Reglement politieregister BRZ van de Divisie CRI

[Regeling vervallen per 01-01-2008.]
Geraadpleegd op 04-12-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-01-2008 en zichtdatum 03-12-2024.
Geldend van 01-01-2002 t/m 31-12-2007

Privacyreglement politieregister BRZ van de Divisie CRI

De Minister van Justitie, korpsbeheerder van het Korps landelijke politiediensten,

gelet op het bepaalde in artikel 9, eerste en tweede lid, en artikel 10 van de Wet politieregisters;

gelet op het bepaalde in de Samenwerkingsregeling terroristische misdrijven 1994 (Stcrt. 1994, 143);

handelend na overleg met het bevoegd gezag;

gezien het advies van de Registratiekamer ingevolge artikel 5, derde lid, en artikel 21, derde lid, van de Wet politieregisters;

besluit vast te stellen het privacyreglement voor het politieregister Bijzondere Recherche Zaken dat gevoerd wordt bij de Divisie Centrale Recherche Informatie van het Korps landelijke politiediensten.

Paragraaf 1. Begripsbepalingen

[Regeling vervallen per 01-01-2008]

Artikel 1

[Regeling vervallen per 01-01-2008]

a. de WPolr:

de Wet politieregisters;

b. het BPolr:

het Besluit politieregisters;

c. de Divisie CRI:

de Divisie Centrale Recherche Informatie van het Korps landelijke politiediensten;

d. beheerder:

de Minister van Justitie, korpsbeheerder van het Korps landelijke politiediensten;

e. registerbeheerder:

de korpschef van Korps landelijke politiediensten;

f. functioneel registerbeheerder:

het Hoofd van de Divisie CRI;

g. gegeven:

een gegeven dat herleidbaar is tot een individuele natuurlijke persoon;

h. verstrekken van gegevens uit het register:

het bekend maken of ter beschikking stellen van gegevens, voor zover zulks geheel of grotendeels steunt op gegevens die in het register zijn opgenomen, of die door verwerking daarvan, al dan niet in verband met andere gegevens, zijn verkregen;

i. gegevensbeheer:

de verantwoordelijkheid voor de juistheid van de ingevoerde gegevens, alsmede voor het bewaren, verwijderen en verstrekken van gegevens;

j. het register:

het politieregister Bijzondere Recherche Zaken.

Paragraaf 2. Doel en werking

[Regeling vervallen per 01-01-2008]

Artikel 2

[Regeling vervallen per 01-01-2008]

  • 1 Het register heeft tot doel de informatievoorziening in het kader van de uitvoering van artikel 2 van de Politiewet 1993 binnen de Divisie CRI mogelijk te maken voor zover het betreft:

    • A. de voorkoming en opsporing van:

      • 1. misdrijven van terroristische aard;

      • 2. politiek gewelddadig activisme;

      • 3. strafbare feiten die, hoewel op zichzelf niet gewelddadig, hun ernst ontlenen aan de omstandigheid dat zij in datzelfde kader ter bereiking van de onder A1 en A2 genoemde doelen worden begaan (zgn. connexe misdrijven).

    • B. B. de uitvoering van werkzaamheden in het kader van getuigenbescherming.

  • 2 Gegevens uit het register kunnen worden gebruikt ten behoeve van interne bedrijfsstatistiek, interne bedrijfsvoering en de ontwikkeling van beleid met betrekking tot de uitvoering van de politietaak.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 01-01-2008]

  • 1 Het register wordt deels geautomatiseerd en deels handmatig gevoerd.

  • 2 Het register wordt gevoerd bij de Divivisie CRI te Zoetermeer en is alleen daar rechtstreeks toegankelijk.

Paragraaf 3. Beheer

[Regeling vervallen per 01-01-2008]

Artikel 4

[Regeling vervallen per 01-01-2008]

  • 1 De functioneel registerbeheerder is, onder verantwoordelijkheid van de beheerder en de registerbeheerder, belast met de zeggenschap over het register. Hij draagt zorg voor de naleving van de WPolr, het BPolr en het reglement. Hij treft daartoe onder meer voorzieningen van technische en organisatorische aard ter beveiliging van het register tegen verlies of aantasting van gegevens en tegen onbevoegde kennisneming, wijziging of verstrekking daarvan. Tevens treft hij maatregelen ter bevordering van de juistheid en volledigheid van de in het register opgenomen gegevens.

  • 2 De functioneel registerbeheerder wijst het Hoofd van de Dienst Bijzondere Recherche Zaken (DBRZ) aan als zijnde belast met de dagelijkse leiding over het gegevensbeheer.

  • 3 De functioneel registerbeheerder wijst bij besluit functionarissen aan die belast zijn met de opname van een aanduiding omtrent de betrouwbaarheid betreffende de in artikel 7 bedoelde gevoelige gegevens.

Paragraaf 4. Inhoud van het register

[Regeling vervallen per 01-01-2008]

Artikel 5

[Regeling vervallen per 01-01-2008]

In het register worden gegevens opgenomen betreffende de volgende categorieën van personen:

  • a. personen die verdacht worden van of naar redelijkerwijs kan worden vermoed betrokken zijn of zullen zijn bij de in artikel 2, eerste lid, onder A, bedoelde strafbare feiten;

  • b. contactpersonen van de onder a genoemde categorie van personen;

  • c. getuigen, tipgevers/melders;

  • d. slachtoffers/benadeelden;

  • e. informanten;

  • f. behandelend of anderszins betrokken ambtenaren.

Artikel 6

[Regeling vervallen per 01-01-2008]

  • 1 Omtrent de in artikel 5, onder a, genoemde categorie van personen worden ten hoogste de volgende soorten van gegevens opgenomen:

    • a. volledige personalia en geslacht;

    • b. roepnaam, bijnaam of alias;

    • c. adresgegevens m.b.t. huidige of vorige woon- en verblijfplaatsen, postbusnummers, telecommunicatiegegevens, bank- en gironummer;

    • d. geboortegegevens, nationaliteit en spreektaal;

    • e. gegevens over identiteitsdocumenten;

    • f. signalement, alsmede een fotografische afbeelding;

    • g. gegevens over de organisatie waartoe betrokkene behoort dan wel daaraan gelieerde organisaties;

    • h. gegevens over persoonlijke omstandigheden, levenswijze, karaktereigenschappen, opleiding en uitgeoefende beroepen;

    • i. gegevens over de periode en plaats waar de persoon rechtens van zijn vrijheid is beroofd;

    • j. gegevens over de contacten en contactadressen;

    • k. gegevens over gebruikte wapens of explosieven;

    • l. gegevens over bewegingen, gebruikte vervoermiddelen en communicatiemiddelen;

    • m. gegevens over de modus operandi;

    • n. datum, tijdstip, plaats, aard en andere op het (voorgenomen) strafbare feit of incident betrekking hebbende of voor de opsporing daarvan relevant zijnde gegevens;

    • o. weergave van de afgelegde verklaringen;

    • p. verwijzingen naar andere gegevensverzamelingen.

  • 2 Omtrent de in artikel 5, onder b, genoemde categorie van personen worden ten hoogste de volgende soorten van gegevens opgenomen:

    • a. volledige personalia en geslacht;

    • b. roepnaam, bijnaam of alias;

    • c. adresgegevens m.b.t. huidige of vorige woon- en verblijfplaatsen, postbusnummers, telecommunicatiegegevens, bank- en gironummer;

    • d. geboortegegevens, nationaliteit en spreektaal;

    • e. gegevens over identiteitsdocumenten;

    • f. signalement, alsmede een fotografische afbeelding;

    • g. gegevens over de organisatie waartoe betrokkene behoort dan wel daaraan gelieerde organisaties;

    • h. opleiding en uitgeoefende beroepen;

    • i. gegevens over bewegingen, gebruikte vervoermiddelen en communicatiemiddelen;

    • j. weergave van de afgelegde verklaringen.

  • 3 Omtrent de in artikel 5, onder c genoemde categorieën van personen worden ten hoogste de volgende soorten van gegevens opgenomen:

    • a. volledige personalia en geslacht;

    • b. adresgegevens, telecommunicatiegegevens;

    • c. geboortegegevens, nationaliteit;

    • d. gegevens over het strafbare feit of incident en verbanden met andere zaken;

    • e. gegevens m.b.t. de aangenomen identiteit en andere, voor getuigenbescherming van belang zijnde gegevens.

    • f. weergave van de afgelegde verklaringen.

  • 4 Omtrent de in artikel 5, onder d genoemde categorieën van personen worden ten hoogste de volgende soorten van gegevens opgenomen:

    • a. volledige personalia en geslacht;

    • b. adresgegevens, telecommunicatiegegevens;

    • c. geboortegegevens, nationaliteit;

    • d. gegevens over het strafbare feit of incident en verbanden met andere zaken;

    • e. weergave van de afgelegde verklaringen;

    • f. gegevens over het opgelopen letsel of ondervonden nadeel.

  • 5 Omtrent de in artikel 5, onder e genoemde categorieën van personen worden ten hoogste de volgende soorten van gegevens opgenomen:

    • a. volledige personalia en geslacht;

    • b. roepnaam, bijnaam of alias;

    • c. adresgegevens, telecommunicatiegegevens;

    • d. geboortegegevens en nationaliteit;

    • e. signalement, alsmede een fotografische afbeelding;

    • f. persoonlijke omstandigheden, karakter, opleiding en uitgeoefende beroepen;

    • g. evaluatie omtrent betrouwbaarheid;

    • h. gegevens over motivatie en gemaakte afspraken

    • i. gegevens over activiteiten, bewegingen, gebruikte vervoermiddelen en bereikbaarheid;

    • j. gegevens m.b.t. vergoedingen;

    • k. verwijzingen naar andere gegevensverzamelingen.

  • 6 Omtrent de in artikel 5, onder f, genoemde categorie van personen worden ten hoogste de volgende soorten van gegevens opgenomen:

    • a. volledige personalia;

    • b. dienstnummer, organisatie-aanduiding, rang, funktie;

    • c. wachtwoord en autorisatieniveau;

    • d. gebruikte identiteit met het oog op het afschermen van de persoonlijke levenssfeer;

    • e. vermelding ambtseed of -belofte.

Artikel 7

[Regeling vervallen per 01-01-2008]

  • 1 In aanvulling op de in artikel 6, eerste lid, genoemde gegevens worden omtrent de in artikel 5, onder a, genoemde categorie van personen gegevens opgenomen betreffende hun ras dan wel etnische afstamming voor zover dit onvermijdelijk is:

    • a. met het oog op hun identificatie;

    • b. voor de juiste beoordeling van een strafbaar feit en zulk een gegeven het slachtoffer of de motieven van de dader van dat feit betreft.

  • 2 In aanvulling op de in artikel 6, tweede en vijfde lid, genoemde gegevens worden omtrent de in artikel 5, onder b,c en e, genoemde categorieën van personen gegevens opgenomen betreffende hun ras dan wel etnische afstamming voor zover dit onvermijdelijk is met het oog op hun identificatie.

  • 3 In aanvulling op de in artikel 6, vierde lid, genoemde gegevens worden omtrent de in artikel 5, onder d, genoemde categorie van personen gegevens opgenomen betreffende hun ras dan wel etnische afstamming voor zover dit onvermijdelijk is:

    • a. met het oog op hun identificatie;

    • b. voor de juiste beoordeling van een strafbaar feit en zulk een gegeven het slachtoffer of de motieven van de dader van dat feit betreft.

  • 4 In aanvulling op de in artikel 6, eerste en vierde lid, genoemde gegevens worden omtrent de in artikel 5, onder a en d, genoemde categorieën van personen gegevens opgenomen betreffende hun godsdienst of levensovertuiging en politieke gezindheid, voor zover dit onvermijdelijk is voor de juiste beoordeling van een strafbaar feit en zulk een gegeven het slachtoffer of de motieven van de dader van dat feit betreft.

  • 5 In aanvulling op de in artikel 6, eerste lid, genoemde gegevens worden omtrent de in artikel 5, onder a, genoemde categorie van personen gegevens opgenomen betreffende hun medische en psychologische kenmerken voor zover dit onvermijdelijk is:

    • a. met het oog op hun identificatie;

    • b. voor de juiste beoordeling van een strafbaar feit en zulk een gegeven het slachtoffer of de motieven van de dader van dat feit betreft;

    • c. met het oog op de verzorging en bejegening ingeval van vrijheidsbeneming;

    • d. ter afwering van dreigend gevaar voor leven of gezondheid van politieambtenaren en overige bij de direkte uitoefening van de politietaak betrokkenen.

  • 6 In aanvulling op de in artikel 6, tweede lid, genoemde gegevens worden omtrent de in artikel 5, onder b, genoemde categorie van personen gegevens opgenomen betreffende hun medische en psychologische kenmerken voor zover dit onvermijdelijk is met het oog op hun identificatie.

  • 7 In aanvulling op de in artikel 6, vijfde lid, genoemde gegevens worden omtrent de in artikel 5, onder e, genoemde categorie van personen gegevens opgenomen betreffende hun medische en psychologische kenmerken voor zover dit onvermijdelijk is:

    • a. met het oog op hun identificatie;

    • b. ter afwering van dreigend gevaar voor leven of gezondheid van politieambtenaren en overige bij de direkte uitoefening van de politietaak betrokkenen.

Paragraaf 5. Verwijdering en vernietiging van gegevens

[Regeling vervallen per 01-01-2008]

Artikel 8

[Regeling vervallen per 01-01-2008]

  • 1 De gegevens worden uit het register verwijderd wanneer deze niet meer noodzakelijk zijn voor het doel van het register, en zodra mogelijk vernietigd. Hiertoe wordt het register eenmaal per jaar gecontroleerd.

    De gegevens worden in ieder geval uit het register verwijderd na verloop van het tiende jaar na laatste opname.

  • 2 Indien noodzakelijk voor het doel van het register kan de functioneel registerbeheerder bij besluit afwijken van het bepaalde in het eerste lid.

Paragraaf 6. Verstrekking van gegevens

[Regeling vervallen per 01-01-2008]

Artikel 9

[Regeling vervallen per 01-01-2008]

Verstrekking van gegevens vindt plaats in overeenstemming met de WPolr en het BPolr.

Paragraaf 7. Rechtstreekse toegang tot het register en protocol

[Regeling vervallen per 01-01-2008]

Artikel 10

[Regeling vervallen per 01-01-2008]

Rechtstreekse toegang tot het register, dan wel onderdelen daarvan, hebben personen die daartoe overeenkomstig de WPolr en het BPolr door de functioneel registerbeheerder zijn geautoriseerd. De autorisatie geeft aan voor welk doel de rechtstreekse toegang wordt verleend. Op verzoek wordt inzage gegeven in de autorisaties.

Artikel 11

[Regeling vervallen per 01-01-2008]

  • 1 Van iedere verstrekking die rechtstreeks langs geautomatiseerde weg geschiedt, wordt overeenkomstig de WPolr en het BPolr aantekening gehouden.

  • 2 Van iedere verstrekking die niet rechtstreeks langs geautomatiseerde weg geschiedt, wordt overeenkomstig de WPolr en het BPolr aantekening gehouden, tenzij overeenkomstig het doel wordt verstrekt aan vaste gebruikers.

  • 3 Vaste gebruikers zijn: personen die geautoriseerd zijn tot rechtstreekse toegang.

Paragraaf 8. Rechten van de geregistreerde

[Regeling vervallen per 01-01-2008]

Artikel 12

[Regeling vervallen per 01-01-2008]

  • 1 Een geregistreerde kan de functioneel registerbeheerder ingevolge artikel 20 van de WPolr verzoeken hem mede te delen:

    • a. of hij in het register voorkomt;

    • b. welke gegevens over hem in het register zijn opgenomen;

    • c. van wie of van welke instanties de in het register over hem opgenomen gegevens zijn verkregen;

    • d. aan wie of aan welke instanties gegevens over hem zijn verstrekt.

  • 2 Een verzoek tot kennisneming dient schriftelijk gericht te worden aan de functioneel registerbeheerder, t.a.v. de privacyfunctionaris, Postbus 3016, 2700 KX Zoetermeer. Het verzoek is ontvankelijk na ontvangst van de betaling van € 4,50 op postgirorekening nr. 4382532 van de Divisie CRI onder vermelding van ’privacyverzoek’.

  • 3 Een verzoek tot kennisneming wordt ten aanzien van minderjarigen die de leeftijd van 16 jaren nog niet hebben bereikt, en ten aanzien van onder curatele gestelden gedaan door hun wettelijke vertegenwoordigers.

  • 4 Een verzoek tot kennisneming kan, onder overlegging van een bijzondere daartoe strekkende schriftelijke machtiging, namens de betrokkene worden gedaan door diens advocaat of procureur.

  • 5 Een verzoek tot kennisneming kan, onder overlegging van een bijzondere daartoe strekkende schriftelijk machtiging, namens de betrokkene eveneens worden gedaan door een ander. Mededelingen aan een dergelijke gemachtigde vinden niet plaats indien aangenomen kan worden dat deze mede een zelfstandig belang heeft bij de mede te delen gegevens of indien tegen hem ernstige bezwaren bestaan.

  • 6 Op een verzoek tot kennisneming wordt binnen vier weken nadat het verzoek ontvankelijk is, beslist.

  • 7 De functioneel registerbeheerder draagt zorg voor een deugdelijke vaststelling van de identiteit van de verzoeker. De behandelend functionaris kan verlangen dat de verzoeker hem bescheiden toont waaruit zijn identiteit blijkt alsmede die van degene namens wie hij optreedt.

  • 8 Aan een verzoek tot kennisneming wordt geen gevolg gegeven, voor zover het de verstrekking van gegevens door of aan een criminele inlichtingendienst betreft of wanneer een gewichtig belang van een derde dan wel het belang van opsporingsonderzoek daartoe noodzaakt.

  • 9 In geen geval worden mededelingen in antwoord op een verzoek tot kennisneming in schriftelijke vorm gedaan.

Artikel 13

[Regeling vervallen per 01-01-2008]

  • 1 Een geregistreerde aan wie ingevolge artikel 20 van de WPolr kennisneming is verleend, kan de functioneel registerbeheerder ingevolge artikel 22 van de WPolr verzoeken:

    • a. bepaalde gegevens over hem te verbeteren;

    • b. bepaalde gegevens over hem aan te vullen;

    • c. bepaalde gegevens over hem te verwijderen.

  • 2 Een correctieverzoek dient schriftelijk gericht te worden aan de functioneel registerbeheerder, t.a.v. de privacyfunctionaris, Postbus 3016, 2700 KX Zoetermeer. In het verzoek dient de gewenste verbetering, aanvulling of verwijdering aangegeven te worden.

  • 3 Een correctieverzoek wordt ten aanzien van minderjarigen die de leeftijd van 16 jaren nog niet hebben bereikt, en ten aanzien van onder curatele gestelden gedaan door hun wettelijke vertegenwoordigers.

  • 4 Een correctieverzoek kan, onder overlegging van een bijzondere daartoe strekkende schriftelijke machtiging, namens de betrokkene worden gedaan door diens advocaat of procureur.

  • 5 Een correctieverzoek kan, onder overlegging van een bijzondere daartoe strekkende schriftelijk machtiging, namens de betrokkene eveneens worden gedaan door een ander. Verstrekking aan een dergelijke gemachtigde vindt niet plaats indien aangenomen kan worden dat deze mede een zelfstandig belang heeft bij de te verstrekken gegevens of indien tegen hem ernstige bezwaren bestaan.

  • 6 Op een correctieverzoek wordt binnen acht weken nadat het verzoek ontvangen is, schriftelijk beslist. Een weigering wordt gemotiveerd.

Paragraaf 9 . Slotbepaling

[Regeling vervallen per 01-01-2008]

Artikel 14

[Regeling vervallen per 01-01-2008]

  • 1 Het reglement wordt voor een ieder ter inzage gelegd op het hoofdkantoor van de Divisie CRI te Zoetermeer, alsmede bij de voorlichtingsdienst van het Ministerie van Justitie.

  • 2 Het reglement treedt in werking met ingang van 16 december 1996.

  • 3 Het reglement kan worden aangehaald als: Reglement politieregister BRZ van de Divisie CRI.

Zoetermeer, 16 december 1996

De

Minister

van Justitie,
Namens de Minister,
de

Korpschef van het Korps landelijke politiediensten,

voor deze,
het

Hoofd van de Divisie CRI,

N. Mastenbroek