Klachtenregeling KLPD 2009

[Regeling vervallen per 01-01-2013.]
Geraadpleegd op 14-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 17-07-2009.
Geldend van 17-07-2009 t/m 31-12-2012

Regeling van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 17 maart 2009, nr. 2008-0000620754, houdende nadere regels met betrekking tot de behandeling van klachten over gedragingen van ambtenaren van het Korps landelijke politiediensten (Klachtenregeling KLPD)

Artikel 1

[Regeling vervallen per 01-01-2013]

Artikel 2

[Regeling vervallen per 01-01-2013]

  • 1 De korpschef is gemachtigd om namens de minister klachten als bedoeld in artikel 1, tweede lid, te behandelen, met uitzondering van klachten over gedragingen van de korpschef of een andere ambtenaar die deel uitmaakt van de korpsleiding van het KLPD.

  • 2 De artikelen 3 tot en met 12 zijn, met uitzondering van artikel 4, derde lid, van toepassing op klachten die worden behandeld door de minister, met dien verstande dat in plaats van ‘de korpschef’ telkens wordt gelezen: de minister.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 01-01-2013]

  • 1 De korpschef wijst een ambtenaar van het KLPD aan die als klachtencoördinator is belast met de coördinatie van de behandeling van de ontvangen klachten en met de registratie van de ontvangen klachten.

  • 2 De klachtencoördinator beoordeelt of een klacht voor behandeling overeenkomstig deze regeling in aanmerking komt en adviseert de korpschef als een oriënterend, disciplinair of strafrechtelijk onderzoek gewenst lijkt.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 01-01-2013]

  • 1 Een klacht wordt schriftelijk ingediend bij de korpschef.

  • 2 Klachten die mondeling worden ingediend en niet terstond tot tevredenheid van de klager kunnen worden afgedaan, worden door de ambtenaar van het KLPD die de klager te woord staat, op diens verzoek op schrift gesteld, indien van de klager redelijkerwijs niet verlangd kan worden dat deze de klacht zelf op schrift stelt. Na ondertekening door de klager wordt de klacht doorgeleid naar de korpschef.

  • 3 Indien een klacht is ingediend bij of doorgezonden aan de minister, draagt de minister zorg voor een onverwijlde doorzending van de klacht aan de korpschef.

  • 4 Van elke klacht die betrekking heeft op het KLPD ontvangt de commissie onverwijld een afschrift.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 01-01-2013]

  • 1 De klachtencoördinator draagt er zorg voor dat aan de indiener van een klacht binnen een week na ontvangst daarvan een ontvangstbevestiging met informatie over de procedure van de behandeling van de klacht wordt toegezonden. Indien de klacht om advies aan de commissie worden voorgelegd, deelt de klachtencoördinator dit zo spoedig mogelijk mee aan de klager.

  • 3 Indien de klager binnen de termijn van twee weken, bedoeld in het tweede lid, niet overgaat tot herstel van het verzuim of tot de indiening van een klacht in vertaling, kan de korpschef de klacht niet-ontvankelijk verklaren. De klachtencoördinator stelt de klager daarvan binnen twee weken na het verstrijken van de in vorige volzin bedoelde termijn in kennis. Daarbij wordt de klager gewezen op de mogelijkheid om vervolgens een verzoekschrift in te dienen bij de Nationale ombudsman.

Artikel 6

[Regeling vervallen per 01-01-2013]

Indien een klacht met toepassing van artikel 9:8, eerste of tweede lid, van de Algemene wet bestuursrecht niet wordt behandeld, stelt de korpschef de klager daarvan zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen vier weken na ontvangst van de klacht, schriftelijk en gemotiveerd in kennis. De klager wordt daarbij gewezen op de mogelijkheid om vervolgens een klacht in te dienen bij de Nationale ombudsman.

Artikel 7

[Regeling vervallen per 01-01-2013]

De burgemeester van de gemeente waar de gedraging waarover wordt geklaagd, heeft plaatsgevonden, en het hoofd van het landelijk parket, bedoeld in artikel 137, tweede lid, van de Wet op de rechterlijke organisatie, worden in de gelegenheid gesteld om binnen twee weken nadat hun de klacht is toegezonden, advies uit te brengen aan de korpschef.

Artikel 8

[Regeling vervallen per 01-01-2013]

  • 1 Binnen twee weken na de ontvangst van een klacht wordt overleg gevoerd met de klager. Dit overleg dient ertoe vast te stellen wat de klager met zijn klacht wenst te bereiken, of oplossing van de klacht naar tevredenheid van de klager mogelijk is en in hoeverre de klacht voor verdere behandeling in aanmerking komt.

  • 2 Van het voeren van overleg kan worden afgezien indien de korpschef van oordeel is dat zulks niet zinvol is.

  • 3 Indien overleg of bemiddeling leidt tot een oplossing waarmee de klager tevreden is, wordt de klacht niet verder behandeld. De klager en de ambtenaar op wiens gedraging de klacht betrekking heeft, worden schriftelijk door de klachtencoördinator in kennis gesteld van de beëindiging van de behandeling van de klacht.

  • 4 De behandelingsprocedure en interne verantwoordelijkheden voor de afhandeling van klachten binnen het KLPD worden nader uitgewerkt in een KLPD klachtenreglement.

Artikel 9

[Regeling vervallen per 01-01-2013]

  • 1 Er is een klachtencommissie KLPD, die de korpschef adviseert over de afdoening van klachten die niet door middel van overleg met de klager of door bemiddeling worden afgedaan. Zij kan voorts de korpschef gevraagd of ongevraagd adviseren over de afdoening van andere klachten.

  • 2 De commissie bestaat uit een oneven aantal van tenminste drie en maximaal zeven onafhankelijke leden, die worden benoemd en ontslagen door de minister.

  • 3 De voorzitter en de overige leden van de commissie worden benoemd voor een periode van vier jaar. De leden van de commissie kunnen eenmaal worden herbenoemd voor een periode van vier jaar.

  • 4 De korpschef wijst een ambtelijk secretaris aan. De ambtelijk secretaris is geen lid van de commissie.

  • 6 De voorzitter en de overige leden van de commissie ontvangen een vergoeding per vergadering of zitting. De vergoeding voor de leden, met uitzondering van de voorzitter, bedraagt 3% van het maximum van salarisschaal 18 van bijlage B van het Bezoldigingsbesluit Burgerlijke Rijksambtenaren 1984. De vergoeding voor de voorzitter bedraagt 130% van de hoogte van de vergoeding die de andere leden ontvangen.

  • 7 De zittingen van de commissie zijn niet openbaar.

  • 8 De commissie stelt in een huishoudelijk reglement nadere regels vast omtrent haar werkwijze.

Artikel 10

[Regeling vervallen per 01-01-2013]

Indien de korpschef er niet in slaagt een klacht af te doen binnen tien weken na ontvangst van de klacht of, indien de klacht ter advisering aan de commissie is voorgelegd, binnen veertien weken na ontvangst van de klacht, draagt hij er zorg voor dat aan de klager en aan de ambtenaar van het KLPD op wiens gedraging de klacht betrekking heeft, voor het verstrijken van de van toepassing zijnde termijn een mededeling van verdaging wordt gezonden als bedoeld in artikel 9:11, tweede lid, van de Algemene wet bestuursrecht.

Artikel 11

[Regeling vervallen per 01-01-2013]

  • 1 Bij het toezenden van de afdoeningsbrief aan de klager wijst de korpschef hem op de mogelijkheid vervolgens een verzoekschrift in te dienen bij de Nationale ombudsman.

  • 2 De korpschef zendt een afschrift van de afdoeningsbrief in ieder geval aan de ambtenaar van het KLPD op wiens gedraging de klacht betrekking heeft, en aan de commissie, indien zij over de klacht heeft geadviseerd.

  • 3 Indien de burgemeester van de gemeente waar de gedraging waarover wordt geklaagd, heeft plaatsgevonden, of het hoofd van het landelijk parket, bedoeld in artikel 137, tweede lid, van de Wet op de rechterlijke organisatie, gebruik hebben gemaakt van de gelegenheid over de klacht advies uit te brengen als bedoeld in artikel 7, zendt de korpschef ook hun een afschrift van de afdoeningsbrief.

Artikel 12

[Regeling vervallen per 01-01-2013]

  • 1 De klachtencoördinator draagt er zorg voor dat iedere klacht wordt geregistreerd. Bij de registratie worden gegevens opgenomen over de aard van de gedraging waarover is geklaagd, over de wijze van indiening en van behandeling van de klacht, over de doorlooptijd, en – indien van toepassing – over het oordeel van de korpschef over de naar aanleiding van de klacht genomen maatregelen. Indien de klachtencommissie over de klacht heeft geadviseerd, wordt ook dit advies in de registratie opgenomen.

  • 2 De minister draagt er zorg voor dat de geregistreerde gegevens, bedoeld in het eerste lid, jaarlijks op overzichtelijke en geanonimiseerde wijze worden gepubliceerd. Deze publicatie gaat vergezeld van een toelichting, waarin wordt aangegeven in hoeverre bepaalde klachten wijzen op structurele tekortkomingen in het functioneren van de ambtenaren van het KLPD, en waarin wordt ingegaan op de maatregelen die zijn getroffen om gesignaleerde knelpunten op te lossen.

Artikel 13

[Regeling vervallen per 01-01-2013]

De regeling van de Raad voor het Korps landelijke politiediensten van 7 april 2004, houdende een klachtenregeling van het Korps landelijke politiediensten, wordt ingetrokken.

Artikel 14

[Regeling vervallen per 01-01-2013]

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst, en werkt terug tot en met 20 maart 2009.

Artikel 16

[Regeling vervallen per 01-01-2013]

Deze regeling wordt aangehaald als: Klachtenregeling KLPD 2009.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 22 juni 2009

De

Minister

van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

G. ter Horst