Regeling modellen diploma’s VO BES

Geraadpleegd op 26-12-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 13-07-2016 en zichtdatum 25-12-2024.
Geldend van 13-07-2016 t/m 31-07-2016

Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 23 augustus 2011, nr. WJZ/316031 (4905) houdende modellen diploma’s, cijferlijsten, certificaten, getuigschrift, bewijs van ontheffing met verklaring vwo, havo, vmbo en getuigschrift praktijkonderwijs voor de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba (Regeling modellen diploma’s VO BES)

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

Artikel 2. Richtlijnen voor het invullen van de modellen en beveiligen waardepapier

Het invullen van de modellen, opgenomen in de bij deze regeling behorende bijlagen en het beveiligen van het waardepapier geschiedt overeenkomstig de richtlijnen, opgenomen in de bij deze regeling behorende bijlage 1.

Artikel 3. Modellen diploma’s vwo, havo en vmbo

  • 1 Als modellen voor de diploma’s eindexamen vwo, havo en vmbo worden gehanteerd de bijlagen 2a, 2b respectievelijk 2c.

Artikel 4. Modellen cijferlijsten vwo, havo en vmbo

De modellen voor de cijferlijsten eindexamen vwo, havo en vmbo zijn opgenomen in onderscheidenlijk de bij deze regeling behorende bijlagen 3a, 3b, en 3c.

Artikel 5. Modellen voorlopige cijferlijsten vwo, havo en vmbo

De modellen voor de voorlopige cijferlijsten eindexamen vwo, havo en vmbo zijn opgenomen in onderscheidenlijk de bij deze regeling behorende bijlagen 4a, 4b, en 4c.

Artikel 6. Model certificaat vmbo

Het model voor het certificaat vmbo is opgenomen in de bij deze regeling behorende bijlage 5.

Artikel 7. Model getuigschrift basisberoepsgerichte leerweg vmbo

Het model voor het getuigschrift basisberoepsgerichte leerweg van het vmbo is opgenomen in de bij deze regeling behorende bijlage 6.

Artikel 8. Model getuigschrift praktijkonderwijs vmbo

Het model voor het getuigschrift praktijkonderwijs van het vmbo is opgenomen in de bij deze regeling behorende bijlage 7.

Artikel 9. Modellen vavo cijferlijsten deeleindexamen en certificaten vwo, havo en theoretische leerweg vmbo

De modellen voor:

  • a. de cijferlijsten deeleindexamen vwo, havo en theoretische leerweg vmbo zijn opgenomen in onderscheidenlijk de bij deze regeling behorende bijlagen 8a, 8b en 8c;

  • b. de certificaten vwo, havo en theoretische leerweg vmbo zijn opgenomen in onderscheidenlijk de bij deze regeling behorende bijlagen 9a, 9b en 9c.

Artikel 10. Modellen staatsexamen diploma’s, certificaten en cijferlijsten vwo, havo en vmbo

Als modellen voor:

  • a. de diploma’s staatsexamen vwo, havo en vmbo worden gehanteerd de bijlagen 10a, 10b respectievelijk 10c of, indien op grond van artikel 28a van het Staatsexamenbesluit VO BES recht bestaat op vermelding van het judicium cum laude op het diploma, de bijlagen 10a1 voor vwo, 10b1 voor havo respectievelijk 10c1 voor vmbo;

  • b. de cijferlijsten staatsexamen vwo, havo en vmbo worden gehanteerd de bijlagen 11a, 11b respectievelijk 11c;

  • c. de cijferlijsten deelstaatsexamen vwo, havo en vmbo worden gehanteerd de bijlagen 12a, 12b respectievelijk 12c;

  • d. de certificaten staatsexamen vwo, havo en vmbo worden gehanteerd de bijlagen 13a, 13b respectievelijk 13c.

Artikel 11. Bewijs van ontheffing

Het model voor het bewijs van ontheffing ten behoeve van het vwo, havo en vmbo en de bijbehorende verklaring zijn opgenomen in onderscheidenlijk de bij deze regeling behorende bijlagen 14a en 14b.

Artikel 12. Overgangsbepaling

Deze regeling is van toepassing op de waardedocumenten van de kandidaten die het eindexamen of deeleindexamen, niet zijnde een staatsexamen, hebben afgelegd volgens de bij en krachtens de WVO BES gegeven voorschriften zoals deze zijn gaan gelden met ingang van 1 augustus 2011, met dien verstande dat:

  • a. een diploma vmbo volgens die voorschriften voor het eerst in 2015,

  • b. een diploma havo volgens die voorschriften voor het eerst in 2016 en

  • c. een diploma voorbereidend wetenschappelijk onderwijs volgens die voorschriften, voor het eerst in 2017 kan worden verstrekt.

Artikel 13. Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2012.

Artikel 14. Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling modellen diploma’s VO BES.

Deze regeling zal met toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De

Minister

van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

J.M. van Bijsterveldt-Vliegenthart

Bijlage 1. behorend bij artikel 2

Richtlijnen voor het invullen van de modellen en beveiligen waardepapier

Algemeen

Veiligheidseisen papier waardedocumenten

Het is noodzakelijk dat de waardedocumenten gedrukt worden op papier dat namaak en vervalsing tegengaat. Het papier dient daarom te zijn voorzien van: een uniek watermerk, UV-vezels, een vloeiend kleurverloop, microtekst en een beschermlaag die verkleurt bij mechanische of chemische aantasting. Dit papier moet zorgvuldig uit handen van onbevoegden worden gehouden. Afhankelijk van het aantal vakken worden de regels voor de vermelding van de vakken op de cijferlijst:

  • of ongeldig gemaakt voor zover ze niet worden gebruikt;

  • of aangepast aan het aantal vakken van de kandidaat.

Naamvermelding van de school

Op de examendocumenten wordt steeds voor zover van toepassing achter het woord ‘aan’ vermeld de naam van de school voor voortgezet onderwijs of instelling voor educatie en beroepsonderwijs. Betreft het zo'n instelling, dan komt er na ‘aan’ te staan: de opleiding vavo van ... De naam van de school of de instelling is de naam zoals geregistreerd in de basisregistratie instellingen (BRIN). Een ‘andere’ locatienaam mag hieraan worden toegevoegd, mits deze als zodanig is geregistreerd in BRIN. Na de naam van de school/instelling volgt in dat geval een komma en het woord ‘locatie’ gevolgd door de naam van de locatie.

Ondertekening

Ingevolge artikel 39, zesde lid, van het Eindexamenbesluit VO BES tekenen de directeur en de secretaris van het eindexamen de diploma's en de cijferlijsten. De functionarissen die de examendocumenten moeten tekenen zijn en blijven onder alle omstandigheden verantwoordelijk voor de ondertekening. Tenzij anders bepaald door het bevoegd gezag, mogen zij, mits het bevoegd gezag hen die bevoegdheid heeft gegeven, een andere functionaris, die door hen daartoe schriftelijk gemandateerd is, laten tekenen, doch slechts met vermelding van 'namens deze' gevolgd door de handtekening, de naam en de functie van de ondertekenaar. De handtekening moet feitelijk (met pen) geschreven worden. Een gescande of gekopieerde handtekening is niet toegestaan.

Bovenstaande geldt ook in het geval een school geen directeur kent maar een centrale directie. Op het diploma dient dan voor directeur te worden gelezen de centrale directie. De centrale directie is in dat geval verantwoordelijk voor het ondertekenen van de diploma's. Het is echter ook mogelijk dat de centrale directie de tekenbevoegdheid overdraagt.

Het is vanzelfsprekend dat de mandatering in het examenreglement van de school wordt vermeld om kandidaten en ouders hiervan op de hoogte te stellen.

Cijferlijsten algemeen

De afgifte van cijferlijsten is voor scholen voor voortgezet onderwijs en instellingen voor educatie en beroepsonderwijs, voor zover het betreft door die instellingen verzorgde opleidingen vavo, geregeld in artikel 41, eerste lid, van het Eindexamenbesluit VO BES en voor staatsexamens in artikel 28, eerste en tweede lid van het Staatsexamenbesluit VO BES

Op een cijferlijst voor het eindexamen/staatsexamen wordt/worden in de cijfer/beoordelingstabel voor zover van toepassing vermeld:

Extra vakken

Indien in meer examenvakken examen is afgelegd dan in de vakken die ten minste samen een eindexamen vormen, worden die vakken vermeld in het vrije deel. Extra vakken die niet bij de vaststelling van de uitslag zijn betrokken, worden in het vrije deel op de cijferlijst vermeld, tenzij de kandidaat daartegen bedenkingen heeft geuit (zie artikel 39, derde lid, van het Eindexamenbesluit VO BES en artikel 28, vierde lid, van het Staatsexamenbesluit VO BES)

Afronding onderdelen na aanvang van het eerste tijdvak van het centraal examen in het laatste leerjaar

Artikel 19, derde en vierde lid, van het Eindexamenbesluit VO BES noemt uitzonderingen op de hoofdregel dat het schoolexamen wordt afgesloten voor de aanvang van het eerste tijdvak van het centraal examen. Het kan voorkomen dat een kandidaat uit het laatste leerjaar in alle vakken die met een eindcijfer worden beoordeeld examen heeft afgelegd op grond waarvan de uitslag kan worden vastgesteld, maar niet voldoet aan de aanvullende bepalingen. Het betreft hier de aanvullende bepalingen ten aanzien van de vakken of het sectorwerkstuk waarvoor geen cijfer wordt vastgesteld, maar die ‘voldoende’ of ‘goed’ afgesloten moeten zijn. Deze kandidaat kan in dit geval niet slagen, maar ontvangt wel een cijferlijst. De uitslag luidt: afgewezen. Voor de onderdelen die niet naar behoren zijn afgerond wordt de vermelding gegeven: 'n.a.' (niet afgerond). Betreft dit een vmbo-kandidaat, die de school verlaat, dan ontvangt hij tevens een certificaat.

Vak aan andere school

Indien een vak aan een andere school is afgesloten op grond van artikel 7 van het Eindexamenbesluit VO BES, dan wordt achter het betreffende vak tussen haakjes de naam van de andere school vermeld zoals opgenomen in BRIN.

Vrijstelling of ontheffing

Artikel 39, vijfde lid, van het Eindexamenbesluit VO BES respectievelijk artikel 28, zesde lid, van het Staatsexamenbesluit VO BES, regelt de vermelding op de cijferlijst van vakken waarvoor de kandidaat vrijstelling of ontheffing is verleend bij het eindexamen. In alle gevallen waarbij er sprake is van ontheffing of vrijstelling worden de vakken zonder vermelding van een cijfer op de cijferlijst vermeld en wordt op de plaats voor het cijfer ‘Vr’ (vrijstelling of ontheffing) vermeld. (Zie ook profielen vwo en havo)

Vermelding van vakken die niet met een eindcijfer beoordeeld worden

Bij vakken waarvoor de eindbeoordeling niet in de vorm van een cijfer maar als ‘voldoende’ of ‘goed’ is gegeven, wordt deze beoordeling vermeld in de plaats van het cijfer (in de kolom ‘in letters’).

Vermelding van vakken die op een hoger niveau zijn afgesloten

Vakken waarin het examen op een hoger niveau is afgelegd, worden op de cijferlijst vermeld met de naam van het vak uit het betreffende niveau met de toevoeging van dat niveau tussen haakjes. Een nadere uitwerking wordt gegeven onder de schoolsoorten.

Uitslag

Bij 'uitslag' voor het eindexamen of staatsexamen wordt het volgende ingevuld (zie artikel 36, tweede lid, van het Eindexamenbesluit VO BES en artikel 23, vijfde lid, Staatsexamenbesluit VO BES):

  • ‘geslaagd’ als de kandidaat geslaagd is en een diploma ontvangt,

  • ‘afgewezen’, in het geval een kandidaat is afgewezen.

Voorlopige cijferlijst

Nieuw is dat een kandidaat een ‘voorlopige cijferlijst’ ontvangt indien hij de school tussentijds verlaat nadat hij vakken van zijn eindexamen heeft afgesloten, maar voordat de uitslag van het betreffende eindexamen definitief kan worden vastgesteld (zie artikel 40 van het Eindexamenbesluit VO BES). Op basis van de voorlopige cijferlijst kan de nieuwe school het onderwijsprogramma van de kandidaat vaststellen.

De resultaten van de voorlopige cijferlijst worden betrokken bij de vaststelling van de uitslag van het betreffende eindexamen op de nieuwe school. Zij worden overgenomen op de cijferlijst die op grond van de definitieve uitslag wordt uitgereikt. De voorlopige cijferlijst komt dan te vervallen.

Op de voorlopige cijferlijst wordt/worden (conform de cijferlijst) voor zover van toepassing vermeld:

  • de afgesloten vakken met de cijfers voor het schoolexamen en het centraal examen (op één decimaal nauwkeurig) en de eindcijfers zonder decimalen;

  • het afgeronde cijfer bij ‘cijfers voor het schoolexamen’ welk cijfer herhaald wordt bij het ‘eindcijfer in cijfers en letters’ indien een vak geen centraal examen kent, maar wordt afgesloten met een schoolexamen;

  • het vak of de vakken en het onderwerp of de titel van het profielwerkstuk;

  • het thema of de titel van het sectorwerkstuk en de beoordeling van het sectorwerkstuk;

  • de beoordeling van de vakken culturele en kunstzinnige vorming en lichamelijke opvoeding in vwo en havo;

  • de beoordeling van het kunstvak en het vak lichamelijke opvoeding uit het gemeenschappelijk deel van de leerweg in vmbo;

  • volgens welke differentiatie, bedoeld in artikel 6, derde lid, van het Eindexamenbesluit VO BES is geëxamineerd in het vmbo; en

  • het vak waarin opnieuw centraal examen is afgelegd (waarbij het cijfer voor het schoolexamen wordt herhaald en het nieuwe cijfer voor het centraal examen en nieuwe eindcijfer wordt opgenomen). Indien er in het voorlaatste leerjaar geen herkansing heeft plaatsgevonden, wordt op de voorlopige cijferlijst achter 'opnieuw centraal examen is afgelegd in' niet van toepassing vermeld, als volgt: n.v.t.

Op de voorlopige cijferlijst wordt geen sector of profiel vermeld.

Cijferlijst deeleindexamen vavo en deelstaatsexamen

Op de cijferlijst deeleindexamen vavo en deelstaatsexamen worden alle vakken vermeld waarin deeleindexamen/deelstaatsexamen is afgelegd en voor zover van toepassing het profiel- of sectorwerkstuk, zoals voorgeschreven in artikel 41, eerste lid, van het Eindexamenbesluit VO BES voor het vavo en artikel 29, eerste lid, van het Staatsexamenbesluit BES. Deze cijferlijst kent geen verdeling in vakken van het gemeenschappelijk deel, profiel-/sectordeel en vrij deel.

Certificaat

Ingevolge artikel 41, tweede en derde lid, van het Eindexamenbesluit VO BES en, artikel 29, tweede lid, van het Staatsexamenbesluit VO BES, krijgt een definitief voor het eindexamen vmbo afgewezen kandidaat die de school verlaat, een certificaat.

Op het certificaat wordt voor zover van toepassing vermeld:

  • het vak of de vakken waarvoor de kandidaat een eindcijfer 6 of meer heeft behaald;

  • het vak of de vakken, het onderwerp of de titel van het profielwerkstuk of het thema of titel van het sectorwerkstuk, voor zover beoordeeld met ‘goed’ of ‘voldoende’.

De school kan wanneer nodig meer regels toevoegen.

Getuigschrift

Op het getuigschrift basisberoepsgerichte leerweg wordt het met goed gevolg afgesloten gedeelte van het examenpakket vermeld. Op het getuigschrift praktijkonderwijs worden de in dit onderwijs gevolgde vakken vermeld.

Bewijs van ontheffing

Op het bewijs van ontheffing dient achter de regel: 'recht heeft op ontheffing bij het verwerven van het diploma, de schoolsoort voluit te worden vermeld met indien van toepassing: de leerweg.

Afwijkende/bijzondere vermeldingen

  • 1. n.a. = niet afgerond

  • 2. (naam van een andere school)

  • 3. ‘vr’ = vrijstelling of ontheffing

  • 4. (afkorting leerweg of schoolsoort): toevoeging bij een vak op hoger niveau

    kaderberoepsgerichte leerweg: KB

    gemengde leerweg: GL

    theoretische leerweg: TL

    hoger algemeen voortgezet onderwijs: havo

    voorbereidend wetenschappelijk onderwijs: vwo

  • 5. n.v.t. indien:

    • a. geen gebruik is gemaakt van het recht op herkansen (voorlopige cijferlijst)

    • b. meer cijferlijsten worden uitgereikt en het profielwerkstuk maar op één cijferlijst past

  • 6. toegestane afkortingen vaknamen: ckv en kcv.

Profielen vwo en havo

Diploma vwo en havo

Als de examenresultaten voor twee of meer profielen leiden tot de uitslag ‘geslaagd’, dan wordt de naam van de betreffende profielen vermeld op het diploma (zie artikel 39, tweede lid, van het Eindexamenbesluit VO BES en artikel 28, derde lid, van het Staatsexamenbesluit VO BES).

Op het diploma eindexamen vwo wordt achter eindexamen vermeld: gymnasium of atheneum.

Op het diploma van een kandidaat die is geslaagd wordt – indien van toepassing – ingevolge artikel 39a van het Eindexamenbesluit VO BES en artikel 28a van het Staatsexamenbesluit VO BES, het judicium cum laude vermeld.

Cijferlijsten vwo en havo

Voor:

  • de verdeling van de vakken/onderdelen en het aantal behorend tot het gemeenschappelijk-, profiel- en (het minimum aantal van het) vrije deel, en

  • welke (combinatie van) vakken/onderdelen deel mogen uitmaken van een eindexamen vwo/havo en vermeld op de cijferlijst, wordt verwezen naar de volgende artikelen van het Eindexamenbesluit VO BES:

    • artikel 11 voor zover het betreft het eindexamen vwo (atheneum),

    • artikel 12 voor zover het betreft het eindexamen vwo (gymnasium),

    • artikel 13 voor zover het betreft het eindexamen havo.

Alle andere vermeldingen dan de vermeldingen genoemd in bovenstaande artikelen maken de cijferlijst ongeldig.

Profielvermelding

Op de cijferlijst voor het eindexamen wordt in het tekstgedeelte boven de cijfer-/beoordelingstabel achter de regel ‘heeft deelgenomen aan het eindexamen voorbereidend wetenschappelijk onderwijs of hoger algemeen voortgezet onderwijs conform het profiel’, de officiële benaming van het profiel vermeld zoals genoemd in artikel 38, derde lid van de Wet voortgezet onderwijs BES (WVO BES).

In het geval een kandidaat kan slagen voor twee of meer profielen, wordt voor elk profiel afzonderlijk een cijferlijst afgegeven. Om te kunnen slagen voor twee of meer profielen is het overigens voldoende om voor één profiel een profielwerkstuk te maken. Als dat profielwerkstuk 'past' in de overige profielen, wordt het op elk van de cijferlijsten vermeld. Als het in één profiel niet past, wordt in de desbetreffende ruimte vermeld: n.v.t.

Combinatiecijfer

Onder het gemeenschappelijk deel wordt achter ‘combinatiecijfer’ het rekenkundig gemiddelde van de afgeronde eindcijfers van de betreffende vakken/onderdelen, afgerond vermeld op de cijferlijst (in een cijfer en in letters). Deze afronding gebeurt overeenkomstig de vaststelling van het eindcijfer per vak, door het eerste cijfer achter de komma naar beneden af te ronden indien dat een 4 of lager is en naar boven, indien dat cijfer een 5 of hoger is (een 5,5 wordt dus een 6 en 5,45 een 5): artikel 37, achtste lid, van het Eindexamenbesluit VO BES. Achter het ‘combinatiecijfer’ (tot slot van het gemeenschappelijk deel) is een asterisk *) opgenomen die verwijst naar de vakken/onderdelen die deel uitmaken van het combinatiecijfer (zie artikel 37, zesde lid, van het Eindexamenbesluit VO BES, welke onder aan de cijferlijst worden genoemd. Onder ‘*) onderdelen van het combinatiecijfer’ worden de betreffende vakken/onderdelen opgenomen met vermelding van het afgeronde cijfer en het(zelfde) afgeronde eindcijfer (in een cijfer en in letters).

Het profielwerkstuk wordt vermeld onderaan de cijferlijst in de daarvoor bestemde kolom onder vermelding van de titel of het onderwerp en het vak of de vakken waarop het betrekking heeft.

Naast de relatief kleine (becijferde) vakken maakt ook het profielwerkstuk onderdeel uit van het combinatiecijfer. Het profielwerkstuk wordt nu ook met een cijfer gewaardeerd.

De cijfers van de onderdelen en vakken waaruit het combinatiecijfer is samengesteld mogen om te slagen, geen van alle lager zijn dan een 4. In de uitslagregel wordt het combinatiecijfer beschouwd als het eindcijfer van één vak.

Vakken die in ieder geval tot het combinatiecijfer behoren zijn:

  • in het havo: maatschappijleer en het profielwerkstuk;

  • in het vwo: maatschappijleer, algemene natuurwetenschappen en het profielwerkstuk.

Daarnaast kan het bevoegd gezag de volgende vakken toevoegen aan het combinatiecijfer (zie hiervoor de voorwaarde uit artikel 37, zevende lid, van het Eindexamenbesluit VO BES):

  • Literatuur. Een school kan ervoor kiezen literatuur afzonderlijk te becijferen of dit onderdeel meenemen in het cijfer voor de talen. Als het apart wordt becijferd, dan moet het cijfer worden opgenomen in het combinatiecijfer. In dat geval dienen de namen van de talen (dus zonder literatuur) te worden vermeld op de cijferlijst.

  • Kcv. Scholen kunnen ervoor kiezen om klassieke culturele vorming (kcv) onderdeel te laten uitmaken van het combinatiecijfer. Hier wordt dan klassieke culturele vorming’, vermeld, met dien verstande dat deze vakbenaming mag worden afgekort tot kcv. Wordt hier niet voor gekozen, dan dient kcv onderdeel te zijn van het schoolexamen van de klassieke talen en wordt de klassieke taal en literatuur met kcv, vermeld.

  • Het vak Godsdienst of levensbeschouwelijk vormingsonderwijs kan door bijzondere scholen worden toegevoegd aan het combinatiecijfer. Het gaat hier om één vak, maar de school kiest welke van beide benamingen wordt gehanteerd: godsdienst óf levensbeschouwelijk vormingsonderwijs. Niet te verwarren met het ‘grote’ vak godsdienst: een schooleigen vak dat de school alleen met toestemming van de minister als examenvak kan aanbieden.

  • Algemene natuurwetenschappen, dat bij het havo niet voorkomt in het gemeenschappelijke deel, kan bij die schoolsoort wel deel uitmaken van het vrije deel. De school kan dit ter keuze laten aan de leerling, maar kan ook besluiten om het vak verplicht te stellen voor alle leerlingen of voor leerlingen met een bepaald profiel. Het cijfer voor dit vak telt dan mee in het combinatiecijfer (zie artikel 37 van het Eindexamenbesluit BES).

Vrijstelling of ontheffing

Ontheffing van een taal

Indien in het atheneum op grond van artikel 23, vierde lid, van het Inrichtingsbesluit VO BES ontheffing is verleend voor het volgen van een taal, waarbij de taal moet worden vervangen door een ander examenvak, dan wordt dat examenvak vermeld op de cijferlijst in plaats van de vervangen taal (dus in het gemeenschappelijke deel).

Vermelding van vrijstelling aan vavo/staatsexamen voor profielwerkstuk oud naar nieuw

Een kandidaat kan worden vrijgesteld van een profielwerkstuk indien hij reeds eerder een profielwerkstuk heeft gemaakt dat betrekking heeft op een of meer vakken van dezelfde schoolsoort en dat behoort tot het profiel van de kandidaat, mits hij daarvoor een eindcijfer 6 of hoger of een daarmee overeenkomende waardering heeft behaald,. (zie artikel 8 van het Eindexamenbesluit VO BES en artikel 9 van het Staatsexamenbesluit BES).

Vakken waarvoor de kandidaat is vrijgesteld op grond van deze artikelen worden op de cijferlijst opgenomen met vermelding van het eerder behaalde cijfer (zie artikel 39, vijfde lid, van het Eindexamenbesluit VO BESartikel 28, zesde lid, van het Staatsexamenbesluit VO BES). Hierop bestaat een uitzondering indien de kandidaat zijn profielwerkstuk volgens de ‘oude profielen’ heeft gemaakt, dat is beoordeeld als ‘voldoende'’ of ‘goed’ en vervolgens het diploma volgens de ‘nieuwe profielen’ aan het vavo of met het staatsexamen wil behalen. Het volgende is dan mogelijk:

  • in plaats van de vermelding van het eerder behaalde cijfer wordt achter het profielwerkstuk: ‘vr’ vermeld,

  • het profielwerkstuk wordt opnieuw gewaardeerd, of

  • de kandidaat maakt geen gebruik van zijn vrijstellingsrecht en levert een nieuw profielwerkstuk in.

Combinatiecijfer aan het vavo/staatsexamen

Indien achter het profielwerkstuk ‘vr’ wordt vermeld en de vakken anw en maatschappijleer hoeven geen deel uit te maken van het eindexamen en er zijn geen andere onderdelen die deel uitmaken van het combinatiecijfer, dan wordt ook achter ‘het combinatiecijfer’: ‘vr’ vermeld.

Vermelding van vwo-vak in plaats van havo-vak

Op het havo kunnen één of meer vakken worden vervangen door de overeenkomstige vakken op vwo-niveau. Bij toepassing van deze mogelijkheid wordt achter het afgesloten overeenkomstige vwo-vak op de havo-cijferlijst tussen haakjes opgenomen: (vwo). Artikel 39, vijfde lid, van het Eindexamenbesluit VO BES, regelt dat de vakken waarvoor de kandidaat (met diploma) in het havo of vwo is vrijgesteld op grond van eerder afgelegd examen worden vermeld op de cijferlijst met overname van de eerder behaalde resultaten.

Vermelding bij twee kunstvakken (die naast elkaar gekozen mogen worden)

Indien de kandidaat met het profiel cultuur en maatschappij het eindexamen aflegt in een van de vakken kunst (beeldende vormgeving, muziek, drama of dans) in het vrije deel – dit teneinde te voldoen aan de verplichting dat in dat vrije deel het eindexamen tenminste één vak omvat met een normatieve studielast van tenminste 320 (havo, of 440 bij vwo) studielasturen – en hij ook als onderdeel van het profieldeel reeds eindexamen aflegt in een van de vakken kunst (een andere variant), wordt het onderdeel kunst (algemeen) in het examen (en dus het centraal examen) vervangen door aanvullende verdiepende en/of verbredende onderdelen op het gebied van kunst in het schoolexamen met een normatieve studielast van tenminste 120 (havo, of 160 in vwo) studielasten, door het bevoegd gezag te bepalen. Er is dan dus geen centraal examen. Op de cijferlijst wordt dan ook alleen het cijfer voor het schoolexamen vermeld.

Leerwegen vmbo

Diploma

Op het diploma wordt/worden naast de leerweg ook de sector(en) vermeld. Dit houdt in dat op de regel die volgt na ‘aan het eindexamen’ de officiële naam van de betreffende leerweg wordt ingevuld met daar achter ‘conform de sector’ de vermelding van de officiële naam van de gevolgde sector, zoals genoemd in:

Indien de kandidaat kan slagen voor meer dan één sector, dan wordt ook de naam van die sector(en) vermeld.

De kandidaat die de gemengde leerweg met een extra algemeen vak heeft afgerond ontvangt op zijn verzoek een diploma vmbo theoretische leerweg en een bijbehorende cijferlijst; zie artikel 39, achtste lid, van het Eindexamenbesluit VO BES.

Op het diploma van een kandidaat die is geslaagd wordt – indien van toepassing – ingevolge artikel 39a van het Eindexamenbesluit VO BES en artikel 28a van het Staatsexamenbesluit VO BES, het judicium cum laude vermeld.

Cijferlijsten

Voor:

  • de verdeling van de vakken/onderdelen en het aantal behorend tot het gemeenschappelijk, sector- en (het minimum aantal van het) vrije deel,

  • welke vakken deel moeten/mogen uitmaken van een eindexamen vmbo en vermeld op de cijferlijst, wordt verwezen naar de volgende artikelen van het Eindexamenbesluit VO BES:

    • artikel 14 voor zover het betreft het eindexamen vmbo theoretische leerweg,

    • artikel 15 voor zover het betreft het eindexamen vmbo basisberoepsgerichte leerweg,

    • artikel 16 voor zover het betreft het eindexamen vmbo kaderberoepsgerichte leerweg,

    • artikel 17 voor zover het betreft het eindexamen vmbo gemengde leerweg.

Alle andere vermeldingen dan de vermeldingen genoemd in bovenstaande artikelen, maken de cijferlijst ongeldig.

Vermelding leerweg én sector(en)

Ook op de cijferlijst wordt nu in het tekstgedeelte boven de cijfer-/beoordelingstabel achter de regel ‘heeft deelgenomen aan het eindexamen voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs’ de leerweg conform de sector(en)vermeld. Indien de kandidaat kan slagen voor meer dan één sector, dan wordt ook de naam van die sector(en) op de cijferlijst vermeld. De cijferlijst wordt bij de verdeling van de vakken over het sector- en het vrije deel, overeenkomstig de eerstgenoemde sector ingevuld.

Sectorwerkstuk

De vermelding van ‘thema of titel van sectorwerkstuk’ is alleen voor de theoretische en de gemengde leerweg van toepassing en dient bij de basis- en kaderberoepsgerichte leerweg weggelaten te worden.

Vak op hoger niveau

Indien toepassing is gegeven aan de mogelijkheid één of meer vakken op een hoger niveau af te sluiten, dan wordt achter de desbetreffende vaknaam (uit dat niveau) tussen haakjes de leerweg (KB, GL of TL) of schoolsoort (vwo of havo), afgekort vermeld op de cijferlijst.

De vakken waarvoor de kandidaat met een diploma basis- of kaderberoepsgerichte leerweg in de theoretische leerweg is vrijgesteld op grond van een eerder afgelegd examen in vakken van de theoretische leerweg of vwo/havo, worden op de cijferlijst vermeld met overname van de eerder behaalde resultaten (artikel 39, vijfde lid, van het Eindexamenbesluit VO BES).

Leer-werktraject

Indien het een leer-werktraject de basisberoepsgerichte leerweg betreft, worden minimaal de cijfers van het vak Nederlandse taal (gemeenschappelijk deel) en het beroepsgerichte programma (vrije deel) vermeld (zie artikel 19 van de WVO BES).