Circulaire bezoldiging cdK’s, (onkosten)vergoeding leden gedeputeerde staten, leden provinciale staten en commissieleden

[Regeling materieel uitgewerkt per 01-01-2014.]
Geraadpleegd op 23-12-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-01-2017.
Geldend van 01-01-2012 t/m heden

Circulaire bezoldiging cdK’s, (onkosten)vergoeding leden gedeputeerde staten, leden provinciale staten en commissieleden

Algemene informatie

Door middel van deze circulaire wordt u, zoals elk jaar gebruikelijk, geïnformeerd over de wijzigingen van de bedragen van de (onkosten)vergoedingen voor de commissarissen van de Koningin, de leden van provinciale staten, leden gedeputeerde staten en commissieleden.

In deze circulaire wordt ook gesproken over de werkkostenregeling. Over de toepassing van de werkkostenregeling bent u eerder geïnformeerd bij circulaire van 8 maart 2011, nr. 2011-2000023080.

1. Bezoldiging commissaris van de Koningin

Op grond van artikel 3, vierde lid, van het Rechtspositiebesluit commissarissen van de Koning wijzigt de bezoldiging van de commissaris van de Koningin overeenkomstig de wijziging van de bezoldiging van het personeel in de sector Rijk.

De op dit moment geldende arbeidsvoorwaardenovereenkomst voor het rijkspersoneel is overeengekomen voor de periode van 1 januari 2007 tot en met 31 december 2010. Op dit moment is er nog geen uitkomst bekend van het overleg over een nieuwe arbeidsvoorwaardenovereenkomst sector Rijk. De op dit moment geldende arbeidsvoorwaardenovereenkomst voor het rijkspersoneel geldt dus nog. Als een volgende overeenkomst wordt vastgesteld, informeer ik u over de gevolgen daarvan voor de bezoldiging van de commissaris van de Koningin.

U bent over de bezoldiging van de commissaris van de Koningin geïnformeerd bij circulaire van 19 juni 2007, nr. 2007-182147. Deze informatie is nog steeds van toepassing.

Voor uw informatie meld ik u dat de bezoldiging voor commissarissen van de Koningin per 1 april 2009 is vastgesteld op € 10.325,86 per maand.

2. Eindejaarsuitkering commissarissen van de Koningin

Op grond van artikel 4a van het Rechtspositiebesluit commissarissen van de Koning heeft de commissaris recht op een eindejaarsuitkering overeenkomstig de regels, die te dien aanzien voor het personeel in de sector Rijk zijn vastgesteld.

Zoals onder 1 is aangegeven, is er nog geen uitkomst bekend van het overleg over een nieuwe arbeidsvoorwaardenovereenkomst sector Rijk. De op dit moment geldende arbeidsvoorwaardenovereenkomst voor het rijkspersoneel geldt dus nog. Als een volgende overeenkomst wordt vastgesteld, informeer ik u over de gevolgen daarvan voor de eindejaarsuitkering voor de commissaris van de Koningin.

U bent over de eindejaarsuitkering van de commissarissen geïnformeerd bij circulaire van 19 juni 2007, nr. 2007-182147. Deze informatie is nog steeds van toepassing.

Voor uw informatie meld ik u dat de eindejaarsuitkering voor commissarissen van de Koningin per 1 december 2009 is vastgesteld op 8,3%.

3. Ambtstoelage en overige ambtskosten commissaris van de Koningin

Kiest uw provincie wel voor de werkkostenregeling dan geldt het volgende.

De in artikel 3, tweede lid, van het Rechtspositiebesluit commissarissen van de Koning genoemde ambtstoelage bedraagt per 1 januari 2012 € 635,29 en de vergoeding van overige ambtskosten mede gezien artikel 9a, aanhef en onder a, € 485,73.

Dit zijn vaste bedragen waarop geen indexering wordt toegepast.

Voor uw informatie meld ik u ook de bedragen van de ambtstoelage en de overige ambtskosten als uw provincie (nog) niet kiest voor de werkkostenregeling. De bedragen genoemd in artikel 3, tweede lid, van het Rechtspositiebesluit commissarissen van de Koning luiden dan met ingang van 1 januari 2012 als volgt: ambtstoelage € 635,29 en de vergoeding van overige ambtskosten met toepassing van de formule genoemd in artikel 24, onder b, van het Rechtspositiebesluit commissarissen van de Koning, € 1.011,94.

Dit zijn vaste bedragen waarop geen indexering wordt toegepast.

4. Extra arbeidsongeschiktheidsverzekering voor commissaris van de Koningin niet nodig

Het afsluiten van een arbeidsongeschiktheidsverzekering, zoals de IPAP-verzekering van Loyalis, is een persoonlijke afweging, maar ik wil van deze gelegenheid gebruik maken om op te merken dat een dergelijke arbeidsongeschiktheidsverzekering dubbelop lijkt voor commissarissen. De commissarissen vallen namelijk sinds februari 2010 onder de werking van de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers (Appa). Alleen wat betreft het pensioen blijven zij vallen onder de werkingssfeer van het ABP. Op grond van de Appa bestaat voor commissarissen recht op een uitkering indien er sprake is van arbeidsongeschiktheid. Dit recht bestaat zowel als een commissaris vanwege arbeidsongeschiktheid moet aftreden als wanneer arbeidsongeschiktheid ontstaat tijdens de Appa-uitkering.

5. Bezoldiging gedeputeerden

Op grond van artikel 3 van het Rechtspositiebesluit gedeputeerden ontvangt een gedeputeerde een bezoldiging die gerelateerd is aan het maximum van schaal 17 van het BBRA 1984. Het daarbij behorende bedrag wijzigt als de bezoldiging van het personeel in de sector Rijk ook wijzigt.

Zoals onder 1 is aangegeven, is er nog geen uitkomst bekend van het overleg over een nieuwe arbeidsvoorwaardenovereenkomst sector Rijk. De op dit moment geldende arbeidsvoorwaardenovereenkomst voor het rijkspersoneel geldt dus nog.

Als een volgende overeenkomst wordt vastgesteld, informeer ik u over de gevolgen daarvan voor de bezoldiging voor gedeputeerden.

U bent over de bezoldiging van gedeputeerden geïnformeerd bij circulaire van 19 juni 2007, nr. 2007-182147. Deze informatie is nog steeds van toepassing.

Voor uw informatie meld ik u dat de bezoldiging voor gedeputeerden per 1 april 2009 is vastgesteld op € 7.899,67 per maand.

6. Eindejaarsuitkering gedeputeerden

Op grond van artikel 4, eerste lid, Rechtspositiebesluit gedeputeerden ontvangt de gedeputeerde een eindejaarsuitkering overeenkomstig de bepalingen welke daaromtrent voor het personeel in de sector Rijk zijn vastgesteld.

Zoals onder 1 is aangegeven, is er nog geen uitkomst bekend van het overleg over een nieuwe arbeidsvoorwaardenovereenkomst sector Rijk. De op dit moment geldende arbeidsvoorwaardenovereenkomst voor het rijkspersoneel geldt dus nog. Als een volgende overeenkomst wordt vastgesteld, informeer ik u over de gevolgen daarvan voor de eindejaarsuitkering voor gedeputeerden.

U bent over de eindejaarsuitkering van gedeputeerden geïnformeerd bij circulaire van 19 juni 2007, nr. 2007-182147. Deze informatie is nog steeds van toepassing.

Voor uw informatie meld ik u dat de eindejaarsuitkering voor gedeputeerden per 1 december 2009 is vastgesteld op 8,3%.

7. Onkostenvergoeding gedeputeerden

In artikel 21, tweede lid, van het Rechtspositiebesluit gedeputeerden is bepaald dat de onkostenvergoeding voor overige aan de uitoefening van het ambt verbonden kosten (genoemd in artikel 21, eerste lid, Rechtspositiebesluit gedeputeerden) voor een gedeputeerde per 1 januari van elk jaar wordt herzien aan de hand van de consumentenprijsindex geldend voor de maand september van het voorafgaande kalenderjaar.

De consumentenprijsindex voor 2011 is bepaald op 110,17. Voor 2010 was dit indexcijfer 107,26. Een verhoging van 2,7%. Dit betekent dat de bedragen van de onkostenvergoeding per 1 januari 2012 worden verhoogd met 2,7%.

Kiest uw provincie wel voor de werkkostenregeling dan geldt het volgende.

Met ingang van 1 januari 2012 wordt het bedrag genoemd in artikel 21, eerste lid, mede gezien artikel 23a, aanhef en onder c, van het Rechtspositiebesluit gedeputeerden gewijzigd in € 328,53.

Voor uw informatie meld ik u ook het bedrag van de onkostenvergoeding als uw provincie (nog) niet kiest voor de werkkostenregeling. Het bedrag genoemd in artikel 21, eerste lid, van het Rechtspositiebesluit gedeputeerden luidt dan met toepassing van de formule genoemd in artikel 24, onder b, van het Rechtspositiebesluit gedeputeerden, met ingang van 1 januari 2012: € 684,44.

8. Vergoeding werkzaamheden statenleden

In artikel 2, tweede lid, van het Rechtspositiebesluit staten- en commissieleden is bepaald dat het bedrag van de vergoeding voor de werkzaamheden van statenleden per 1 januari van elk jaar worden herzien aan de hand van het indexcijfer CAO lonen overheid inclusief bijzondere beloningen geldend voor de maand september van het voorafgaande kalenderjaar.

Het indexcijfer CAO lonen overheid inclusief bijzondere beloningen geldend voor de maand september 2011 is niet bekend, omdat er bij het CBS onvoldoende informatie is om daar cijfers over te publiceren. Dit houdt in dat het bedrag van de vergoeding voor werkzaamheden voor statenleden per 1 januari 2012 vooralsnog niet wordt aangepast, maar gelijk blijft aan het bedrag dat geldt per 1 januari 2011. Mocht er in de loop van 2012 informatie bekend worden die er toe leidt dat het genoemde indexcijfer wijzigt, dan informeer ik u daarover.

Het bedrag genoemd in artikel 2, eerste lid, van het Rechtspositiebesluit staten- en commissieleden voor de vergoeding van de werkzaamheden bedraagt op jaarbasis per 1 januari 2012 € 12.948,63.

9. Onkostenvergoeding statenleden

In artikel 2, vierde lid, van het Rechtspositiebesluit staten- en commissieleden is bepaald dat de onkostenvergoeding voor aan de uitoefening van het statenlidmaatschap verbonden kosten genoemd in het derde lid van artikel 2, per 1 januari van elk jaar wordt herzien aan de hand van de consumentenprijsindex geldend voor de maand september van het voorafgaande kalenderjaar.

De consumentenprijsindex voor 2011 is bepaald op 110,17. Voor 2010 was dit indexcijfer 107,26. Een verhoging van 2,7%. Dit betekent dat de bedragen van onkostenvergoedingen per 1 januari 2012 worden verhoogd met 2,7%.

Kiest uw provincie wel voor de werkkostenregeling dan geldt het volgende.

Met ingang van 1 januari 2012 bedraagt de onkostenvergoeding genoemd in artikel 2, derde lid, mede gezien artikel 12a, aanhef en onder a, van het Rechtspositiebesluit staten- en commissieleden voor de onkostenvergoeding voor aan de uitoefening van het statenlidmaatschap verbonden kosten € 88,90. Ook ingeval van een fictieve dienstbetrekking bedraagt deze onkostenvergoeding € 88,90.

Voor uw informatie meld ik u ook het bedrag van de onkostenvergoeding als uw provincie nog niet kiest voor de werkkostenregeling.

Hierbij is het eerstgenoemde bedrag het maximumbedrag per maand voor statenleden die niet hebben gekozen voor een ‘fictieve dienstbetrekking’, maar die genieten van belastbaar resultaat uit overige werkzaamheden. Het tweede bedrag is het maximumbedrag dat is opgenomen voor statenleden die wel hebben gekozen voor een ‘fictieve dienstbetrekking’:

Het bedrag genoemd in artikel 2, derde lid, van het Rechtspositiebesluit staten- en commissieleden bedraagt € 88,90. Ingeval van een fictieve dienstbetrekking en met toepassing van de formule genoemd in artikel 14a, onder b, van het Rechtspositiebesluit staten- en commissieleden bedraagt deze onkostenvergoeding € 185,21.

10. Tegemoetkoming in de kosten van een ziektekostenverzekering voor de statenleden

In artikel 10, eerste lid, van het Rechtspositiebesluit staten- en commissieleden is bepaald dat provinciale staten bij verordening kunnen bepalen dat een lid van provinciale staten ten laste van de provincie een tegemoetkoming in de kosten van een ziektekostenverzekering ontvangt.

In het tweede lid van artikel 10 van het Rechtspositiebesluit staten- en commissieleden is bepaald dat indien de nominale eindejaarsuitkering van het personeel werkzaam bij de sector Rijk wijziging ondergaat, het in het eerste lid genoemde bedrag naar evenredigheid wordt gewijzigd.

Zoals onder 1 is aangegeven, is er nog geen uitkomst bekend van het overleg over een nieuwe arbeidsvoorwaardenovereenkomst sector Rijk. De op dit moment geldende arbeidsvoorwaardenovereenkomst voor het rijkspersoneel geldt dus nog. Als een volgende overeenkomst wordt vastgesteld, informeer ik u over de gevolgen daarvan voor het bedrag van de tegemoetkoming in de kosten van een ziektekostenverzekering voor statenleden.

U bent over de tegemoetkoming in de kosten van een ziektekostenverzekering voor statenleden geïnformeerd bij circulaire van 19 juni 2007, nr. 2007-182147. Deze informatie is nog steeds van toepassing.

Voor uw informatie meld ik u dat voor de statenleden vanaf 1 april 2009 een tegemoetkoming in de kosten van een ziektekostenverzekering geldt van € 203,21 per jaar.

11. Commissieleden

In artikel 13 juncto artikel 2, tweede lid, van het Rechtspositiebesluit staten- en commissieleden is het bedrag bepaald van de vergoeding voor het bijwonen van vergaderingen van de commissie dat per 1 januari van elk jaar wordt herzien aan de hand van het indexcijfer CAO lonen overheid inclusief bijzondere beloningen geldend voor de maand september van het voorafgaande kalenderjaar.

Het indexcijfer CAO lonen overheid inclusief bijzondere beloningen geldend voor de maand september 2011 is niet bekend, omdat er bij het CBS onvoldoende informatie is om daar cijfers over te publiceren. Dit houdt in dat het bedrag van de vergoeding voor werkzaamheden voor statenleden per 1 januari 2012 vooralsnog niet wordt aangepast, maar gelijk blijft aan het bedrag dat geldt per 1 januari 2011. Mocht er in de loop van 2012 informatie bekend worden die er toe leidt dat het genoemde indexcijfer wijzigt, dan informeer ik u daarover.

Het bedrag genoemd in artikel 13 van het Rechtspositiebesluit staten- en commissieleden bedraagt met ingang van 1 januari 2012 in € 104,08.

12. Informatie op internet

Informatie die betrekking heeft op provinciale politieke ambtsdragers, kunt u vinden op de internetsite van de Rijksoverheid: www.rijksoverheid.nl. Daarna kiest u Ministeries/Ministerie van BZK/Onderwerpen/Provincies.

De

minister

van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
voor deze:

de directeur Arbeidszaken Publieke Sector,

L.D.P. Lombaers