Regeling inburgering

Geraadpleegd op 31-10-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-01-2015.
Geldend van 01-01-2015 t/m 13-10-2015

Wetstechnische informatie voor § 6

Informatie geldend op 01-01-2015

Regelgeving die op deze paragraaf is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Beleidsregels en circulaires die betrekking hebben op deze paragraaf

Geen

Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar deze paragraaf

Geen

Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar het hoofdstuk, paragraaf e.d. waar deze paragraaf deel van uitmaakt

Verwijzingen naar Hoofdstuk 3

  1. Regeling naturalisatietoets Nederland
    Artikel 2

Overzicht van wijzigingen voor deze paragraaf

(geldig op 01-01-2015)

Opmerking

- Geen opmerking -

Ontstaansbron Inwerkingtreding
Datum van inwerkingtreding Terugwerkende kracht Betreft Ondertekening Bekendmaking Kenmerk Ondertekening Bekendmaking Opmerking
29-11-2014 t/m 01-11-2014 Wijziging 20-11-2014 Stcrt. 2014, 33927 2014-0000166971 20-11-2014 Stcrt. 2014, 33927
01-01-2013 Vervallen 13-12-2012 Stcrt. 2012, 26740 I&S/2012/17936 13-12-2012
samen met
14-05-2013
Stcrt. 2012, 26740
samen met
Stcrt. 2013, 13217
Inwtr. 1
01-01-2007 Nieuwe-regeling 06-12-2006 Stcrt. 2006, 244 5456790/06 06-12-2006 Stcrt. 2006, 244

Opmerkingen

  1. Hoofdstuk 3, zoals het luidde op 31 december 2012, blijft van toepassing tot en met 31 december 2014 op personen die van de mogelijkheid bedoeld in het tweede lid gebruikmaken met dien verstande dat:
    a. de bijlage behorende bij artikel 3.3 van de Regeling inburgering, zoals deze luidde op 31 december 2012, wordt vervangen door de bijlage 6 behorende bij artikel 3.3 van de Regeling inburgering, zoals deze luidde op 31 december 2012, zoals gepubliceerd in Stcrt. 2012/26740;
    b. het examengeld in die gevallen bedraagt:
    1°. € 110’ voor het praktijkdeel, bedoeld in artikel 3.7, eerste lid, van het Besluit inburgering ,zoals dat luidde op 31 december 2012;
    2°. € 40’ voor het elektronisch praktijkexamen, bedoeld in artikel 3.9, eerste lid, onderdeel b, van het Besluit inburgering, zoals dat luidde op 31 december 2012;
    3°. € 60’ voor de toets gesproken Nederlands, bedoeld in artikel 3.9, eerste lid, onderdeel b, van het Besluit inburgering, zoals dat luidde op 31 december 2012;
    4°. € 40’ voor het examen kennis van de Nederlandse samenleving, bedoeld in artikel 3.9, eerste lid, onderdeel c, van het Besluit inburgering, zoals dat luidde op 31 december 2012.1)