Studerenden met een nationaliteit van één van de lidstaten van de Europese Unie of
zij die daarmee gelijkgesteld zijn, kunnen net als Nederlandse studerenden in aanmerking komen voor volledige studiefinanciering,
indien zij of hun ouders aangemerkt worden als migrerend werknemer.
Het begrip ‘migrerend werknemer’ is niet vastomlijnd. Het Europese Hof van Justitie
heeft een ruim kader geschetst, waarbinnen de toetsing van het feit of een persoon
als een migrerend werknemer moet worden beschouwd, zich dient te bewegen. Het kernelement
van deze toetsing is het nagaan of een werknemer ‘reële en daadwerkelijke arbeid verricht,
die niet van zo geringe omvang is dat het om louter marginale en bijkomstige werkzaamheden
gaat’. Vereist is dat gedurende een bepaalde tijd, voor een ander en onder diens gezag
in loondienst werkzaamheden worden verricht. Dit betekent dat de studerende die als
migrerend werknemer wil worden aangemerkt in ieder geval een arbeidscontract moet
hebben afgesloten, de daarin overeengekomen hoeveelheid uren werkt en daarvoor loon
ontvangt.
Voor de toepassing van het vreemdelingenbeleid bevat de Vreemdelingencirculaire een uitleg van het begrip ‘reële en daadwerkelijke arbeid’. Uitgangspunt hierbij
is dat het inkomen meer moet bedragen dan de helft van de bijstandsnorm die voor die
persoon geldt. Aan de eis van reële en daadwerkelijke arbeid is in elk geval voldaan,
als ten minste 40% van de gebruikelijke volledige arbeidstijd wordt gewerkt. Tot slot
kunnen zowel de duur als de regelmaat van de werkzaamheden een rol spelen bij de beoordeling
(bijvoorbeeld bij oproepcontracten).
Alvorens tot toekenning van studiefinanciering over te gaan, gaat de Dienst Uitvoering
Onderwijs (DUO) na of de studerende als migrerend werknemer kan worden aangemerkt.
Migrerende werknemers dienen daartoe bij de aanvraag van studiefinanciering een passend
arbeidscontract te overleggen.
DUO controleert achteraf of de studerende de studiefinancieringsperiode ook daadwerkelijk
als migrerend werknemer kon worden beschouwd en of de studiefinanciering aldus rechtmatig
is toegekend. Hiertoe dienen studerenden het aantal uren dat zij over het te controleren
studiefinancieringstijdvak hebben gewerkt aan te tonen door middel van salarisstrookjes
en een ingevulde werkgeversverklaring.
DUO gaat ervan uit dat iedere studerende die over de controleperiode 56 uur of meer
gemiddeld per maand heeft gewerkt, zonder meer de status van migrerend werknemer heeft
en daarmee terecht studiefinanciering heeft ontvangen over het gecontroleerde studiefinancieringstijdvak.
Deze norm is in lijn met de Vreemdelingencirculaire. Bij het vaststellen van het criterium van 56 uur gemiddeld per maand zal eveneens
tot een hoogte van één maand rekening worden gehouden met vakanties en eventuele ziekte.
Indien de studerende niet voldoet aan bovengenoemd criterium kan DUO nader onderzoek
doen naar de individuele omstandigheden van het geval. Bij deze controle moeten de
objectieve criteria en alle omstandigheden die te maken hebben met de aard van zowel
de betrokken werkzaamheden als de betrokken arbeidsverhouding in hun geheel beoordeeld
worden. Hierbij kan een veelheid van factoren van belang zijn, zoals de aard van het
afgesloten arbeidscontract, het aantal gegarandeerde werkuren per maand en de hoogte
van het loon. Het is dan ook niet mogelijk gespecificeerd aan te geven in welke gevallen
al dan niet sprake is van migrerend werknemerschap. De specifieke omstandigheden van
het geval maken een individuele beoordeling door DUO dus nodig.