrueerbaarheid van uitgevoerde werkzaamheden (waaronder verantwoordingsbelang). Daarnaast dient Documentaire Informatievoorziening het cultuurhistorisch belang door documentaire informatie beschikbaar te kunnen stellen voor studie en geschiedschrijving. De stafafdeling Facilitaire Zaken werkt met servicelevels waarin inzicht wordt gegeven in een basispakket (veelal de gebouwgerelateerde functies) en de producten die vraaggestuurd (optioneel) kunnen worden aangeboden. Het basispakket zal in de regel vrijwel het gehele terrein van bedrijfsvoering omvatten en de in te zetten capaciteit is daarop gebaseerd.

Stafbureau Coördinatie Integriteit en Veiligheid

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

Het stafbureau Coördinatie Integriteit en Veiligheid is voor de klant de toegang tot de Rijksgebouwendienst in diens rol als kenniscentrum voor veiligheidsvraagstukken rondom huisvesting voor rijksklanten en borgt de kernwaarde integriteit.

Het stafbureau is voor deze thema's het gezicht van de Rijksgebouwendienst en onderhoudt contacten met de klant, de beleidsverantwoordelijke departementen, inclusief de daaronder ressorterende diensten, koepelorganisaties in de bouwnijverheid, de wetenschappelijke wereld en andere kenniscentra en draagt uit wat de Rijksgebouwendienst te bieden heeft.

Taken van het stafbureau Coördinatie Integriteit en Veiligheid:

  • het ontwikkelen van het integrale beleid voor integriteit en veiligheid;

  • het coördineren van de integrale (niet sectorale) advisering over integriteit en veiligheid;

  • het centraal regisseren van de communicatie binnen en buiten de Rijksgebouwendienst over integriteit en veiligheid;

  • het bewaken en stimuleren dat het integrale beleid inzake integriteit en veiligheid wordt nageleefd;

  • het optreden als intermediair tussen de beleidsverantwoordelijke departementen inclusief de daaronder vallende diensten en de uitvoeringspraktijk en begeleiden van de beleidsimplementatie binnen de Rijksgebouwendienst;

  • het vervullen van de rol van ambassadeur en boegbeeld op de terreinen van integriteit (voor de gehele Rijksgebouwendienst) en veiligheid (op het niveau van de voorraad);

  • het zorgdragen voor onderzoek naar integriteitschendingen en risicoanalyses mede in opdracht van de dienstleiding of leden van de directieraad van de Rijksgebouwendienst;

  • het optreden als compliance-officer, conform de ambtenarenwet, voor privé-beleggingtransacties in bijvoorbeeld vastgoedfondsen;

  • het vorm en inhoud geven aan het kenniscentrum voor veiligheidsvraagstukken binnen de Rijksgebouwendienst en het daartoe voor het op gang houden van de kenniscyclus van ontwikkelen, toepassen, delen en evalueren van kennis over veiligheid door het aanbieden/organiseren/ faciliteren van netwerkbijeenkomsten, themabijeenkomsten aan de deskundigen, up-to-date en toegankelijk brengen en houden van informatie over veiligheid op o.m. het intra- en internet;

  • het oprichten en instandhouden van een breed samengesteld crisisbeheersingsteam dat in geval van crisis direct inzetbaar is.

Stafbureau Atelier Rijksbouwmeester

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

De doelstelling van het atelier is professionele, flexibele en slagvaardige ondersteuning van de rijksbouwmeester en het College van Rijksadviseurs bij de hierna omschreven kerntaken.

Gericht op de directeur-generaal van de Rijksgebouwendienst:

  • advisering over rijkshuisvestingsvraagstukken;

  • advisering over het beleid ten aanzien van beeldende kunst en de uitvoering van de zogenoemde ‘percentageregeling’;

  • advisering over cultureel erfgoed/monumentenbeleid;

  • advisering over de uitvoering van de functie en aanstelling van architecten;

  • advisering over de ontwikkeling van het interne architectuurbeleid van de Rijksgebouwendienst.

Gericht op de minister van VROM en de minister voor WWI:

  • advisering over de architectonische en/of stedenbouwkundige aspecten van beleidsvraagstukken (bijvoorbeeld het welstandsbeleid);

  • advisering over architectonische en/of stedenbouwkundige aspecten van plannen;

  • coördinatie van de ontwikkeling en uitvoering van het rijksarchitectuurbeleid;

  • advisering met betrekking tot de voorbeeldfunctie van het rijk;

  • uitvoering van de Wet op de architectentitel.

Gericht op het kabinet:

  • bijdrage aan en de coördinatie van advisering over ruimtelijke inrichtingsvraagstukken;

  • het voeren van het inhoudelijke secretariaat voor het College van Rijksadviseurs;

  • stimulering van integraal en interdepartementaal architectuurbeleid;

  • advisering over ruimtelijke inrichtingsprojecten waarvoor het rijk een belangrijke verantwoordelijkheid draagt;

  • advisering over ruimtelijke inrichtingsprojecten aan het Gemeenschappelijk Ontwikkelingsbedrijf (uitvoeringsfase).

Algemeen

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

Naast bovenstaande specifieke werkterreinen heeft elke directie en stafafdeling een eigen taak op het gebied van apparaatszorg, waarvoor afzonderlijke budgetten beschikbaar zijn. Dit betreft:

  • salariskosten;

  • incidentele beloning;

  • externe inzet;

  • opleidingskosten;

  • overige personele lasten;

  • communicatie/voorlichting;

  • materiële kosten;

  • huisvesting;

  • automatisering.

Enkele specifieke onderdelen hiervan zijn exclusief toebedeeld aan één directie of stafafdeling:

– voorlichting

directie Frontoffice

– juridisch advies

stafafdeling Juridische Advisering

– ARBO

stafafdeling Personeel en Organisatie

– automatisering

stafafdeling Informatievoorziening

– huisvesting

stafafdeling Facilitaire Zaken

– materiële kosten als kantoorbenodigdheden, druk- en verzendkosten, concernkosten, gemeenschappelijke diensten, overig materieel, doorbelaste kosten en telefonie

stafafdeling Facilitaire Zaken

Bijlage 4. Bij Besluit mandaat, volmacht en machtiging Rijksgebouwendienst 2009

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

Ministerie van Volkshuisvesting,

Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer

Rijksgebouwendienst

Benoeming interne tot projectbevoegde (A of B)

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

Bijlage 244576.png

De Directeur-Generaal van de Rijksgebouwendienst

Besluit:

De heer/mevrouw ....., werkzaam in de functie van ..... bij de directie/stafafdeling ....., met ingang van de datum als vermeld op de meest recente door het bevoegd gezag vastgestelde lijst aanwijzing projecten Rijksgebouwendienst te benoemen tot projectbevoegde voor het project/de projecten als omschreven op de meest recente door het bevoegd gezag vastgestelde lijst aanwijzing projecten Rijksgebouwendienst onder de naam van de heer/mevrouw ..... voornoemd.

Voor de uitvoering van bovenbedoeld project/bovenbedoelde projecten zijn aan de heer/mevrouw ..... voornoemd, verder te noemen projectbevoegde, bevoegdheden toegekend op grond van het Besluit mandaat, volmacht en machtiging Rijksgebouwendienst 2009. Met inachtneming van de beperkingen en begrenzingen als opgenomen in het Besluit mandaat, volmacht en machtiging Rijksgebouwendienst 2009 is de projectbevoegde bevoegd om in het kader van de uitvoering van bovenbedoeld project/bovenbedoelde projecten de staat der Nederlanden te binden. Op deze benoeming zijn de begrenzingen als opgenomen in bijlage 2, onderdeel ‘Projectbevoegde A’/‘Projectbevoegde B’ van toepassing.

De projectbevoegde wordt aangestuurd door en legt verantwoording af aan de directeur/het hoofd van de stafafdeling ..... Als aanvullende instructies gelden de instructies als omschreven op de meest recente door het bevoegd gezag vastgestelde lijst aanwijzing projecten Rijksgebouwendienst.

Een exemplaar van dit besluit wordt onderaan voorzien van handtekening en paraaf van de projectbevoegde en opgeslagen in het competentieregister van de Rijksgebouwendienst.

’s-Gravenhage, .....

De minister voor Wonen, Wijken en Integratie,

voor deze:

de directeur-generaal van de Rijksgebouwendienst,

voor deze:

de directeur/het hoofd van de stafdeling .....,

   
 

(handtekening van directeur of hoofd stafafdeling)

   

.....

(naam van directeur of hoofd stafafdeling)

   

De projectbevoegde:

   

.....

handtekening

   

.....

paraaf

   

.....

naam

Afschrift te zenden aan belanghebbenden.

Tegen dit besluit kunt u binnen 6 weken na datum van verzending hiervan, op grond van de Algemene wet bestuursrecht, een bezwaarschrift indienen bij de minister voor Wonen, Wijken en Integratie, ter attentie van de ondertekenaar van dit besluit, Postbus 20952, 2500 EZ Den Haag. Het bezwaarschrift moet van een datum en van uw naam zijn voorzien. U moet duidelijk aangeven waarom u tegen dit besluit bezwaar maakt en zo mogelijk een kopie van dit besluit meezenden.

Bijlage 5. Bij Besluit mandaat, volmacht en machtiging Rijksgebouwendienst 2009

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

Ministerie van Volkshuisvesting,

Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer

Rijksgebouwendienst

Benoeming externe tot projectbevoegde (A of B)

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

Bijlage 244577.png

De Directeur-Generaal van de Rijksgebouwendienst

Besluit:

De heer/mevrouw ....., werkzaam in de functie van ..... bij de directie/stafafdeling ..... met ingang van de datum als vermeld op de meest recente door het bevoegd gezag vastgestelde lijst aanwijzing projecten Rijksgebouwendienst te benoemen tot projectbevoegde voor het project/de projecten als omschreven op de meest recente door het bevoegd gezag vastgestelde lijst aanwijzing projecten Rijksgebouwendienst onder de naam van de heer/mevrouw ..... voornoemd.

Voor de uitvoering van bovenbedoeld project/bovenbedoelde projecten zijn aan de heer/mevrouw ..... voornoemd, verder te noemen projectbevoegde, bevoegdheden toegekend op grond van het Besluit mandaat, volmacht en machtiging Rijksgebouwendienst 2009. De projectbevoegde moet in dit verband worden aangemerkt als ‘functionaris’ in de zin van het zojuist genoemde besluit. Met inachtneming van de beperkingen en begrenzingen als opgenomen in het Besluit mandaat, volmacht en machtiging Rijksgebouwendienst 2009 is de projectbevoegde bevoegd om in het kader van de uitvoering van bovenbedoeld project/bovenbedoelde projecten de staat der Nederlanden te binden. Op deze benoeming zijn de begrenzingen als opgenomen in bijlage 2, onderdeel ‘Projectbevoegde A’/‘Projectbevoegde B’ van toepassing.

De projectbevoegde wordt aangestuurd door en legt verantwoording af aan de directeur ..... Als aanvullende instructies gelden de instructies als omschreven op de meest recente door het bevoegd gezag vastgestelde lijst aanwijzing projecten Rijksgebouwendienst.

Een exemplaar van dit besluit wordt onderaan voorzien van handtekening en paraaf van de projectbevoegde en opgeslagen in het competentieregister van de Rijksgebouwendienst.

’s-Gravenhage, .....

De minister voor Wonen, Wijken en Integratie,

voor deze:

de directeur-generaal van de Rijksgebouwendienst,

voor deze:

de directeur .....

   
 

(handtekening van directeur)

   

.....

(naam van directeur)

   

De projectbevoegde:

   

.....

handtekening

   

.....

paraaf

   

.....

naam

Afschrift te zenden aan belanghebbenden.

Bijlage 6. Bij Besluit mandaat, volmacht en machtiging Rijksgebouwendienst 2009

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

Ministerie van Volkshuisvesting,

Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer

Rijksgebouwendienst

Benoeming interne tot projectbevoegde (C of D)

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

Bijlage 244578.png

De Directeur-Generaal van de Rijksgebouwendienst

Besluit:

De heer/mevrouw ....., werkzaam in de functie van ..... bij de directie/stafafdeling ....., met ingang van de datum waarop dit besluit is ondertekend te benoemen tot projectbevoegde.

Voor de uitvoering van zijn/haar werkzaamheden zijn aan de heer/mevrouw ..... voornoemd, verder te noemen projectbevoegde, bevoegdheden toegekend op grond van het Besluit mandaat, volmacht en machtiging Rijksgebouwendienst 2009. Met inachtneming van de beperkingen en begrenzingen als opgenomen in het Besluit mandaat, volmacht en machtiging Rijksgebouwendienst 2009 is de projectbevoegde bevoegd om in het kader van de uitvoering van bovenbedoeld project/bovenbedoelde projecten de staat der Nederlanden te binden. Op deze benoeming zijn de begrenzingen als opgenomen in bijlage 2, onderdeel ‘Projectbevoegde C’/‘Projectbevoegde D’ van toepassing.

De projectbevoegde wordt aangestuurd door en legt verantwoording af aan de directeur/het hoofd van de stafafdeling .....

Een exemplaar van dit besluit wordt onderaan voorzien van handtekening en paraaf van de projectbevoegde en opgeslagen in het competentieregister van de Rijksgebouwendienst.

’s-Gravenhage, .....

De minister voor Wonen, Wijken en Integratie,

voor deze:

de directeur-generaal van de Rijksgebouwendienst,

voor deze:

de directeur/het hoofd van de stafdeling .....

   
 

(handtekening van directeur of hoofd stafafdeling)

   

.....

(naam van directeur of hoofd stafafdeling)

   

De projectbevoegde:

   

.....

handtekening

   

.....

paraaf

   

.....

naam

Afschrift te zenden aan belanghebbenden.

Tegen dit besluit kunt u binnen 6 weken na datum van verzending hiervan, op grond van de Algemene wet bestuursrecht, een bezwaarschrift indienen bij de minister voor Wonen, Wijken en Integratie, ter attentie van de ondertekenaar van dit besluit, Postbus 20952, 2500 EZ Den Haag. Het bezwaarschrift moet van een datum en van uw naam zijn voorzien. U moet duidelijk aangeven waarom u tegen dit besluit bezwaar maakt en zo mogelijk een kopie van dit besluit meezenden.

Bijlage 7. Bij Besluit mandaat, volmacht en machtiging Rijksgebouwendienst 2009

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

Ministerie van Volkshuisvesting,

Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer

Rijksgebouwendienst

Benoeming externe tot projectbevoegde (C of D)

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

Bijlage 244582.png

De Directeur-Generaal van de Rijksgebouwendienst

Besluit:

De heer/mevrouw ....., werkzaam in de functie van ..... bij de directie/stafafdeling ....., met ingang van de datum waarop dit besluit is ondertekend te benoemen tot projectbevoegde.

Voor de uitvoering van zijn/haar werkzaamheden zijn aan de heer/mevrouw ..... voornoemd, verder te noemen projectbevoegde, bevoegdheden toegekend op grond van het Besluit mandaat, volmacht en machtiging Rijksgebouwendienst 2009. De projectbevoegde moet in dit verband worden aangemerkt als ‘functionaris’ in de zin van het zojust genoemde besluit. Met inachtneming van de beperkingen en begrenzingen als opgenomen in het Besluit mandaat, volmacht en machtiging Rijksgebouwendienst 2009 is de projectbevoegde bevoegd om in het kader van de uitvoering van bovenbedoeld project/bovenbedoelde projecten de staat der Nederlanden te binden. Op deze benoeming zijn de begrenzingen als opgenomen in bijlage 2, onderdeel ‘Projectbevoegde C’/‘Projectbevoegde D’ van toepassing.

De projectbevoegde wordt aangestuurd door en legt verantwoording af aan de directeur .....

Een exemplaar van dit besluit wordt onderaan voorzien van handtekening en paraaf van de projectbevoegde en opgeslagen in het competentieregister van de Rijksgebouwendienst.

’s-Gravenhage, .....

De minister voor Wonen, Wijken en Integratie,

voor deze:

de directeur-generaal van de Rijksgebouwendienst,

voor deze:

de directeur .....,

   
 

(handtekening van directeur)

   

.....

(naam van directeur)

   

De projectbevoegde:

   

.....

handtekening

   

.....

paraaf

   

.....

naam

Afschrift te zenden aan belanghebbenden.

Bijlage 8. Bij Besluit mandaat, volmacht en machtiging Rijksgebouwendienst 2009

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

Ministerie van Volkshuisvesting,

Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer

Rijksgebouwendienst

Benoeming interne tot projectbevoegde

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

Bijlage 244581.png

De Directeur-Generaal van de Rijksgebouwendienst

Overwegende dat:

  • ..... .

  • ..... .

  • ..... .

Besluit:

De heer/mevrouw ....., werkzaam in de functie van ..... bij de directie/stafafdeling ....., met ingang van de datum waarop dit besluit is ondertekend te benoemen tot projectbevoegde voor het project/de projecten genoemd in de bijlage bij dit besluit.

Voor de uitvoering van het project zijn aan de heer/mevrouw ..... voornoemd, verder te noemen projectbevoegde, bevoegdheden toegekend op grond van het Besluit mandaat, volmacht en machtiging Rijksgebouwendienst 2009 en de bijzondere bevoegdheden zoals vermeld in de bijlage. Met inachtneming daarvan is de projectbevoegde bevoegd om in het kader van de uitvoering van bovenbedoeld project de staat der Nederlanden te binden.

De projectbevoegde wordt aangestuurd door en legt verantwoording af aan de directeur-generaal/directeur/het hoofd van de stafafdeling ..... Als aanvullende instructies gelden de instructies als omschreven in de bijlage.

Een exemplaar van dit besluit wordt onderaan voorzien van handtekening en paraaf van de projectbevoegde en opgeslagen in het competentieregister van de Rijksgebouwendienst.

’s-Gravenhage, .....

De minister voor Wonen, Wijken en Integratie,

voor deze:

de directeur-generaal van de Rijksgebouwendienst,

   
 

(handtekening van directeur-generaal)

   

.....

(naam van de directeur-generaal)

   

De projectbevoegde:

   

.....

handtekening

   

.....

paraaf

   

.....

naam

Afschrift te zenden aan belanghebbenden.

Tegen dit besluit kunt u binnen 6 weken na datum van verzending hiervan, op grond van de Algemene wet bestuursrecht, een bezwaarschrift indienen bij de minister voor Wonen, Wijken en Integratie, ter attentie van de ondertekenaar van dit besluit, Postbus 20952, 2500 EZ Den Haag. Het bezwaarschrift moet van een datum en van uw naam zijn voorzien. U moet duidelijk aangeven waarom u tegen dit besluit bezwaar maakt en zo mogelijk een kopie van dit besluit meezenden.

Bijlage 9. Bij Besluit mandaat, volmacht en machtiging Rijksgebouwendienst 2009

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

Ministerie van Volkshuisvesting,

Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer

Rijksgebouwendienst

Benoeming externe tot projectbevoegde

[Regeling vervallen per 04-12-2013 met terugwerkende kracht tot en met 26-07-2012]

Bijlage 244580.png

De Directeur-Generaal van de Rijksgebouwendienst

Overwegende dat:

  • ..... .

  • ..... .

  • ..... .

Besluit:

De heer/mevrouw ....., werkzaam in de functie van ..... bij de directie/stafafdeling ....., met ingang van de datum waarop dit besluit is ondertekend te benoemen tot projectbevoegde voor het project/de projecten genoemd in de bijlage bij dit besluit.

Voor de uitvoering van het project zijn aan de heer/mevrouw ..... voornoemd, verder te noemen projectbevoegde, bevoegdheden toegekend op grond van het Besluit mandaat, volmacht en machtiging Rijksgebouwendienst 2009 en de bijzondere bevoegdheden zoals vermeld in de bijlage. Met inachtneming daarvan is de projectbevoegde bevoegd om in het kader van de uitvoering van bovenbedoeld project de staat der Nederlanden te binden. De projectbevoegde moet in dit verband worden aangemerkt als ‘functionaris’ in de zin van het zojuist genoemde besluit.

De projectbevoegde wordt aangestuurd door en legt verantwoording af aan de directeur-generaal/directeur ..... Als aanvullende instructies gelden de instructies als omschreven in de bijlage.

Een exemplaar van dit besluit wordt onderaan voorzien van handtekening en paraaf van de projectbevoegde en opgeslagen in het competentieregister van de Rijksgebouwendienst.

’s-Gravenhage, .....

De minister voor Wonen, Wijken en Integratie,

voor deze:

de directeur-generaal van de Rijksgebouwendienst,

   
 

(handtekening van directeur-generaal)

   

.....

(naam van de directeur-generaal)

   

De projectbevoegde:

   

.....

handtekening

   

.....

paraaf

   

.....

naam

Afschrift te zenden aan belanghebbenden.