Loonbelasting, pensioenopbouw; premievrijstelling bij arbeidsongeschiktheid

[Regeling vervallen per 20-10-2006.]
Geraadpleegd op 26-12-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 20-10-2006.
Geldend van 09-01-2004 t/m 19-10-2006

Loonbelasting, pensioenopbouw; premievrijstelling bij arbeidsongeschiktheid

De Directeur-Generaal Belastingdienst heeft namens de Staatssecretaris van Financiën het volgende besloten.

Aan mij is een vraag voorgelegd over de pensioenopbouw in geval van premievrijstelling bij arbeidsongeschiktheid. De vraag en het antwoord zijn hierna opgenomen. In verband hiermee bevat dit besluit tevens een aanwijzing als pensioenregeling.

De Voorzitter Raad van Bestuur Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (UWV) heeft mij meegedeeld dat de inhoud van dit besluit ook van toepassing is voor de premieheffing werknemersverzekeringen.

Vraag

[Regeling vervallen per 20-10-2006]

In veel pensioenregelingen of pensioenverzekeringen is overeengekomen dat na ingetreden arbeidsongeschiktheid de pensioenopbouw wordt voortgezet zonder dat hiervoor premies verschuldigd zijn (premievrijstelling). De voortzetting van de pensioenopbouw komt na het intreden van de arbeidsongeschiktheid voor rekening van de verzekeraar.

Dienen op 1 juni 1999 bestaande pensioenregelingen, waarbij de premievrijstelling wegens arbeidsongeschiktheid is ingetreden uiterlijk op 1 juni 2004 of de eerdere datum waarop de pensioenregeling op meer dan ondergeschikte punten wordt gewijzigd, te worden aangepast aan de regels van hoofdstuk IIB en artikel 38a, van de Wet op de loonbelasting 1964 (hierna: Wet LB)?

Antwoord

[Regeling vervallen per 20-10-2006]

Ja, de pensioenopbouw dient in perioden van bestaande arbeidsongeschiktheid uiterlijk met ingang van 1 juni 2004 of de eerdere datum waarop de pensioenregeling op meer dan ondergeschikte punten wordt gewijzigd, te geschieden overeenkomstig de wetgeving zoals deze luidt met ingang van 1 juni 1999 (zie artikel 38b van de Wet LB).

In veel gevallen is echter het recht op premievrijstelling wegens arbeidsongeschiktheid ingevolge de verzekeringsovereenkomst civielrechtelijk definitief geworden op het moment dat die premievrijstelling is ingegaan. De voortgezette pensioenopbouw kan in die gevallen niet worden aangepast. Afgezien van een eventuele indexatie staat bovendien de omvang van de premievrijstelling vast op de datum waarop de premievrijstelling intreedt. Gelet hierop keur ik onder voorwaarden goed dat aanpassing achterwege blijft voor zover de rechten voortvloeien uit een contractuele premievrijstelling wegens arbeidsongeschiktheid.

Aanwijzing

[Regeling vervallen per 20-10-2006]

Op grond van artikel 19d van de Wet LB wijs ik in overeenstemming met de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid de bedoelde pensioenregelingen onder de volgende voorwaarden aan als pensioenregeling.

Voorwaarden

[Regeling vervallen per 20-10-2006]

  • 1. In de pensioenregeling respectievelijk pensioenverzekering is een recht op voortgezette pensioenopbouw bij ingetreden arbeidsongeschiktheid toegezegd waarbij de voortgezette pensioenopbouw wordt bepaald door de voortzetting van de overeengekomen premiebetalingen die voor rekening van de pensioenverzekeraar komen. Dit in tegenstelling tot pensioenregelingen respectievelijk pensioenverzekeringen waarin bij arbeidsongeschiktheid een voortgezette opbouw van een gedefinieerd pensioen is toegezegd.

  • 2. Afgezien van een eventuele indexatie dient de omvang van de premievrijstelling vast te staan op de datum waarop de premievrijstelling intreedt.

  • 3. De premievrijstelling mag, indien dit in de pensioenregeling respectievelijk pensioenverzekering is overeengekomen, ten hoogste worden verhoogd met een gebruikelijke, fiscaal aanvaardbare, loon of prijsindex.

  • 4. Bij een latere verlaging van de mate van arbeidsongeschiktheid geldt deze goedkeuring alleen voor de in samenhang daarmee te verlagen rechten met de bijbehorende premievrijstelling.

  • 5. Wellicht ten overvloede merk ik op dat bij een latere verhoging van de mate van arbeidsongeschiktheid, de daarmee samenhangende verhoging van de premievrijstelling dient te zijn gebaseerd op het recht zoals dat luidt ten tijde van de verhoging van de arbeidsongeschiktheid. Voor dat deel dient wel te zijn voldaan aan de wetgeving zoals deze met ingang van 1 juni 1999 geldt.