Nadere uitwerking organisatiestructuur en taken
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
Artikel 1. Portefeuille secretaris-generaal
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
Artikel 1.1
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. De secretaris-generaal is portefeuillehouder van de volgende organisatieonderdelen:
-
a. directie Bestuursondersteuning;
-
b. directie Financiële en Economische Zaken;
-
c. Centrale Strategie en Kenniseenheid;
-
d. programmadirectie Nieuwe huisvesting VROM.
2. De in het eerste lid genoemde organisatieonderdelen zijn tijdelijke organisatieonderdelen.
Artikel 1.2
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
[Red: Vervallen.]
Artikel 1.3 Directie Bestuursondersteuning
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. De directie Bestuursondersteuning staat onder leiding van een directeur.
2. De taken van de directie Bestuursondersteuning zijn:
-
a. het voorbereiden van overleggen en raden van de Ministers, de algemene leiding en
de portefeuillehouders;
-
b. het secretarieel ondersteunen van de Ministers, de algemene leiding en de portefeuillehouders;
-
c. het adviseren en registreren van stukkenstroom en post voor de Ministers en het parlement;
-
d. het organiseren, coördineren en adviseren over specifieke producten en diensten voor
de Ministers;
-
e. het coördineren van het departementale beveiligings- en veiligheidsbeleid, het beleid
met betrekking tot de bescherming van persoonsgegevens, de integriteits- en veiligheidsonderzoeken
en de beveiliging van de Ministers;
-
f. het verlenen van overige reguliere secretariële, logistieke en beleidsondersteuning
aan de Ministers, de algemene leiding en de portefeuillehouders.
Artikel 1.4 Directie Financiële en Economische Zaken
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. De directie Financiële en Economische Zaken staat onder leiding van een directeur.
2. De taken van de directie Financiële en Economische Zaken zijn:
-
a. het ontwikkelen van strategisch beleid en de kaders op het gebied van financiële en
economische zaken;
-
b. het gevraagd en ongevraagd adviseren en het ondersteunen van de Ministers, de algemene
leiding en de organisatieonderdelen op het gebied van financiële en economische zaken;
-
c. het regisseren, coördineren en opstellen van de begrotingsproducten;
-
d. het bewaken van de kwaliteit en de interne samenhang van producten op het gebied van
financiële en economische zaken;
-
e. het houden van toezicht op de onder het Ministerie ressorterende zelfstandige bestuursorganen;
-
f. het deelnemen aan projecten, overleg- en besluitvormingsorganen op het gebied van
financiële en economische zaken;
-
g. het ontwikkelen van en het leveren van producten aan de organisatieonderdelen op financieel
en economisch gebied;
-
h. het verzorgen van de financiële administratie en het uitvoeren van de betaalfunctie;
-
i. het adviseren over de aankoop van goederen en diensten en het verzorgen van aanbestedingsprocedures,
het opstellen van contracten voor de aankoop van goederen en diensten, en het bestellen
van goederen en diensten binnen mantelovereenkomsten.
Artikel 1.5 Centrale Strategie en Kenniseenheid
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. De Centrale Strategie en Kenniseenheid staat onder leiding van een hoofd.
2. De taken van de Centrale Strategie en Kenniseenheid zijn:
-
a. het op strategisch niveau signaleren van ontwikkelingen, die van belang kunnen zijn
voor de rijksoverheid en het politieke bestuur in het algemeen en voor de Ministers
en het Ministerie in het bijzonder;
-
b. het (laten) vertalen van de in onderdeel a bedoelde signalen in onderhandelingsperspectieven
op hoofdlijnen voor overheden en andere partijen en, indien nodig, organiseren dat
binnen het Ministerie op basis hiervan een besluitvormingsproces plaatsvindt;
-
c. het bewaken van de strategische agenda van het Ministerie;
-
d. het coördineren van door de Bestuursraad aangewezen strategische projecten;
-
e. het zorgen voor een strategisch kennismanagement.
Artikel 1.6 Programmadirectie Nieuwe huisvesting VROM
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. De programmadirectie Nieuwe huisvesting VROM staat onder leiding van een directeur.
2. De taken van de programmadirectie Nieuwe huisvesting VROM zijn:
-
a. Het (mede) ontwikkelen, voorbereiden en realiseren van de vernieuwbouw van de hoofdzetel
van het ministerie;
-
b. Het voorzien in structurele huisvesting voor onderdelen die op afstand van het kerndepartement
worden gepositioneerd;
-
c. Het voorzien in tijdelijke huisvesting voor het kerndepartement, gedurende de vernieuwbouw;
-
d. Het coördineren van de inhuizing in de vernieuwde hoofdzetel.
Artikel 2. Portefeuille plaatsvervangend secretaris-generaal
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
Artikel 2.1
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. De plaatsvervangend secretaris-generaal is portefeuillehouder van de volgende organisatieonderdelen:
-
a. directie Bestuurlijke en Juridische Zaken;
-
b. directie Communicatie;
-
c. directie Facilitair Management;
-
d. directie Informatievoorziening;
-
e. directie Personeel en Organisatie;
-
f. secretariaten van de adviescolleges.
2. De in het eerste lid, onderdelen a tot en met e, genoemde organisatieonderdelen
zijn tijdelijke organisatieonderdelen.
Artikel 2.2 Directie Bestuurlijke en Juridische Zaken
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. De directie Bestuurlijke en Juridische Zaken staat onder leiding van een directeur.
2. De taken van de directie Bestuurlijke en Juridische Zaken zijn:
-
a. het bewaken en vertalen van de juridische kaders waarbinnen de beleidsdoelstellingen
van het Ministerie kunnen worden gerealiseerd en het toetsen van de beleidsvoornemens
daaraan;
-
b. het bewaken van de juridische kwaliteit in het algemeen;
-
c. het behandelen van nationale en internationale bestuurlijke en juridische vraagstukken;
-
d. het gevraagd en ongevraagd adviseren van de Ministers, de algemene leiding en de organisatieonderdelen
inzake wetgeving, nationale en internationale bestuurlijke en juridische zaken;
-
e. het ontwikkelen, opstellen en onderhouden van wet- en regelgeving;
-
f. het ontwikkelen en onderhouden van een modern beleidsinstrumentarium, gericht op vermindering
van regeldruk en de herijking van de toedeling van taken en verantwoordelijkheden
aan overheden en maatschappelijke actoren, alsmede het bewaken van de consistentie
en de samenhang daarin;
-
g. het adviseren over en het evalueren van beleidsinstrumenten op het gebied van de kwaliteit
van de uitvoering van het omgevingsbeleid;
-
h. het behandelen van bezwaarschriften en nationale gerechtelijke procedures, waaronder
het voeren van verweer, het instellen van beroep, hoger beroep alsmede het indienen
van verzoeken om voorlopige voorziening, met uitzondering van ambtenarenzaken en georganiseerd
overleg- en medezeggenschapszaken;
-
i. het leveren van inbreng in internationale gerechtelijke procedures;
-
j. het ingevolge Titel IV van de onteigeningswet behandelen van verzoeken tot goedkeuring
van onteigeningsbesluiten en van verzoeken tot onteigening, alsmede het voorbereiden
van onteigeningsbesluiten;
-
k. het behandelen van verzoeken om schorsing en vernietiging van besluiten van bestuursorganen;
-
l. het beoordelen van de noodzaak tot inschakeling van de landsadvocaat, de inschakeling
van de landsadvocaat en het begeleiden van de landsadvocaat bij de uitvoering van
opdrachten;
-
m. het adviseren over en het toetsen van zaken van privaatrechtelijke aard;
-
n. het deelnemen aan projecten en overleggen op het gebied van bestuurlijke en juridische
zaken.
3. Gelet op de departementale verplichtingen en verantwoordelijkheden aangaande de
juridische kwaliteit, neemt de directeur Bestuurlijke en Juridische Zaken deel aan
de vergaderingen van de beleidsstaven.
Artikel 2.3 Directie Communicatie
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. De directie Communicatie staat onder leiding van een directeur.
2. De taken van de directie Communicatie zijn:
-
a. het ontwikkelen en uitvoeren van beleid op het gebied van communicatie;
-
b. het ontwikkelen van communicatiemiddelen en het bevorderen van een heldere, effectieve
en eenduidige communicatie binnen en buiten het Ministerie;
-
c. het ontwikkelen van en het leveren van producten aan de organisatieonderdelen op het
gebied van communicatie;
-
d. het adviseren en ondersteunen van de Ministers, de algemene leiding, de directeuren-generaal,
de inspecteur-generaal en de organisatieonderdelen op het gebied van communicatiebeleid;
-
e. het deelnemen aan projecten, overleg- en besluitvormingsorganen op het gebied van
communicatiebeleid;
-
f. het verzorgen van de bibliotheekfunctie.
Artikel 2.4 Directie Facilitair Management
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. De directie Facilitair Management staat onder leiding van een directeur.
2. De taken van de directie Facilitair Management:
-
a. het ontwikkelen en uitvoeren van beleid op het gebied van facilitair management;
-
b. het ontwikkelen van en het leveren van producten aan de organisatieonderdelen op het
gebied van facilitair management;
-
c. het optreden als opdrachtgever op het gebied van facilitair management;
-
d. het adviseren van de Ministers, de algemene leiding, de directeuren-generaal, de inspecteur-generaal
en de organisatieonderdelen over aangelegenheden op het gebied van facilitair management;
-
e. het deelnemen aan projecten op het gebied van facilitair management;
-
f. het beheren van de centrale huisvesting, de centrale technische infrastructuur, inclusief
de netwerkbekabeling, en het afstemmen van zaken daaromtrent met in- en externe partijen;
-
g. het verwerven en afstoten van huisvesting voor het Ministerie binnen de daarvoor geldende
rijksbrede kaders;
-
h. het beheren van de facilitaire managementsystemen;
-
i. het afsluiten van vervoersovereenkomsten voor het Ministerie en het verstrekken van
vervoersbewijzen aan medewerkers van het Ministerie;
-
j. het verzorgen van het personenvervoer van de Ministers, de algemene leiding, de directeuren-generaal
en de inspecteur-generaal.
Artikel 2.5
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
[Red: Vervallen.]
Artikel 2.6 Directie Informatievoorziening
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. De directie Informatievoorziening staat onder leiding van een directeur.
2. De taken van de directie Informatievoorziening zijn:
-
a. het ontwikkelen en uitvoeren van beleid op het gebied van de informatievoorziening
en de documentaire informatie;
-
b. het ontwikkelen van en het leveren van producten aan de organisatieonderdelen op het
gebied van ICT;
-
c. het adviseren en ondersteunen van de Ministers, de algemene leiding, de directeuren-generaal,
de inspecteur-generaal en de organisatieonderdelen op het gebied van de informatievoorziening
en de documentaire informatie;
-
d. het optreden als opdrachtgever op het gebied van de informatievoorziening en de documentaire
informatie en op het gebied van ICT;
-
e. het deelnemen aan projecten en overleg- en besluitvormingsorganen op het gebied van
de informatievoorziening, de documentaire informatie en ICT;
-
f. het (doen) beheren van de centrale ICT-infrastructuur;
-
g. het (doen) beheren van de relaties tussen het ICT-netwerk van het Ministerie en externe
ICT-netwerken;
-
h. het registreren, documenteren, archiveren en ontsluiten van het archief;
-
i. het coördineren van de geografische informatievoorziening in Nederland.
Artikel 2.7 Directie Personeel en Organisatie
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. De directie Personeel en Organisatie staat onder leiding van een directeur.
2. De taken van de directie Personeel en Organisatie zijn:
-
a. het ontwikkelen en uitvoeren van beleid op het gebied van personeel en organisatie;
-
b. het ontwikkelen van en het leveren van producten aan de organisatieonderdelen op het
gebied van personeel en organisatie;
-
c. het adviseren en ondersteunen van de Ministers, de algemene leiding, de directeuren-generaal,
de inspecteur-generaal en de organisatieonderdelen ten aanzien van het beleid op het
gebied van personeel en organisatie;
-
d. het adviseren van de algemene leiding en het Centraal College Management Development
inzake Management Development aangelegenheden;
-
e. het verzorgen van de personeels- en de salarisadministratie en het uitvoeren van de
betaalfunctie;
-
f. het deelnemen aan projecten en overleg- en besluitvormingsorganen op het gebied van
personeel en organisatie;
-
g. het behandelen van gerechtelijke procedures, waaronder het voeren van verweer, het
instellen van bezwaar, beroep, hoger beroep en het indienen van verzoeken om voorlopige
voorziening ten aanzien van ambtenarenzaken, georganiseerd overleg- en medezeggenschapszaken
en zaken in het kader van de sociale zekerheidsregelingen;
-
h. het leveren van interimmanagement en het faciliteren van seminars en evenementen;
-
i. het bemiddelen in conflicten door middel van mediation inzake personeel en organisatie;
-
j. het stimuleren van de mobiliteit van de medewerkers;
-
k. het verzorgen van buitenlandse dienstreizen.
Artikel 2.8 Secretariaten van de adviescolleges
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. De secretariaten van de adviescolleges staan elk onder leiding van een algemeen
secretaris.
2. De taak van de secretariaten van de adviescolleges is het ondersteunen van de adviescolleges
in de bedrijfsvoering.
Artikel 3. Portefeuille directeur-generaal Milieu
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
Artikel 3.1
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
De directeur-generaal Milieu is portefeuillehouder van de volgende tijdelijke organisatieonderdelen:
-
a. directie Klimaat en Luchtkwaliteit;
-
b. directie Duurzaam Produceren;
-
c. directie Internationale Zaken;
-
d. directie Risicobeleid;
-
e. programmadirectie Duurzaam Inkopen;
-
f. programmadirectie Schoon en Zuinig;
-
g. pogrammabureau Luchtkwaliteit;
-
h. programmadirectie Omgevingsvergunning.
Artikel 3.2 Directie Klimaat en Luchtkwaliteit
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. De directie Klimaat en Luchtkwaliteit staat onder leiding van een directeur.
2. De taken van de directie Klimaat en Luchtkwaliteit zijn:
-
a. het ontwikkelen en uitvoeren van het milieubeleid in de verschillende productieprocessen
en rond thema’s als klimaatverandering, waaronder het systeem van handel in emissierechten,
en thema’s als verzuring, grootschalige luchtvervuiling, geluid en verkeersemissies;
-
b. het stimuleren van een milieuverantwoorde productie, die gericht is op het bereiken
van een duurzame samenleving, en het daartoe versnellen van de veranderingsprocessen
bij het bedrijfsleven en de overheid;
-
c. het onderbouwen van de normstelling voor de luchtkwaliteit en voor voertuigen;
-
d. het formuleren van beleid ten aanzien van de ruimtelijke, sociaal-culturele, economische
en milieuaspecten van de in de onderdelen a tot en met c genoemde aspecten van de
leefomgeving en de beleving daarvan door burgers;
-
e. het integreren van de in de onderdelen a tot en met c genoemde aspecten van de leefomgeving;
-
f. het leveren van een bijdrage aan een duurzame voorziening in de mobiliteitsbehoefte.
Artikel 3.3 Directie Duurzaam Produceren
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. De directie Duurzaam Produceren staat onder leiding van een directeur.
2. De taken van de directie Duurzaam Produceren zijn:
-
a. het ontwikkelen en het uitvoeren van het milieubeleid gericht op een duurzaam gebruik
van bodem en water en op het waarborgen van de kwaliteit en de continuïteit van de
openbare drinkwatervoorziening;
-
b. het ontwikkelen en uitvoeren van het milieubeleid gericht op het beheersen van de
risico’s voor mens en milieu bij het omgaan met afvalstoffen en op het voorkomen van
afval in de productiefase;
-
c. het ontwikkelen en uitvoeren van het milieubeleid gericht op duurzame landbouwkundige
en industriële productie.
Artikel 3.4 Directie Internationale Zaken
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. De directie Internationale Zaken staat onder leiding van een directeur.
2. De taken van de directie Internationale Zaken zijn:
-
a. het uitvoeren en facilitair ondersteunen van internationale werkzaamheden;
-
b. het voeren van de regie over en het coördineren van de inbreng ten behoeve van de
EU-Milieuraad;
-
c. het coördineren van de inzet van het Ministerie op programmaoverstijgende internationale
gremia en het coördineren van de bijdrage van het Ministerie aan de internationale
strategieën van andere departementen en decentrale overheden;
-
d. het voorbereiden en beheren van de internationale aspecten van de strategie van het
Ministerie;
-
e. het in opdracht van de Bestuursraad voorbereiden van de kaders waarbinnen de organisatieonderdelen
vorm en inhoud geven aan de internationale aspecten van hun beleidsterreinen;
-
f. het gevraagd en ongevraagd adviseren van de Ministers, de Bestuursraad en de organisatieonderdelen
over internationale dossiers;
-
g. het tijdig signaleren van internationale ontwikkelingen die van invloed kunnen zijn
op de beleidsterreinen van het Ministerie;
-
h. het vertegenwoordigen van het Ministerie in interdepartementaal overleg over de internationale
strategie van Nederland en het vertegenwoordigen van het Ministerie binnen de Permanente
vertegenwoordiging;
-
i. het onderhandelen namens Nederland in alle gevallen waarin sprake is van bindende
afspraken, tenzij een bewindspersoon zelf of de Permanente vertegenwoordiger onderhandelt;
-
j. het voeren van procesregie op dossierniveau over de in EU-verband functionerende werkgroepen
en technische groepen;
-
k. het onderhouden van externe relaties met onder meer bedrijven, relevante departementen,
koepelorganisaties en NGO’s, ter behartiging van de Nederlandse belangen op de werkterreinen
van het Ministerie in het buitenland.
Artikel 3.5 Directie Risicobeleid
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. De directie Risicobeleid staat onder leiding van een directeur.
2. De taken van de directie Risicobeleid zijn:
-
a. het ontwikkelen en uitvoeren van milieubeleid inzake het beheersen van risico’s voor
mens en milieu bij het omgaan met stoffen, radioactieve stoffen, straling en met genetisch
gemodificeerde organismen en inzake de externe veiligheid;
-
b. het coördineren van het externe veiligheidsbeleid van het Ministerie en het beleid
van de verschillende Ministeries, die zich bezighouden met externe veiligheid;
-
c. het vernieuwen van het beleidsbouwwerk van het externe veiligheidsbeleid;
-
d. het vergroten van de consistentie en samenhang van regelgeving met betrekking tot
externe veiligheid;
-
e. het versterken van de uitvoering en handhaving van de regelgeving met betrekking tot
externe veiligheid.
Artikel 3.6 Programmadirectie Duurzaam Inkopen
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. De programmadirectie Duurzaam Inkopen staat onder leiding van een directeur.
2. De taken van de programmadirectie Duurzaam Inkopen zijn:
-
a. het coördineren van het beleid voor duurzaam inkopen, dat is gericht op het ontwikkelen
van markten voor duurzame producten, door verandering van de vraag naar producten;
-
b. het ontwikkelen van instrumenten om invulling te kunnen geven aan een vraag naar duurzame
producten;
-
c. het voeren van de regie over de uitvoering van het beleid op het gebied van duurzaam
inkopen, in het bijzonder door overheden en overheidsgerelateerde organisaties;
-
d. het rapporteren over de voortgang in het kader van het beleid op het gebied van duurzaam
inkopen aan het parlement.
Artikel 3.7 Programmabureau Luchtkwaliteit
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. Het programmabureau Luchtkwaliteit staat onder leiding van een directeur.
2. De taken van het programmabureau Luchtkwaliteit zijn:
-
a. het totstandbrengen van het kabinetsstandpunt op het Nationaal Samenwerkingsprogramma
Luchtkwaliteit (NSL);
-
b. het voeren van de regie over en het coördineren van de werkzaamheden binnen het Ministerie
op het gebied van de totstandkoming van het NSL;
-
c. het verzorgen en faciliteren van alle interne en externe contacten en overleggen gericht
op de totstandkoming van het NSL;
-
d. het adviseren en ondersteunen van de Ministers en de algemene leiding met betrekking
tot de totstandkoming van het NSL.
Artikel 3.8 Programmadirectie Schoon en Zuinig
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. De programmadirectie Schoon en Zuinig staat onder leiding van een directeur.
2. De taken van de programmadirectie Schoon en Zuinig zijn:
-
a. het monitoren van de voortgang van de programma’s en projecten zoals die staan verwoord
in het werkprogramma ‘Schoon & Zuinig’;
-
b. het rapporteren over de voortgang van het werkprogramma ‘Schoon en Zuinig’ aan de
directeur-generaal Milieu;
-
c. het uitbrengen van adviezen aan de directeur-generaal Milieu betreffende de voortgang
van het werkprogramma ‘Schoon en Zuinig’;
-
d. het coördineren van de beantwoording van kamervragen en andere externe contacten betreffende
het werkprogramma ‘Schoon en Zuinig’.
Artikel 3.9 Programmadirectie Omgevingsvergunning
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. De programmadirectie Omgevingsvergunning staat onder leiding van een directeur.
2. De taken van de programmadirectie Omgevingsvergunning zijn:
-
a. het leveren van een bijdrage aan de ontwikkeling van wet- en regelgeving, teneinde
de omgevingsvergunning wettelijk te verankeren;
-
b. het ontwikkelen en uitvoeren van een implementatieprogramma, teneinde de gemeenten,
provincies, waterschappen en de rijksvergunningverleners en adviseurs in staat te
stellen de omgevingsvergunning uit te voeren;
-
c. het ontwikkelen en implementeren van een digitaal instrument, teneinde de omgevingsvergunning
digitaal aan te kunnen vragen;
-
d. het adviseren van de Minister van Volkshuisvesting Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer
en de directeur-generaal Milieu ten aanzien van de in onderdelen a tot en met c genoemde
taken;
-
e. het verzorgen en faciliteren van alle interne en externe contacten en overleggen,
gericht op de totstandkoming van de omgevingsvergunning;
Artikel 4. Portefeuille directeur-generaal Ruimte
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
Artikel 4.1
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. De directeur-generaal Ruimte is portefeuillehouder van de volgende organisatieonderdelen:
-
a. directie Gebiedsontwikkeling;
-
b. directie Nationale Ruimtelijke Ordening;
-
c. directie Leefomgevingskwaliteit;
-
d. programmadirectie Mooi Nederland;
-
e. programmadirectie Verstedelijking;
-
f. Gemeenschappelijk Ontwikkelingsbedrijf.
2. De in het eerste lid, onderdelen a tot en met e, genoemde organisatieonderdelen
zijn tijdelijke organisatieonderdelen.
Artikel 4.2 Directie Gebiedsontwikkeling
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. De directie Gebiedsontwikkeling staat onder leiding van een directeur.
2. De taken van de directie Gebiedsontwikkeling zijn:
-
a. het zorgen voor een gebiedsgerichte kaderstelling;
-
b. het verzorgen van de doorwerking van het generieke ruimtelijke (en milieu-)beleid
in regionaal beleid en gebiedsgerichte ruimtelijke opgaven;
-
c. het vervullen van een gebiedsgerichte accountfunctie op het terrein van Ruimte en
Milieu;
-
d. het aansturen van projecten in het kader van het programma Randstad Urgent;
-
e. het coördineren van het programma Nota Ruimte Budget en het aansturen van de projecten
van het Ministerie in het Nota Ruimte Budget;
-
f. het in overleg met andere overheden en private partijen uitwerken en uitdragen van
het instrumentarium voor gebiedsontwikkeling;
-
g. het beheren van het Waddenfonds;
-
h. het zorgen voor de implementatie van de component Ruimte in het Meerjarenprogramma
Infrastructuur, Ruimte en Transport.
Artikel 4.3 Directie Nationale Ruimtelijke Ordening
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. De directie Nationale Ruimtelijke Ordening staat onder leiding van een directeur.
2. De taken van de directie Nationale Ruimtelijke Ordening zijn:
-
a. het ontwikkelen en het uitvoeren van beleid op het gebied van de duurzame ruimtelijke
ontwikkeling van Nederland;
-
b. het voeren van de regie over de duurzame ruimtelijke ontwikkeling van Nederland op
hoofdlijnen;
-
c. het ontwikkelen van lange termijn nationale ruimtelijke visies en beelden op het gebied
van duurzame ruimtelijke ontwikkeling van Nederland;
-
d. het beheren van het nationaal ruimtelijk instrumentarium;
-
e. het ontwikkelen van kaders en strategie op het gebied van het nationaal ruimtelijk
beleid.
Artikel 4.4 Directie Leefomgevingskwaliteit
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. De directie Leefomgevingskwaliteit staat onder leiding van een directeur.
2. De taken van de directie Leefomgevingskwaliteit zijn:
-
a. het ontwikkelen, onderhouden en uitvoeren van beleid, gericht op actuele maatschappelijke
thema’s en opgaven in de sfeer van duurzame leefomgeving en omgevingskwaliteit;
-
b. het ontwikkelen en onderhouden van beleid en beleidsinstrumenten op het gebied van
de omgevingskwaliteit;
-
c. het uitvoeren van projecten en het deelnemen aan overleggen op het gebied van de omgevingskwaliteit.
Artikel 4.5 Programmadirectie Mooi Nederland
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. De programmadirectie Mooi Nederland staat onder leiding van een programmadirecteur.
2. De taken van de programmadirectie Mooi Nederland zijn:
-
a. het ontwikkelen en uitvoeren van beleid ten aanzien van het behoud en het versterken
van de openheid van het landschap;
-
b. het stimuleren van een duurzaam en efficiënt ruimtegebruik;
-
c. het uitvoeren van de Agenda bedrijventerreinen.
Artikel 4.6 Programmadirectie Verstedelijking
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. De programmadirectie Verstedelijking staat onder leiding van een programmadirecteur.
2. De taken van de programmadirectie Verstedelijking zijn:
-
a. het sluiten van regionaal gedifferentieerde integrale verstedelijkingsafspraken tussen
de rijksoverheid en stedelijke regio’s;
-
b. het in het kader van de in onderdeel a genoemde taak vaststellen van een kwantitatieve
en kwalitatieve woningbouwopgave 2010–2020, de daaraan gerelateerde criteria voor
duurzame ruimtelijke inpassing, een raming van de verstedelijkingsopgave 2010-2020
en het bepalen van de rijksinzet per regio;
-
c. het coördineren van het Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport;
-
d. het ontwikkelen van een ruimtelijke investeringsstrategie;
-
e. het interdepartementaal afstemmen van de in onderdeel a genoemde verstedelijkingsafspraken.
Artikel 4.7 Gemeenschappelijk Ontwikkelingsbedrijf
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. Het Gemeenschappelijk Ontwikkelingsbedrijf staat onder leiding van een directeur.
2. De taken van het Gemeenschappelijk Ontwikkelingsbedrijf zijn:
-
a. het vaststellen van de uitgangspunten voor de berekening van de basiswaarde van Rijksvastgoed
in overeenstemming met de dienst Domeinen Onroerende Zaken van het Ministerie van
Financiën;
-
b. het adviseren over de inzet van het Rijk in gebiedsontwikkelingsprojecten;
-
c. het namens de betrokken rijkspartijen opstellen van een financieel sluitend plan voor
complexe gebiedontwikkelingsprojecten, inclusief een samenwerkingsovereenkomst.
Artikel 5. Portefeuille directeur-generaal Wonen, Wijken en Integratie
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
Artikel 5.1
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. De directeur-generaal Wonen, Wijken en Integratie is portefeuillehouder van de
volgende organisatieonderdelen:
-
a. directie Aandachtsgroepen, Betaalbaarheid en Corporaties;
-
b. directie Inburgering en Integratie;
-
c. directie Kennis en Verkenningen;
-
d. directie Stad en Bouw;
-
e. programmadirectie Wijken;
-
f. Secretariaat van de Huurcommissies.
2. De in het eerste lid, onderdelen a tot en met e, genoemde organisatieonderdelen
zijn tijdelijke organisatieonderdelen.
Artikel 5.2 Directie Aandachtsgroepen, Betaalbaarheid en Corporaties
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. De directie Aandachtsgroepen, Betaalbaarheid en Corporaties staat onder leiding
van een directeur.
2. De taken van de directie Aandachtsgroepen, Betaalbaarheid en Corporaties zijn:
-
a. het leveren van een bijdrage aan de totstandkoming van wet- en regelgeving met betrekking
tot de betaalbaarheid van (huur)woningen en met betrekking tot bijzondere aandachtsgroepen,
zoals ouderen, zorgbehoevenden, statushouders, en de instromers vanuit de Midden-
en Oost-europese landen;
-
b. het ontwikkelen en uitvoeren van beleid met betrekking tot de betaalbaarheid van (huur)woningen
en met betrekking tot bijzondere aandachtsgroepen, zoals ouderen, zorgbehoevenden,
statushouders, en de instromers vanuit de Midden- en Oost-europese landen;
-
c. het bevorderen van de maatschappelijke prestaties van woningcorporaties en het houden
van toezicht op de sociale huursector;
-
d. het (laten) uitvoeren van volkshuisvestingsregelingen.
Artikel 5.3 Directie Inburgering en Integratie
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. De directie Inburgering en Integratie staat onder leiding van een directeur.
2. De taken van de directie Inburgering en Integratie zijn:
-
a. het ontwikkelen en uitvoeren van het inburgeringsbeleid en het remigratiebeleid;
-
b. het ontwikkelen en het uitvoeren van het beleid, gericht op het verkleinen van de
economische, sociale en culturele afstand tussen allochtonen en autochtonen, door
het vergroten van de economische, sociale en culturele participatie;
-
c. het coördineren van het integratiebeleid in het onderwijs en de arbeidsmarkt en van
het diversiteitsbeleid;
-
d. het initiëren van beleidsvoornemens op Europees en internationaal niveau met betrekking
tot de in de onderdelen a tot en met c genoemde taken.
Artikel 5.4 Directie Kennis en Verkenningen
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. De directie Kennis en Verkenningen staat onder leiding van een directeur.
2. De taken van de directie Kennis en Verkenningen zijn:
-
a. het onderbouwen en verantwoorden van beleid op het gebied van Wonen, Wijken en Integratie
door middel van kennis;
-
b. het interveniëren door middel van kennis en de platformfunctie op het gebied van Wonen,
Wijken en Integratie;
-
c. het agenderen van nieuw beleid door middel van kennis en verkenningen op het gebied
van Wonen, Wijken en Integratie;
-
d. het coördineren en programmeren van de kennisagenda op het gebied van Wonen, Wijken
en Integratie.
Artikel 5.5. Directie Stad en Bouw
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. De directie Stad en Bouw staat onder leiding van een directeur.
2. De taken van de directie Stad en Bouw zijn:
-
a. het garanderen van een minimum bouwtechnische kwaliteit en gebruikskwaliteit van bouwwerken
(woningen, utiliteitsbouw, en andere bouwwerken) door (bouw)regelgeving en het bevorderen
van een hogere kwaliteit daarvan met andere instrumenten;
-
b. het doen realiseren van politiek gestelde klimaatdoelstellingen voor de sector gebouwde
omgeving.
-
c. het bevorderen van het tot stand komen van voldoende woningen en de kwaliteit daarvan;
-
d. het bevorderen van een consistente en samenhangende sturing op rijksniveau op sociaal,
fysiek en economisch terrein, dat mede gericht is op steden, en in het verlengde daarvan
het ontwikkelen en uitvoeren van rijksbeleid ten aanzien van de fysieke opgaven in
de stad.
Artikel 5.6 Programmadirectie Wijken
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. De programmadirectie Wijken staat onder leiding van een programmadirecteur.
2. De taken van de programmadirectie Wijken zijn:
-
a. het stimuleren dat politiek geaccordeerde rijksambities op het terrein van de wijkenaanpak
op lokaal niveau worden gerealiseerd in interactie met lokale partijen, zoals (deel)gemeenten,
welzijnsinstellingen, corporaties, bewoners, belangengroepen en andere betrokken partijen,
door financiële middelen, inzet van expertise, communicatieve inspanningen en het
wegnemen van belemmeringen;
-
b. het voorbereiden en opstellen van afspraken en charters tussen de Minister voor Wonen,
Wijken en Integratie en de (deel)gemeenten;
-
c. het (laten) monitoren en evalueren van de geleverde prestaties van betrokken lokale
partijen op het terrein van de wijkenaanpak;
-
d. het zorgen voor en het bewaken van de samenhang op het terrein van de wijkenaanpak
door dit in een bredere context te plaatsen;
-
e. het leveren van een bijdrage aan de totstandkoming van wet- en regelgeving en beleidskaders
op het terrein van de wijkenaanpak;
-
f. het zorgen voor kennisoverdracht en voorbeeldprogramma’s op het terrein van de wijkenaanpak.
Artikel 5.7 Secretariaat van de Huurcommissies
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. Het Secretariaat van de Huurcommissies staat onder leiding van een secretaris.
2. De taken van het Secretariaat van de Huurcommissies zijn:
-
a. het ondersteunen van de Huurcommissies bij de beslechting van huurgeschillen;
-
b. het ondersteunen van de Huurcommissies bij het afgeven van haalplichtverklaringen;
-
c. het verstrekken van relevante beleidsinformatie aan de directeur-generaal Wonen, Wijken
en Integratie.
Artikel 6. Inspectoraat-Generaal VROM
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
Artikel 6.1
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. Het Inspectoraat-Generaal VROM staat onder leiding van de inspecteur-generaal.
2. De taken van het Inspectoraat-Generaal VROM zijn:
-
a. het houden van toezicht op de uitvoering en de naleving van de regelgeving op het
terrein van het ministerie en van regelgeving op andere daartoe bij of krachtens de
wet aangewezen beleidsterreinen;
-
b. het opsporen van overtredingen van de regelgeving op het terrein van het ministerie
en van regelgeving op andere daartoe bij of krachtens de wet aangewezen beleidsterreinen;
-
c. het beoordelen van het beleid van andere overheden op het terrein van het ministerie
met het oog op de verenigbaarheid daarvan met het rijksbeleid;
-
d. het gevraagd en ongevraagd verstrekken van inlichtingen en adviezen aan de Ministers
over onderwerpen die tot hun taken horen;
-
e. het vervullen van andere bij of krachtens de wet aan de inspecteur-generaal of de
andere ambtenaren van het inspectoraat-generaal opgedragen taken;
-
f. het deelnemen aan projecten, overleg- en besluitvormingsgremia in het kader van de
uitvoering van de onderdelen a tot en met e genoemde taken.
3. De inspecteur-generaal geeft leiding aan de volgende tijdelijke onderdelen:
-
a. stafafdeling Crisismanagement;
-
b. directie Strategie en Beleid;
-
c. hoofddirectie Uitvoering;
-
d. directie Bedrijfsvoering.
Artikel 6.2 Stafafdeling Crisismanagement VROM
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. De stafafdeling Crisismanagement staat onder leiding van een hoofd.
2. De taken van de stafafdeling Crisismanagement zijn:
-
a. het optreden bij crisisbesluitvorming op rijksniveau (Nationaal Handboek Crisisbesluitvorming);
-
b. het coördineren van en voorbereiden op kernongevallenbestrijding;
-
c. het (coördineren van) het geven van een integraal advies bij milieu-incidenten en
het doen zorgen voor milieumetingen;
-
d. het verzorgen van infrastructurele voorzieningen;
-
e. het zorgen voor opleidings- en oefenactiviteiten;
-
f. het beheren en operationaliseren van het departementaal coördinatiecentrum.
Artikel 6.3 Directie Strategie en Beleid
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. De directie Strategie en Beleid staat onder leiding van een directeur.
2. De taken van de directie Strategie en Beleid zijn:
-
a. het jaarlijks totstandbrengen van een jaarcontract met de opdrachtgever;
-
b. het ontwikkelen van handhavingsbeleid en het bijbehorende instrumentarium;
-
c. het stellen van kaders voor de uitvoering van de in artikel 6.1, tweede lid, genoemde
taken;
-
d. het vervullen van de interfacefunctie met andere (rijks)inspecties en koepelorganisaties;
-
e. het plannen en bewaken van de voortgang en het inhoudelijk coördineren van parlementaria
en het verzorgen van de interne en externe communicatie van de inspecteur-generaal
en de Ministers;
-
f. het verrichten van onderzoek ten behoeve van de programma’s genoemd in artikel 6.4.2,
derde lid.
Artikel 6.4 Hoofddirectie Uitvoering
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. De hoofddirectie Uitvoering staat onder leiding van een hoofddirecteur.
2. De taken van de hoofddirectie Uitvoering zijn:
-
a. het vervullen van de taken genoemd in artikel 6.1, tweede lid;
-
b. het op adequate wijze uitvoeren van de programma’s in het jaarcontract;
-
c. het op adequate wijze vertegenwoordigen van de ministers in de uitvoeringspraktijk;
-
d. het signaleren van ontwikkelingen in de praktijk die relevant zijn voor de eigen organisatie,
beleidsdirecties en politiek.
3. De hoofddirectie Uitvoering bestaat uit de volgende onderdelen:
-
a. afdeling Advies en Ontwikkeling;
-
b. landelijke programma’s;
-
c. regionale afdelingen;
-
d. VROM Inlichtingen- en Opsporingsdienst;
-
e. Kernfysische Dienst.
Artikel 6.4.1 Afdeling Advies en Ontwikkeling
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. De afdeling Advies en Ontwikkeling staat onder leiding van een hoofd.
2. De taken van de afdeling Advies en Ontwikkeling zijn:
-
a. het introduceren etc. van nieuwe programmaoverstijgende werkmethoden, werkvormen en
kaders en eventuele bijbehorende functies (en het evalueren en doorontwikkelen ervan);
-
b. operationaliseren van het jaarcontract;
-
c. juridische advisering inclusief de interne hoorcommissie;
-
d. het adviseren van de hoofddirecteur Uitvoering, de directeuren-inspecteurs en de directeur
van de VROM Inlichtingen- en Opsporingsdienst.
Artikel 6.4.2 Landelijke programma’s
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. Een landelijk programma staat onder leiding van een directeur-inspecteur.
2. De taken van een landelijk programma zijn het uitvoeren van de taken, genoemd in
artikel 6.1, tweede lid, op landelijk niveau.
3. Er zijn de volgende landelijke programma’s:
-
• Schoon & Veilig water;
-
• Veiligheidstoezicht;
-
• Wonen, Wijken en Integratie:
-
• Borging ruimtelijke rijksbelangen;
-
• Regionaal accountmanagement;
-
• Burgerbrieven;
-
• Bouwen aan Kwaliteit,
-
• Ruimte, mooi en duurzaam;
-
• Milieugevaarlijke stoffen;
-
• Prioritaire bedrijven;
-
• EVOA (grensoverschrijdend Afval);
-
• Bodem en Afval nationaal
Artikel 6.4.3 Regionale afdelingen
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. Een regionale afdeling staat onder leiding van een directeur-inspecteur, als bedoeld
in artikel 6.4.2, eerste lid.
2. De taken van de regionale afdelingen zijn:
-
a. het vervullen van de taken genoemd in artikel 6.1, tweede lid, op regionaal niveau;
-
b. het onderhouden van een bestuurlijk netwerk in hun regio.
3. De ambtsgebieden van de regio’s zijn:
-
• regio Noord: het gebied van de provincies Groningen, Friesland en Drenthe;
-
• regio Oost: het gebied van de provincies Overijssel en Gelderland;
-
• regio Noord-West: het gebied van de provincies Noord-Holland, Flevoland en Utrecht;
-
• regio Zuid-West: het gebied van de provincies Zuid-Holland en Zeeland;
-
• regio Zuid: het gebied van de provincies Noord-Brabant en Limburg.
4. Het ambtsgebied van de VROM-Inspectie in de regio omvat mede het bij de wet van 2 november 1990, tot regeling provincie- en gemeentegrenzen langs de Noordzeekust
van Den Helder tot en met Sluis en wijziging van de Financiële Verhoudingswet 1984 niet gemeentelijk of provinciaal ingedeelde gebied van de territoriale zee, voor
zover het betreft:
-
a. de regio Zuid-West: het gebied ten zuiden van de vastgestelde grens tussen de Kadastrale
gemeente IV, sectie A en de Kadastrale gemeente V, sectie A, als bedoeld in artikel
3 van die wet tot de grens met de Belgische territoriale wateren;
-
b. de regio Noord-West: het gebied ten zuiden van het verlengde van de bij die wet vastgestelde
grens van de gemeente Den Helder tot en met het verlengde van de vastgestelde grens
tussen de Kadastrale gemeente IV, sectie A, en de Kadastrale gemeente V, sectie A,
als bedoeld in artikel 3 van die wet;
-
c. de regio Noord: het gebied ten westen van de grens met de Duitse territoriale wateren
tot het verlengde van de bij die wet vastgestelde grens van de gemeente Den Helder.
Artikel 6.4.4 VROM Inlichtingen- en Opsporingsdienst
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. De VROM Inlichtingen- en Opsporingsdienst staat onder leiding van een directeur.
2. De taken van de VROM Inlichtingen- en Opsporingsdienst zijn:
-
a. het eigenstandig uitvoeren van grotere, complexe opsporingsonderzoeken met een eventueel
bovenregionaal of internationaal karakter op het terrein van het Ministerie;
-
b. het in samenwerking met anderen, zoals FIOD, ECD, AID, Rijksrecherche en/of politie,
uitoefenen van zijn opsporingsbevoegdheid;
-
c. het leveren van specifieke expertise aan onderzoeken van andere opsporingsdiensten.
Onderdeel, waarvan de structurele samenwerking met de Landelijke Milieugroep van het
Korps Landelijke Politiediensten een onderdeel vormt;
-
d. het opstellen van dan wel bijdragen aan het opstellen van criminaliteitsbeelden;
-
e. het vergaren van informatie uit intern en extern netwerk ter zaaksvoorbereiding en
voor het verkrijgen van criminaliteitsbeelden en het veredelen van deze informatie
ter voorbereiding van operationele afhandeling, waar mogelijk in samenwerking met
externe partners;
-
f. het evalueren van operationele onderzoeken zowel op zaaksniveau als op beleidsniveau
en op basis daarvan adviseren van de opdrachtgevers;
-
g. het ondersteunen van medewerkers van de VROM-Inspecties bij ingewikkelde verbaliseringstaken
en facilitering van inspectie-onderzoeken met recherchetactische expertise;
-
h. het participeren in het driehoeksoverleg op landelijk niveau tussen het Inspectoraat-Generaal
VROM en het (landelijk) functioneel Openbaar Ministerie.
3. De functionarissen van de VROM Inlichtingen- en Opsporingsdienst zijn onder gezag
van de Officier van Justitie tevens belast met de taken, genoemd in artikel 6.1, tweede
lid, onderdeel c.
Artikel 6.4.5 Kernfysische Dienst
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. De Kernfysische Dienst staat onder leiding van een directeur-inspecteur.
2. De taken van de Kernfysische Dienst zijn:
-
a. het uitvoeren van door de Kernenergiewet en de daarmee samenhangende internationale
verdragen bij dec. minister van VROM belegde taken:
-
b. het houden van toezicht op de nucleaire veiligheid, beveiliging, safeguards (non-prolieratie),
stralingsbescherming voor omgeving en arbeidsplaats en milieubescherming;
-
c. het adviseren aan beleidsonderdelen over technische aangelegenheden die samenhangen
met de toezichtstaken;
-
d. de voorbereiding op incidenten en ongevallen in Nederland en in het buitenland;
-
e. internationale samenwerking ter bevordering van de mondiale veiligheid en ter verbetering
van kennis en ervaring.
Artikel 6.5 Directie Bedrijfsvoering
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. De directie Bedrijfsvoering staat onder leiding van een directeur.
2. De taken van de directie Bedrijfsvoering zijn:
-
a. het ondersteunen van het management van het Inspectoraat-Generaal bij het sturen en
beheersen van de organisatie, gericht op het realiseren van haar taken:
-
b. vormgeven van en uitvoering geven aan het personeels-, organisatie- en arbeidsomstandighedenbeleid;
-
c. het op financieel vlak uitvoeren van het bedrijfsvoeringsbeleid van de Rijksoverheid
en het ministerie van VROM;
-
d. het faciliteren van de inkoop en het utvoeren van een adequaat betalingsverkeer voor
het Inspectoraat-Generaal;
-
e. het opstellen van begrotings- en verantwoordingsproducten;
-
f. het verzorgen van informatiemanagement en -voorziening en facilitair management en
-voorziening ten behoeve van het Inspectoraat-Generaal;
-
g. het verzorgen van concerncontrol, kwaliteitszorg en auditing op de processen en resultaten
van het Inspectoraat-Generaal;
-
h. het verlenen van ambtelijke en bestuurlijke ondersteuning van de Ondernemingsraad.
Artikel 7. Rijksgebouwendienst
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
Artikel 7.1
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. De Rijksgebouwendienst staat onder leiding van de directeur-generaal Rijksgebouwendienst.
2. De Rijksgebouwendienst heeft de taken, genoemd in het Besluit Rijksgebouwendienst 1999.
3. De Rijksgebouwendienst bestaat uit de volgende onderdelen:
Artikel 7.2 Staf
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. De Staf staat onder leiding van de directeur-generaal Rijksgebouwendienst.
2. De taken van de Staf zijn:
-
a. het adviseren van de directeur-generaal Rijksgebouwendienst en het management van
de Rijksgebouwendienst en het zorgen voor de voorbereiding van het (uitvoerings)beleid
van de dienst;
-
b. het uitvoering geven aan het bedrijfsvoeringsbeleid van het Rijk en het Ministerie
en het zorgen voor een gewaardeerde bedrijfsvoeringsondersteuning;
-
c. het ondersteunen van het management van de Rijksgebouwendienst bij het sturen en beheersen
van de organisatie, gericht op het realiseren van de strategische doelstellingen;
-
d. het zorgen voor de uitvoering van financiële taken, zodanig dat financiële informatie
wordt verstrekt voor het besturen en het beheersen van de organisatie met inbegrip
van de financiële verantwoording;
-
e. het in nauwe samenwerking met haar opdrachtgever en met behulp van ICT ontwikkelen,
beheren en vernieuwen van de informatievoorziening van de Rijksgebouwendienst;
-
f. het juridisch adviseren van de Rijksgebouwendienst en haar onderdelen;
-
g. het adviseren en ondersteunen van de directeur-generaal Rijksgebouwendienst bij het
uitoefenen van zijn verantwoordelijkheden op het terrein van Personeel en Organisatie.
Artikel 7.3 Directie Frontoffice
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. De directie Frontoffice staat onder leiding van een directeur.
2. De taken van de directie Frontoffice zijn:
-
a. het zorgen voor een grote en blijvende klanttevredenheid door een vraaggestuurde dienstverlening;
-
b. het waarborgen dat de producten en diensten van de Rijksgebouwendienst passen bij
de vraagontwikkeling en in onderlinge samenhang voorzien in de behoefte van de klanten.
Artikel 7.4 Directie Advies en Architecten
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. De directie Advies en Architecten staat onder leiding van een directeur.
2. De taken van de directie Advies en Architecten zijn:
-
a. het adviseren over openbaar gebied en gebouw en monumenten;
-
b. het verzorgen van (bouw)technische adviezen;
-
c. het ontwikkelen van huisvestingsplannen, die gekenmerkt worden door een juiste prijs/kwaliteit
verhouding en een vernieuwende aanpak;
-
d. het ondersteunen van de Rijksbouwmeester in zijn adviserende, stimulerende en coördinerende
rol.
Artikel 7.5 Directie Vastgoed
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. De directie Vastgoed staat onder leiding van een directeur.
2. De taak van de directie Vastgoed is:
het binnen de Rijksgebouwendienst optreden als economisch eigenaar voor de klanten
en voor de vastgoedportefeuille van de Rijksgebouwendienst als geheel en als pro-actieve
ontwikkelaar van de portefeuille.
Artikel 7.6 Directie Projecten
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. De directie Projecten staat onder leiding van een directeur.
2. De taak van de directie Projecten is:
het realiseren van huisvestingsoplossingen door middel van project-, programma- en
procesmanagement waarbij de juridische, politieke en financiële afbreukrisico’s voor
de klant en het rijk tot een minimum beperkt worden.
Artikel 7.7 Directie Beheer
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. De directie Beheer staat onder leiding van een directeur.
2. De taken van de directie Beheer zijn:
-
a. het de klanten bieden van een integraal en ongestoord gebruiks- en huurgenot van hun
huisvesting, inclusief services die niet in de huur zijn inbegrepen;
-
b. het zorgen voor volledige en betrouwbare informatie over de vastgoedvoorraad op pandniveau
voor de externe en interne klant.
Artikel 8. Nederlandse emissieautoriteit in oprichting
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
Artikel 8.1
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
1. De Nederlandse emissieautoriteit in oprichting staat onder leiding van de directeur
Nederlandse emissieautoriteit in oprichting.
2. De Nederlandse emissieautoriteit in oprichting heeft de taken met betrekking tot
de handel in broeikasgasemissierechten en de handel in NOx-emissierechten, zoals die zijn toegekend aan het bestuur van de emissieautoriteit
ingevolge het bepaalde bij of krachtens de hoofdstukken 2, 16 en 18 van de Wet milieubeheer.