De Minister van Justitie,
Gelet op de
artikelen 68,
72,
125,
179,
183 en
235 van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, alsmede gelet op de Verordening EG, nr. 2157/2001;
Besluit:
– de Departementale Richtlijnen ter beoordeling van oprichtingen en statutenwijziging
van naamloze vennootschappen en besloten vennootschappen met beperkte aansprakelijkheid
(Stcrt. 1985, 227 en laatstelijk gewijzigd bij besluit van 10 september 1998, Stcrt.
1998, 195),
– de Circulaire ‘Beleid met betrekking tot de afgifte van verklaringen van geen bezwaar’
(8 december 1992, reg.nr. 261445/192),
– de Circulaire ‘Spoedprocedure’ (7 november 1996, kenmerk 589291/DBZ/96),
– de Regeling van de Minister van Justitie, houdende ‘
Beleidsregels inzake afwijkingen van modellen vennootschapsstatuten’ (Stcrt. 1998, 202),
– de brief van 12 augustus 2004, met kenmerk 5303570\DBZ\04, met betrekking tot oprichtingen
door buitenlandse rechtspersonen en trustkantoren,
in te trekken, en
dat de Beleidsregels 2005 voor het beoordelen van aanvragen ter verkrijging van een
verklaring van geen bezwaar voor oprichtingen en statutenwijzigingen van naamloze
vennootschappen, besloten vennootschappen met beperkte aansprakelijkheid en de Societas
Europaea (Beleidsregels preventief toezicht op vennootschappen 2005) als volgt luiden: