Alvorens tot verstrekking wordt overgegaan wordt steeds een afweging gemaakt van het
belang dat de ontvanger heeft bij het verkrijgen van de informatie ten opzichte van
de belangen van opsporing en vervolging en het belang van de bescherming van de persoonlijke
levenssfeer van de betrokkene(n). Indien de uitkomst van een strafrechtelijk onderzoek
nog onzeker is, dient meer terughoudendheid te worden betracht bij een verstrekking
aan derden. Aan de andere kant betekent dit dat bij een bewijsbare zaak eerder de
inbreuk op de persoonlijke levenssfeer van de betrokkenen gerechtvaardigd is. Bij
deze belangenafweging dienen de beginselen van noodzakelijkheid, subsidiariteit en
proportionaliteit te worden betrokken.
Indien het doel van de ontvanger op een andere, minder inbreuk op de privacy makende,
manier dan via verstrekking van strafvorderlijke gegevens door het Openbaar Ministerie
aan verzoeker kan worden bereikt, blijft verstrekking achterwege (subsidiariteit).
Als zich bijvoorbeeld in een dossier informatie bevindt van de Kamer van Koophandel
(KvK), dan zal door een verzoeker in beginsel eerst moeten worden bezien of deze informatie
direct van de KvK kan worden verkregen.
Verstrekking van méér informatie dan nodig voor het nastreven van een van de in art. 39f Wjsg genoemde doeleinden, dient te allen tijde achterwege te blijven (proportionaliteit).
Uitgangspunt moet zijn dat niet meer wordt verstrekt dan nodig is voor het doel van
de verstrekking. Het is op basis van de Wjsg niet aan de ontvanger om te bepalen welke strafvorderlijke gegevens deze nodig heeft,
maar aan het Openbaar Ministerie.
Ook de vorm van verstrekking is van belang. Als door de wijze van verstrekken een
onnodige of onevenredige inbreuk op de privacy van een betrokkene wordt veroorzaakt,
wordt bekeken of een alternatieve verstrekking mogelijk is, bijvoorbeeld door te anonimiseren,
delen weg te laten, een samenvatting te geven of enkel mededeling te doen van de relevante
informatie.
Tot slot moet de verstrekking noodzakelijk zijn met het oog op het doel waarvoor deze
wordt gevraagd (noodzakelijkheidsvereiste). In geval de informatie interessant is
om te weten (nice te know), maar niet noodzakelijk om bijvoorbeeld de beoogde rechtspositionele
maatregel te nemen (need to know) kan niet tot verstrekking worden overgegaan.