Regeling inburgering

Geraadpleegd op 02-12-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 23-05-2013.
Geldend van 23-05-2013 t/m 31-05-2013

Wetstechnische informatie voor Artikel 2.2d

Informatie geldend op 23-05-2013

Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Beleidsregels en circulaires die betrekking hebben op dit artikel

Geen

Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel

Geen

Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar het hoofdstuk, paragraaf e.d. waar dit artikel deel van uitmaakt

Geen

Overzicht van wijzigingen voor Artikel 2.2d

(geldig op 23-05-2013)

Opmerking

- Geen opmerking -

Ontstaansbron Inwerkingtreding
Datum van inwerkingtreding Terugwerkende kracht Betreft Ondertekening Bekendmaking Kenmerk Ondertekening Bekendmaking Opmerking
01-01-2015 Wijziging 20-11-2014 Stcrt. 2014, 33927 2014-0000166971 20-11-2014 Stcrt. 2014, 33927
23-05-2013 Wijziging 14-05-2013 Stcrt. 2013, 13217 I&S/2013-0000052732 14-05-2013 Stcrt. 2013, 13217 Alg. 1
01-01-2013 Nieuw 13-12-2012 Stcrt. 2012, 26740 I&S/2012/17936 13-12-2012 Stcrt. 2012, 26740 Inwtr. 2

Opmerkingen

  1. Abusievelijk is een wijzigingsopdracht geformuleerd die niet geheel juist is.1)
  2. Dit artikel als gewijzigd door Stcrt. 2012/26740 is van overeenkomstige toepassing op personen die van de mogelijkheid, bedoeld in het vierde lid, gebruikmaken met dien verstande dat:
    a. de bijlage behorende bij artikel 3.3 van de Regeling inburgering, zoals deze luidde op 31 december 2012, wordt vervangen door de bijlage 6 behorende bij artikel 3.3 van de Regeling inburgering, zoals deze luidde op 31 december 2012, zoals gepubliceerd in Stcrt. 2012/26740;
    b. het examengeld in die gevallen bedraagt:
    1°. € 110’ voor het praktijkdeel, bedoeld in artikel 3.7, eerste lid, van het Besluit inburgering ,zoals dat luidde op 31 december 2012;
    2°. € 40’ voor het elektronisch praktijkexamen, bedoeld in artikel 3.9, eerste lid, onderdeel b, van het Besluit inburgering, zoals dat luidde op 31 december 2012;
    3°. € 60’ voor de toets gesproken Nederlands, bedoeld in artikel 3.9, eerste lid, onderdeel b, van het Besluit inburgering, zoals dat luidde op 31 december 2012;
    4°. € 40’ voor het examen kennis van de Nederlandse samenleving, bedoeld in artikel 3.9, eerste lid, onderdeel c, van het Besluit inburgering, zoals dat luidde op 31 december 2012.2)