-
a.
bovengrens: grens als bedoeld in artikel 50, tweede lid, aanhef en onder c, van de Wmg.
-
b.
omzet: de in artikel 7 van de beleidsregel ‘Integraal macrobeheersmodel’ bedoelde tariefopbrengsten
met betrekking tot de in artikel 1 van die beleidsregel en artikel 1 van deze regeling genoemde vormen van zorg.
-
c.
zorg: medisch specialistische zorg, audiologische zorg, trombosezorg, zorg in het kader
van erfelijkheidsadvisering en mondzorg zoals kaakchirurgen die bieden, met uitsluiting
van geneeskundige geestelijke gezondheidszorg zoals bedoeld in de “Wet tot wijziging
van het tijdstip waarop de geneeskundige geestelijke gezondheidszorg deel uitmaakt
van de aanspraken ingevolge een zorgverzekering als bedoeld in de Zorgverzekerings-wet”
van 22 november 2006.
-
d.
zorgaanbieder: natuurlijke persoon of rechtspersoon als bedoeld in artikel 1, aanhef en onderdeel c, van de Wmg.
-
e.
zorgverlener: instelling of solist.
-
f.
instelling: instelling als bedoeld in artikel 1.2, aanhef en onder 1 (instellingen voor medisch specialistische zorg), 2 (audiologische
centra), 3 (trombosediensten) en 13 (instellingen voor erfelijk-heidsadvisering) van
het Uitvoeringsbesluit WTZi.
-
g.
solist: solistisch werkende zorgaanbieder die, anders dan in dienst of onmiddellijk of middellijk
in opdracht van een instelling, zelfstandig beroepsmatig een of meer van de vormen
van zorg genoemd in artikel 1 van deze beleidsregel verleent.
-
h.
tariefopbrengst: de tarieven voor DBC-zorgproducten en overige zorgproducten die in rekening zijn
of hadden kunnen worden gebracht door zorgverleners voor zover zij als ‘eigen zorgverlener’
voor een ‘eigen patiënt’ hebben opgetreden.
-
i.
DBC-zorgproduct: declarabele prestatie die is afgeleid uit een subtraject met zorgactiviteiten via
de beslisbomen. Een subtraject leidt in combinatie met de geleverde zorgactiviteiten
tot een declarabel DBC-zorgproduct als het voldoet aan de voorwaarden van de beslisbomen.
-
j.
overig zorgproduct: prestatie binnen de medisch specialistische zorg, niet zijnde een DBC-zorgproduct.
Overige zorgproducten zijn per 2013 onderverdeeld in vier hoofdcategorieën: supplementaire
producten, eerstelijnsdiagnostiek (ELD), paramedische behandeling en onderzoek, en
overige verrichtingen.
-
k.
eigen zorgverlener: zorgverlener tot wie de patiënt zich met een zorgvraag heeft gewend en die verantwoordelijk
is voor het afhandelen van die zorgvraag, al dan niet met andere mede behandelende
zorgaanbieders.
-
l.
eigen patiënt: een patiënt is een eigen patiënt van de zorgverlener, indien deze patiënt zich met
een zorgvraag tot de betreffende zorgverlener heeft gewend én die zorgverlener verantwoordelijk
is voor het afhandelen van die zorgvraag, al dan niet met andere mede behandelende
zorgaanbieders.
-
m.
Zorgverzekeringsfonds: het fonds bedoeld in artikel 39 van de Zorgverzekeringswet.