3. Realisering/afwerking O&O-filmproject
[Regeling vervallen per 16-06-2011]
3.1 De hoogte van een financiële bijdrage voor de realisering of afwerking van een
O&O-filmproject wordt door het Bestuur per geval bepaald.
[Red: Vervallen.]
3.2.2 Met betrekking tot internationale coproducties betrekt het Bestuur bij het bepalen
van de bijdrage de omvang van de deelname van de Nederlandse producent in de kosten
van ontwikkeling en realisering, alsmede van de aard van de Nederlandse inbreng in
het project.
3.3 Eerder door het Bestuur verstrekte bijdragen van welke aard dan ook ten behoeve
van hetzelfde O&O-filmproject, uitgezonderd bijdragen die zijn verstrekt voor de ontwikkeling
van dit O&O-filmproject, worden geacht deel uit te maken van de totale realiserings-
of afwerkingsbijdrage voor dit filmproject.
3.4 Om in aanmerking te komen voor een afwerkingsbijdrage mag de betreffende film
niet geheel of gedeeltelijk in de openbaarheid gebracht zijn of worden voordat het
Bestuur een beslissing op de aanvraag heeft genomen. Uitzondering geldt voor de vertoning
voor uitsluitend promotionele doeleinden van fragmenten van de film met een totale
duur van ondergeschikte betekenis.
3.5.1 Bij de aanvraag voor een financiële bijdrage voor de realisering of afwerking
van een O&O-filmproject dient de producent in ieder geval de volgende gegevens te
overleggen:
-
a. een ingevuld en door de aanvrager ondertekend aanvraagformulier van het door het Bestuur
gehanteerde model;
-
b. een gedetailleerde begroting;
-
c. een gespecificeerd financieringsplan ter dekking van deze begroting;
-
d. een gedetailleerde projectbeschrijving in de Nederlandse taal, die ten minste bestaat
uit een exemplaar van de synopsis en een toelichting van de maker op het filmproject,
op onder meer de onderzoekende en/of grensverleggende elementen daarvan en een beschrijving
van de te gebruiken techniek;
-
e. voor zover van toepassing, een exemplaar van het scenario in de Nederlandse taal,
een storyboard, een DVD, foto’s en/of andere visuele presentatievormen, die op het
O&O-filmproject betrekking hebben;
-
f. de overeenkomst tussen de producent en de auteur(s) van het scenario en – voor zover
van toepassing – van het bestaande werk waarop het scenario is gebaseerd, waaruit
blijkt dat de producent, al dan niet door middel van een exclusieve licentie, enig
rechthebbende is op de verfilmingsrechten daarop;
-
g. ingeval van een internationale coproductie dienen voorts te worden overgelegd:
3.5.2 Indien de aanvraag alleen de afwerking van een O&O-filmproject betreft, dient
naast een begroting van de totale kosten van de ontwikkeling en de realisering van
de film, een gespecificeerd overzicht van de afwerkingskosten te worden bijgevoegd.
Tevens dient te worden aangetoond op welke wijze de kosten van de ontwikkeling en
de realisering van de film gefinancierd zijn.
3.5.3 Ten behoeve van de beoordeling van de aanvraag voor uitsluitend een afwerkingsbijdrage
dient een werkkopie met geluid van het O&O-filmproject voor vertoning beschikbaar
te zijn.
3.6 De door een aanvrager gebruikte techniek voor de realisering en afwerking van
een project in deze categorie dient zodanig te zijn dat een eindproduct ontstaat dat
geschikt is voor vertoning in bioscopen, filmtheaters en/of andere voor film- en/of
videovertoning ingerichte ruimten die voor een betalend publiek toegankelijk zijn.
3.7.1 Aan de verlening van een financiële bijdrage voor de realisering of afwerking
van een O&O-filmproject worden de volgende verplichtingen verbonden:
-
a. de overige financiering van het project dient ten genoege van het Bestuur te worden
aangetoond aan de hand van schriftelijke bewijsstukken binnen een termijn van negen
maanden na bekendmaking van de verlening van de financiële bijdrage;
-
b. de overeenkomst tussen de ontvanger van de financiële bijdrage en de regisseur van
het project dient te worden overgelegd binnen de sub a van dit artikellid genoemde
termijn en door het Bestuur te worden goedgekeurd, tenzij de regisseur zelf de film
produceert en de ontvanger van de financiële bijdrage is;
-
c. ingeval van een internationale coproductie dienen voorts binnen de sub a van dit artikellid
genoemde termijn de schriftelijke bewijsstukken met betrekking tot de financiering
door de coproducent(en) te worden overgelegd.
3.7.2 Indien de ontvanger van de financiële bijdrage de in lid 1 van dit artikel genoemde
verplichtingen niet of niet tijdig nakomt, is het bestuur bevoegd de verlening van
de financiële bijdrage in te trekken of ten nadele van de ontvanger van de financiële
bijdrage te wijzigen.