Besluit melding laboratoriumuitslagen (PPE) 2011

[Regeling vervallen per 01-01-2015.]
Geraadpleegd op 14-01-2025. Gebruikte datum 'geldig op' 02-03-2014 en zichtdatum 13-01-2025.
Geldend van 05-02-2012 t/m 08-03-2014

Besluit van het bestuur van het Productschap Pluimvee en Eieren van 3 november 2011, houdende regels betreffende de wijze waarop de uitslagen van detectie en serotypering van erkende laboratoria worden gemeld (Besluit melding laboratoriumuitslagen (PPE) 2011)

Informatieoverdracht

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

Artikel 1

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

De ondernemer meldt de schriftelijke uitslag van het Salmonellaonderzoek van de pluimveehouder als bedoeld in artikel 4 van de Verordening, de schriftelijke uitslag van het Campylobacteronderzoek van de vleeskuikenhouder als bedoeld in artikel 5 van de Verordening en de uitslagen van de detectie en de serotypering van het laboratorium als bedoeld in de artikelen 6 en 8 van de Verordening aan de voorzitter, overeenkomstig het werkvoorschrift opgenomen in de bijlage van dit besluit.

Slotbepalingen

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

Artikel 2

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

  • 1 Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit melding laboratoriumuitslagen (PPE) 2011.

  • 2 Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dag van dagtekening van het Verordeningenblad Bedrijfsorganisatie, waarin het wordt geplaatst.

Zoetermeer, 3 november 2011

B.J. Krouwel

voorzitter

B.M. Dellaert

secretaris

Bijlage I. Werkvoorschrift voor het melden van laboratoriumuitslagen door de slachterij

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

1. Werkwijze

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

  • 1. De te melden gegevens dienen compleet te worden aangeleverd.

  • 2. De gegevens dienen te worden aangeleverd uiterlijk op de laatste dag van de maand volgend op de maand waarin de monsters zijn genomen.

  • 3. De gegevens dienen te worden aangeleverd uiterlijk op de laatste dag van de maand volgend op de maand waarin de monsters zijn genomen.

  • 4. In het Excel-bestand zijn 3 tabbladen opgenomen met de volgende tabellen per tabblad:

    • a. Tabel A: reguliere analyseresultaten slachtkoppels

    • b. Tabel B: analyseresultaten van het eindproduct van de slachterij, borstvel

    • c. Tabel C: analyseresultaten van het eindproduct van de slachterij, filet In deze bijlage is een overzicht gegeven van de inhoud van deze tabellen.

  • 5. De hierboven genoemde 3 tabbladen hebben in het Excel-bestand de volgende namen:

    • a. Tabel A draagt de naam: Regulier

    • b. Tabel B draagt de naam: Borstvel

    • c. Tabel C draagt de naam: Filet

  • 6. Alle tabellen dienen te zijn voorzien van de correcte kolomtitel, de correcte titels zijn opgenomen in deze bijlage. De titels moeten op rij 1 van het Excelblad staan, bij rij 2 dient te worden begonnen met het plaatsen van de gevraagde gegevens.

  • 7. In de e-mail zijn, naast het Excel-bestand, de volgende gegevens opgenomen:

    • a. naam + EG-nummer slachterij,

    • b. NAW-gegevens slachterij,

    • c. naam en telefoonnummer contactpersoon slachterij,

    • d. periode waarover wordt gerapporteerd.

  • 8. Kolommen mogen niet worden verwijderd.

  • 9. Er mogen geen extra kolommen worden toegevoegd. Er mogen ook geen 'verborgen' kolommen worden toegevoegd.

  • 10. Kolommen mogen niet van plaats gewisseld worden

  • 11. Er mogen geen komma's, tabs, spaties e.d. opgenomen worden in het Excel-bestand.

2. Overzicht aan te leveren tabellen, TABEL A: reguliere analyseresultaten slachtkoppels

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

In onderstaande tabel worden de volgende definities gebruikt:

  • 1. kolom: de letter van de kolom

  • 2. titel: de titel van de ervoor genoemde kolom

Beide zijn reeds in het Excel-bestand van het productschap ingevuld.

Kolom

Titel

Toelichting per kolom

A

EG-nummer slachterij

Alle rijen dienen te worden voorzien van het EG-nummer, er mogen geen rijen worden leeg gelaten, of andere getallen worden ingevuld.

B

Slachtdatum

  • 1. Noteer datum: dd-mm-jj

  • 2. Alle rijen moeten worden voorzien van een slachtdatum, rijen mogen niet worden leeg gelaten.

C

PPE nummer

  • 1. Het PPE registratienummer (KIPnummer) van de Nederlandse pluimveehouders wordt ingevuld.

  • 2. Bij buitenlandse pluimveehouders worden de ISO-landcode + relatienummer zoals bij de slachterij in gebruik is, gebruikt.

  • 3. ISO-landcode: D = Duitsland, B = België, DK= Denemarken

D

Nummer stal

Nummering zoals dit bij de pluimveehouder wordt gehanteerd. Voor elke stal dient ronde na ronde hetzelfde nummer te worden gehanteerd.

E

Aantal

Aantal geslachte dieren van dit PPE-nummer op deze datum.

F

Soort koppel

  • 1. Getal 1 wordt ingevuld voor uitlaadkoppel

    Onder uitlaadstalkoppel wordt verstaan:

    het deel van het stalkoppel naar de slachterij wordt afgevoerd

  • 2. Getal 2 wordt ingevuld voor weglaadkoppel

    Onder weglaadkoppel wordt verstaan:

    het laatste deel van het stalkoppel dat naar de slachterij wordt afgevoerd;

G

Sa-bidarm

Analyseresultaat blindedarmmonsters: Salmonella-positief of Salmonella-negatief:

  • 1. Getal 1 wordt ingevuld voor Salmonella-negatief

  • 2. Getal 2 wordt ingevuld voor Salmonella-positief

  • 3. Getal 0 wordt ingevuld indien geen blindedarmmonster is genomen

H

TypSabidarm

Analyseresultaat blindedarmmonsters: Salmonella serotype

  • 1. Zie Bijlage III voor codes die gebruikt dienen te worden per serotype

  • 2. Getal 0 wordt ingevuld indien geen blindedarmmonster genomen is

  • 3. Getal 99 wordt ingevuld indien een ander Salmonella serotype wordt gevonden dan staat weergegeven in Bijlage III. Indien getal 99 wordt gebruikt, moet in kolom W ‘Bijz.’ de naam van het gevonden serotype worden vermeld.

I

Ca-bidarm

Analyseresultaat blindedarmmonsters: Campylobacter-positief of Campylobacter-negatief

  • 1. Getal 1 wordt ingevuld voor Campylobacter negatief

  • 2. Getal 2 wordt ingevuld voor Campylobacter positief

  • 3. Getal 0 wordt ingevuld indien geen blindedarmmonster is genomen / indien geen Campylobacter analyse is uitgevoerd

J

TypCabidarm

Analyseresultaat blindedarmmonsters: Campylobacter serotype. Is op dit moment niet verplicht. In deze kolom kan het getal 0 worden ingevuld.

K

Sa-mest

Analyseresultaat pluimveehouder overschoentjesmonsterneming: Salmonella-positief of Salmonella-negatief

  • 1. Getal 1 wordt ingevuld voor Salmonella-negatief

  • 2. Getal 2 wordt ingevuld voor Salmonella-positief

  • 3. Getal 0 wordt ingevuld indien geen overschoentjesmonsterneming is uitgevoerd / bekend is bij slachterij

L

TypSamest

Analyseresultaat pluimveehouder overschoentjesmonsterneming: Salmonella serotype

  • 1. Zie Bijlage III voor codes die gebruikt dienen te worden per serotype

  • 2. Getal 0 wordt ingevuld indien geen overschoentjesmonsterneming is uitgevoerd / bekend is bij de slachterij

  • 3. Getal 99 wordt ingevuld indien een ander Salmonella serotype wordt gevonden dan staat weergegeven in Bijlage III. Indien getal 99 wordt gebruikt, moet in kolom W ‘Bijz.’ de naam van gevonden serotype worden vermeld.

M

Ca-mest

Analyseresultaat pluimveehouder mestmonsterneming: Campylobacter-positief of Campylobacter-negatief

  • 1. Getal 1 wordt ingevuld voor Campylobacter negatief

  • 2. Getal 2 wordt ingevuld voor Campylobacter positief

  • 3. Getal 0 wordt ingevuld indien geen blindedarmmonster is genomen / indien geen Campylobacter analyse is uitgevoerd

N

TypCamest

Analyseresultaat pluimveehouder mestmonsterneming: Campylobacter serotype. Is op dit moment niet verplicht. In deze kolom kan het getal 0 ingevuld worden.

O

Sainlegvel

Analyseresultaat pluimveehouder inlegvelmonsterneming: Salmonella-positief of Salmonella-negatief

  • 1. Getal 1 wordt ingevuld voor Salmonella negatief

  • 2. Getal 2 wordt ingevuld voor Salmonella positief

  • 3. Getal 0 wordt ingevuld indien geen inlegvelmonstername uitgevoerd is / bekend is bij slachterij

P

TypSainlegvel

Analyseresultaat pluimveehouder inlegvelmonsterneming: Salmonella serotype

  • 1. Zie Bijlage III voor codes die gebruikt dienen te worden per serotype

  • 2. Getal 0 wordt ingevuld indien geen inlegvelmonsterneming is uitgevoerd / bekend is bij slachterij

  • 3. Getal 99 wordt ingevuld indien een ander Salmonella serotype wordt gevonden dan staat weergegeven in Bijlage III. Indien getal 99 wordt gebruikt, moet in kolom W ‘Bijz.’ de naam van het gevonden serotype worden vermeld.

Q

Sadons

Analyseresultaat broederij donsmonsterneming: Salmonella-positief of Salmonella-negatief

  • 1. Getal 1 wordt ingevuld voor Salmonella-negatief

  • 2. Getal 2 wordt ingevuld voor Salmonella-positief

  • 3. Getal 0 wordt ingevuld indien geen donsmonsterneming is uitgevoerd / bekend is bij slachterij

R

TypSadons

Analyseresultaat broederij donsmonsterneming: Salmonella serotype

  • 1. Zie Bijlage III voor codes die gebruikt dienen te worden per serotype

  • 2. Getal 0 wordt ingevuld indien geen donsmonsterneming is uitgevoerd /bekend is bij slachterij

  • 3. Getal 99 wordt ingevuld indien een ander Salmonella serotype wordt gevonden dan staat weergegeven in Bijlage III. Indien getal 99 wordt gebruikt, moet in kolom W ‘Bijz.’ de naam van het gevonden serotype worden vermeld.

S

Broederij

  • 1. Het PPE-registratienummer (KIPnummer) van Nederlandse broederijen wordt ingevuld.

  • 2. Bij buitenlandse broederijen wordt de ISO-landcode + relatienummer zoals bij de slachterij in gebruik is, gebruikt.

  • 3. ISO-landcode: D = Duitsland, B = België, DK = Denemarken

T

Datum levering edk

  • 1. Noteer datum: dd-mm-jj

  • 2. Alle rijen moeten worden voorzien van een datum, rijen mogen niet worden leeg gelaten.

U

Status edk

  • 1. Niet verplicht veld

  • 2. Vul status in of vul het getal 0 in, indien geen gebruik gemaakt wordt van deze kolom.

V

Voer

  • 1. Niet verplicht veld

  • 2. Vul naam voerleverancier in of vul het getal 0 in, indien geen gebruik gemaakt wordt van deze kolom.

W

Bijz.

  • 1. Niet verplicht veld

  • 2. Vul eventuele bijzonderheden van het slachtkoppel in of vul het getal 0 in, indien geen gebruik gemaakt wordt van deze kolom.

3. Overzicht aan te leveren tabellen, TABEL B: analyseresultaten van het eindproduct van de slachterij, borstvel

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

In onderstaande tabel worden de volgende definities gebruikt:

  • 1. kolom: de letter van de kolom

  • 2. titel: de titel van de ervoor genoemde kolom

Beide zijn reeds in het Excel-bestand van het productschap ingevuld.

Kolom

Titel

Toelichting per kolom

A

EG-nummer slachterij

Alle rijen dienen te worden voorzien van het EG-nummer, er mogen geen rijen worden leeg gelaten, of andere getallen worden ingevuld.

B

Slachtdatum

  • 1. Noteer datum: dd-mm-jj

  • 2. Alle rijen moeten worden voorzien van een slachtdatum, rijen mogen niet worden leeg gelaten.

C

PPE nummer

  • 1. Het PPE registratienummer (KIPnummer) van de Nederlandse pluimveehouders wordt ingevuld.

  • 2. Bij buitenlandse pluimveehouders worden de ISO-landcode + relatienummer zoals bij de slachterij in gebruik is, gebruikt.

  • 3. ISO-landcode: D = Duitsland, B = België, DK= Denemarken

D

Slachtkoppel ID

  • 1. Niet verplicht

  • 2. Vul eventueel en slachtkoppel ID in of vul het getal 0 in, indien geen gebruik gemaakt wordt van deze kolom

E

Saborstvel

Analyseresultaat borstvelmonsters: Salmonella-positief of Salmonella-negatief

  • 1. Getal 1 wordt ingevuld voor Salmonella-negatief

  • 2. Getal 2 wordt ingevuld voor Salmonella-positief

  • 3. Getal 0 wordt ingevuld indien geen borstvelmonsterneming is uitgevoerd.

F

TypSaborstvel

Analyseresultaat borstvelmonsters: Salmonella serotype

  • 1. Zie Bijlage III voor codes die gebruikt dienen te worden per serotype

  • 2. Getal 0 wordt ingevuld indien geen borstvelmonsterneming is uitgevoerd

  • 3. Getal 99 wordt ingevuld indien een ander Salmonella serotype wordt gevonden dan staat weergegeven in Bijlage III. Indien getal 99 wordt gebruikt, moet in kolom W ‘Bijz.’ de naam van het gevonden serotype worden vermeld.

G

Caborstvel

Analyseresultaat borstvelmonsters: Campylobacter-positief of Campylobacter-negatief

  • 1. Getal 1 wordt ingevuld voor Campylobacter negatief

  • 2. Getal 2 wordt ingevuld voor Campylobacter positief

  • 3. Getal 0 wordt ingevuld indien geen bostvelmonster is genomen / indien geen Campylobacter analyse is uitgevoerd

H

TypCaborstvel

Analyseresultaat borstvelmonsters: Campylobacter serotype. Is op dit moment niet verplicht. In deze kolom kan het getal 0 ingevuld worden.

I

Bijz.

  • 1. Niet verplicht veld

  • 2. Vul eventuele bijzonderheden van het slachtkoppel in of vul het getal 0 in, indien geen gebruik gemaakt wordt van deze kolom

4. Overzicht aan te leveren tabellen, TABEL C: analyseresultaten van het eindproduct van de slachterij, filet

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

In onderstaande tabel worden de volgende definities gebruikt:

  • 1. kolom: de letter van de kolom

  • 2. titel: de titel van de ervoor genoemde kolom

Beide zijn reeds in het Excel-bestand van het productschap ingevuld.

Kolom

Titel

Toelichting

A

EG-nummer slachterij

Alle rijen dienen te worden voorzien van het EG-nummer, er mogen geen rijen worden leeg gelaten, of andere getallen worden ingevuld.

B

Slachtdatum

  • 1. Noteer datum: dd-mm-jj

  • 2. Alle rijen moeten worden voorzien van een slachtdatum, rijen mogen niet worden leeg gelaten.

C

PPE nummer

  • 1. Het PPE registratienummer (KIPnummer) van de Nederlandse pluimveehouders wordt ingevuld.

  • 2. Bij buitenlandse pluimveehouders worden de ISO-landcode + relatienummer zoals bij de slachterij in gebruik is, gebruikt.

  • 3. ISO-landcode: D = Duitsland, B = België, DK= Denemarken

D

Safilet

Analyseresultaat filetmonsters: Salmonella-positief of Salmonella-negatief

  • 1. Getal 1 wordt ingevuld voor Salmonella-negatief

  • 2. Getal 2 wordt ingevuld voor Salmonella-positief

  • 3. Getal 0 wordt ingevuld indien geen filetmonstername uitgevoerd is.

E

Typfilet

Analyseresultaat filetmonsters: Salmonella serotype

  • 1. Zie Bijlage III voor de codes die gebruikt dienen te worden per serotype

  • 2. Getal 0 wordt ingevuld indien geen borstvelmonstername uitgevoerd is

F

Bijz.

  • 1. Niet verplicht veld

  • 2. Vul eventuele bijzonderheden van het slachtkoppel in of vul het getal 0 in, indien geen gebruik gemaakt wordt van deze kolom

Bijlage II. Werkvoorschrift voor het melden van laboratoriumuitslagen door de uitsnijderij

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

1. Werkwijze

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

  • 1. Alle te melden gegevens dienen compleet te worden aangeleverd.

  • 2. De gegevens dienen te worden aangeleverd uiterlijk op de laatste dag van de maand volgend op de maand waarin de monsters zijn genomen.

  • 3. Gegevens dienen aangeleverd te worden per e-mail in een door het productschap geleverd Excel-bestand.

  • 4. In het Excel-bestand is 1 tabblad opgenomen met één tabel volgens het overzicht gegeven in deze bijlage. Het tabblad draagt de naam 'uitsnijderijen'.

  • 5. In de e-mail zijn, naast het Excel-bestand, de volgende gegevens opgenomen:

    • a. naam + EG-nummer uitsnijderij,

    • b. NAW-gegevens uitsnijderij,

    • c. naam en telefoonnummer contactpersoon van de uitsnijderij

    • d. periode waarover wordt gerapporteerd.

  • 6. Kolommen mogen niet worden verwijderd.

  • 7. Er mogen geen extra kolommen worden toegevoegd. Er mogen ook geen 'verborgen' kolommen worden toegevoegd.

  • 8. Kolommen mogen niet van plaats worden gewisseld.

  • 9. Er mogen geen komma's, tabs, spaties e.d. opgenomen worden in het Excel-bestand.

Overzicht aan te leveren tabel, analyseresultaten van het eindproduct van de uitsnijderij

In onderstaande tabel worden de volgende definities gebruikt:

  • 1. kolom: de letter van de kolom

  • 2. titel: de titel van de ervoor genoemde kolom

Beide zijn reeds in het Excel-bestand van het productschap ingevuld.

Kolom

Titel

Toelichting per kolom

A

EG-nummer uitsnijderij

Alle rijen dienen te worden voorzien van het EG-nummer, er mogen geen rijen worden leeg gelaten, of andere getallen worden ingevuld.

B

Slachtdatum

  • 1. Noteer datum: dd-mm-jj

  • 2. Alle rijen moeten worden voorzien van een slachtdatum, rijen mogen niet worden leeg gelaten.

C

Partij-identificatiecode

  • 1. Niet verplicht veld

  • 2. Vul eventueel de code in of vul het getal 0 in, indien geen gebruik gemaakt wordt van deze kolom.

D

Type product

Vul het type product in: filet, vleugel, poot of borstvel.

E

Safilet

Analyseresultaat filetmonsters: Salmonella-positief of Salmonella-negatief

  • 1. Getal 1 wordt ingevuld voor Salmonella-negatief

  • 2. Getal 2 wordt ingevuld voor Salmonella-positief

  • 3. Getal 0 wordt ingevuld indien geen filetmonstername is uitgevoerd.

F

TypSafilet

Analyseresultaat filetmonsters: Salmonella serotype

  • 1. Zie Bijlage III voor codes die gebruikt dienen te worden per serotype

  • 2. Getal 0 wordt ingevuld indien geen borstvelmonstername is uitgevoerd

  • 3. Getal 99 wordt ingevuld indien een ander Salmonella serotype wordt gevonden dan staat weergegeven in Bijlage III. Indien getal 99 wordt gebruikt, moet in kolom W ‘Bijz.’ de naam van het gevonden serotype worden vermeld.

G

Bijz.

  • 1. Niet verplicht veld

  • 2. Vul eventuele bijzonderheden van het slachtkoppel in of vul het getal 0 in, indien geen gebruik gemaakt wordt van deze kolom

Bijlage III. Codering serotype Salmonella

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

In onderstaande tabel staat de codering van de serotypen Salmonella die gebruikt moeten worden bij de melding van de laboratoriumuitslagen (aangegeven in de tabellen in Bijlage I en II). Er mogen géén hoofdgroepen worden ingevuld. Hiervoor zijn dan ook geen codes beschikbaar. Indien het serotype niet in onderstaande tabel voorkomt dan wordt het getal 99 ingevuld. Het getal 0 wordt alleen ingevuld indien er geen serotypering of monsterneming heeft plaatsgevonden of indien deze informatie niet bekend is bij de slachterij of uitsnijderij.

Code

Type

1.

Enteritidis

2.

Typhimurium

3.

Paratyphi B Java

4.

Infantis

5.

Virchow

6.

Indiana

7.

Agona

8.

Heidelberg

9.

Senftenberg

10.

Mbandaka

11.

Bareilly

12.

Hadar

13.

Thompson

14.

Brandenburg

15.

Anatum

16.

Livingstone

17.

Montevideo

18.

Albany

19.

Dublin

20.

Panama

21.

Blockley

22.

Bovismorbificans

23.

Goldcoast

24.

Havana

25.

Oranienburg

26.

Rissen

27.

Stanleyville

28.

Lexington

29.

Brazzaville

30.

Braenderup

31.

Kentucky /Bonariënsis

32.

Tenessee

33.

Muenchen/Manhattan

34.

Newport

35.

Worthington

36.

Liverpool

37.

Derby

38.

Yoruba

39.

Saint Paul/San Diego

40.

Minnesota

51.

Ohio

99.

Ander type