Wet wijziging curatele, beschermingsbewind en mentorschap

Geraadpleegd op 18-11-2024.
Geldend van 01-01-2015 t/m heden

Wet van 16 oktober 2013 tot wijziging van enige bepalingen van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek inzake curatele, onderbewindstelling ter bescherming van meerderjarigen en mentorschap ten behoeve van meerderjarigen en enige andere bepalingen (Wet wijziging curatele, beschermingsbewind en mentorschap)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de regelingen van de curatele, het beschermingsbewind en het mentorschap in overeenstemming te brengen met een aantal in de praktijk gebleken ontwikkelingen en dat daartoe Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek, alsmede enige andere bepalingen, worden gewijzigd;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel IIb

[Red: Wijzigt de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg.]

Artikel IIIa

[Red: Wijzigt de Wet gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens.]

Artikel IV

De curator van een persoon die voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet onder curatele wegens verkwisting is gesteld doet binnen twee jaar na dat tijdstip verslag aan de kantonrechter over de vraag of de maatregel dient voort te duren of door een andere voorziening kan worden vervangen.

Artikel V

Curatoren als bedoeld in artikel 383, zevende lid, bewindvoerders als bedoeld in artikel 435, zevende lid, en mentoren als bedoeld in artikel 452, zevende lid, van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek, die voor het tijdstip van inwerkingtreding van artikel I, onderdelen E, P en AA, zijn benoemd, hebben tot twee jaar na dat tijdstip de gelegenheid om aan de in genoemde bepaling bedoelde kwaliteitseisen te voldoen.

Artikel VI

Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te

Wassenaar, 16 oktober 2013

Willem-Alexander

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie,

F. Teeven

Uitgegeven de vijfentwintigste oktober 2013

De Minister van Veiligheid en Justitie,

I.W. Opstelten