Besluit aanwijzing hoofdspoorwegen

Geraadpleegd op 23-11-2024.
Geldend van 01-12-2012 t/m 11-03-2015

Besluit van 20 december 2004, houdende aanwijzing van hoofdspoorwegen, alsmede houdende intrekking van enkele op grond van de Locaalspoor- en Tramwegwet genomen besluiten (Besluit aanwijzing hoofdspoorwegen)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Verkeer en Waterstaat van 14 december 2004, nr. HDJZ/S&W/2004-3064, Hoofddirectie Juridische Zaken;

Gelet op de artikelen 2, eerste lid, en 124 van de Spoorwegwet en de artikelen 1, eerste lid, en 2, eerste lid, van de wet van 9 juli 1900, houdende nadere regeling van den dienst en het gebruik van spoorwegen, waarop uitsluitend met beperkte snelheid wordt vervoerd (Stb. 118);

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel 1

  • 1 Als hoofdspoorweg worden aangewezen de spoorwegen, genoemd in de bij dit besluit behorende bijlage 1.

  • 2 Als hoofdspoorwegen worden tevens aangewezen de in onderdeel a van bijlage 2 bij dit besluit genoemde spoorwegen en de berijdbare delen van de spoorwegen gelegen op de in onderdeel b van die bijlage genoemde locaties. Deze spoorwegen vallen onder het toepassingsbereik van artikel 20, vierde lid, van de Spoorwegwet.

Artikel 2

De volgende beschikkingen tot aanwijzing als locaalspoorweg als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de wet van 9 juli 1900, houdende nadere regeling van den dienst en het gebruik van spoorwegen, waarop uitsluitend met beperkte snelheid wordt vervoerd (Stb. 118), worden ingetrokken:

  • a. beschikking van 24 november 1958, nr. V-1/0116890;

  • b. beschikking van 28 december 1959, nr. V-1/0133031;

  • c. beschikking van 15 juni 1993, nr. S-31318, 's-Heer Arendskerke – Sloehaven;

  • d. beschikking van 16 december 1993, nr. S-31975, Weert – Budel Grens.

Artikel 3

De Concessie uitoefening dienst havenspoorweg Rotterdam Linker Maasoever 1979 wordt ingetrokken.

Artikel 4

Dit besluit treedt in werking met ingang van 31 december 2004, met uitzondering van de artikelen 2 en 3, die in werking treden met ingang van het tijdstip waarop de artikelen 16 tot en met 25 van de Spoorwegwet in werking treden.

Onze Minister van Verkeer en Waterstaat is belast met de uitvoering van dit besluit dat met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

's-Gravenhage, 20 december 2004

Beatrix

De Minister van Verkeer en Waterstaat ,

K. M. H. Peijs

Uitgegeven de negenentwintigste december 2004

De Minister van Justitie ,

J. P. H. Donner

Bijlage 1 . behorend bij artikel 1, van het Besluit aanwijzing hoofdspoorwegen

In deze bijlage wordt verstaan onder:

  • a. het teken >: komt van locaties links en rechts van het teken / bij elkaar;

  • b. het teken <: splitst naar de locaties links en rechts van het teken /.

De volgende spoorwegen, daarbij inbegrepen de niet genoemde verbindingsbogen die deze spoorwegen onderling met elkaar verbinden, zijn hoofdspoorwegen:

  • 1. Amsterdam Centraal – Utrecht Centraal – Arnhem – Duitse grens, met de zijtakken:

    • a. Breukelen – Harmelen Aansluiting;

    • b. De Haar Aansluiting – Rhenen;

    • c. Velperbroek Aansluiting – Arnhem Goederenstation;

    • d. IJsselbrug Westzijde – Arnhem Goederenstation;

    • e. Zevenaar – Winterswijk;

  • 2. Den Haag Centraal / Rotterdam Centraal > Gouda – Utrecht Centraal – Amersfoort – Zwolle – Meppel < Leeuwarden / Groningen, met de zijtakken:

    • a. Nootdorp Aansluiting – Leidschendam Werkplaats;

    • b. Gouda – Alphen aan den Rijn;

    • c. Woerden – Leiden;

    • d. Den Dolder – Baarn;

    • e. Amersfoort – Leusden;

    • f. Zwolle – Kampen;

    • g. Haren – Waterhuizen;

  • 3. Haarlem / Amsterdam Centraal > Uitgeest – Alkmaar – Den Helder, met de zijtakken:

    • a. Heerhugowaard – Hoorn;

    • b. Amsterdam Singelgracht Aansluiting – Amsterdam Westhaven;

    • c. Amsterdam Sloterdijk – Amsterdam Westhaven;

  • 4. Zwolle – Zutphen – Arnhem – Nijmegen – Venlo – Roermond, met de zijtakken:

    • a. Zutphen – Hengelo;

    • b. Zutphen – Winterswijk;

    • c. Venlo – Duitse grens;

  • 5. Harlingen Haven / Stavoren > Leeuwarden – Groningen – Nieuweschans – Duitse grens, met de zijtakken:

    • a. Groningen – Sauwerd < Roodeschool / Delfzijl;

    • b. Zuidbroek – Veendam;

  • 6. Zaandam – Hoorn – Enkhuizen;

  • 7. Dordrecht – Geldermalsen – Elst;

  • 8. Amsterdam Centraal – Amersfoort – Apeldoorn – Almelo – Hengelo < Oldenzaal – Duitse grens/Enschede – Duitse grens, met de zijtakken:

    • a. Hilversum – Lunetten;

    • b. Barneveld Aansluiting – Ede-Wageningen;

    • c. Apeldoorn – Apeldoorn Zuid;

    • d. Apeldoorn – Zutphen;

    • e. Wierden – Zwolle;

  • 9. Vlissingen – Roosendaal – Tilburg – ’s-Hertogenbosch – Nijmegen, met de zijtakken:

    • a. Lewedorp Aansluiting – Sloehaven;

    • b. Tilburg – Boxtel;

  • 10. Amsterdam Centraal – Haarlem – Leiden – Den Haag HS – Rotterdam Centraal – Dordrecht – Roosendaal – Belgische grens, met de zijtakken:

    • a. Haarlem – Zandvoort;

    • b. Schiedam – Hoek van Holland Strand;

    • c. Lage Zwaluwe – Made en Drimmelen;

    • d. Lage Zwaluwe – Breda;

  • 11. Leiden – Schiphol – Amsterdam Zuid – Weesp – Almere – Lelystad – Zwolle, met de zijtak Amsterdam Riekerpolder – Amsterdam Singelgracht;

  • 12. Utrecht Centraal – 's-Hertogenbosch – Eindhoven – Weert – Roermond –Sittard < Heerlen – Duitse grens / Maastricht – Eijsden – Belgische grens, met de zijtakken:

    • a. Eindhoven – Venlo;

    • b. Weert – Belgische grens;

    • c. Sittard – Born;

    • d. Heerlen – Maastricht;

    • e. Landgraaf – Kerkrade Centrum;

    • f. Maastricht–Belgische grens;

  • 13. Zwolle – Mariënberg – Emmen, met de zijtak Mariënberg – Almelo;

  • 14. Terneuzen – Sluiskil Aansluiting – Sas van Gent – Belgische grens;

  • 15. Maasvlakte – Kijfhoek;

  • 16. Barendrecht – Belgische grens, inclusief de daarbij horende aansluitingen;

  • 17. Kijfhoek – Zevenaar;

  • 18. Hoofddorp–Rotterdam West, inclusief de daarbij horende aansluitingen.

Bijlage 2 . behorende bij artikel 1 van het Besluit aanwijzing hoofdspoorwegen

  • a. De volgende spoorwegen zijn hoofdspoorwegen:

    • 1. Lage Zwaluwe–Moerdijk;

    • 2. Made en Drimmelen–Oosterhout Weststad;

    • 3. Sluiskil Aansluiting–Terneuzen Dow Chemical;

    • 4. Terneuzen Aansluiting–Axelse vlakte.

  • b. De spoorwegen gelegen op de volgende locaties zijn hoofdspoorwegen:

    • 1. Haven van Rotterdam, Waalhaven;

    • 2. Haven van Rotterdam, Eemhaven;

    • 3. Haven van Rotterdam, Pernis;

    • 4. Haven van Rotterdam, Botlek;

    • 5. Haven van Rotterdam, Europoort;

    • 6. Haven van Rotterdam, Maasvlakte;

    • 7. Haven van Amsterdam, Westelijk havengebied;

    • 8. Haven van Amsterdam, Hemhaven;

    • 9. Haven van Amsterdam, Houtrakpolder;

    • 10. Moerdijk Industrieschap;

    • 11. Utrecht Industrieterrein Lage Weide;

    • 12. Delfzijl, stamlijn Havenschap;

    • 13. Dordrecht, Zeehaven;

    • 14. Dordrecht, Industrieterrein De Staart;

    • 15. Maastricht Beatrixhaven;

    • 16. Roodeschool Eemshaven;

    • 17. Vlissingen Sloehaven;

    • 18. Zwijndrecht, Groote Lindt;

    • 19. Oosterhout, Industrieterrein Weststad;

    • 20. Roosendaal Industrieterrein;

    • 21. Roosendaal Borchwerf;

    • 22. Alphen aan de Rijn, Industrieterrein Rijnhaven;

    • 23. Tilburg, De Loven;

    • 24. Hengelo Zuid;

    • 25. Born, Franciscushaven;

    • 26. Axel, Axelse Vlakte;

    • 27. Venlo Tradeport;

    • 28. Almelo Dollegoor;

    • 29. Almelo Bedrijvenpark Twente;

    • 30. Arnhem, gemeentelijke stamlijn;

    • 31. Oss-Elzenburg.