Besluit van 14 maart 1997 tot wijziging van het Reglement Dienst Buitenlandse Zaken
betreffende de rechtspositie van plaatselijk bij een vertegenwoordiging van het Koninkrijk
in het buitenland indienstgenomen werknemers op arbeidsovereenkomst naar burgerlijk
recht
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Buitenlandse Zaken van 25 oktober 1996, nr.
HDBZ/AB-u828/96, Hoofddirectie Dienst Buitenlandse Zaken, Bureau Arbeidsverhoudingen
en Beleidsprojecten;
Gelet op artikel 134, eerste lid, van de Ambtenarenwet;
De Raad van State gehoord (advies van 16 december 1996, no. WO2.96.0503);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Buitenlandse Zaken van 10 maart 1997,
nr. HDBZ/AB-u196/97, Hoofddirectie Dienst Buitenlandse Zaken, Bureau Arbeidsverhoudingen
en Beleidsprojecten;
Hebben goedgevonden en verstaan: