Stb. 2006, 14, datum inwerkingtreding 13-01-2006, bevat een wijziging met terugwerkende
kracht van dit artikel. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-01-2003.
De terugwerkende kracht was reeds bepaald in Stb. 2005/436.
1 Onze Ministers en Onze Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer
kunnen gemeenten voor de toepassing van dit artikel als gemeente met een omvangrijke
opgave ten aanzien van woningbouw aanwijzen. De aanwijzing kan uitsluitend betreffen
de gemeenten Albrandswaard, Almere, Barendrecht, Bergschenhoek, Berkel en Rodenrijs,
Haarlemmermeer, Heerhugowaard, Houten, Leidschendam, Nootdorp, Pijnacker, Rijswijk,
Vleuten-De Meern en Wateringen.
2 Aan elke gemeente die overeenkomstig het eerste lid is aangewezen wordt jaarlijks
een verfijningsuitkering gedaan, waarvan het bedrag wordt verkregen door toepassing
van de formule:
(pt + pt + 1 + pt + 2 + rt - 4 + rt - 3 + rt - 2 + rt - 1) * C - vt - 1 * f * D
in welke formule voorstelt:
de letter p: het aantal woningen, vastgesteld bij de in het eerste lid bedoelde aanwijzing
of bij de verlenging daarvan, dat op het grondgebied van de aangewezen gemeente naar
verwachting zal gereedkomen;
de letter r: het aantal gereedgekomen woningen dat op het grondgebied van de aangewezen
gemeente is gebouwd;
de letter v: het verschil tussen p en r;
de letter f: een factor die indien de letter v betrekking heeft op het eerste, tweede
en derde en volgende jaren waarvoor de aanwijzing geldt onderscheidenlijk 1, 2 en
3 bedraagt;
de indices t, t+1, t+2, t-4, t-3, t-2, t-1: tijdsindices die aangeven onderscheidenlijk
het onderhavige uitkeringsjaar, het eerste en tweede daaropvolgende, alsmede het vierde,
derde, tweede en eerste daaraan voorafgaande jaar;
de letter C: een bedrag per woning;
de letter D: het gemiddelde van de over de drie aan het uitkeringsjaar voorafgaande
jaren geldende bedragen per woning, voorgesteld door de letter C.
In de formule worden p en r op nul gesteld indien zij betrekking hebben op uitkeringsjaren
die voorafgaan aan of volgen op de periode waarvoor de aanwijzing geldt. De uitkomst
van de formule wordt op nul gesteld als deze negatief is.
3 In afwijking van het tweede lid worden de volgende verfijningsuitkeringen vastgesteld:
Verfijningsuitkering voor de jaren 2003, 2004, 2005 en 2006
|
Gemeente
|
Bedrag per jaar
|
1
|
Albrandswaard
|
€ 1.121.430,–
|
2
|
Almere
|
€ 10.114.529,–
|
3
|
Barendrecht
|
€ 3.470.602,–
|
4
|
Bergschenhoek
|
€ 1.174.460,–
|
6
|
Berkel en Rodenrijs
|
€ 2.420.065,–
|
7
|
Haarlemmermeer
|
€ 8.279.033,–
|
8
|
Heerhugowaard
|
€ 2.152.984,–
|
9
|
Houten
|
€ 3.382.329,–
|
10
|
Pijnacker-Nootdorp
|
€ 3.427.956,–
|
De uitkeringsfactor is op deze bedragen niet van toepassing.