• Aanlevering van te executeren beslissingen
Het OM is – in goede samenspraak met de rechtspraak – verantwoordelijk voor een tijdige,
volledige en correcte overdracht van in aanmerking komende rechterlijke beslissingen
aan het CJIB. Ook is het OM verantwoordelijk voor een tijdige, volledige en correcte
overdracht van in aanmerking komende strafbeschikkingen en transactievoorwaarden aan
het CJIB. OM, rechtspraak en CJIB maken over het aanleverproces onderling werkafspraken.
• OPS-signalering ten behoeve van de betekening van gerechtelijke stukken
Indien het parket wil overgaan tot signalering van een persoon in verband met het
in persoon betekenen van een gerechtelijk schrijven, biedt het parket het CJIB de
signaleringstekst elektronisch aan. Het OM ontvangt na geslaagde betekening de stukken
van de politie en stelt hiervan het CJIB op de hoogte.
• Verzet tegen strafbeschikking
Wanneer door de bestrafte verzet is gedaan tegen de strafbeschikking, dient het OM
zodra het in het bezit is van alle benodigde stukken een beslissing te nemen over
intrekking, wijziging of instandhouding van de strafbeschikking. Wanneer het OM van
mening is dat de strafbeschikking terecht is uitgevaardigd, brengt het de zaak aan
bij de rechtbank. Het verzet schort de executie van de strafbeschikking op, tenzij
naar het oordeel van het OM vaststaat dat het verzet na het verstrijken van de termijn
is gedaan. In dat geval mag de executie van de strafbeschikking worden hervat.
• Betalingsregelingen
In beginsel worden geen betalingsregelingen getroffen. Alleen op grond van bijzondere
omstandigheden wordt een verzoek om een betalingsregeling gehonoreerd. Alle verzoeken
om betalingsregelingen, voor zover deze betrekking hebben op bij het CJIB geregistreerde
en in behandeling zijnde zaken, worden door de parketten en de Centrale Verwerking
Openbaar Ministerie (CVOM) doorgezonden naar het CJIB. Om te zorgen voor uniformiteit
in de afdoening, worden verzoeken tot betalingsregelingen niet door het executerend
parket of de CVOM in behandeling genomen, maar ter afhandeling doorgestuurd aan het
CJIB. Het betalingsregelingenbeleid is op hoofdlijnen vervat in bijlage 3 bij deze aanwijzing.
• Taakstraffen meerderjarigen
Het OM beslist binnen 14 dagen na binnenkomst op een verzoek van het CJIB om termijnverlenging.
De beslissing van het OM wordt per omgaande bekendgemaakt aan het CJIB. Verzoeken
om termijnverlenging dienen in beginsel vergezeld te gaan van een onderbouwing door
de Reclassering. Ongemotiveerde verlengingsverzoeken zijn alleen mogelijk als daarover
op landelijk niveau afspraken zijn gemaakt door OM en Reclassering, bijvoorbeeld omdat
de reclasseringscapaciteit (tijdelijk) onder druk staat.
Indien de tenuitvoerlegging van de taakstraf opgelegd bij vonnis/arrest is mislukt,
beoordeelt het OM op basis van het afloopbericht van de Reclassering of de vervangende
hechtenis wordt geëxecuteerd. Het OM stelt tevens het aantal dagen vervangende hechtenis
vast dat wordt geëxecuteerd. Het OM geeft het CJIB vervolgens opdracht de vervangende
hechtenis te executeren. Biedt de rechter na het indienen van een bezwaarschrift tegen
het bevel vervangende hechtenis een herkansing aan de veroordeelde, dan bewaakt het
CJIB de termijnen handmatig. De rechter bepaalt een nieuwe termijn. Over de tenuitvoerlegging
van de herkansing ontvangt het OM opnieuw een afloopbericht.
• Voorwaardelijke sancties meerderjarigen
Voor de regeling van het voorwaardelijk sepot de schorsing van de voorlopige hechtenis
en de voorwaardelijke veroordeling bij meerderjarigen geldt de Aanwijzing voorwaardelijke vrijheidsstraffen en schorsing van de voorlopige hechtenis
onder voorwaarden. Het OM is verantwoordelijk voor het toezicht op de naleving van de (algemene en
bijzondere) voorwaarden en bepaalt welke gevolgen aan niet-naleving worden verbonden.
De Reclassering is belast met het feitelijke toezicht en het begeleiden van de verdachte
of veroordeelde. De politie is bij de handhaving betrokken als vrijheidsbeperkende
bijzondere voorwaarden zijn opgelegd. Het CJIB biedt het OM administratieve ondersteuning.
• Voorwaardelijke invrijheidstelling
Voor de regeling van de voorwaardelijke invrijheidstelling geldt de Aanwijzing voorwaardelijke invrijheidstelling. Het OM neemt de beslissing over het stellen van bijzondere voorwaarden, is verantwoordelijk
voor het toezicht op de naleving van de (algemene en bijzondere) voorwaarden en bepaalt
welke gevolgen aan niet-naleving worden verbonden. De Reclassering is belast met het
feitelijke toezicht en het begeleiden van de veroordeelde. De politie is bij de handhaving
betrokken als vrijheidsbeperkende bijzondere voorwaarden zijn opgelegd. Het CJIB biedt
het OM administratieve ondersteuning.
• Schadevergoedingsmaatregelen
De parketten spannen zich in om een vonnis of arrest waarin een schadevergoedingsmaatregel
is opgelegd zo snel mogelijk vrij te geven voor executie en in persoon te betekenen
als dit nodig is om de rechterlijke uitspraak onherroepelijk te maken. OM en CJIB
kunnen hierover nadere werkafspraken maken.
• Verzoeken van slachtoffers om informatie die aan een parket zijn gezonden
Verzoeken die betrekking hebben op bij het CJIB in behandeling zijnde zaken worden,
zo nodig vergezeld van commentaar, aan het CJIB gezonden. Indien voor beantwoording
tevens het strafdossier moet worden geraadpleegd, meldt het parket aan het CJIB dat
het dat onderdeel van het verzoek reeds in behandeling heeft genomen. Indien een dergelijk
aan het parket gezonden verzoek betrekking heeft op meer zaken van verschillende parketten,
verzorgt het CJIB de doorzending naar die parketten.
• Inzet bijzondere (opsporings)bevoegdheden
Voor bijzondere bevoegdheden die ten behoeve van de executie worden ingezet geldt
geen ondergrens voor wat betreft het strafrestant, behoudens de toepassing van de
beginselen van subsidiariteit en proportionaliteit dan wel grenzen gesteld door regelgeving
en jurisprudentie. De inzet van bijzondere bevoegdheden heeft met name ten doel de
vindplaats van de veroordeelde te achterhalen met het oog op aanhouding van de veroordeelde
dan wel de overdracht van executie of het achterhalen van vermogen van de veroordeelde
bij ontnemingsmaatregelen.
• Team Executie Strafvonnissen (TES)
Het TES heeft een landelijke taak ten aanzien van de opsporing van
-
– tot onvoorwaardelijke vrijheidsstraf (of vervangende hechtenis taakstraf) veroordeelden
van wie het vonnis of arrest onherroepelijk is, het vonnis of arrest een openstaand
strafrestant van 120 dagen of meer heeft, en
-
– tot lijfsdwang veroordeelden met vordering vanaf 10.000 euro (overeenkomend met 120
dagen lijfsdwang)
en die staan gesignaleerd in OPS en van wie geen woon- of verblijfplaats in Nederland
bekend is.
In deze zaken is het TES verantwoordelijk voor de internationale signalering, het
uitbrengen van een Europees Arrestatie Bevel (EAB), alsmede andere vormen van internationale
rechtshulp in de executiefase. Het is aan het executerend parket en de politie om
in deze zaken gerichte opsporingsactiviteiten te plegen. Het executerend parket dient
in dat geval contact te zoeken met de TES-officier van justitie. In onherroepelijke
zaken van tot vrijheidsstraf veroordeelden met een netto-strafrestant van 300 dagen
of meer is het TES belast met de gerichte executie. De TES-officier neemt in de zaken
waarin gerichte opsporing wordt ingezet de eventuele informatievoorziening aan het
slachtoffer voor zijn rekening, gehoord het executerend parket. Het TES is een samenwerkingsverband
van het landelijk parket en de landelijke eenheid politiediensten.
• Strafrechtelijk executieonderzoek ontnemingsmaatregelen
Indien de veroordeelde niet binnen de door het CJIB gestelde betalingstermijn de ontnemingsmaatregel
heeft betaald en er aanwijzingen bestaan dat de veroordeelde wel over vermogen beschikt,
kan de Landelijk Executie Officier van Justitie belast met ontnemingsmaatregelen,
besluiten dat een Strafrechtelijk Executie Onderzoek (SEO) ex artikel 577b Sv moet worden opgestart. De LEO of een officier van justitie die belast is met het
SEO dient daartoe een vordering in bij de rechter-commissaris om te worden gemachtigd
tot uitvoering van dit SEO. Het SEO is gericht op de vaststelling van het vermogen
van de veroordeelde, waarop zo mogelijk verhaal kan worden genomen ten behoeve van
de tenuitvoerlegging van de ontnemingsmaatregel.
• Europese geldelijke sancties (EGS) en Europese confiscatie beslissingen (ECB)
Op basis van de Wet wederzijdse erkenning en tenuitvoerlegging geldelijke sancties en beslissingen
tot confiscatie is het mogelijk onherroepelijke Europees geldelijke sancties en Europese confiscatie
beslissingen voor tenuitvoerlegging over te dragen aan een lidstaat van de Europese
Unie waar de veroordeelde inkomsten of vermogen of zijn vaste woon- of verblijfplaats
heeft. Voorwaarde is wel dat de andere lidstaat het betreffende Europees Kaderbesluit
heeft geratificeerd en geïmplementeerd. Andersom is het voor EU-lidstaten mogelijk
(onherroepelijke) geldelijke sancties en confiscatie beslissingen voor tenuitvoerlegging
over te dragen aan Nederland, indien de veroordeelde inkomsten of vermogen of zijn
vaste woon-of verblijfplaats heeft in Nederland. Strafrechtelijke sancties worden
in deze aanwijzing aangeduid met de termen inkomende en uitgaande Europese geldelijke
sancties en inkomende en uitgaande Europese confiscatiebeslissingen.
De artt. 4 en 5 van de Wet wederzijdse erkenning en tenuitvoerlegging geldelijke sancties en beslissingen
tot confiscatie bepalen dat de officier van justitie te Leeuwarden verantwoordelijk is voor inkomende
en uitgaande Europese geldelijke sancties en Europese confiscatie beslissingen. In
geval van Europese geldelijke sancties dient het instellen van verzet op basis van
art. 575 Sv door indiening van een bezwaarschrift bij de arrondissementsrechtbank te Leeuwarden
te geschieden (art. 15 Wet wederzijdse erkenning en tenuitvoerlegging geldelijke sancties en beslissingen
tot confiscatie).
Een vordering ter verkrijging van verlof tot tenuitvoerlegging van vervangende hechtenis
bij een Europese geldelijke sanctie dient door de officier van justitie te Leeuwarden
te worden aangebracht bij de raadkamer van de arrondissementsrechtbank te Leeuwarden
(art. 16 Wet wederzijdse erkenning en tenuitvoerlegging geldelijke sancties en beslissingen
tot confiscatie).
Een vordering ter verkrijging van verlof tot tenuitvoerlegging van lijfsdwang bij
een Europese confiscatiebeslissing dient door de officier van justitie te Leeuwarden
te worden aangebracht bij de raadkamer van de arrondissementsrechtbank te Leeuwarden
(art. 22 Wet wederzijdse erkenning en tenuitvoerlegging geldelijke sancties en beslissingen
tot confiscatie). Voor de toepassing van vervangende hechtenis bij een Europese confiscatiebeslissing
is geen voorafgaand verlof tot tenuitvoerlegging vereist.
Vervangende hechtenis bij Europese geldelijke sancties en Europese confiscatiebeslissingen
kan niet worden toegepast zonder toestemming van de beslissingsstaat
Op de tenuitvoerlegging van inkomende Europese geldelijke sancties en Europese confiscatie
beslissingen zijn de voor tenuitvoerlegging toepasselijke regels van het Wetboek van Strafvordering van toepassing, tenzij in de Wet wederzijdse erkenning en tenuitvoerlegging geldelijke sancties en beslissingen
tot confiscatie anders is bepaald.
• Opschorten of stoppen executie
Indien er uitzonderlijke omstandigheden zijn die ertoe leiden dat het OM de tenuitvoerlegging
van een straf of maatregel wil opschorten, deelt het dit schriftelijk en met redenen
omkleed aan het CJIB mee. Het CJIB schort vervolgens de executie op, op aangeven van
het OM. Aan het eind van de termijn die het OM heeft aangegeven, vraagt het CJIB het
OM of de executie weer kan worden hervat. Wanneer het OM niet binnen drie weken heeft
gereageerd op dit verzoek, wordt de executie automatisch door het CJIB hervat.
Het OM kan gelet op de bijzondere omstandigheden van het geval en bij wijze van hoge
uitzondering – bijvoorbeeld omdat een zaak niet-gratieerbaar is of tenuitvoerlegging
geen redelijk doel meer dient – besluiten om te stoppen met de executie. Voordat een
beslissing hiertoe wordt genomen wordt afstemming met het CJIB gezocht over de betreffende
zaak. Indien daadwerkelijk wordt besloten te stoppen met de executie, wordt het CJIB
hierover schriftelijk en met opgaaf van redenen geïnformeerd.
• Gratie
Het OM geeft een gratie-advies in alle zaken die door een meervoudige kamer zijn afgedaan,
in zaken waaraan de executie-indicator is toegekend, alsmede in de zaken waarin de
rechter een advies vraagt. Indien het OM in zaken waaraan de executie-indicator is
toegekend geen aanleiding ziet een advies te geven, zendt het de zaak met die mededeling
door naar de rechter.