Instellingsbesluit Programmacommissie Oost-Nederland

[Regeling vervallen per 22-12-2007 met terugwerkende kracht tot en met 01-09-2007.]
Geraadpleegd op 23-12-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 22-12-2007.
Geldend van 05-11-2006 t/m 31-08-2007

Instellingsbesluit Programmacommissie Oost-Nederland

De Staatssecretaris van Economische Zaken,

Gelet op artikel 1, onderdeel f, van de Subsidieregeling pieken in de delta aanloopjaar 2006;

Besluit:

Artikel 1

[Regeling vervallen per 22-12-2007 met terugwerkende kracht tot en met 01-09-2007]

In dit besluit wordt verstaan onder:

Artikel 2

[Regeling vervallen per 22-12-2007 met terugwerkende kracht tot en met 01-09-2007]

  • 1 Er is een Programmacommissie Oost-Nederland.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 22-12-2007 met terugwerkende kracht tot en met 01-09-2007]

  • 1 De commissie bestaat uit een voorzitter en ten hoogste tien andere leden, waarvan:

    • a. ten hoogste drie leden afkomstig zijn uit de kring van kennisinstellingen in het gebied Oost-Nederland;

    • b. ten hoogste drie leden afkomstig zijn uit de kring van ondernemers in het gebied Oost-Nederland;

    • c. ten hoogste drie leden afkomstig zijn uit de kring van publieke cofinanciers in het gebied Oost-Nederland;

    • d. één lid ambtenaar van het Ministerie van Economische Zaken is.

  • 2 De voorzitter en de leden worden door de minister voor een termijn van ten hoogste vijf jaar benoemd.

  • 3 De leden brengen op persoonlijke titel hun kennis en ervaring in en treden niet op als vertegenwoordiger van een specifieke belangengroep.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 22-12-2007 met terugwerkende kracht tot en met 01-09-2007]

Ter gelegenheid van de instelling van de Programmacommissie Oost-Nederland worden als leden benoemd:

  • a. de heer drs. M.F.A. van Diessen, te Tilburg, tevens voorzitter;

  • b. de heer H.A.J. Aalderink, te Doesburg;

  • c. mevrouw drs. C. Abbenhues, te Zwartsluis;

  • d. de heer dr.ir. A.A. Dijkhuizen, te Wijk bij Duurstede;

  • e. de heer drs. E. van der Eijk, te Haarlem;

  • f. de heer dr. A.H. Flierman, te Maastricht;

  • g. de heer H.J. Hazewinkel RA, te Almelo;

  • h. de heer R.J.W. ten Hoedt, te Babberich;

  • i. de heer B. de Jongh, te Druten;

  • j. de heer P.E.J. den Oudsten, te Enschede;

  • k. de heer drs. F.J.M. Werner, te Arnhem.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 22-12-2007 met terugwerkende kracht tot en met 01-09-2007]

  • 1 De commissie stelt haar eigen werkwijze vast.

  • 2 Het beheer van de bescheiden betreffende de werkzaamheden van de commissie geschiedt op overeenkomstige wijze als bij het Ministerie van Economische Zaken. De bescheiden worden na beëindiging van de werkzaamheden van de commissie bewaard in het archief van dat ministerie.

Artikel 6

[Regeling vervallen per 22-12-2007 met terugwerkende kracht tot en met 01-09-2007]

De commissie verstrekt desgevraagd aan de minister de voor de uitoefening van zijn taak benodigde inlichtingen. De minister kan inzage vorderen van zakelijke gegevens en bescheiden, voor zover dat voor de vervulling van zijn taak redelijkerwijs nodig is.

Artikel 7

[Regeling vervallen per 22-12-2007 met terugwerkende kracht tot en met 01-09-2007]

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2006.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 27 oktober 2006

De

Staatssecretaris

van Economische Zaken,

C.E.G. van Gennip