Regeling luchtverkeersdienstverlening

Geraadpleegd op 29-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 30-03-2017.
Geldend van 30-03-2017 t/m heden

Regeling tot vaststelling van nieuwe regelen inzake de luchtverkeersdienstverlening

De Minister van Verkeer en Waterstaat en de Staatssecretaris van Defensie;

Gelet op de artikelen 3, 7, 8, 9, 10, 42, tweede lid, onder b, 43, tweede lid, 44, derde en achtste lid, en 50, tweede lid, van het Luchtverkeersreglement;

Besluit:

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • above mean sea level (AMSL): boven gemiddeld zeeniveau;

  • aerodrome control tower (TWR):

    verlener van luchtverkeersdiensten belast met het verlenen van luchtverkeersleidingsdiensten aan luchthavenverkeer;

  • aerodrome flight information service (AFIS):

    onderdeel van het verlenen van luchtverkeersdiensten dat voorziet in vluchtinformatieverstrekking en alarmering voor het luchthavenverkeer van de luchthaven waar de diensten worden verleend;

  • AFIS-unit:

    vluchtinformatiedienst, belast met het geven van AFIS;

  • AFIS-unit Budel:

    het onderdeel van de LVNL dat op grond van artikel 10 belast is met het geven van AFIS op de luchthaven Budel;

  • AFIS-unit Lelystad:

    het onderdeel van de LVNL dat op grond van artikel 10 belast is met het geven van AFIS op de luchthaven Lelystad;

  • aerodrome flight information zone (AFIZ):

    luchtruimte met vastgestelde begrenzingen waarbinnen AFIS wordt verstrekt;

  • aerodrome traffic zone (ATZ): luchtverkeersgebied aangewezen rondom een luchthaven dat is vastgesteld om het luchthavenverkeer te beschermen;

  • Air Operations Control Station Nieuw Milligen (AOCS Nieuw Milligen):

    dienstonderdeel van het Ministerie van Defensie, belast met het verlenen van luchtverkeersleidingsdiensten;

  • airway (AWY):

    algemeen luchtverkeersleidingsgebied of een deel daarvan, vastgesteld in de vorm van een corridor, uitgerust met radionavigatiehulpmiddelen;

  • AIS-unit:

    vluchtvoorlichtingsdienst die is belast met het geven van luchtvaartinlichtingen vóór de vlucht en het in ontvangst nemen daarvan na de vlucht;

  • approach control office (APP):

    verlener van luchtverkeersdiensten, belast met het verlenen van luchtverkeersdiensten aan luchtverkeer dat een gecontroleerde luchthaven nadert, dan wel daarvan vertrekt;

  • Area Control Centre Amsterdam (ACC Amsterdam):

    verlener van luchtverkeersdiensten belast met het verlenen van luchtverkeersleidingsdiensten, vluchtinlichtingendiensten, alarmeringsdiensten en adviesdiensten voor het luchtverkeer;

  • control area (CTA):

    algemeen luchtverkeersleidingsgebied;

  • control zone (CTR):

    plaatselijk luchtverkeersleidingsgebied;

  • Essential traffic:

    gecontroleerd luchtverkeer dat door een verlener van luchtverkeersdiensten gesepareerd wordt, waarbij minder dan de voorgeschreven separatie wordt toegepast;

  • Flight Information Centre (FIC Amsterdam): luchtverkeersdienst belast met de uitoefening van vluchtinformatieverstrekking en alarmering;

  • General Air Traffic (GAT):

    vluchten die worden uitgevoerd overeenkomstig de ICAO-regelgeving en -procedures;

  • Global Navigation Satellite System (GNSS):

    wereldwijd positie- en tijdbepalingsysteem bestaande uit een of meer satellietconstellaties, vliegtuigontvangers en controlemiddelen op systeemintegriteit, waar nodig uitgebreid om de vereiste navigatieperformance te ondersteunen voor de voorgenomen operatie;

  • grondkoers:

    projectie op het aardoppervlak van de vliegbaan van een luchtvaartuig waarvan de richting op enig punt wordt uitgedrukt in graden ten opzichte van het ware (T), het magnetische (M) of het kaartnetnoorden (G);

  • helicopter main route (HMR):

    luchtverkeersroute, waar civiele helikopters opereren op een geregelde en herhaalde basis;

  • helicopter protection zone (HPZ): luchtverkeersgebied, ingesteld rond twee of meer boor- of productieplatforms ter bescherming van helikopters die manoeuvres uitvoeren, verbonden aan de nadering of het vertrek en voor helikopters die tussen zodanige platforms vluchten uitvoeren

  • helicopter traffic zone (HTZ): luchtverkeersgebied ingesteld rond een boor- of productieplatform ter bescherming van helikopters die manoeuvres uitvoeren, verbonden aan de nadering of het vertrek;

  • hoogte:

    verticale afstand tussen een vlak, een punt of als een punt te beschouwen voorwerp en een referentievlak, referentiepunt of als referentiepunt te beschouwen voorwerp;

  • luchtverkeersmeldingspost:

    verlener van luchtverkeersdiensten, belast met het ontvangen van vliegplannen vóór de vlucht en rapporten betreffende de verlening van luchtverkeerdiensten;

  • militaire vlucht:

    vlucht uitgevoerd onder militair gezag;

  • minister: Minister van Infrastructuur en Milieu, respectievelijk Minister van Defensie;

  • North Sea Area Amsterdam (NSA Amsterdam): luchtverkeersgebied als opgenomen in de luchtvaartgids, hoofdstuk ENR 6;

  • Operational Air Traffic (OAT): vluchten die niet worden uitgevoerd overeenkomstig de ICAO-regelgeving en -procedures en waarvoor specifieke regels en procedures zijn opgesteld door de Minister van Defensie of de Minister van Infrastructuur en Milieu.

  • Radio Mandatory Zone (RMZ): luchtverkeersgebied waarbinnen het meenemen en gebruiken van radioapparatuur verplicht is;

  • RVSM-luchtruim:

    het luchtruim vanaf FL290 tot en met FL410 waarin een reductie van de verticale separatie van 2000 naar 1000 voet tussen vliegtuigen wordt toegepast (reduced vertical separation minimum);

  • Security flight:

    vlucht uitgevoerd door een staatsluchtvaartuig in het kader van nationale veiligheid;

  • Shaded Area: gebied binnen de Amsterdam UTA, opgenomen in bijlage 1;

  • Temporary Segregated Area (TSA):

    luchtruimte met vastgestelde begrenzingen, waarvoor reserveren van luchtruim vereist is, voor het exclusief gebruik door specifieke gebruikers gedurende een vastgestelde tijdsperiode;

  • terminal control area (TMA):

    naderingsluchtverkeersleidingsgebied;

  • Transponder Free Zone (TFZ):

    luchtverkeersgebied waarin het gebruik van een werkende SSR-transponder, in afwijking van het gestelde in de Regeling boorduitrusting, niet verplicht is gesteld;

  • Transponder Mandatory Zone (TMZ):

    luchtverkeersgebied waarin het gebruik van een werkende SSR-transponder op basis van de Regeling boorduitrusting verplicht is gesteld;

  • Upper Area Control Centre Maastricht (UAC Maastricht):

    verlener van luchtverkeersdiensten voor de hogere luchtruimte, belast met het verlenen van luchtverkeersleidingsdiensten, vluchtinlichtingendiensten, alarmeringsdiensten en adviesdiensten voor het luchtverkeer;

  • upper control area (UTA):

    algemeen luchtverkeersleidingsgebied in de hogere luchtruimte;

  • voet (ft):

    gelijke lengte aan 0,3048 m.

Artikel 1b. AFIS-vluchtinformatie

De instantie, belast met het geven van AFIS, verstrekt in ieder geval de volgende vluchtinformatie:

  • a. meteorologische inlichtingen voor startende en landende vliegtuigen, inclusief de ongecodeerde waarschuwing voor weersomstandigheden die van invloed kunnen zijn op een veilige vluchtuitvoering, over:

    • 1º. de actuele windrichting en snelheid op de grond, inclusief belangrijke wisselingen,

    • 2º. de hoogtemeterinstelling ten opzichte van het gemiddeld zeeniveau en, standaard wanneer dat ter plaatse gebruikelijk is of anders op verzoek, de hoogtemeterinstelling ten opzichte van het terrein,

    • 3º. de luchttemperatuur op de in gebruik zijnde baan, bij een start van een vliegtuig met turbinemotor(en),

    • 4º. het actuele zicht, representatief voor de startrichting en eerste klim, of in de naderings- en landingsfase, wanneer dit minder is dan 10 km of, indien beschikbaar, de zichtbare baanlengte op de te gebruiken baan,

    • 5º. een aanduiding van belangrijke meteorologische omstandigheden in het start- en uitklimgebied, of in het naderings- en landingsgebied,

    • 6º. het huidige weer en de hoeveelheid en hoogte van de basis van lage wolken, wanneer een vliegtuig een nadering uitvoert onder instrumentweersomstandigheden;

  • b. inlichtingen die de vlieger in staat stellen de best bruikbare start- of landingsbaan te kiezen, inclusief de aanbevolen baan en het luchtverkeerscircuit en, op verzoek van de vlieger, de lengte van de baan en de afstand tussen een snij- of kruispunt en het eind van de baan;

  • c. inlichtingen over bekend luchtverkeer, voertuigen of personeel op of bij dat deel van de luchthaven dat is bedoeld om van op te stijgen, om op te landen en met luchtvaartuigen op te taxiën, met uitzondering van de platforms, of over luchtvaartuigen in de omgeving van de luchthaven die een risico voor het betrokken luchtvaartuig zouden kunnen vormen;

  • d. inlichtingen over de omstandigheden op de luchthaven die essentieel zijn voor een veilige vluchtuitvoering, waaronder in ieder geval informatie over:

    • 1º. bouw- en onderhoudswerkzaamheden op en in de directe omgeving van het deel van het terrein dat wordt gebruikt voor het opstijgen, landen en taxiën, met uitzondering van de platformen;

    • 2º. hobbelige of oneffen delen van een baan of taxibaan, al dan niet gemarkeerd,

    • 3º. sneeuw, half gesmolten sneeuw of ijs op een baan of taxibaan,

    • 4º. water op een baan,

    • 5º. sneeuwbanken of jachtsneeuw op een baan of taxibaan,

    • 6º. andere tijdelijke gevaren, inclusief geparkeerde luchtvaartuigen en vogels op de grond of in de lucht,

    • 7º. het niet of niet volgens de regels werken van de verlichting van de luchthaven;

  • e. inlichtingen over de status of veranderingen in de gebruiksmogelijkheden van de elektronische navigatiehulpmiddelen en visuele hulpmiddelen die essentieel zijn voor het luchthavenverkeer;

  • f. inlichtingen over peilingen en peillijnen, wanneer daarvoor apparatuur beschikbaar is en is voorgeschreven en toegelaten op basis van de daarvoor geldende eisen uit bijlage 10 bij het op 7 december 1944 te Chicago tot stand gekomen Verdrag inzake de internationale burgerluchtvaart (Trb. 1954, 18);

  • g. berichten, inclusief klaringen, ontvangen van andere luchtverkeersdiensten en bestemd voor het betreffende luchtvaartuig;

  • h. andere inlichtingen die bijdragen aan vliegveiligheid.

Artikel 2. Algemene luchtverkeersleidingsgebieden en naderingsluchtverkeersleidingsgebieden

  • 1 Als algemeen luchtverkeersleidingsgebied zijn aangewezen:

    • a. Amsterdam UTA;

    • b. Amsterdam CTA Oost 1;

    • c. Amsterdam CTA Oost 2;

    • d. Amsterdam CTA Zuid 1;

    • e. Amsterdam CTA Zuid 2;

    • f. Amsterdam CTA West;

    • g. Nieuw Milligen CTA Noord;

    • h. L179.

  • 2 Als naderingsluchtverkeersleidingsgebied zijn aangewezen:

    • a. Schiphol TMA’s;

    • b. Rotterdam TMA’s;

    • c. Maastricht TMA’s;

    • d. Eelde TMA;

    • e. Nieuw Milligen TMA’s;

    • f. Eindhoven TMA’s.

  • 3 De gebieden, bedoeld in het eerste en tweede lid, worden lateraal en verticaal gedefinieerd door de grenzen die zijn vastgesteld door de minister en die zijn opgenomen in de luchtvaartgids, hoofdstukken ENR 2 en 6.

Artikel 3. Luchtverkeersroutes

  • 1 De luchtverkeersroutes, alsmede de per route geldende gebruiksbeperkingen in de Amsterdam FIR zijn de luchtverkeersroutes en gebruiksbeperkingen die zijn vastgesteld door de minister en die zijn opgenomen in de luchtvaartgids, hoofdstukken ENR 3 en 6.

  • 2 Binnen de Shaded Area kunnen bij overeenkomst als bedoeld in artikel 17 tussen AOCS Nieuw Milligen en ACC Amsterdam respectievelijk UAC Maastricht afspraken worden gemaakt over de uitvoering van militaire vluchten.

Artikel 4. Helicopter main routes, helicopter protection zones en helicopter traffic zones

De HMR’s, de HPZ’s en de HTZ’s binnen de Amsterdam FIR, het gedeelte van de London FIR en de Scottisch FIR, waarvoor het verlenen van luchtverkeersdiensten gedelegeerd is aan Nederland, zijn de HMR’s, de HPZ’s en de HTZ’s die zijn vastgesteld door de minister en die zijn opgenomen in de luchtvaartgids, hoofdstukken ENR 3 en 6.

Artikel 5. Gecontroleerde luchthavens en plaatselijke luchtverkeersleidingsgebieden

  • 1 Als gecontroleerde luchthaven zijn aangewezen:

    • a. Schiphol;

    • b. Rotterdam;

    • c. Eelde;

    • d. Maastricht;

    • e. De Kooy;

    • f. Deelen;

    • g. Eindhoven;

    • h. GilzeRijen;

    • i. Leeuwarden;

    • j. De Peel;

    • k. Volkel;

    • l. Woensdrecht.

  • 2 Als plaatselijk luchtverkeersleidingsgebied zijn aangewezen de gedeelten van het luchtruim rond de in het eerste lid genoemde luchthavens, aangeduid met de naam van de desbetreffende luchthaven en de toevoeging CTR.

  • 3 Als plaatselijk luchtverkeersleidingsgebied zijn tevens aangewezen het boven Nederlands grondgebied gelegen deel van de Niederrhein CTR, en de Kleine-Brogel CTR.

  • 4 De plaatselijke luchtverkeersleidingsgebieden zijn de gebieden die zijn vastgesteld door de minister en die zijn opgenomen in de luchtvaartgids, hoofdstuk ENR 6.

  • 5 De in het tweede en derde lid genoemde gebieden worden lateraal en verticaal gedefinieerd door de grenzen die zijn vastgesteld door de minister en die zijn opgenomen in de luchtvaartgids, hoofdstuk AD 2.

Artikel 6. Het verlenen van luchtverkeersdiensten in een plaatselijk luchtverkeersleidingsgebied buiten de openstellingsuren van een gecontroleerde luchthaven

Buiten de openstellingsuren van een gecontroleerde luchthaven is het verlenen van luchtverkeersdiensten met betrekking tot niet-luchthavenverkeer in een plaatselijk luchtverkeersleidingsgebied overgedragen aan een bij overeenkomst bepaalde verlener van luchtverkeersdiensten, die wordt bekend gesteld in de luchtvaartgids.

Artikel 7. Aerodrome Trafffic Zones op militaire luchthavens

  • 1 Buiten de openstellingsuren van een gecontroleerde militaire luchthaven is het gebied met een straal van maximaal twee nautische mijlen (3.70 km) rond het middelpunt van het plaatselijk luchtverkeersleidingsgebied, tot een hoogte van 750 m (2500 ft) AMSL, aangewezen als luchtverkeersgebied ter bescherming van het luchthavenverkeer, waaronder VFR-verkeer uitgevoerd door:

    • a. recreatieve luchtvaart op de betrokken militaire luchthaven op basis van een ontheffing als bedoeld in artikel 10.13 van de Wet luchtvaart of een vergunning voor burgermedegebruik als bedoeld in artikel 10.27 van die wet;

    • b. gezagvoerders van militaire helikopters ten behoeve van incidentele starts of landingen in de betrokken ATZ.

    Dit gebied wordt aangeduid als ATZ gevolgd door de naam van de luchthaven.

  • 2 De ATZ’s, bedoeld in het eerste lid, zijn de ATZ’s die zijn vastgesteld door de minister en die zijn opgenomen in de luchtvaartgids, hoofdstuk ENR 5.

  • 3 De in het eerste en tweede lid genoemde gebieden worden lateraal en verticaal gedefinieerd door de grenzen die door de minister zijn vastgesteld en die zijn opgenomen in de luchtvaartgids, hoofdstuk ENR 5.

Artikel 7a. Aerodrome Traffic Zone op luchthaven Budel

  • 1 De luchtruimte rond de luchthaven Budel geldt gedurende de openstellingsuren van die luchthaven ter bescherming van het luchthavenverkeer waaronder luchtvaartuigen met de luchthaven Budel als plaats van bestemming of vertrek als ATZ en wordt aangeduid als ATZ Budel.

  • 2 De ATZ Budel is lateraal en verticaal begrensd op de wijze zoals aangegeven in de bij deze regeling behorende bijlage 2.

  • 3 De exploitant van luchthaven Budel zorgt er tijdens de daglichtperiode voor dat gedurende openstellingsuren van de luchthaven Budel voorafgaand aan de eerste vliegactiviteit en na afloop van de laatste vliegactiviteit door of namens hem contact wordt opgenomen met de verlener van plaatselijke luchtverkeersleidingsdiensten Kleine-Brogel en het AOCS Nieuw Milligen.

  • 4 De AFIS-unit Budel neemt buiten de daglichtperiode tijdens de openstellingsuren van de luchthaven Budel voorafgaand aan de eerste vliegactiviteit en na afloop van de laatste vliegactiviteit contact op met de verlener van plaatselijke luchtverkeersleidingsdiensten Kleine-Brogel en het AOCS Nieuw Milligen.

Artikel 7b. Aerodrome Traffic Zones (ATZ’s) op luchthaven Lelystad

  • 1 De luchtruimte rond de luchthaven Lelystad geldt gedurende de openstellingsuren van die luchthaven tijdens de daglichtperiode ter bescherming van het luchthavenverkeer waaronder luchtvaartuigen met de luchthaven Lelystad als plaats van bestemming of vertrek als ATZ en wordt aangeduid als onderscheidenlijk ATZ Lelystad A en ATZ Lelystad B.

  • 2 De ATZ Lelystad A en ATZ Lelystad B zijn lateraal en verticaal begrensd op de wijze zoals aangegeven in de bij deze regeling behorende bijlage 2.

Artikel 7c. Aerodrome Traffic Zone op zweefvliegterrein Schinveld

  • 1 De luchtruimte rond het zweefvliegterrein Schinveld geldt ter bescherming van zweefvliegactiviteiten op dat terrein als ATZ en wordt aangeduid als ATZ Schinveld.

  • 2 De ATZ Schinveld is lateraal begrensd op de wijze zoals aangegeven in de bij deze regeling behorende bijlage 2.

Artikel 7d. Aerodrome Traffic Zone op zweefvliegterrein Veendam

  • 1 De luchtruimte rond het zweefvliegterrein Veendam geldt ter bescherming van zweefvliegactiviteiten op dat terrein als ATZ en wordt aangeduid als ATZ Veendam.

  • 2 De ATZ Veendam is lateraal begrensd op de wijze zoals aangegeven in de bij deze regeling behorende bijlage 2.

Artikel 7e. Aerodrome Traffic Zone op zweefvliegterrein Valkenburg

  • 1 De luchtruimte rond het zweefvliegterrein Valkenburg geldt ter bescherming van zweefvliegactiviteiten op dat terrein als ATZ en wordt aangeduid als ATZ Valkenburg.

  • 2 De ATZ Valkenburg is lateraal begrensd op de wijze zoals aangegeven in de bij deze regeling behorende bijlage 2.

Artikel 7f. Aerodrome Traffic Zone op luchthaven Teuge

  • 1 De luchtruimte rond de luchthaven Teuge geldt buiten de daglichtperiode ter bescherming van het luchthavenverkeer waaronder luchtvaartuigen met de luchthaven Teuge als plaats van bestemming of vertrek als ATZ en wordt aangeduid als ATZ Teuge.

  • 2 De ATZ Teuge is lateraal en verticaal begrensd op de wijze zoals aangegeven in de bij deze regeling behorende bijlage 2.

Artikel 7g. Zweefvlieggebieden Valkenburg, Hoek van Holland en Castricum 2

  • 1 De luchtruimte ten zuidwesten van de ATZ Valkenburg wordt aangeduid als zweefvlieggebied Valkenburg.

  • 2 De luchtruimte ten zuidwesten van het zweefvlieggebied Valkenburg wordt aangeduid als zweefvlieggebied Hoek van Holland.

  • 3 De luchtruimte ten noorden van de luchthaven Zweefvliegveld Castricum wordt aangeduid als zweefvlieggebied Castricum 2.

  • 4 De zweefvlieggebieden, bedoeld in het eerste tot en met derde lid, zijn lateraal en verticaal begrensd op de wijze zoals aangegeven in de bij deze regeling behorende bijlage 2.

  • 5 De gebieden, bedoeld in het eerste tot en met derde lid, maken tussen 06:00 uur en 23:00 uur plaatselijke tijd binnen de daglichtperiode onder de volgende voorwaarden geen deel uit van de Schiphol TMA 1, bedoeld in artikel 2, tweede lid, onderdeel a:

    • a. de verlener van de betrokken luchtverkeersleidingsdiensten heeft, op verzoek van de vliegcoördinator van de zweefvliegclub, aan de hand van het totale aanbod van luchtverkeer vastgesteld dat de betrokken gebieden voor zweefvliegactiviteiten kunnen worden gebruikt;

    • b. de verlener van de betrokken luchtverkeersleidingsdiensten geeft aanwijzingen aan de gebruikers via de vliegcoördinator van de zweefvliegclub ten aanzien van het aanvangen en beëindigen of opschorten van zweefvliegactiviteiten, en

    • c. de coördinatie en communicatie geschieden op een overeen te komen wijze tussen de verlener van de betrokken luchtverkeersleidingsdiensten en de vliegcoördinator van de zweefvliegclub waartoe de gebruikers van de zweefvlieggebieden ten behoeve van zweefvliegactiviteiten behoren.

Artikel 7h. Aerodrome Traffic Zone op luchthaven Twente

  • 1 De luchtruimte rond de luchthaven Twente geldt ter bescherming van het luchthavenverkeer waaronder luchtvaartuigen met de luchthaven Twente als plaats van bestemming of vertrek als ATZ en wordt aangeduid als ATZ Twente.

  • 2 De ATZ Twente is lateraal en verticaal begrensd op de wijze zoals aangegeven in de bij deze regeling behorende bijlage 2.

Artikel 8. Aerodrome Flight Information Zones (AFIZ) op burgerluchtvaartterreinen

Gedurende de openstellingsuren van de luchthaven buiten de daglichtperiode gelden de volgende gebieden als AFIZ:

  • a. de luchtruimte rond de luchthaven Budel waarvan de grenzen gelijk zijn aan de grenzen van de ATZ Budel;

  • b. de luchtruimte rond de luchthaven Lelystad waarvan de grenzen gelijk zijn aan de grenzen van de ATZ Lelystad A.

Artikel 9. TMZ en RMZ

  • 1 De gebieden, vastgesteld door de minister en gepubliceerd in de hoofdstukken ENR 2.2 en ENR 6-2.6 van de luchtvaartgids en opgenomen in bijlage 3, zijn aangewezen als TMZ, met uitzondering van de volgende gebieden:

    • a. een CTR dat zich binnen de laterale grenzen van een TMZ bevindt;

    • b. de gebieden die zijn opgenomen in bijlage 4 en zijn aangewezen als TFZ;

    • c. de gebieden die worden gebruikt voor zweefvliegactiviteiten voor zover de betrokken luchtverkeersleidingsdienst hiervoor toestemming heeft gegeven.

  • 2 De NSA Amsterdam, de ATZ Budel en de AFIZ Budel, de ATZ Lelystad A en de AFIZ Lelystad, de ATZ Teuge en de ATZ Twente worden aangewezen als RMZ.

Artikel 10. Luchtverkeersdiensten

  • 1 De instanties, genoemd in de artikelen 5.13 en 5.14 van de Wet luchtvaart, zijn volgens de volgende indeling belast met het geven van luchtverkeersdienstverlening:

    Verantwoordelijke instantie

    Soort luchtverkeersdienst

    Eenheid

    LVNL

    Luchtverkeersleidingcentrum

    ACC Amsterdam

    Minister van Defensie

    AOCS Nieuw Milligen

    Eurocontrol-organisatie

    UAC Maastricht

    Minister van Defensie

    Naderingsluchtverkeersleidingsdienst

    APP De Kooy

    LVNL

    APP Eelde

    Minister van Defensie

    AOCS Nieuw Milligen

    LVNL

    APP Maastricht

    LVNL

    APP Rotterdam

    LVNL

    APP Schiphol

    Minister van Defensie

    Plaatselijke luchtverkeersleidingdienst

    TWR Deelen

    Minister van Defensie

    TWR De Kooy

    Minister van Defensie

    TWR De Peel

    LVNL

    TWR Eelde

    Minister van Defensie

    TWR Eindhoven

    Minister van Defensie

    TWR Gilze-Rijen

    Minister van Defensie

    TWR Leeuwarden

    LVNL

    TWR Maastricht

    LVNL

    TWR Rotterdam

    LVNL

    TWR Schiphol

    Minister van Defensie

    TWR Volkel

    Minister van Defensie

    TWR Woensdrecht

    LVNL

    Vluchtinformatiecentrum

    FIC Amsterdam

    LVNL

    AFIS-unit Budel

    LVNL

    AFIS-unit Lelystad

    Minister van Defensie

    AOCS Nieuw Milligen

    Minister van Defensie

    Luchtverkeersmeldingspost

    AIS-unit De Kooy

    LVNL

    AIS-unit Eelde

    LVNL

    Burger AIS-unit Eindhoven

    Minister van Defensie

    Militaire AIS-unit Eindhoven

    Minister van Defensie

    AIS-unit Gilze-Rijen

    Minister van Defensie

    AIS-unit Leeuwarden

    LVNL

    AIS-unit Maastricht

    Minister van Defensie

    AIS-unit AOCS Nieuw Milligen

    LVNL

    AIS-unit Rotterdam

    LVNL

    AIS-unit Schiphol

    Minister van Defensie

    AIS-unit Volkel

    Minister van Defensie

    AIS-unit Woensdrecht

  • 2 Onverminderd verordening (EU) nr. 923/2012 verlenen de instanties, bedoeld in het eerste lid, luchtverkeersdiensten aan GAT in overeenstemming met de van toepassing zijnde bepalingen uit de bijlagen 10 en 11 en documenten 4444 en 7030 van het Verdrag inzake de burgerluchtvaart, zoals opgenomen in de bijlage ‘ICAO documenten behorende bij diverse luchtvaartregelingen’. Deze bijlage ligt ter inzage bij het Ministerie van Infrastructuur en Milieu.

Artikel 11. ACC Amsterdam

  • 1 ACC Amsterdam verleent luchtverkeersdiensten aan vluchten in de volgende algemene luchtverkeersleidingsgebieden:

    • a. Amsterdam UTA, met uitzondering van vluchten waaraan luchtverkeersdienstverlening wordt gegeven door AOCS Nieuw Milligen als bedoeld in artikel 13, eerste lid, onder a en b, door UAC Maastricht als bedoeld in artikel 12, eerste lid, dan wel door een instantie van een andere staat in de gebieden die zijn aangewezen door de Minister van Infrastructuur en Milieu en de Minister van Defensie;

    • b. Amsterdam CTA’s Oost 1, Oost 2, West, Zuid 1 en Zuid 2;

    • c. Rotterdam TMA 3.

  • 2 De taakverdeling tussen ACC Amsterdam en AOCS Nieuw Milligen met betrekking tot het verlenen van luchtverkeersdiensten aan vluchten in Amsterdam UTA, als bedoeld in het eerste lid, onder a, houdt voor ACC Amsterdam in dat:

    • a. vluchten in de Amsterdam UTA met uitzondering van vluchten binnen de Shaded Area die onder haar verantwoordelijkheid berusten, de luchtverkeersroutes volgen, bedoeld in artikel 3, eerste lid;

    • b. de geldende vliegplangegevens voor de onder a genoemde vluchten tijdig worden verstrekt aan AOCS Nieuw Milligen;

    • c. ACC Amsterdam bepaalt, met uitzondering van vluchten binnen de Shaded Area, in overeenstemming met AOCS Nieuw Milligen het afwijken van de in artikel 3, eerste lid, genoemde luchtverkeersroutes;

    • d. de vluchten, bedoeld in het eerste lid, onder a, en de vluchten binnen de Shaded Area waarvoor de verantwoordelijkheid rust bij AOCS Nieuw Milligen worden gesepareerd, zonder enige beïnvloeding van de laatstgenoemde vluchten.

  • 3 Behoudens uitzonderingen vermeld in de overeenkomst met AOCS Nieuw Milligen, worden de geldende vliegplangegevens, van vluchten waarvoor de verantwoordelijkheid berust bij ACC Amsterdam, tijdig verstrekt aan MilATCC Nieuw Milligen, ten einde een mogelijke militaire noodzaak tot onderschepping van de betreffende luchtvaartuigen voor identificatiedoeleinden te voorkomen.

Artikel 12. UAC Maastricht

  • 1 UAC Maastricht verleent luchtverkeersdiensten aan vluchten in de Amsterdam UTA en daarboven, die worden uitgevoerd op of boven vliegniveau 245, met uitzondering van vluchten waaraan luchtverkeersdiensten worden verleend door AOCS Nieuw Milligen, bedoeld in artikel 13, eerste lid, onder a en b, dan wel door een instantie van een andere staat in de gebieden die zijn aangewezen door de Minister van Infrastructuur en Milieu en de Minister van Defensie.

Artikel 13. AOCS Nieuw Milligen

  • 1 AOCS Nieuw Milligen verleent luchtverkeersdiensten aan vluchten in de volgende algemene luchtverkeersleidingsgebieden:

    • a. Amsterdam UTA, binnen de Shaded Area, uitsluitend voor wat betreft de vluchten, bedoeld in artikel 3, tweede lid;

    • b. Amsterdam UTA, buiten de Shaded Area, uitsluitend voor wat betreft vluchten die vanwege de aard en de uitrusting van het luchtvaartuig of het doel van de vlucht, de luchtverkeersroutes, bedoeld in artikel 3, eerste lid, niet kunnen of mogen volgen;

    • c. Nieuw Milligen CTA Noord;

    • d. Nieuw Milligen TMA’s, met uitzondering van vluchten waaraan luchtverkeersdiensten worden verleend door de betrokken verlener van naderingsluchtverkeersleidingsdiensten, bedoeld in artikel 15, eerste lid.

  • 2 AOCS Nieuw Milligen geeft vluchtinformatie en alarmering aan militaire vluchten in de Amsterdam FIR met uitzondering van vluchten waarvoor deze dienstverlening is opgedragen aan een andere verlener van luchtverkeersdiensten, alsmede aan niet-militaire vluchten beneden de ondergrens en binnen de laterale begrenzing van de Nieuw Milligen TMA’s.

  • 3 De taakverdeling met betrekking tot vluchten in de Amsterdam UTA tussen MilATCC Nieuw Milligen enerzijds en ACC Amsterdam en UAC Maastricht anderzijds, houdt voor AOCS Nieuw Milligen in, dat de vluchten, bedoeld in het eerste lid, onder b, en de vluchten waarvoor de verantwoordelijkheid berust bij ACC Amsterdam of UAC Maastricht worden gesepareerd, zonder enige beïnvloeding van de laatstgenoemde vluchten.

  • 4 In afwijking van het tweede lid verstrekt AOCS Nieuw Milligen geen inlichtingen over de status en wijziging in de bruikbaarheid van het GNSS.

Artikel 14. North Sea Area Amsterdam (NSA Amsterdam)

  • 1 FIC Amsterdam verstrekt vluchtinformatie aan vluchten die worden uitgevoerd in NSA Amsterdam en verzorgt de alarmering in dit gebied.

  • 2 Bij het binnen- en uitvliegen van NSA Amsterdam wordt aan FIC Amsterdam de positie, tijd en vlieghoogte gemeld.

  • 3 Het eerste en tweede lid zijn niet van toepassing op staatsluchtvaartuigen die:

    • a. de status hebben van security flight;

    • b. gelet op de aard van de vlucht, tweezijdige radioverbinding tot het minimum beperken;

    • c. trainingsvluchten op lage hoogte uitvoeren, of;

    • d. trainingsvluchten binnen of onder een stationair gebied uitvoeren.

  • 4 Ten aanzien van de in het derde lid genoemde luchtvaartuigen maken FIC Amsterdam en AOCS Nieuw Milligen nadere afspraken.

Artikel 15. Overdracht van verantwoordelijkheid met betrekking tot het verlenen van luchtverkeersdiensten van AOCS Nieuw Milligen aan ACC Amsterdam/UAC Maastricht

  • 1 De verantwoordelijkheid van AOCS Nieuw Milligen voor de onderlinge separatie, bedoeld in artikel 13, derde lid, kan in onderlinge overeenstemming met betrekking tot de gehele Amsterdam UTA of een deel daarvan worden overgedragen aan ACC Amsterdam of UAC Maastricht, voor de duur van een overeengekomen periode met geringe intensiteit van militair luchtverkeer.

  • 2 De verantwoordelijkheid van AOCS Nieuw Milligen in de gebieden, bedoeld in artikel 13, eerste lid, onder c en d, kan in onderling overleg met betrekking tot die gebieden of een deel daarvan worden overgedragen aan ACC Amsterdam voor de duur van een overeengekomen periode met geringe intensiteit van militair luchtverkeer.

  • 3 Tijdens de overeengekomen periode verstrekt AOCS Nieuw Milligen de geldende vliegplangegevens van onder haar verantwoordelijkheid berustende militaire vluchten aan ACC Amsterdam of UAC Maastricht. Een klaring houdende afwijking van reeds verstrekte gegevens wordt uitsluitend verstrekt in overeenstemming met de betrokken verlener van luchtverkeersdiensten.

  • 4 Tijdens de overeengekomen periode separeert ACC Amsterdam of UAC Maastricht de vluchten die onder haar verantwoordelijkheid berusten enerzijds en de vluchten waarvoor de verantwoordelijkheid berust bij AOCS Nieuw Milligen anderzijds, zonder enige beïnvloeding van de laatstgenoemde vluchten.

  • 5 Tijdens de overeengekomen periode bepaalt ACC Amsterdam of UAC Maastricht het afwijken van de luchtverkeersroutes als bedoeld in artikel 3, eerste lid.

Artikel 16. Plaatselijke en naderingsluchtverkeersleidingsdiensten

  • 1 De in artikel 10 genoemde verleners van naderingsluchtverkeersleidingsdiensten verlenen luchtverkeersdiensten in de in artikel 2, tweede lid, bedoelde naderingsluchtverkeersleidingsgebieden aan vluchten die aankomen op, dan wel vertrekken van de in artikel 5, eerste lid, bedoelde luchthavens, met uitzondering van die vluchten waaraan luchtverkeersdiensten worden verleend door een andere verlener van luchtverkeersdiensten.

  • 2 De in artikel 10 genoemde verleners van plaatselijke luchtverkeersleidingsdiensten verlenen luchtverkeersleidingsdiensten aan vluchten in de in artikel 5, vierde en vijfde lid, bedoelde plaatselijke luchtverkeersleidingsgebieden, met uitzondering van die vluchten waaraan luchtverkeersdiensten worden verleend door een andere verlener van luchtverkeersdiensten.

  • 3 APP Maastricht geeft vluchtinformatie en alarmering aan niet-militaire vluchten beneden de ondergrens en binnen de laterale grenzen van de Maastricht TMA’s.

  • 4 APP Eelde geeft vluchtinformatie en alarmering aan niet-militaire vluchten beneden de ondergrens en binnen de laterale grenzen van de Eelde TMA.

  • 5 FIC Amsterdam verstrekt vluchtinformatie, met uitzondering van inlichtingen over de bruikbaarheid van het GNSS, en verzorgt alarmering aan vluchten in de Amsterdam FIR buiten luchtverkeersleidingsgebieden, voor zover het verlenen van luchtverkeersdiensten niet is opgedragen aan een andere verlener van luchtverkeersdiensten.

Artikel 17. Overdracht van verantwoordelijkheid

  • 1 De overdracht van verantwoordelijkheid tussen verleners van luchtverkeersdiensten voor een vlucht en onderlinge (tijdelijke) overdracht van verantwoordelijkheid voor een groep vluchten of voor luchtverkeersleidingsgebieden in de Amsterdam FIR wordt uitgevoerd in overeenstemming met een door de hoofden van de betrokken verleners van luchtverkeersdiensten gesloten overeenkomst; zodanige overeenkomst behoeft de goedkeuring van de LVNL en de Minister van Defensie, ieder voor zoveel hem aangaat.

  • 2 Tussen twee verleners van luchtverkeersleidingsdiensten vindt de overdracht van verantwoordelijkheid met betrekking tot een vlucht plaats bij het passeren van de gemeenschappelijke grens tussen de desbetreffende luchtverkeersleidingsgebieden, of op zodanige andere positie, tijd of vlieghoogte als is overeengekomen tussen de twee verleners van luchtverkeersdiensten.

  • 3 De overdracht van verantwoordelijkheid met betrekking tot een vlucht tussen een verlener van luchtverkeersleidingsdiensten, een verlener van naderingsluchtverkeersleidingsdiensten of een verlener van plaatselijke luchtverkeersleidingsdiensten vindt plaats op een wijze zoals overeengekomen tussen de betrokken verleners.

Artikel 18. Classificatie van luchtverkeersdienstverleningsgebieden en bijzondere vliegvoorschriften binnen het luchtverkeersdienstverleningsgebied Amsterdam UTA

  • 1 Voor de luchtverkeersdienstverleningsgebieden in de tabel wordt de aangegeven luchtverkeersdienstverleningsklasse vastgesteld:

    Luchtverkeersdienstverleningsgebied

    Klasse

    Amsterdam UTA

    C

    Amsterdam CTA’s Oost 1, Oost 2, West, Zuid 1 en Zuid 2

    A

    Nieuw Milligen CTA Noord

    A

    L179 tussen de meldpunten Dibir en Sorat

    B

    L179 tussen de meldpunten Helen en Gilti

    A

    Schiphol TMA’s 1, 2, 3, 4, 5 en 6

    A

    Maastricht TMA 1

    D

    Maastricht TMA 2

    B

    Eelde TMA

    E

    Rotterdam TMA’s 1, 2 en 3

    E

    Nieuw Milligen TMA’s A, C en E boven FL 065/FL 095*

    B

    Nieuw Milligen TMA’s A, C en E op of beneden FL 065/FL 095*

    E

    Nieuw Milligen TMA’s B, G1 en G2

    E

    Nieuw Milligen TMA D boven FL 065

    B

    Nieuw Milligen TMA D op of beneden FL 065

    E

    Eindhoven TMA’s 1, 2, 3 en 4

    C

    CTR’s Schiphol, Rotterdam, Eelde, Maastricht en Eindhoven

    C

    CTR’s De Kooy, Deelen, Gilze-Rijen, Leeuwarden, De Peel, Volkel, Woensdrecht, Kleine Brogel*** en Niederrhein

    D**

    Overige gebieden

    G

    * FL 095 van vrijdag 17.00 uur lokale tijd tot en met zondag 24.00 uur lokale tijd en op erkende feestdagen.

    ** Buiten openstellingstijden wordt er in deze gebieden alleen luchtverkeersinformatie verstrekt.

    ***Uitgezonderd de ATZ en AFIZ Budel als aangegeven in de bij deze regeling behorende bijlage 2.

  • 2 Binnen het luchtverkeersdienstverleningsgebied Amsterdam UTA:

    • a. zijn en-route VFR GAT-vluchten niet toegestaan;

    • b. zijn VFR GAT-vluchten op en beneden FL 285 alleen toegestaan in Temporary Segregated Airspace of een equivalent daarvan, dan wel in geval van specifieke afspraken met de verantwoordelijke luchtverkeersdienstverleningsinstantie;

    • c. worden VFR GAT-vluchten boven FL 285 binnen RVSM-luchtruim uitgevoerd binnen een Temporary Segregated Area of een equivalent daarvan.

Artikel 18a. Afwijking van de maximum toegestane aangewezen luchtsnelheid voor militaire jachtvliegtuigen

De snelheidsbeperking in paragraaf SERA.6001, onderdelen c tot en met g, van verordening (EU) nr. 923/2012 is niet van toepassing op VFR-vluchten en IFR-vluchten die worden aangemerkt als OAT en worden uitgevoerd door militaire jachtvliegtuigen waarvan de minimum luchtsnelheid meer dan 250 kts aangewezen luchtsnelheid (IAS) bedraagt, onder de voorwaarde dat het vliegzicht, uitgezonderd binnen plaatselijke luchtverkeersleidingsgebieden, minimaal 8 km bedraagt.

Artikel 19. Afwijking minimum vereist vliegzicht

Onverminderd het bepaalde in paragraaf SERA.5001 van verordening (EU) nr. 923/2012 geldt in luchtverkeersdienstverleningsgebieden met klasse G op of beneden 915 m (3000 ft) AMSL een vliegzicht gelijk aan of groter dan:

  • a. 1.500 m voor vluchten die worden uitgevoerd:

    • 1°. met een luchtsnelheid van 260 km/uur (140 knopen Indicated Air Speed) of minder zodat tijdig uitwijken voor ander luchtverkeer en hindernissen mogelijk is; of

    • 2°. tijdens omstandigheden waarin de mogelijkheid van ontmoetingen met ander luchtverkeer normaliter laag is;

  • b. 800 m, mits wordt gevlogen met zodanige snelheid dat tijdig uitwijken voor ander luchtverkeer en hindernissen mogelijk is, voor:

    • 1°. militaire helikopters;

    • 2°. helikopters die worden ingezet voor het vervoer van traumateams;

    • 3°. helikopters die blijkens een vrijstelling of ontheffing ingevolge artikel 19, derde lid, van het Besluit luchtverkeer 2014, vluchten uitvoeren beneden de minimum VFR-vlieghoogte, voorzover in die vrijstelling of ontheffing geen hogere waarden zijn vastgesteld.

Artikel 20

In afwijking van paragraaf SERA.5001 van verordening (EU) nr. 923/2012 wordt ten behoeve van een VFR-vlucht met militaire luchtvaartuigen die wordt aangemerkt als OAT, die wordt uitgevoerd in de naderingsluchtverkeersleidingsgebieden Nieuw Milligen op of beneden 915 m (3000 ft) AMSL en binnen plaatselijke luchtverkeersleidingsgebieden van de militaire luchthavens, de volgende waarde vastgesteld:

de verticale afstand tussen het luchtvaartuig en de wolken is gelijk aan of groter dan 152,5 m (500 ft) AMSL.

Artikel 21

  • 1 Paragraaf SERA.5010, onderdeel a, onder 3°, van verordening (EU) nr. 923/2012, is niet van toepassing op bijzondere VFR-vluchten die worden aangemerkt als OAT, binnen een militair plaatselijk luchtverkeersleidingsgebied.

  • 2 Paragraaf SERA.5010, onderdeel b, onder 3°, van verordening (EU) nr. 923/2012, is niet van toepassing op vluchten die worden aangemerkt als OAT, binnen een militair plaatselijk luchtverkeersleidingsgebied.

Artikel 21c

  • 1 In afwijking van paragraaf SERA.5001 van verordening (EU) nr. 923/2012, worden voor militaire helikopters die tijdens een VFR-vlucht die wordt aangemerkt als OAT het militair plaatselijk luchtverkeersleidingsgebied binnen vliegen, dan wel verlaten, de volgende waarden vastgesteld:

    • a. het vliegzicht is niet minder dan 1500 m;

    • b. de vlucht kan vrij van bewolking met zicht op de grond of het water worden uitgevoerd.

  • 2 In afwijking van paragraaf SERA.5001 van verordening (EU) nr. 923/2012, worden voor militaire helikopters die tijdens een VFR-vlucht die wordt aangemerkt als OAT landen op of opstijgen van een militaire luchthaven binnen een militair plaatselijk luchtverkeersleidingsgebied, dan wel het luchthavenverkeersgebied of het luchtverkeerscircuit binnen vliegen, de volgende waarden vastgesteld:

    • a. het grondzicht is niet minder dan 1500 m;

    • b. de vlucht kan vrij van bewolking met zicht op de grond of het water worden uitgevoerd.

Artikel 22a. Verticale separatie

  • 1 De minimale verticale separatie tussen luchtvaartuigen bedraagt ten minste 152 m (500 ft) bij:

    • a. bijzondere VFR-vluchten,

    • b. gecontroleerde OAT VFR-vluchten in militaire luchtverkeersleidingsgebieden.

  • 2 Indien er sprake is van essential traffic wordt aan de betrokken vluchten essential traffic informatie gegeven overeenkomstig het bepaalde in Document 4444 van de Internationale Burgerluchtvaart organisatie.

Artikel 23. Procedures en patronen

De naderings-, vertrek- en wachtprocedures, alsmede de luchtverkeerspatronen voor luchthavenverkeer zijn de procedures en patronen die door de minister zijn vastgesteld en die zijn opgenomen in de luchtvaartgids, hoofdstukken AD 2 en 3.

Slotbepalingen

Artikel 24

De Regeling luchtverkeersdienstverlening en de Regeling classificatie van luchtverkeersdienstverleningsgebieden worden ingetrokken.

Artikel 25

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Artikel 26

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling luchtverkeersdienstverlening.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 15 september 1998

De

Minister

van Verkeer en Waterstaat,

T. Netelenbos

De

Staatssecretaris

van Defensie,

H.A.L. van Hoof

Bijlage 2. behorende bij de artikelen 7a, tweede lid, 7b, tweede lid, 7c, tweede lid, 7d, tweede lid, 7e, tweede lid, 7f, tweede lid,, 7g, vierde lid en 7h, tweede lid, van de Regeling luchtverkeersdienstverlening

1. ATZ Budel

  • a. De laterale grenzen van de ATZ Budel zijn als volgt:

    • 1. Deel A

      Vanaf positie 51°15’21”NB 005°33’24”OL langs de Nederlands-Belgische grens naar positie 51°17’43”NB 005°30’57”OL langs een boog van een cirkel met een straal van 5 nautische mijlen gecentreerd rond positie 51°14’21”NB 005°36’50”OL tot aan positie 51°10’52”NB 005°42’31”OL langs de Nederlands-Belgische grens naar positie 51°11’52”NB 005°39’10”OL vandaar in een rechte lijn terug naar positie 51°15’21”NB 005°33’24”OL.

    • 2. Deel B

      Vanaf positie 51°15’21”NB 005°33’24”OL in rechte lijn naar positie 51°11’52”NB 005°39’10”OL vandaar langs de Nederlands-Belgische grens terug naar positie 51°15’21”NB 005°33’24”OL.

    Bijlage 251470.png
  • b. De ATZ Budel heeft een ondergrens vanaf de grond, een bovengrens in deel A van 365,76 meter (1200 ft) AMSL en een bovengrens in deel B van 182,88 meter (600 ft) AMSL.

2. ATZ Lelystad A en ATZ Lelystad B

  • a. De laterale grenzen van de ATZ Lelystad A zijn als volgt:

    Vanaf positie 52°26’35”NB 005°26’17”OL naar positie 52°28’04”NB 005°28’39”OL naar positie 52°29’18”NB 005°31’07”OL naar positie 52°30’00”NB 005°31’47”OL naar positie 52°30’34”NB 005°33’50”OL naar positie 52°27’28”NB 005°36’45”OL naar positie 52°26’46”NB 005°34’54”OL naar positie 52°26’18”NB 005°34’23”OL naar positie 52°25’58”NB 005°33’31”OL langs de parallel naar positie 52°25’58”NB 005°33’05”OL naar positie 52°24’07”NB 005°30’11”OL en terug naar positie 52°26’35”NB 005°26’17”OL.

  • b. De ATZ Lelystad A heeft een ondergrens vanaf de grond, en een bovengrens van 457,2 meter (1500 ft) AMSL.

  • c. De laterale grenzen van de ATZ Lelystad B zijn als volgt:

    Vanaf positie 52°34'52.74"NB 005°32'28.90"OL naar positie 52°25'45.00"NB 005°40'52.00"OL naar positie 52°22'41.00"NB 005°40'05.00"OL naar positie 52°20'51.90"NB 005°38'39.41"OL naar positie 52°22'00.14"NB 005°36'27.66"OL naar positie 52°21'46.58"NB 005°35'07.08"OL naar positie 52°22'03.77"NB 005°33'50.57"OL naar positie 52°24'07.34"NB 005°30'11.37"OL naar positie 52°26'35.32"NB 005°26'17.41"OL naar positie 52°27'34.70"NB 005°25'04.04"OL naar positie 52°28'24.98"NB 005°25'01.68"OL naar positie 52°29'37.13"NB 005°23'58.46"OL naar positie 52°30'52.37"NB 005°26'15.20"OL naar positie 52°31'50.07"NB 005°26'06.20"OL naar positie 52°32'05.19"NB 005°26'50.08"OL naar positie 52°33'07.12"NB 005°27'33.84"OL naar positie 52°33'13.67"NB 005°29'45.72"OL en terug naar positie 52°34'52.74"NB 005°32'28.90"OL.

  • d. De ATZ Lelystad B heeft een ondergrens van 457,2 m (1500 ft) AMSL en een bovengrens van 1067,5 m (3500 ft) AMSL.

Bijlage 251471.png

3. ATZ Schinveld

  • a) De laterale grenzen van de ATZ Schinveld wordt gevormd door de lijnen tussen de posities:

    50°58’34”NB 005°58’18”OL, 50°58’48”NB 005°58’19”OL, langs de Nederlands/Duitse grens naar 50°59’00”NB 006°01’36”OL, langs de Nederlands/Duitse grens naar 50°58’54”NB 006°01’37”OL, 50°58’56”NB 006°01’17”OL, 50°58’50”NB 006°00’58”OL, 50°58’33”NB 006°00’20”OL, 50°58’34”NB 005°58’18”OL.

  • b. De ATZ Schinveld heeft een ondergrens vanaf de grond en een bovengrens van 914,4 meter (3000 ft) AMSL.

Bijlage 254467.png

4. ATZ Veendam

  • a) De laterale grenzen van de ATZ Veendam wordt gevormd door de lijnen tussen de posities: 53°04’15”NB 006°48’52”OL langs een boog van een cirkel met een straal van 0,88 nautische mijlen gecentreerd rond positie 53°05’04”NB 006°49’25”OL, 53°05’14”NB 006°50’51”OL, 53°04’46”NB 006°51’00”OL, 53°04’44”NB 006°52’58”OL, 53°03’51”NB 006°52’25”OL, 53°03’03”NB 006°51’12”OL, 53°03’23”NB 006°50’14”OL, 53°04’15”NB 006°48’52”OL.

  • b. De ATZ Veendam heeft een ondergrens vanaf de grond en een bovengrens van 457,2 meter (1500 ft) AMSL.

Bijlage 246300.png

5. ATZ Valkenburg en zweefvlieggebieden Valkenburg en Hoek van Holland

  • a. De grenzen van de ATZ Valkenburg zijn als volgt:

    • A. De laterale grens is een cirkel met een straal van twee nautische mijlen rond positie 52°10'02"NB 004°25'06"OL.

    • B. De verticale grenzen zijn een ondergrens vanaf de grond en een bovengrens van 457,2 meter (1500 ft) AMSL.

  • b. De grenzen van het zweefvlieggebied Valkenburg zijn als volgt:

    • A. De laterale grens wordt gevormd door een lijn tussen de posities: 52°12'23"NB 004°21'38"OL, 52°07'22"NB 004°28'47"OL, 52°05'23"NB 004°25'16"OL, tegen de klok in over een cirkelboog met een straal van 8 nautische mijlen rond 51°57'25"NB 004°26'14"OL naar 52°03'27"NB 004°17'45"OL, 52°06'17"NB 004°13'45"OL naar 52°12'23"NB 004°21'38"OL.

    • B. De verticale grenzen zijn een ondergrens vanaf 457,2 meter (1500 ft) AMSL en een bovengrens van 762 meter (2500 ft) AMSL.

  • c. De grenzen van het zweefvlieggebied Hoek van Holland zijn als volgt:

    • A. De laterale grens wordt gevormd door een lijn tussen de posities: 52°06'17"NB 004°13'45"OL, 52°03'27"NB 004°17'45"OL, tegen de klok in over een cirkelboog met een straal van 8 nautische mijlen rond 51°57'25"NB 004°26'14"OL naar 51°58'40"NB 004°13'27"OL, 51°59'20"NB 004°06'40"OL, 52°00'49"NB 004°06'03"OL naar 52°06'17"NB 004°13'45"OL.

    • B. De verticale grenzen zijn een ondergrens vanaf 457,2 meter (1500 ft) AMSL en een bovengrens van 762 meter (2500 ft) AMSL.

Bijlage 256280.png
Zweefvlieggebieden Hoek van Holland, Valkenburg en Ypenburg

6. ATZ Teuge

  • a. De laterale grenzen van de ATZ Teuge zijn als volgt:

    Met de klok mee volgens de punten:

    • A. 52°17’41.60”NB 006°09’39.62”OL, Sallandse Golfclub ‘de Hoek’, in een rechte lijn zuidelijk naar

    • B. 52°13’52.62”NB 006°09’57.30”OL, A1 IJsselbrug, oostelijk via de A1 naar

    • C. 52°11’52.44”NB 006°02’51.63”OL, kruising van de A1 met de N345, noordwestelijk via de N345 naar

    • D. 52°12’40.34”NB 005°59’59.75”OL, kruispunt N344/Laan van Osseveld bij de Ring Apeldoorn Oost, noord/noordwestelijk langs de N344/Ring Apeldoorn naar

    • E. 52°13’53.55”NB 005°57’13.39”OL, kruispunt N344 met Zwolseweg/Apeldoorn Noord, noordelijk langs de Zwolse weg naar

    • F. 52°17’24.33”NB 005°58’28.99”OL, Vaassen Noordoost en in een bijna rechte lijn oostelijk terug naar punt A. 52°17’41.60”NB 006°09’39.62”OL.

  • b. De ATZ Teuge heeft een ondergrens vanaf de grond en een bovengrens van 457,2 meter (1500 ft) AMSL.

Bijlage 253845.png

7. Zweefvlieggebied Castricum 2

De grenzen van het zweefvlieggebied Castricum 2 zijn als volgt:

  • A. De laterale grens wordt gevormd door een lijn tussen de posities: 52°34'03.30"NB 004°36'30.80"OL, 52°35'10.96"NB 004°35'07.08"OL, 52°43'52.31"NB 004°37'07.50"OL, 52°45'05.90"NB 004°48'39.19"OL, 52°34'03.57"NB 004°42'44.44"OL naar 52°34'03.30"NB 004°36'30.80"OL.

  • B. De verticale grenzen zijn een ondergrens vanaf 457,2 meter (1500 ft) AMSL en een bovengrens van 762 meter (2500 ft) AMSL.

Bijlage 256281.png
Zweefvlieggebieden Castricum

8. ATZ Twente

  • a. De laterale grenzen van de ATZ Twente zijn als volgt:

    Met de klok mee volgens de punten:

    • A. 52°15'54"NB 007°02'08"OL, noordpunt meertje oost van Losser, in een rechte lijn naar:

    • B. 52°10'37"NB 006°47'19"OL, zuidpunt meertje Rutbeek, in een rechte lijn naar:

    • C. 52°13'39"NB 006°43'12"OL, bosgebiedje Wolfkaterbeek, in een rechte lijn naar:

    • D. 52°17'07"NB 006°44'36"OL, kruispunt/fly over A35/A1, in een rechte lijn naar:

    • E. 52°21'38"NB 006°59'18"OL, rotonde N342/Beuningerstraat: zuid/west van Denekamp, in een rechte lijn naar:

    • F. 52°18'49"NB 007°02'35"OL, grensovergang De Poppe, vandaar langs de Nederlands-Duitse grens terug naar punt A.

  • b. De ATZ Twente heeft een ondergrens vanaf de grond en een bovengrens van 670,6 meter (2200 ft) AMSL.

    Bijlage 257919.png
    Zweefvlieggebieden Castricum

Bijlage 3. behorende bij artikel 9, eerste lid, van de Regeling luchtverkeersdienstverlening

Bijlage 246301.png

1. TMZ – permanent

a. TMZ A

– De laterale begrenzing komt overeen met de Nieuw Milligen TMA A.

 

– De ondergrens is FL 065.

   

b. TMZ C

– De laterale begrenzing komt overeen met de Nieuw Milligen TMA C.

 

– De ondergrens is FL 065

   

c. TMZ D

– De laterale begrenzing is gelijk aan de Nieuw Milligen TMA D en omvat niet het luchtruim onder de Schiphol TMA 3, 4 en 5.

 

– De ondergrens is 2500 ft AMSL.

 

– Laterale begrenzing van Malden: Vanaf de kruising van de snelweg A50 met de rivier de Neder-Rijn de zuidelijke rivieroever van de Neder-Rijn naar het oosten volgen tot aan de Amsterdam FIR grens, vervolgens via de Amsterdam FIR grens naar het zuiden tot aan 51°44’35”00 N herkenbaar als het midden van het bosgebied oost van de grens, vanaf 51°44’35”00 N een lijn langs radiaal 270 naar de Volkel CTR, via de noordelijke begrenzing van de Volkel CTR naar de snelweg A50 en vervolgens via de snelweg A50 naar het noorden tot aan de kruising met de rivier de Neder-Rijn.

   

d. TMZ E

– De laterale begrenzing komt overeen met de Nieuw Milligen TMA E.

 

– De ondergrens is FL065.

   

e. TMZ Eelde

– De laterale begrenzing komt overeen met de Eelde TMA

 

– De ondergrens is 1500 ft AMSL.

   

f. TMZ Maastricht

– De laterale begrenzing komt overeen met de Maastricht TMA 1 en 2, met uitzondering van de Schinveldgebieden op bepaalde tijden.

 

– De ondergrens is 1500 ft AMSL.

   

g. TMZ Rotterdam

– De laterale begrenzing in het noorden, oosten en westen is gelijk aan de buitenste contouren van de Rotterdam TMA 1, 2 en 3. De zuidelijke begrenzing van TMA 1 en 2 is vervangen door de waters Hollandsch Diep en Grevelingen te definiëren als rechte lijnen tussen de co-ordinaten: 51°43’11”N 004°41’50”E; 51°38’38”N 004°23’46”E; 51°38’42”N 004°19’24”E; 51°42’55”N 004°01’05”E; 51°45’28”N 003°59’10”E; 51°45’28”N 003°37’37”E.

 

– De ondergrens is 2500 ft AMSL.

2. TMZ – op werkdagen van 0900-1700 lokale tijd:

a. TMZ A

– De laterale begrenzing komt overeen met de Nieuw Milligen TMA A.

 

– De ondergrens is 1200 voet AMSL.

   

b. TMZ B

– De laterale begrenzing komt overeen met de Nieuw Milligen TMA B en omvat ook het luchtruim onder de Schiphol TMA 3, 4 en 5.

 

– De ondergrens is 1200 voet AMSL.

   

c. TMZ C

– De laterale begrenzing komt overeen met de Nieuw Milligen TMA C.

 

– De ondergrens is 1200 voet AMSL.

   

d. TMZ D

– De laterale begrenzing is gelijk aan de Nieuw Milligen TMA D en omvat niet het luchtruim onder de Schiphol TMA 3, 4 en 5.

 

– De ondergrens is 1200 voet AMSL.

   

e. TMZ E

– De laterale begrenzing komt overeen met de Nieuw Milligen TMA E.

 

– De ondergrens is 1200 voet AMSL.

   

f. TMZ Eelde

– De laterale begrenzing komt overeen met de TMA Eelde

 

– De ondergrens is 1200 voet AMSL.

   

g. TMZ G1

– De laterale begrenzing komt overeen met de Nieuw Milligen TMA G1.

 

– De ondergrens is1200 voet AMSL.

   

h. TMZ Maastricht

– De laterale begrenzing komt overeen met de Maastricht TMA 1 en 2, met uitzondering van de Schinveldgebieden op bepaalde tijden..

 

– De ondergrens is1200 voet AMSL.

   

i. TMZ Rotterdam

– De laterale begrenzing in het noorden, oosten en westen is gelijk aan de buitenste contouren van de Rotterdam TMA 1, 2 en 3. De zuidelijke begrenzing van TMA 1 en 2 is vervangen door de wateren Hollandsch Diep en Grevelingen te definiëren als rechte lijnen tussen de co-ordinaten: 51°43’11”N 004°41’50”E; 51°38’38”N 004°23’46”E; 51°38’42”N 004°19’24”E; 51°42’55”N 004°01’05”E; 51°45’28”N 003°59’10”E; 51°45’28”N 003°37’37”E.

 

– De ondergrens is1200 voet AMSL.

Bijlage 4. behorende bij artikel 9, tweede lid, van de Regeling luchtverkeersdienstverlening

Bijlage 251472.png

a. Ameland

De laterale begrenzing is een rechte lijn van 53°26’59.99”NB 005°37’17.55”OL naar 53°27’12.01”NB 005°43’58.46”OL, met de klok mee langs een cirkelboog (straal 2 NM, middelpunt 53°27’06”NB 005°40’38”OL) naar punt van begin

 

De verticale grenzen zijn:

1. ondergrens: 1200 ft AMSL

2. bovengrens: 3500 ft AMSL

   

b. Hilversum

De laterale begrenzing is een rechte lijn van 52°12’18.66”NB 005°07’09.97”OL naar 52°13’24.51”NB 005°12’35.87”OL, met de klok mee langs een cirkelboog (straal 3 NM, middelpunt 52°11’31.00”NB 005°08’49.00”OL) naar 52°08’45.61”NB 005°06’54.48”OL en met een rechte lijn naar punt van begin

 

De verticale grenzen zijn:

1. ondergrens: 1200 ft AMSL

2. bovengrens: 3500 ft AMSL

   

c. Hoogeveen

De laterale begrenzing is een cirkel met een straal van 3 NM rond middelpunt 52°43’51.00”NB 006°30’58.00”OL

 

De verticale grenzen zijn:

1. ondergrens: 1200 ft AMSL

2. bovengrens: 3500 ft AMSL

   

d. Lemelerveld

De laterale begrenzing is een cirkel met een straal van 3 NM rond middelpunt 52°28’04.00”NB 006°19’58.00”OL

 

De verticale grenzen zijn:

1. ondergrens: 1200 ft AMSL

2. bovengrens: 3500 ft AMSL

   

e. Terlet

De laterale begrenzing is gelijk aan de begrenzing van de Deelen CTR

 

De verticale grenzen zijn:

1. ondergrens: 3000 ft AMSL

2. bovengrens: FL 045 met dien verstande dat het gebied incidenteel per NOTAM kan worden opgehoogd naar FL 065

   

f. Twenthe

De laterale begrenzing is een cirkel met een straal van 3 NM rond middelpunt 52°16’32.99”NB 006°53’20.76”OL

 

De verticale grenzen zijn:

1. ondergrens: 1200 ft AMSL

2. bovengrens: 3500 ft AMSL

   

g. Soesterberg

De laterale begrenzing is een cirkel met een straal van 3 NM rond middelpunt 52°08’02.36”NB 005°15’51.21”OL

 

De verticale grenzen zijn:

1. ondergrens: 1200 ft AMSL

2. bovengrens: 3500 ft AMSL

   

h. Venlo

De laterale begrenzing is het in Nederland gelegen deel van een cirkel met een straal van 6,5 NM rond middelpunt 51°21’47.00”NB 006°12’58.00”OL

 

De verticale grenzen zijn:

1. ondergrens: 2500 ft AMSL

2. bovengrens: 3500 ft AMSL

 

TFZ Venlo is actief vanaf vrijdag 17.00 uur lokale tijd tot maandag 09.00 uur lokale tijd en op officiële feestdagen

   

i. ATZ Valkenburg

De laterale en verticale grenzen zijn gelijk aan de ATZ Valkenburg.

   

j. Valkenburg

De laterale en verticale grenzen zijn gelijk aan het zweefvlieggebied Valkenburg.

   

k. Hoek van Holland

De laterale en verticale grenzen zijn gelijk aan het zweefvlieggebied Hoek van Holland.

   

l. Castricum 2

De laterale en verticale grenzen zijn gelijk aan het zweefvlieggebied Castricum 2.