Wetsvoorstel Wijziging van de Wet op het voortgezet onderwijs en de Wet educatie en
beroepsonderwijs in verband met leerwerktrajecten in de basisberoepsgerichte leerweg
van het vmbo (Kamerstuk nr. 28 444)
Dit wetsvoorstel is door de Tweede en Eerste Kamer aanvaard. De wetswijziging is gepubliceerd
in Staatsblad 292 en is per 15 augustus 2003 in werking getreden (Staatsblad318),
een en ander in aansluiting op de Regeling leerwerktrajecten basisberoepsgerichte
leerweg vmbo.
De nieuwe wet regelt in hoofdzaak:
-
a. de mogelijkheid om als variant binnen de basisberoepsgerichte leerweg in het vmbo
leerwerktrajecten in te richten: combinaties van binnenschools onderricht en buitenschoolse
praktijk;
-
b. de basisinrichting van leerwerktrajecten (vakken en uren praktijkgedeelte);
-
c. inschakeling van bedrijven en organisaties voor het verzorgen van het praktijkgedeelte
en regels voor (de beoordeling van) hun kwaliteit;
-
d. een leerwerkovereenkomst;
-
e. een samenwerkingsovereeenkomst tussen de school voor VO en een ROC of (mbo afdeling
van een) AOC die het aansluitende beroepsonderwijs verzorgt, met het doel om te komen
tot een doorlopende leerweg voor de individuele leerling.
Er is met het oog op de examens in 2004 een wijziging van het Eindexamenbesluit v.w.o.-h.a.v.o-m.a.v.o.-v.b.o.
in voorbereiding, waarin de uitslagregeling met betrekking tot leerwerktrajecten is
opgenomen. Hierin wordt aangegeven dat de minimaal verplichte vakken Nederlandse taal
en het beroepsgerichte programma met een voldoende moeten worden afgesloten.
Ten opzichte van het oorspronkelijk aan de Tweede Kamer voorgelegde wetsvoorstel vertoont
de defnitieve wet de volgende verschillen:
-
de meldingsplicht voor het bevoegd gezag aan B en W van de gemeente (RMC) van leerlingen
in leerwerktrajecten is vervallen;
-
de structurele uitzonderingsmogelijkheid voor het bevoegd gezag om vooruitlopend op
de goedkeuring van een bedrijf door een landelijk orgaan leerlingen in een leerwerktraject
te plaatsen in een nog niet door dat orgaan gecertificeerd bedrijf is vervallen. Wel
is een tijdelijke overgangsregeling voor twee jaar opgenomen die voor deze periode
de inschakeling van nog niet erkende leerbedrijven mogelijk maakt;
-
bij de invulling van het buitenschoolse praktijkgedeelte waarborgt het bevoegd gezag
dat niet uitsluitend eenzijdige productiearbeid wordt verricht;
-
in het derde en vierde schooljaar omvat elke schoolweek tenminste binnenschools onderricht,
zodat als sprake is van buitenschools onderricht in de praktijk altijd ook een binnenschoolse
component is gewaarborgd. Dit komt in de plaats van het oorspronkelijk voorgestelde
vereiste dat elke schoolweek in het derde en vierde schooljaar zowel binnenschools
onderricht als buitenschools onderricht in de praktijk zou moeten omvatten.
Het doel van leerwerktrajecten is om door maatwerk en een substantieel praktijkgedeelte
tegemoet te komen aan de individuele behoeften en leerstijlen van leerlingen die ieder
hun eigen leerroute moeten kunnen volgen. Aan leerlingen kan de minimumvariant van
leerwerktrajecten worden aangeboden, maar ook andere varianten, tot aan een volledig
eindexamenpakket voor de basisberoepsgerichte leerweg. De leerling die een leerwerktraject
met succes afsluit, ontvangt een diploma basisberoepsgerichte leerweg/leerwerktraject
met cijferlijst.
Aan de leerling met een praktische leerstijl kan zodoende een evenwichtig programma
op maat worden geboden. Daarin kan ook aandacht worden besteed aan burgerschapskunde,
sport en cultuur.
Speciale aandacht wordt gevraagd, ook vanuit de Tweede Kamer, voor de afweging om
lichamelijke opvoeding op te nemen in het onderwijsprogramma van leerlingen die een
leerwerktraject volgen. Daarvoor pleit dat op alle andere schoolcategorieën voor kinderen
uit dezelfde leeftijdsgroep bewegingsonderwijs wordt gegeven. Het krijgen van lichamelijke
opvoeding is belangrijk om de sportparticipatie en een gezonde leefstijl te stimuleren.
Reden genoeg om hiervoor uw specifieke aandacht te vragen. Via een monitor zal worden
nagegaan in hoeverre de vmbo-scholen hieraan invulling geven.
Daarnaast is een aandachtspunt dat voor iedereen duidelijk moet zijn wat de gang van
zaken is als er klachten zijn over een leerbedrijf. Een mogelijkheid om dit goed vast
te leggen is om hiervoor een procedure in de leerwerkovereenkomst op te nemen. Een
leerwerkovereenkomst regelt immers de rechten en plichten van alle betrokkenen.
Met het aflopen van de Regeling leerwerktrajecten vmbo zijn de daarin geregelde procedures
voor nominatie en kwalificatie en de daarbij behorende financiele vergoedingen vervallen.
Elke vmbo-school met de basisberoepsgerichte leerweg kan vanaf nu binnen de door de
WVO gestelde voorwaarden leerwerktrajecten aanbieden. Daarbij kunnen scholen die later
van start gaan met leerwerktrajecten gebruik maken van de door de projectorganisatie
vmbo hiervoor ontwikkelde instrumenten en goede voorbeelden van al wel gestarte scholen.