Wet van 7 april 2011 tot intrekking van de Wet stedelijke vernieuwing in verband met
de decentralisatie van het investeringsbudget stedelijke vernieuwing (Intrekkingswet
Wet stedelijke vernieuwing)
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het met het oog op de decentralisatie van
het investeringsbudget stedelijke vernieuwing wenselijk is de Wet stedelijke vernieuwing in te trekken en te voorzien in overgangsrecht met betrekking tot die intrekking;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal,
hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: