Regeling overgangsrecht getuigschriften psychotherapie

Geraadpleegd op 27-11-2024.
Geldend van 14-05-1998 t/m heden

Regeling houdende de aanwijzing van de getuigschriften op het gebied van de psychotherapie in verband met het overgangsrecht voor psychotherapeuten, en houdende de intrekking van het Besluit inzake registratie van psychotherapeuten

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

Gelet op artikel 106, derde lid, van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg;

Besluit:

Artikel 1

In deze regeling wordt verstaan onder ’COOP’: het Centraal Orgaan Opleidingen Psychotherapie.

Artikel 2

De getuigschriften, bedoeld in artikel 106, derde lid, van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg, zijn:

  • a. het getuigschrift ter afsluiting van de door het COOP erkende opleiding psychotherapie, uitgereikt door een Regionaal Instituut voor Nascholing en Opleiding in de geestelijke gezondheidszorg;

  • b. het diploma ter afsluiting van de door het COOP erkende opleiding psychotherapie, uitgereikt door de Vereniging voor Gedragstherapie;

  • c. het diploma van de door het COOP erkende gecombineerde opleiding klinische psychologie/psychotherapie van de Katholieke Universiteit van Nijmegen of van de Universiteit van Groningen;

  • d. het bewijs van inschrijving in het register van erkende specialisten van de Koninklijke Nederlandse Maatschappij tot Bevordering der Geneeskunst voor het specialisme psychiatrie of het specialisme zenuw- en zielsziekten;

  • e. het bewijs van inschrijving in het register, bedoeld in artikel 1 van het Besluit inzake registratie van psychotherapeuten, zoals die regeling luidde vóór de datum van haar intrekking.

Artikel 3

Het Besluit inzake registratie van psychotherapeuten wordt ingetrokken, met dien verstande dat ten aanzien van degenen die vóór 1 april 1998 een aanvraag om inschrijving in het register, bedoeld in artikel 1 van die regeling hebben ingediend, die regeling van kracht blijft totdat op hun aanvraag onherroepelijk is beslist.

Artikel 4

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 april 1998.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De

Minister

van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

E. Borst-Eilers