Regeling gebruik hoogtemeter

[Regeling vervallen per 12-12-2014.]
Geraadpleegd op 01-12-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-08-1993.
Geldend van 01-08-1993 t/m 21-11-2007

Regeling gebruik hoogtemeter

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

Handelend in overeenstemming met de Minister van Defensie;

Gelet op artikel 12 van het Luchtverkeersreglement (Stb. 1992, 697);

Gezien de paragrafen 3.1.3., 4.5., 5.2.2. en 5.3.1. en aanhangsel 3 van bijlage 2 (Rules of the Air) van het Verdrag inzake de internationale burgerluchtvaart en ICAO-document 8186/OPS/611 (Aircraft Operations-Altimeter Setting Procedures);

Besluit:

Afdeling I. Algemeen

[Regeling vervallen per 12-12-2014]

Begripsbepalingen

[Regeling vervallen per 12-12-2014]

Artikel 1

[Regeling vervallen per 12-12-2014]

In deze regeling en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

a. Altimeter Setting Region, afgekort ASR:

hoogtemeter- instellingsgebied;

b. grondkoers:

de projectie op het aardoppervlak van de vliegbaan van een luchtvaartuig waarvan de richting op enig punt wordt uitgedrukt in graden ten opzichte van het ware (T), het magnetische (M) of het kaartnet-noorden (G);

c. hoogte:

de verticale afstand tussen een vlak, een punt of als een punt te beschouwen voorwerp en een referentievlak, referentiepunt of als referentiepunt te beschouwen voorwerp;

d. overgangshoogte:

de hoogte boven gemiddeld zeeniveau waarop en waar beneden de vlieghoogte wordt uitgedrukt in hoogte boven gemiddeld zeeniveau;

e. overgangsniveau:

het laagst beschikbare vliegniveau boven de overgangshoogte;

f. QFE:

de atmosferische druk op het aardoppervlak;

g. QNH:

de QFE herleid tot gemiddeld zeeniveau in de ICAO-standaardatmosfeer;

h. voet, afgekort ft:

de gelijke lengte aan 0,3048 m.

Vliegniveausysteem

[Regeling vervallen per 12-12-2014]

Artikel 2

[Regeling vervallen per 12-12-2014]

  • 1 Vliegniveau nul is gelegen op het atmosferische drukvlak van 1013.2 hPa. Opeenvolgende vliegniveaus zijn gescheiden door een drukinterval dat overeenkomst met ten minste 500 ft. in de ICAO-standaardatmosfeer.

  • 2 Een vliegniveau wordt aangeduid met de hoofdletters FL gevolgd door een getal, dat overeenkomt met een honderdste deel van de desbetreffende hoogte in voeten in de ICAO-standaardatmosfeer.

Overgangshoogte en overgangsniveau

[Regeling vervallen per 12-12-2014]

Artikel 3

[Regeling vervallen per 12-12-2014]

  • 1 De overgangshoogte in het vluchtinformatiegebied Amsterdam is voor IFR-vluchten 915m (3000 ft) en voor VFR-vluchten 1070m (3500 ft).

  • 2 Het overgangsniveau in het vluchtinformatiegebied Amsterdam is gelegen op of boven 1220m (4000 ft) boven gemiddeld zeeniveau.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 12-12-2014]

Het overgangsniveau, bedoeld in artikel 3, tweede lid, wordt elk uur vastgesteld door de Luchtvaart Meteorologische Dienst van het KNMI te Schiphol en zo snel mogelijk aan de Nederlandse luchtverkeersdiensten doorgegeven.

Afdeling II. Gebruik hoogtemeter

[Regeling vervallen per 12-12-2014]

Hoogtemeterinstellingsgebieden

[Regeling vervallen per 12-12-2014]

Artikel 5

[Regeling vervallen per 12-12-2014]

  • 1 In het vluchtinformatiegebied Amsterdam en de daarbuiten gelegen luchtruimten boven het Nederlandse deel van het continentaal plat zijn de volgende hoogtemeterinstellingsgebieden ingesteld:

    • a. ASR Amsterdam;

    • b. ASR Maastricht;

    • c. ASR North Sea;

    • d. ASR noord van 54e breedtegraad.

  • 2 Genoemde gebieden worden lateraal begrensd zoals aangegeven in de Luchtvaartgids, deel 1, RAC-2-5.

  • 3 Voor genoemde gebieden worden elk uur door de Luchtvaart Meteorologische Dienst van het KNMI te Schiphol als ‘regionale QNH’ ononderscheidelijk vastgesteld en zo snel mogelijk aan de Nederlandse luchtverkeersdiensten doorgegeven;

    • a. de QNH van luchtvaartterrein Schiphol;

    • b. de QNH van luchtvaartterrein Zuid-Limburg;

    • c. de QNH van booreiland K 13-A (positie 53.13.06 N 03.13.12 O);

    • d. de verwachte QNH van het gebied noord van de 54e breedtegraad.

Hoogtemeterinstelling

[Regeling vervallen per 12-12-2014]

Artikel 6

[Regeling vervallen per 12-12-2014]

  • 1 Vóór het opstijgen moet tenminste één drukhoogtemeter worden ingesteld op de QNH van het luchtvaartterrein.

  • 2 Bij het tijdens de stijgvlucht passeren van de overgangshoogte moet tenminste één drukhoogtemeter zijn ingesteld op de drukwaarde van 1013.2 hPa.

Artikel 7

[Regeling vervallen per 12-12-2014]

Tijdens een vlucht op een kruishoogte op of beneden de overgangshoogte moet ten minste één drukhoogtemeter zijn ingesteld op regionale QNH.

Artikel 8

[Regeling vervallen per 12-12-2014]

  • 1 Bij het tijdens de daalvlucht passeren van het overgangsniveau moet tenminste één drukhoogtemeter worden ingesteld op QNH van het luchtvaartterrein.

  • 2 De in het eerste lid bedoelde instelling op QNH kan reeds vóór het passeren van het overgangsniveau geschieden, indien de betrokken luchtverkeersleidingsdienst – na het verstrekken van de naderingsklaring – toestaat om vlieghoogte uit te drukken in hoogte boven gemiddeld zeeniveau nadat de einddaling is ingezet en wordt voorzien dat boven de overgangshoogte geen horizontale vlucht meer zal plaatsvinden.

Afdeling III. Kruishoogte

[Regeling vervallen per 12-12-2014]

Algemeen

[Regeling vervallen per 12-12-2014]

Artikel 9

[Regeling vervallen per 12-12-2014]

Kruishoogte en andere vlieghoogtes moeten worden uitgedrukt in:

  • a. vliegniveau, voor het deel van de vlucht op of boven het overgangsniveau;

  • b. hoogte boven gemiddeld zeeniveau, voor het deel van de vlucht beneden het overgangsniveau.

Kruishoogtesystemen

[Regeling vervallen per 12-12-2014]

Artikel 10

[Regeling vervallen per 12-12-2014]

  • 1 Een horizontaal deel van een VFR-vlucht boven 1070m (3500 ft) boven de grond of water moet worden uitgevoerd op een vliegniveau als aangegeven in de bijlage.

  • 2 Een horizontaal deel van een gecontroleerde vlucht binnen een luchtverkeersleidingsgebied moet worden uitgevoerd op een kruishoogte als in de bijlage aangegeven voor een IFR-vlucht.

  • 3 Een horizontaal deel van een IFR-vlucht buiten een luchtverkeersleidingsgebied moet worden uitgevoerd op een kruishoogte als aangegeven in de bijlage.

Vereenvoudigd kruishoogtesysteem

[Regeling vervallen per 12-12-2014]

Artikel 11

[Regeling vervallen per 12-12-2014]

  • 1 In afwijking van het gestelde in artikel 10 geldt, binnen het vluchtinformatiegebied Amsterdam en de daarbuiten gelegen luchtruimte tot en met 915m (3000 ft) boven gemiddeld zeeniveau boven het Nederlandse deel van het continentaal plat, de in bijlage C opgenomen vereenvoudigde tabel van kruishoogtes.

  • 2 Voor de toepassing van de in het eerste lid genoemde tabel geldt:

    • a. voor vluchten langs de luchtverkeersroutes A5, B31, UA5, UB31, en UG11 de indeling in grondkoersen en onderscheidenlijk 090M°269M° en 270M° — 089M°;

    • b. voor IFR-vluchten op of beneden 915m (3000 ft) de grondkoers van het belangrijkste deel van de vlucht.

Artikel 12

[Regeling vervallen per 12-12-2014]

Van het gestelde in artikel 11, tweede lid, onder b, kan de betreffendeluchtverkeersdienst afwijken door het buiten toepassing te verklaren dan wel een afwijkende verklaring te verstrekken.

Afdeling IV. Slotbepaling

[Regeling vervallen per 12-12-2014]

Intrekking bestaande regeling

[Regeling vervallen per 12-12-2014]

Artikel 13

[Regeling vervallen per 12-12-2014]

De regeling van de Directeur-Generaal van de Rijksluchtvaartdienst, de Chef van de Marinestaf en de Chef van de luchtmachtstaf van 28 juli 1981/nr. LVB/23871 wordt ingetrokken.

Inwerkingtreding

[Regeling vervallen per 12-12-2014]

Artikel 14

[Regeling vervallen per 12-12-2014]

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 augustus 1993.

Titel

[Regeling vervallen per 12-12-2014]

Artikel 15

[Regeling vervallen per 12-12-2014]

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling gebruik hoogtemeter.

De

Minister

van Verkeer en Waterstaat,

J. R. H. Maij-Weggen

Bijlage

[Regeling vervallen per 12-12-2014]

Algemene tabel van kruishoogtes Grondkoers (Magnetisch of kaartnet)

000°–179°

180°–359°

IFR

VFR

IFR

VFR

FL

Hoogte MSL

FL

Hoogte MSL

FL

Hoogte MSL

FL

Hoogte MSL

meter

voet

meter

voet

meter

voet

meter

voet

–90

   

0

10

300

1000

20

600

2000

30

900

3000

35

1050

3500

40

1200

4000

45

1350

4500

50

1500

5000

55

1700

5500

60

1850

6000

65

2000

6500

70

2150

7000

75

2300

7500

80

2450

8000

85

2600

8500

90

2750

9000

95

2900

9500

100

3050

10000

105

3200

10500

110

3350

11000

115

3500

11500

120

3650

12000

125

3800

12500

130

3950

13000

135

4100

13500

140

4250

14000

145

4400

14500

150

4550

15000

155

4700

15500

160

4900

16000

165

5050

16500

170

5200

17000

175

5350

17500

190

5500

18000

185

5650

18500

190

5800

19000

195

5950

19500

200

6100

20000

205

6250

20500

210

6400

21000

215

6550

21500

220

6700

22000

225

6850

22500

230

7000

23000

235

7150

23500

240

7300

24000

245

7450

24500

250

7600

25000

255

7750

25500

260

7900

26000

265

8100

26500

270

8250

27000

275

8400

27500

280

8550

28000

285

8700

28500

290

8850

29000

300

9150

30000

310

9450

31000

320

9750

32000

330

10050

33000

340

10350

34000

350

10650

35000

360

10950

36000

370

11300

37000

380

11600

38000

390

11900

39000

400

12200

40000

410

12500

41000

420

12800

42000

430

13100

43000

440

13400

44000

450

13700

45000

460

14000

46000

470

14350

47000

480

14650

48000

490

14950

49000

500

15250

50000

510

15550

51000

520

15850

52000

etc.

etc.

etc.

etc.

etc.

etc.

etc.

etc.

etc.

etc.

etc.

etc.