Regeling inburgering

Geraadpleegd op 02-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 04-07-2009 en zichtdatum 01-01-2010.
Geldend van 04-07-2009 t/m 31-12-2009

Wetstechnische informatie voor Artikel 3.10

Informatie geldend op 04-07-2009

Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Beleidsregels en circulaires die betrekking hebben op dit artikel

Geen

Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel

  1. Regeling inburgering
    Artikel: 3.12

Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar het hoofdstuk, paragraaf e.d. waar dit artikel deel van uitmaakt

Verwijzingen naar § 4

  1. Regeling naturalisatietoets Nederland
    Artikel 3

Verwijzingen naar Hoofdstuk 3

  1. Regeling naturalisatietoets Nederland
    Artikel 2

Overzicht van wijzigingen voor Artikel 3.10

(geldig op 04-07-2009)

Opmerking

- Geen opmerking -

Ontstaansbron Inwerkingtreding
Datum van inwerkingtreding Terugwerkende kracht Betreft Ondertekening Bekendmaking Kenmerk Ondertekening Bekendmaking Opmerking
18-10-2013 Wijziging 10-10-2013 Stcrt. 2013, 28833 2013-0000138571 10-10-2013 Stcrt. 2013, 28833
01-01-2013 Wijziging 13-12-2012 Stcrt. 2012, 26740 I&S/2012/17936 13-12-2012
samen met
14-05-2013
Stcrt. 2012, 26740
samen met
Stcrt. 2013, 13217
Inwtr. 1
07-09-2010 Wijziging 02-09-2010 Stcrt. 2010, 13753 BJZ2010022566 02-09-2010 Stcrt. 2010, 13753
10-03-2007 t/m 19-02-2007 Wijziging 19-02-2007 Stcrt. 2007, 48 DDS5469416 19-02-2007 Stcrt. 2007, 48
01-01-2007 Nieuwe-regeling 06-12-2006 Stcrt. 2006, 244 5456790/06 06-12-2006 Stcrt. 2006, 244

Opmerkingen

  1. Hoofdstuk 3, zoals het luidde op 31 december 2012, blijft van toepassing tot en met 31 december 2014 op personen die van de mogelijkheid bedoeld in het tweede lid gebruikmaken met dien verstande dat:
    a. de bijlage behorende bij artikel 3.3 van de Regeling inburgering, zoals deze luidde op 31 december 2012, wordt vervangen door de bijlage 6 behorende bij artikel 3.3 van de Regeling inburgering, zoals deze luidde op 31 december 2012, zoals gepubliceerd in Stcrt. 2012/26740;
    b. het examengeld in die gevallen bedraagt:
    1°. € 110’ voor het praktijkdeel, bedoeld in artikel 3.7, eerste lid, van het Besluit inburgering ,zoals dat luidde op 31 december 2012;
    2°. € 40’ voor het elektronisch praktijkexamen, bedoeld in artikel 3.9, eerste lid, onderdeel b, van het Besluit inburgering, zoals dat luidde op 31 december 2012;
    3°. € 60’ voor de toets gesproken Nederlands, bedoeld in artikel 3.9, eerste lid, onderdeel b, van het Besluit inburgering, zoals dat luidde op 31 december 2012;
    4°. € 40’ voor het examen kennis van de Nederlandse samenleving, bedoeld in artikel 3.9, eerste lid, onderdeel c, van het Besluit inburgering, zoals dat luidde op 31 december 2012.1)