-
a) niet binnen redelijke termijn gezondheidskundige hulp inroept;
-
b) zich niet gedurende het gehele verloop van de ziekte onder gezondheidskundige behandeling
blijft stellen;
-
c) de voorschriften van de behandelende arts niet opvolgt;
-
d) zich schuldig maakt aan gedragingen waardoor zijn genezing wordt belemmerd;
-
e) verzuimt de deskundige persoon of de arbodienst op eerste aanvraag mee te delen om
welke reden hij ongeschikt is tot werken;
-
f) zonder deugdelijke grond nalaat gevolg te geven aan een verzoek van de deskundige
persoon of de arbodienst om te verschijnen;
-
g) er de oorzaak van is dat het arbeidsgezondheidskundig onderzoek door een door de deskundige
persoon of de arbodienst aangewezen arts niet kan plaatshebben;
-
h) niet binnen twee dagen na de aanvang van de ongeschiktheid tot werken wegens ziekte
dit heeft gemeld bij zijn werkgever;
-
i) weigert aangeboden passende arbeid, waartoe de deskundige persoon of de arbodienst
hem in staat acht, te verkrijgen of te aanvaarden, dan wel, zonder deugdelijke grond
weigert deze arbeid, waartoe het bevoegd gezag hem in de gelegenheid stelt, te verrichten;
-
j) zich niet houdt aan de ten aanzien van hem geldende regels met betrekking tot de wijze
waarop invulling wordt gegeven aan de verzuimbegeleiding en de arbeidsgezondheidskundige
begeleiding en de daarbij in acht te nemen procedure;
-
k) zijn ongeschiktheid tot werken opzettelijk heeft veroorzaakt;
-
l) weigert inzage te geven in een op hem betrekking hebbend document als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht of een geldig rijbewijs als bedoeld in artikel 9, eerste lid, van de Wegenverkeerswet,
voor zover dit redelijkerwijs nodig is voor de uitvoering van wetten;
-
m) tijdens de ongeschiktheid tot het verrichten van zijn arbeid wegens ziekte arbeid
voor zichzelf of voor derden verricht, tenzij dit door de deskundige persoon of de
arbodienst in het belang van zijn genezing wenselijk wordt geacht;
-
n) vóór de betaling van de bezoldiging weigert mededeling te doen van inkomsten uit arbeid
die hij heeft in verband met het verrichten van door de deskundige persoon of de arbodienst
in het belang van zijn genezing wenselijk geachte arbeid voor zichzelf of voor derden;
-
o) niet onverwijld op verzoek of uit eigen beweging alle feiten en omstandigheden meedeelt,
waarvan hem redelijkerwijs duidelijk moet zijn dat zij van invloed kunnen zijn op
het recht of op de hoogte van een aan hem toegekende arbeidsongeschiktheidsuitkering;
-
p) zijn arbeid verzuimt te hervatten op het door de deskundige persoon of de arbodienst
bepaalde tijdstip en in de door deze persoon of dienst bepaalde mate, indien zulks
hem is opgedragen, tenzij hij daarvoor een door de deskundige persoon of de arbodienst
als geldig erkende reden heeft opgegeven;
-
q) zonder deugdelijke grond weigert gevolg te geven aan door het bevoegd gezag of een
door het bevoegd gezag aangewezen deskundige gegeven redelijke voorschriften of mee
te werken aan getroffen maatregelen die erop gericht zijn om de betrokkene in staat
te stellen passende arbeid te verrichten;
-
r) zonder deugdelijke grond weigert mee te werken aan het opstellen, evalueren of bijstellen
van een plan van aanpak, bedoeld in artikel 71a, tweede lid, van de WAO;
-
s) geen aanspraak heeft op een WAO-uitkering in verband met de toepassing van artikel 25 of 28, onder a of b, van de WAO;
-
t) zijn medewerking weigert bij de doelmatige uitvoering van de bepalingen van dit hoofdstuk.