Besluit mandaat en machtiging scheepvaartinspecteurs Rijksdienst Caribisch Nederland

Geraadpleegd op 28-11-2024.
Geldend van 27-01-2011 t/m heden

Besluit mandaat en machtiging scheepvaartinspecteurs Rijksdienst Caribisch Nederland

De Minister van Infrastructuur en Milieu,

Gelet op artikel 10:4, eerste en vierde lid, van de Algemene wet bestuursrecht en het besluit van de Ministerraad van 3 juli 2009;

Besluit:

Artikel 1

In dit besluit wordt verstaan onder ‘Rijksdienst Caribisch Nederland’ het organisatieonderdeel van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, bedoeld in het Organisatie- en mandaatbesluit BZK-BES.

Artikel 2

  • 2 Aan de ambtenaren, bedoeld in het eerste lid, wordt tevens machtiging verleend om ter voorbereiding van de in het eerste lid bedoelde besluiten alle benodigde werkzaamheden te verrichten.

Artikel 3

  • 1 Het document waarin een besluit of handeling, genomen respectievelijk verricht op grond van dit besluit, wordt vastgelegd, bevat in ieder geval een verwijzing naar de wet- en regelgeving waarop het besluit betrekking heeft.

  • 2 Een document als bedoeld in het eerste lid van dit artikel vermeldt aan het slot:

    ‘DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU,

    namens deze,

    de scheepvaartinspecteur Rijksdienst Caribisch Nederland’

    gevolgd door de naam en de handtekening van de functionaris.

Artikel 4

Dit besluit treedt in werking met ingang van de eerste dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Artikel 5

Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit mandaat en machtiging scheepvaartinspecteurs Rijksdienst Caribisch Nederland.

Dit besluit zal in de Staatscourant worden geplaatst.

De

Minister

van Infrastructuur en Milieu,

M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus