De margeregeling is uitsluitend van toepassing als aan de volgende voorwaarden is
voldaan:
-
a er is sprake van een levering door een wederverkoper;
-
b het geleverde goed is een gebruikt margegoed;
-
c het (marge)goed is op één van de in artikel 28b, tweede lid, van de wet bedoelde manieren door de wederverkoper verkregen;
-
d het (marge)goed is in één van de lidstaten aan de wederverkoper geleverd;
-
e de wederverkoop van margegoederen behoort tot de normale bedrijfsbeoefening van de
wederverkoper;
-
f de wederverkoper mag geen factuur uitreiken waarop hij de btw afzonderlijk vermeldt.
Toelichting:
Ad a
De wederverkoper kan de margeregeling toepassen op elke levering in de zin van artikel 3 van de wet. Dit betekent onder meer dat de regeling ook van toepassing is op goederen die over
een veiling worden verhandeld of die worden geleverd door tussenkomst van een commissionair
of dergelijke ondernemer die overeenkomsten sluit op eigen naam maar op order en voor
rekening van een ander (artikel 3, zesde lid, van de wet, zie onderdeel 3.3). Verder is de margeregeling van toepassing op de fictieve levering bedoeld in artikel 3a van de wet. Het gaat hierbij om eigen goederen die de wederverkoper van zijn bedrijf overbrengt
naar een andere lidstaat. Het begrip ‘wederverkoper’ is gedefinieerd in artikel 2a, eerste lid, onderdeel k, van de wet (zie ook onderdeel 3.3).
Ad b
Het begrip ‘gebruikt goed’ is gedefinieerd in artikel 2a, eerste lid, onderdeel l, van de wet (zie ook onderdeel 3.4). Uit de definitie volgt dat gebruikte goederen alleen roerende lichamelijke zaken
kunnen zijn. De margeregeling is dus niet van toepassing op leveringen van onroerende
zaken. Als een wederverkoper uit gebruikte goederen een nieuw goed vervaardigt, blijft
de margeregeling buiten toepassing.
Kunstvoorwerpen, voorwerpen voor verzamelingen en antiquiteiten zullen vaak ook zijn
aan te merken als gebruikte goederen. Het kan echter van belang zijn de goederen aan
te merken als kunstvoorwerpen, voorwerpen voor verzamelingen of antiquiteiten. Voor
deze goederen gelden namelijk bijzondere regelingen, onder meer voor de tarieftoepassing
en de toepassing van de margeregeling bij wederverkoop (zie hoofdstuk 5).
Ad c
De wederverkoper moet het goed verkregen hebben van een niet-aftrekgerechtigde leverancier.
Voor kunstvoorwerpen, voorwerpen voor verzamelingen en antiquiteiten geldt dat de
margeregeling onder bepaalde voorwaarden ook van toepassing kan zijn op goederen die
op een andere manier door de wederverkoper zijn verkregen (zie hoofdstuk 5).
Ad d
Het goed moet in één van de lidstaten aan de wederverkoper zijn geleverd (artikel 28b, tweede lid, van de wet). Dat betekent dat de margeregeling buiten toepassing blijft als de plaats van levering
op grond van de wet buiten de EU ligt. Het is daarbij niet van belang door wie of
namens wie de invoer van het goed plaatsvindt.
Op deze voorwaarde geldt een uitzondering voor kunstvoorwerpen, voorwerpen voor verzamelingen
en antiquiteiten die door de wederverkoper zelf worden ingevoerd (zie hoofdstuk 5).
Ad e
Van wederverkoop in het kader van de normale bedrijfsuitoefening is niet alleen sprake
bij in- en verkoop van (marge)goederen. Ook als margegoederen worden ingekocht, vervolgens
bedrijfsmatig worden gebruikt en daarna worden verkocht kan die verkoop onder de margeregeling
vallen (zie ook onderdeel 3.3).
Ad f
Aan toepassing van de margeregeling is de voorwaarde verbonden dat de wederverkoper
geen factuur uitreikt waarop hij de btw afzonderlijk vermeldt (artikel 28h, tweede lid, van de wet). Als de wederverkoper een factuur uitreikt met aparte vermelding van btw, maakt
hij gebruik van zijn recht om de margeregeling buiten toepassing te laten (artikel 28f, eerste lid, van de wet). De wederverkoper kiest dan voor het normale btw-regime en is belasting verschuldigd
over de hele vergoeding. Zie ook onderdeel 3.8.